dinsdag, augustus 19, 2003

Liefdesvetkruid

Nog altijd naweeën van mijn Gran Paradiso-trektocht. Ik vond bij Lago Serru een Sedumsoort, die net zoals de Rhodiola ook naar rozen leek te ruiken. Hij was echter kleiner dan Rhodiola en ook kleiner dan onze inheemse Hemelsleutels. Hij was zo'n 20cm hoog en bloeide op 15 augustus met de typische roodbruine schermen eigen aan de Sedums.

In de Alpenflora van Huxley bladerend vind ik nu een Sedum die sterk gelijkt op mijn Paradisosoort met de naam Sedum anacampseros en met de prachtige Nederlandse naam van Liefdes-Vetkruid. Met zo'n naam wil ik maar al te graag deze soort gezien hebben. Anacampseros zou komen van het Griekse 'ana' weder, terug en 'kamptein' ombuigen, terugkeren en volgens Plinius zou de naam geschonken zijn aan een gewas, 'welks aanraking geacht werd voldoende te zijn om verloren gegane liefde te doen wederkeren, zelfs als zij reeds in haat verkeerd was' (Historia Naturalis XXIV, 102).

Nuchter, botanisch bekeken is deze vetplant een vrij veel, maar toch niet algemeen voorkomende soort in de Hautes Alpes. Hij groeit daar op een hoogte van 1200 tot 2800 meter tussen de rotsen en in de éboulis. De Franse benaming is Orpin bleu, dat blauw komt waarschijnlijk van de grijs bijna paarse verkleuring die de bloemstengel en bloem krijgt tijdens en na de bloei. Een nog merkwaardiger Franse naam, orpin des infidéles, de plant der ontrouwen, werpt een heel ander licht op dat liefdesvetkruid. Zou zo’n een plant dan ook een afrodisiacum zijn?

Heb ik wat te leren van de planten, die ik ontmoet?

Geen opmerkingen: