maandag, april 27, 2020

De ontkrullende koningsvarens

Weer wandelen. Langs de rivier slaan de fors groeiende koningsvarens mij met verstomming. Hoe ze uit hun immense, dood lijkende worteleilanden plots tot leven komen.  Als je geconcentreerd kijkt, zie je ze bewegen. Ontkrullen, van foetus direct volwassen worden. Die levenskracht kunnen we op dit moment wel goed gebruiken. Koningsvaren opeten zou ik niet doen, zonde van de plant en gevaarlijk voor mezelf maar er bij gaan zitten, stil zitten terwijl in de achtergrond het Aulnewater snel voorbij vliedt, dat spreekt me wel aan.

Niet opeten dus, al werd de koningsvaren volgens Dodonaeus en andere 'Ouden' wel medicinaal gebruikt ‘Men houdt deze wortel van groot varen voor zeer nuttig (en vooral het middelste er van wat voor het beste en allerkrachtigste van die gehouden wordt) en niet alleen om alle wonden, kwade zeren en kwetsingen te genezen, maar ook om te helpen al diegene die gescheurd zijn, enig lid geslagen, geblutst, gekrakt, verstuikt of door een hoge val ontsteld hebben, te weten als men die gekookt of ook gestoten met enig nat ingeeft en daarom wordt ze van de gewone meesters en veldscheerders bij de wonddranken gedaan en veel gebruikt.
Zelfs er zijn sommige die verzekeren willen dat deze wortel zo krachtig is dat ze het bloed dat ergens in het lichaam geklonterd en gestold is en vast blijft steken ontdoen kan en van buiten door de wond drijven en voort laat komen'.

De koningsvaren (Osmunda regalis) bewaart de herinnering aan Osmundur, één der namen van den Noorschen dondergod. In Slavische legenden bloeit het varenkruid in den Johannisnacht, en wordt dan door een boozen geest bewaakt. Tegen middernacht vertoonen zich op de bladeren de bloemknoppen, die zich heen en weer bewegen, golvend en huppelend - omdat de booze geest de bloem voor menschenoogen verbergen wil. De knop wordt steeds grooter, gaat open als een kool vuur, ontplooit zich geheel juist, wanneer het twaalf uur slaat, en dit openen der bloem gaat gepaard met dondergerommel en verblindenden lichtglans, die zich wijd en zijd verspreidt. Deze bloem is een elektrische vonk en duurt niet langer dan een bliksemstraal. (Chodyko, Contes Slaves, 286. Sacharow, Erzählungen des Russischen Volks).

De Latijnse naam Osmunda komt al in een Engelse woordenlijst uit de dertiende eeuw voor (Earle) en wordt daar weergegeven met bonwurt, wat beenkruid betekent. Het Latijnse woord os betekent namelijk been, maar kan ook mond betekenen.  Volgens sommigen zou de naam osmunda dan ook beenzuiverend, volgens anderen mondzuiverend betekenen. (Latijn mundare = reinigen).
In de "Ortus Sanitatis" van 1485 schrijft men os-mundi. 'Dat wordt meer gedaan, alsof men er mond (of been) der wereld mee bedoelde'.

Veel wandelen heb ik vandaag dus niet gedaan, eerder slenteren, nadenken, filosoferen, praten met planten, een soort brevieren. De natuur proberen te lezen. Planten en bomen als een publieke bibliotheek.

donderdag, april 23, 2020

Coronawandeling naar Kersaliou

In de Bretoense holle wegen kom ik vreemde vormen tegen. Kronkelende bomen in clair-obscur, ontrollende bladeren van tongvarens alsof ze echt spreken, hollende wortels boven mijn eigen schrikwekkende hoofd. Als een mol boor ik mij door de holle weg naar de 3 dwerghuisjes van Kersaliou. Hier in de holle weg is er donkere geborgenheid, in de verte is er licht, openheid of ...... Coronagevaar?

Toch is er leven in Kersaliou. Geblaf van honden, gemurmel van mensen, twee auto's zelfs. Vreemde verwondering van mij. Na één maand Corona lijken loslopende mensen en auto's al tot een andere planeet te behoren.

Net buiten Kersaliou vind ik in de berm blauwe vrolijkheid. Bloeiende wilde orchideeën, mannetjesorchis. Mijn illustere voorganger Dodonaeus zegt het weer mooi 'Bij de Grieken worden al deze soorten van kruiden Orchies genoemd, bij de Latijnen Testiculi, dat is te zeggen klootjes of kulletjes door de gelijkenis die de wortelen van deze kruiden daarmee schijnen te hebben en omdat ze gewoonlijk twee bijeen plegen te groeien’. Mooi is ook dat volgens 'de Ouden' mannetjes- en vrouwtjesexemplaren naast mekaar groeiden 'en als het een van het ander gescheiden of uitgeroeid wordt het ander terstond begint te kwijnen en geleidelijk aan vergaat'. Dat deze orchideeën ook gegeten werden en als afrodisiacum gebruikt werden zal zeker niemand meer verbazen.

Orchis
Maar ik ben nog steeds meditatief aan de wandel en rechts van mij  lonkt alweer in de diepte de beekvallei. Een duik naar beneden brengt me, van de weg af, alweer in de geborgenheid van de bron, de beek en de mij vertrouwde planten. Paarbladig goudveil, watermunt, blauwe hyacinten, hondsdraf (ach de geur van mijn jeugd), lis en ander gejubel brengen me terug naar de grote vallei van de Aulne en terug naar ons kot.

Nota over de werking van mannetjesorchis op bloeddruk en bloedvaten
Niet dat ik van plan ben om beschermde orchideeën op te eten of als medicijn te gebruiken. Toch zijn de knolletjes voedzaam en hebben ze blijkbaar wel een medicinale werking. Orchis mascula shows antihypertensive and endothelial-modulating effects mediated through multiple pathways that include direct vasodilation by calcium channel blockade and reduction of plasma lipids by inhibition of biosynthesis, absorption and secretion. En Orchis significantly reduced lipid levels in tyloxapol and high fat diet-induced hyperlipidemia. In a second model, Orchis also reduced gain in body weight with a reduction in daily diet consumption. Hypertens Res 2009 Nov;32(11):997-1003. Antihypertensive, Antidyslipidemic and Endothelial Modulating Activities of Orchis Mascula

maandag, april 20, 2020

Zwartmoeskervel

Een Bretoense regendag vandaag. De katten zijn er niet dol op, maar voor de net ontkiemde spinazie, de peultjes en andere zaailingen komt de regen goed uit.

De bloeiende zwartmoeskervel blinkt nog meer dan gewoonlijk, de plant werd vroeger wilde selder genoemd. Ruikt en smaakt zeer aromatisch, maar aan de smaak moet ik toch wel wennen, Een beetje blad in de soep kan wel. De jonge vruchten en de bloemknoppen werden op azijn gezet om gebruikt te worden in salades, net als kappertjes. De droge zaden worden als peperig kruid gebruikt. Ze zijn ietwat bitter. De stengels worden geblancheerd zoals bleekselderij gegeten. De jonge wortel is, vooral gekookt, goed te eten. Ook de jonge scheuten zijn als bijzondere groente te proberen. Interessant is ook dat de grote, glimmende bladeren de hele winter, zeker in Bretagne, te oogsten zijn.

Bij Dodonaeus vinden we dat 'Het zaad van deze grote eppe alleen of met honigwater ingenomen verwekt de maandstonden van de vrouwen en jaagt de nageboorte en dode vruchten af, scheidt alle winden, verdrijft en verzoet de pijn en krampen van de buik, laat de plas rijzen en is zeer goed tegen de druppelplas'.

Wetenschappelijk zijn er wel wat  onderzoeken gedaan. The oil and the main constituents were assayed for cytotoxic activity on the human colon cancer cell line (HCT116) by MTT assay. Flower oil and isofuranodiene showed noteworthy activity on tumor cells with IC50 of 10.71 and 15.06 μg/ml, respectively. Analysis of the cytotoxic activity showed that wild celery oil and isofuranodiene are able to induce apoptosis in colon cancer cells in a time and concentration-dependent manner suggesting a potential role as models for the development of chemopreventive agents.

zondag, april 19, 2020

Peultjesdromen

De peultjes 'Ambrosia' komen al stevig op in onze Bretoense cirkeltuin. En wij die gedacht hadden hier in de zomer niet meer te zijn. Corona heeft daar anders over beslist. Dus toch zaaien en nog zaaien. Verwachtingen en hoop voor de toekomst.

Over peultjes dan maar en nog in 't Frans ook:
 Pisum sativum L. convar. axiphium 'Ambrosia'   Pois demi-nain. Rustique et précoce. Ses gousses longues de 10 cm, larges et plates, sont d'un joli vert clair. Productives. Saveur douce et aromatique. H = 70 cm. Periodes de semis de février à avril, en pleine terre, en lignes distantes de 60 cm. Déposer une graine tous les 3 cm et à 2 cm de profondeur, ou en poquets de 5 ou 6 graines distants de 40 cm. Butter puis tuteurer lorsque les tiges ont 15 cm de hauteur. Arroser régulièrement. Periodes de récolte 2 à 3 mois après le semis.

De naam Ambrosia doet mij ook dromen van een aards paradijs. Ambrozijn was voedsel voor de goden uit de Griekse en Romeinse mythologie, voedsel dat onsterfelijk zou maken. Ambrosia herinnert mij ook aan het goddelijk gedicht van Jan Engelman... Ambrosia, wat vloeit mij aan? uw schedelveld is koeler maan en alle appels blozen..... Zoete peultjes en erwtjes, kunnen zij de eeuwigheid oproepen?

Vandaag ook overal, in de border en in het wild, zaden van Oost-Indische kers gelegd. Alsof ik een kakelende kip ben, die eieren legt. Ben benieuwd of ze kunnen opboksen tegen brandnetels, zuring, smeerwortel, gele dovenetel en andere stevige groeiers. En ik ben ook benieuwd of wij hier dan nog ´groeien'.



donderdag, april 16, 2020

Hyacintenwandeling

Mijn nieuwe Coronawandeling, wandelen binnen een straal van 1000 meter, wordt een bluebell-wandeling. Hellingen vol wilde boshyacinten. Blauwe troost in sombere tijden. Bluebells bekijken en er aan ruiken kan, ze opeten zou ik omwille van de giftigheid niet doen. Al vind je ze in zeer oude kruidenboeken van oa. Dioscorides en Dodoens wel beschreven.

Dat klinkt bij Dodonaeus dan zo. 'De wortel van de hyacinthen is verdrogend in de eerste graad en verkoelend in het laatste van de tweede graad, ja tot het begin van de derde en het zaad is tamelijk afvegend en tezamen trekkend en verdroogt bijna tot de derden graad, maar anders middelmatig in het verhitten en het verkoelen gesteld, zo Galenus betuigt.
De wortel van de hyacint, zegt Dioscorides, met witte wijn vermengt en op het geslacht van de jonge kinderen gelegd belet dat ze niet ruig worden of haar krijgen aan hun lichaam (hormonale werking?), dezelfde wortel laat de kamergang ophouden en maakt de buik hard, met drank ingenomen laat plassen en helpt diegene die van de Phalangium of vergiftige spinnen gestoken of gebeten zijn.
Betoverd of betoverend beeld
Het zaad is zeer goed om diegenen te genezen die van de slangen gekwetst zijn en met wijn gedronken geneest en zuivert het de geelzuchtige mensen'.

De wilde hyacint werd vroeger ook wel 'snotnagel' genoemd, vanwege het slijm dat hij afgeeft bij het kneuzen van de bladeren en de viezigheid die de bol achterlaat op de handen en onder de nagels.

Maar ik ben nog altijd wild aan het wandelen. Hellingbosjes, beekvalleitjes. Kronkel, kronkel en dat allemaal binnen een straal van 1000 meter. Overal ook grote gaten, holen en sleepsporen. Zomaar dassenburchten. Hier moet ik snachts eens terug komen.
Ik volg weer een minibeekvallei richting bron en richting le lieu-dit Kervel. Zouden daar mensen zijn? In de verte ontwaar ik een fors silhouet. Een oerboer? Een Bretoense geest? Dichterbij gekomen blijkt het een dode boomstronk te zijn geboetseerd door de natuur. Betoverd of betoverend beeld, een Venus van.... of Hercules de Oude.  'S nachts terug komen lijkt me nu niet langer een goed idee.

Een overwoekerd pad leidt mij naar een breder grindpad en uiteindelijk naar de vijf huizen van Kervél. De verharde weg ben ik rap beu, nog even een duik in de diepte richting onze rivier en dan ben ik bij de oude brug en bij het vertrouwd silhouet van 'populier met maretakken´. Ons thuisteken.

In bijlage toch wat merkwaardige wetenschappelijke info over de boshyacinten

Bluebells synthesise a wide range of chemicals with potential medicinal properties. They contain at least 15 biologically active compounds that may provide them with protection against insects and animals. Certain extracts – water-soluble alkaloids – are similar to compounds tested for use in combating HIV and cancer. The bulbs of bluebells are used in folk medicine as a remedy for leucorrhoea, and as a diuretic or styptic, while the sap can be used as an adhesive.
http://news.bbc.co.uk/2/hi/science/nature/47711.stm

Bluebell saponins: Application of metabolomics and molecular networking. RuAngelie Edrada-Ebel, Vera Fitzsimmons-Thoss
Bulb, leaf, scape and flower samples of British bluebells (Hyacinthoides non-scripta) were collected regularly for one growth period. Methanolic extracts of freeze-dried and ground samples showed antitrypanosomal activity, giving more than 50% inhibition, for 20 out of 41 samples. High-resolution mass spectrometry was used in the dereplication of the methanolic extracts of the different plant parts. The results revealed differences in the chemical profile with bulb samples being distinctly different from all aerial parts. High molecular weight metabolites were more abundant in the flowers, shoots and leaves compared to smaller molecular weight ones in the bulbs. The anti-trypanosomal activity of the extracts was linked to the accumulation of high molecular weight compounds, which were matched with saponin glycosides, while triterpenoids and steroids occurred in the inactive extracts.  *Trypanosomen zijn eencellige organismen behorend tot het geslacht Trypanosoma. Er zijn verschillende soorten bekend die allemaal parasitair leven en bij mens en dier de oorzaak zijn van een aantal bijzonder gevaarlijke tropische ziektes, zoals in Afrika de slaapziekte en in Zuid-Amerika de ziekte van Chagas.


zondag, april 12, 2020

Oude eiken en ik

Nog een Coronawandeling. Vlakbij huis dus. Van het pad af, in de hellingbosjes langs de rand van de weilanden oude bomen ontmoeten. 
Vooral knoestige eiken staan hier, ze zien er verweerd uit door ouderdom en door hun verzet, ontsnapt aan de rooiwoede van de boeren. Ze bewegen samen langzaam door de eeuwen heen.

In de verte de zondagse boerderij, de koeien rustig in de wei, ook de tractor in rust met de grijptanden omhoog. Paasdag is het bij God, vreemde rust alsof de aarde stil staat, alleen Corona en ik nog actief. Ik daal nu af naar het beekvalleitje tussen oude en nieuwe braamscheuten, onder ontluikende hazelaars met onder mijn voeten wit bloeiende bosanemonen en blauwe boshyacinten. Vrolijke spikkels in het bruisende landschap. Ja...... het is voorjaar, lente toch?

Aan de overkant van het klaterend pratend minibeekje zie ik weer een groep oude wijze eiken vergaderen. Ze praten zonder woorden. Wat zou ik ze graag begrijpen. Vast grijpen, ze beklimmen, ze bewonderen, dat kan ik wel. Ze kronkelen en ik kronkel in het luisterend landschap met hen mee. In de verte zie ik al het silhouet van onze oude populier barstensvol maretakken, het thuis-teken van ons Bretoense huis.

https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/91860-eik-verhalen-en-verleden.html



maandag, april 06, 2020

Retro-wandeling: Gouffre de Belvaux en de Engbloem

In tijden van Corona, nu de vrijheid tot verplaatsen beperkt is, herbeleef ik mijn vroegere wandelingen. De Ardennen, Belvaux, herboristenopleiding zowat 15 jaar geleden.

Belvaux. Een klein, rustig dorpje en toch maar op 4 kilometer van het drukke, toeristische Han sur Lesse. Een café, een kerkje, 24 huizen en veel wandelmogelijkheden met een gevarieerde plantengroei. Belvaux ook aan de Lesse gelegen maar dan wel aan de achterkant van de grotten. De plaats waar de Lesse in de grotten verdwijnt. Het gat van Belvaux.

We vertrekken aan de brug over de Lesse en wandelen eerst nog op een smalle, verharde weg met de Lesse mee. Na 1 km net in de bocht klimmen we een grindweg op en weer neer en komen dicht bij de Lesse. Als we van het grindpad af links naar de afsluiting van het natuur- en dierenpark wandelen tot aan de poort kunnen we in de verte het gat van Belvaux zien, de plaats waar de Lesse in de grotten verdwijnt. In het domein kun je alleen maar binnen als je in Han het toeristische treintje neemt, maar zelf vind ik het aan deze kant van de afsluiting veel aantrekkelijker. Wildere natuur en wildere plantengroei, ondanks de panters en tijgers aan de overkant in hun kooi. Hoe wild is gevangen?

Gouffre de Belvaux
Aan en ondere onze vrije voeten groeien vooral schaduw- en vochminnende kruiden. Muskuskruid, gele dovenetel, zenegroen, maar nu eind september ook weldadig veel paddenstoelen. Wij wandelen in de miezerregen, de vallei van de droge beek door richting Wavreille . Zelf noem ik dit paadje het belladonnastraatje omdat hier aan de rand van het hellingbos enkele oude Wolfskersplanten groeien. Het was nu wel 6 jaar geleden dat ik hier nog was en ik hoop dat deze plantenvrienden er nog zijn. En gelukkig is dat nog het geval. Ze staan er op dit moment wel wat verregend bij en zonder glimmende bessen, maar de scheuten onder aan de oude wortels zien er nog levenskrachtig uit. Dit stukje natuur en deze Belladonna's bezoek ik al meer dan 25 jaar, het zal je dan hopelijk ook niet verwonderen dat ik deze planten als een soort vrienden beschouw. Hopelijk blijven zij hier nog lang gezellig groeien en kan ik hen alleen of met select gezelschap nog lang bezoeken.
Verder wandelend versmald het pad, we vinden wat bedstro, je weet wel dat geurend plantje voor de Maitrank. Het is natuurlijk nu niet het moment om het te plukken. Dat moet in Mei. Hier moeten ook Eenbes en ..groeien, maar die kan ik nu niet vinden. Verdwenen of nu niet zichtbaar?

We kruisen het beekje op een mooie, magische plek omringd door oude beuken in het hellingbos. Van hieruit klimmen we het bos uit naar het plateau en de weilanden. Boven draaien we scherp terug richting Gouffre de Belvaux, nu wel over een verharde landweg tussen de weilanden. De plantengroei in de bermen is wel interessanter dan je zou verwachten. Veel kalk- en warmteminnende kruiden zoals wilde marjolein, tijm, walstrosoorten, borstelkrans en in de heggen meidoorn, sleedoorn, hondsroos en kardinaalsmuts. Veel medicinale planten, een complete huisapotheek voor de mens maar ook voor de koeien in de wei.

We duiken nu weer de hellingbossen in en dalen terug naar de vallei tot aan de Lesse. Maar het mooiste moet nog komen. We verlaten het brede grindpad, links een voetpad nu stijl naar boven. Even stevig doorstappen, dat geeft mij nog altijd een lichamelijke maar ook een spirituele boost. Stevig wandelen is wat mij betreft, beter dan bidden of mediteren.

De kruidige rots
We komen boven nog steeds wandelend in het dichte struikgewas en dan plots staan we aan de rand van de rots. Het landschap en de hemel ligt hallucinerend open en bloot voor ons en aan onze voeten groeien overvloedig Zuiderse planten, hier ooit als bij wonder neergedaald. Nu eind september bloeit hier nog de zeldzame kalkaster, Aster linosyris, maar ook wilde tijm, zonneroosje, gamander, engbloem en walstro zijn alom aanwezig. Na het genot van verte en van dichtbij, wacht ons nog een uitdaging, het steile wat glibberige rotspad naar beneden. Net moeilijk genoeg om plezierig te zijn.

Wat heb ik hier in deze afdaling al lichamelijk maar vooral psychologisch avonturen beleefd. Mensen die bang werden en zo zichzelf ontdekten. Psychotherapie van de betere soort. Vandaag heb ik blijkbaar lichamelijk en geestelijk evenwichtige mensen mee. We komen zonder problemen beneden, alleen Hilde koos een wat moeilijkere route, maar ook die route was op haar maat gemaakt. Beneden kunnen we rustig kuierend nog een kilometer uitlopen, om terug bij de brug over de Lesse de wandeling gezond af te sluiten. Tot ooit nog eens, rots van mij.

Over de Engbloem in het Cruydeboeck van Dodonaeus
De Engbloem is één van de typische planten op mijn kruidige rots. Een plant met een geneeskrachtige reputatie, die al bij de Romeinen maar ook bij Dodonaeus beschreven werd: ' Dit cruyt wordt gheheeten in Griecx ende in Latijn Asclepias/ van sommighen Cission, Hederula, Cissiphyllon ende Hederae folium/ ende nu ter tijt Hirundinaria. In Hoochduytsch Schwalbenwurtz. In Neerduytsch Swaluwortel. Dit cruyt heeft sijnen naem naer den ouden Esculapius die in Griecx Asclepios ghenaempt wordt. Dien den Griecke ende Heydenen toe scrijven/ dat hy die ierste geweest es die de conste der Medecynen ghevonden heeft/ ende daer om oock voor een god van den selven ghehouwen ende gheeert.
Dodonaeus noemt hem dus Zwaluwwortel, een naam die we ook in de hedendaagse Latijnse naam 'hirundinaria' terugvinden.

Het vertrouwen in de geneeskrachtige werking van deze plant was in de Oudheid zo groot dat men hem de naam van de God der geneeskunde Asclepios heeft gegeven. Ook Dodoens schreef hem nog genezende krachten toe: 'Die wortel van dit cruyt in water ghesoden ende ghedroncken verdrijft dat crimpsel ende weedom in den buyck/ ende es seer goet den ghenen die van eenich fennijnich ghedierte oft van eenen verwoeden hont ghebeten sijn/ niet alleen als voor inghenomen/ maer oock van buyten daer op gheleyt. Die bladeren ghestooten sijn seer goet gheleyt op die quade sweeringhen van den borsten ende van die moedere.

De witte engbloem (Vincetoxicum hirundinaria, Vincetoxicum album en Cynanchum vincetoxicum) is dus toch wel een giftige plant, die bij de maagdenpalmfamilie (Apocynaceae) behoort. Omdat de plant braakneigingen opwekt, is hij vroeger ook gebruikt geweest als tegengif; vandaar de geslachtsnaam Vincetoxicum. De witte engbloem komt in heel Europa voor. De plant staat in België op de lijst van beschermde planten.
Hij wordt 30-120 cm hoog en heeft gaafrandige, min of meer lancetvormige bladeren. De bladvoet is hartvormig en de bladsteel 5-10 mm lang. De stengels staan stevig rechtop maar de bloeitoppen buigen naar de grond toe. De witte engbloem, de naam zegt het al, bloeit met kleine, witte bloemen van mei tot augustus. De engbloem groeit vooral op droge, kalkrijke grond tussen het gras aan de rand van struweelbosjes.

Tijmtijden

In deze onzekere Coronatijden zoek ik materiële en psychologische steun bij de vele versterkende, immmuunmodulerende en mogelijk anti-virale planten die mij omringen .... vlier, rode zonnehoed, brunel, maar ook vele ontsmettende planten met mosterdolieglycosiden zoals veldkers, daslook, mierikswortel en rammenas zijn nu nuttig. Zelf heb ik ook veel vertrouwen in de mij dierbare lipbloemigen zoals echte salie, rozemarijn, lavendel en vooral tijm. Spijtig genoeg heb ik niet veel verse tijm meer in de tuin, gelukkig had ik nog wat stevige tijmtinctuur in voorraad, die ik nu volop gebruik, puur 5 druppels in de mond mengen met speeksel en dan pas doorslikken.
Om mijn intuïtief, gevoelsmatig vertrouwen in tijm te ondersteunen ga ik maar weer op zoek naar rationele, wetenschappelijke onderbouwing. Het is niet mijn gewoonte om anderstalige teksten van anderen hier te publiceren. Maar nood breekt wet.

Nowadays natural products such as pure compounds and also plant extract scan provide unlimited opportunities for new antiviral drugs (13). Infectious viral diseases have remained important global issues for animals and humans. According to the dependency of viruses on host cells, only a few effective antiviral drugs are available to treat viral diseases. Nowadays finding new substances with intracellular and also extracellular antiviral activities is a need. These substances must affect viruses without harming the host cells. In ovo injection method was designed because studying the plants in vitro and in vivo is time consuming and expensive.. In this method, the plants were first screened for antiviral activity in ovo and then the best plants were selected for the next step.

The amount of active constituents of the plants depend on the geographical distribution, season of collection, and climatic and ecological condition of the collection site (14). Studies show that many plants that are used in traditional medicine to treat viral diseases contain high levels of compounds such as alkaloids, terpenes, flavonoids, naphthoquinones, coumarins and anthraquinones (15). The mechanism of action of these compounds is killing the virus and/or interfering with viral replication. The most important glycoproteins in NDV (Pseudo-fowl pest or Newcastle disease) are haemaglutinin neuramidase and fusion proteins, which are necessary for attachment and multiplication. Protease inhibition activity is observed in some substances of these plants, thus these compounds can interfere with the cleavage of these glycoproteins and inhibit virus attachment (15).

T. vulgaris (thyme) has essential oils which contain mixtures of different volatile and lipophilic substances, such as sesquiterpenes, monoterpenes, and phenylpropanoids. These substances have been proposed to be part of the preformed defense system of higher plants (13). Reports indicate that these substances can be active against microorganisms such as fungi, yeasts, viruses and bacteria. The present study revealed that extracts of the plants under study could be active against NDV and reduce virus yield. In another study, T. vulgaris was found effective against HSV-1/HSV-2. This plant, with the help of essential oils, interferes with the virus envelope, and also masks viral components which are necessary for attachment, penetration, or entry into host cells (13).

Chemical analyses of A. millefolium show the presence of essential oils, tannins, flavonoids, sesquiterpene lactones, alkamides, inulin and ascorbic acid in the plant. The essential oil of A. millefolium possesses antioxidant and antimicrobial properties. This plant also reduces virus titer in vivo(16). The NDV is an enveloped virus and presumably these plants deactivate this virus by affecting the virus envelop. These plants could be used as additives in bird food to reduce the effectiveness of the virus; however, this should be proved in vitro and in vivo. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4138681/

13. Reichling J, Schnitzler P, Suschke U, Saller R. Essential oils of aromatic plants with antibacterial, antifungal, antiviral, and cytotoxic properties--an overview. Forsch Komplementmed. 2009;16(2):79–90. doi: 10.1159/000207196. [PubMed] [CrossRef] [Google Scholar]
14. Rajbhandari M, Mentel R, Jha PK, Chaudhary RP, Bhattarai S, Gewali MB, et al. Antiviral activity of some plants used in Nepalese traditional medicine. Evid Based Complement Alternat Med. 2009;6(4):517–22. doi: 10.1093/ecam/nem156. [PMC free article] [PubMed] [CrossRef] [Google Scholar]
15. Bakari GG, Max RA, Mdegela RH, Phiri EC, Mtambo MM. Antiviral activity of crude extracts from Commiphora swynnertonii against Newcastle disease virus in ovo. Trop Anim Health Prod. 2012;44(7):1389–93. doi: 10.1007/s11250-012-0076-6. [PubMed] [CrossRef] [Google Scholar]

zaterdag, april 04, 2020

Nu te plukken als voedsel

    berenklauw, daslook en brandnetel





    vrijdag, april 03, 2020

    Coronawandeling langs de Aulne

    koningsvaren worteleilandjes
    Even ontsnapt uit de tuin. In Frankrijk in Coronatijden geldt de 1/1/1 regel. Alleen 1 uur en 1 km van huis wandelen. 

    Ik wandel door het weiland langs de rivier richting Locmaria, dat had ik in al die jaren zelf nog nooit gedaan. Meestal wandel of fiets ik langs het iets verder gelegen fietspad, de oude spoorweg, nu lijkt het wel alsof ik mij wil verstoppen. Terecht misschien. Voor Corona?
    Het coronavirus zit niet in mijn lijf maar wel in mijn hoofd. Gelukkig kan het klateren van het water en de grillige plantengroei het virus uit mijn hoofd spoelen. Planten, ze zijn er, fris en fel meer dan ooit. Daslook voorop. Zijn brede bladeren versieren de rand van de rivier, mooi geurend groen en natuurlijk zijn ze eetbaar en geneeskrachtig. Volgens de Flora Batava zouden....'De bolletjes bezitten een wormdrijvende, bederfwerende en pislozende kracht...en volgens sommigen zouden deze planten kunnen dienen om er mede ratten en mollen te verdrijven. Sinds eeuwen is het Daslook geen onbekende in de geneeskunde. De plant werd aangewend bij darminfectie, als wormmiddel en vooral bij verkalking der bloedvaten.
    In de volksgeneeskunde werd hij als een soort panacee beschouwd, getuige onderstaand oud Engels versje:
    ‘Eat leeks [prei] in Lide [maart] and Ramsons [daslook] in May
    And all the year after the Physicians may play.’
    Hetgeen vrij vertaald wil zeggen:
    ‘Eet prei in maart en daslook in mei; dan heeft men het gehele jaar geen dokter nodig.’

    Aan de rand van de rivier zie ik regelmatig kleine eilandjes, ontstaan door de oude wortels van de koningsvaren, indrukwekkende planten die hier massaal veel voorkomen. Nu zijn de bladeren nog niet zichtbaar maar de wortels zijn wel begroeid met bloeiend speenkruid en zelfs forse planten van de zeer giftige dodemansvinger willen er zich vestigen. Misschien moet ik mij ook op zo'n mini-eilandje in quarantaine terug trekken.
    Voorlopig blijf ik nog even in beweging, steek schichtig het fietspad over en de helling op om via een reeën-pad opnieuw naar mijn eigen nest te vluchten.



    maandag, maart 30, 2020

    Stress vermijden is virusinfectie voorkomen

    Sheldon Cohen was een verkoudheidsexpert. Hij ontdekte onder meer dat levensgeluk, slaap, kinderen en sociale steun beschermen tegen verkoudheid. Cohen onderzocht het effect van stress op kans op besmetting met vijf verkoudheidsvirussen - en eentje daarvan was coronavirus 229E. Da's een ander coronavirus dan het Covid-19-virus.
    De andere virussen waren rhinovirus type-2 [RV type 2], rhinovirus type-9 [RV type 9], rhinovirus type-14 [RV type 14] en het respiratory syncytial virus [RSV].

    Sheldon en zijn medewerkers druppelden de virussen in de neus van in totaal 394 proefpersonen, en keken vervolgens wat er gebeurde. Aan de hand van vragenlijsten hadden ze bepaald hoeveel psychologische stress de proefpersonen op dat moment in hun leven ervoeren, en aan de hand daarvan de Psychological-Stress Index van de proefpersonen bepaald.

    Resultaten
    Hoe hoger de Psychological-Stress Index, hoe groter de kans dat de proefpersonen verkouden werden.
    Voor alle virustypes vergrootte psychologische stress de kans op ziekte.

    Conclusie
    "The consistency of the stress-illness relation among three very different viruses - rhinovirus, coronavirus, and respiratory syncytial virus (as well as among rhinovirus types)- was impressive", schrijven de onderzoekers.

    "This observation suggests that stress is associated with the suppression of a general resistance process in the host, leaving persons susceptible to multiple infectious agents, or that stress is associated with the suppression of many different immune processes, with similar results."

    "The results also suggest that infection and reinfection may be effectively prevented by its daily use throughout the year, with an enormous potential savings to national industry in terms of reduced sick days. This product clearly exhibits excellent antiviral activity and warrants further investigation to determine the nature and method of its viral destruction."

    Da's duidelijk. Als je jezelf wilt beschermen tegen het coronavirus, ga dan stress uit de weg. Voor sommige mensen zal dat in deze angstige dagen makkelijker gezegd zijn dan gedaan.

    Bron: N Engl J Med 1991; 325:606-12.

    woensdag, maart 18, 2020

    Vlier tegen virussen

    Gewoonlijk gebruik ik van vlier niet het blad, wel de bessen en bloesem, toch dringen de nieuwe vlierscheuten zich nu op. Alsof ze zeggen, gebruik mij, jullie hebben ons nodig. Vroeger werden de bladeren ook meer gebruikt, maar omdat ze niet smakelijk en ook braakverwekkend kunnen zijn, zijn we steeds meer bes en bloesem gaan gebruiken. Nu met het Coronavirus word oa door Buhner geadviseerd om het mogelijk sterker anti-viraalwerkende blad als decoct (gekookt) te gebruiken. 

    Hier toch ook wat recenter onderzoek over vlierbessen. Australische moleculaire wetenschappers van de University of Sydney onderzochten vlierbessen en hun werking op influenzavirussen. De onderzoekers experimenteerden met cellen in reageerbuizen, niet met proefdieren of mensen. Ze maakten hun extracten van vlierbessen zelf, op basis van Tasmaanse vlierbessen. Ze brachten verdund vlierbessensap, samen met een influenza-A-virus (H1N1) in contact met laagjes niercellen [MDCK]. Als de virussen de cellen konden besmetten, verkleurden ze wit. Hoe sterker de concentratie vlierbessensap, hoe geringer was het aantal besmette cellen. De bescherming tegen virussen was het werk van polyfenolen in vlierbessensap. Vooral cyanidin-3-glucoside was actief, ontdekten de onderzoekers. Waarschijnlijk blokkeren die polyfenolen de werking van eiwitten waarmee het virus cellen binnendringt en zich reproduceert.

    In een ander experiment brachten de onderzoekers vlierbessenextract in contact met A549-longkankercellen, en bepaalden de aanmaak van ontstekingsfactoren door de cellen. Ze ontdekten dat vlierbessensap de aanmaak van interleukine-6 verhoogde met een factor 207, die van interleukine-8 met een factor 28 en die van TNF-alfa met een factor 60.
    Dat zou wel eens kunnen betekenen dat vlierbessensap niet alleen de kans vermindert dat het influenzavirus cellen binnendringt, maar ook het immuunsysteem activeert om met virussen besmette cellen aan te vallen.

    Dit immunologische effect van vlierbes was niet het werk van polyfenolen als cyanidin-3-glucoside, ontdekten de onderzoekers. Op basis van eerder gepubliceerd onderzoek vermoeden ze dat de afgifte van ontstekingsfactoren vooral wordt veroorzaakt door polysachariden in vlierbes.

    Conclusie
    "Elderberry showed potent antiviral activity [...] against influenza infection", schijven de onderzoekers. "These data support the use of Sambucus nigra berries as nutraceutical ingredients for the management of influenza infection." Bron: Journal of Functional Foods 54 (2019) 353-60.

    Meer over vlier https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/sambucus en https://mens-en-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/87762-vlierbessensiroop-met-wijn.html

    zondag, maart 15, 2020

    In zelf opgelegde quarantaine en even over aardperen

    Nu we ons voor enige tijd afgesloten hebben van de Coronawereld rekenen we voor onze voedselvoorziening, naast de aangekochte groenten en granen, ook wel een beetje op het wild voedsel in de tuin en ook een heel klein beetje op de restjes van onze groentetuin. Op overschotjes waar we niet zo verzot op zijn, zoals aardperen. Zeker je kan er wel wat lekkers mee maken, maar ze staan er toch vooral omwille van hun historische en medicinale waarde en om ze te observeren en er wat over te schrijven. Over aardperen dus om het virus even proberen te vergeten.

    Aardperen zijn naaste familie van de zonnebloemen. De knollen lijken zowel op gemberwortel als op knobbelige nieuwe aardappelen. Onder hun lichtbruine schil, met soms wat gele, rode of paarse tinten, zit romig, wit, krokant en zoet vruchtvlees. De nootachtige smaak heeft wat weg van artisjok, schorseneer en Chinese waterkastanje. Onder de grond vormen zich aan de wortels uitlopers, die aan de top uitgroeien tot een knol. Per plant zijn er wel dertig tot veertig. Ze wortelen soms diep, en dat maakt het moeilijk om ze tijdens het oogsten grondig te verwijderen. Daardoor blijven ze gedurende jaren spontaan in de tuin en kunnen ze flink woekeren.

    Aardperen zijn caloriearm. Per 100 gram (311kJ / 74 kcal) bevatten ze 16 gram koolhydraten, 2,5 gram eiwit, 0,4 gram vet, 10 milligram calcium, 3,7 milligram ijzer en 4 milligram vitamine C. Een van de belangrijke voordelen van aardperen is dat ze geen suiker opslaan. Ze bevatten inuline, een koolhydraat dat wordt omgezet in fructose en dat voor diabetici zonder de tussenkomst van insuline kan worden opgenomen. Inuline wordt zelfs niet verteerd tot zetmeel, maar wordt gefermenteerd in voor de dikke darm nuttige zuren die ook de gezonde bacteriën ( lactobacilli ) in de darmflora gunstig beïnvloeden.

    Een nadeel is dat deze fermentatie tot winderigheid kan leiden bij mensen die gevoelig zijn voor gasproducerend voedsel. Zij mogen aardperen in geen geval rauw eten en moeten ze koken voor ze de aardperen bakken. In het begin van de zeventiende eeuw schreef de Engelse botanicus John Goodyer al dat aardperen ,,walgelijke, stinkende winden veroorzaken die de buik pijnlijk deden opzetten en meer voor varkens dan voor mensen bestemd waren". Aardperen die een maand gekoeld werden bewaard (onder de grond of diepgevroren), veroorzaken echter minder winderigheid dan aardperen in het begin van het seizoen. 
    Ze zijn ons al lang bekend als gezondheidsvoedsel voor diabetici, zijn ook bijzonder geschikt als bulkvoedsel bij vermageringsdiëten en zijn algemeen gezondheidsbevorderend door hun invloed op de darmflora.

    En hier ook wat stevige wetenschappelijke info Helianthus tuberosus / Jerusalem artichoke
    Helianthus tuberosus L. (Jerusalem artichoke) is a perennial herb from Asteraceae family, originating from the United States where it was cultivated by the indigenous inhabitants. It has a 1,5–3 m tall stem, large leaves, fleshy tubers and yellow sunflower-like flowers [11]. The content of compounds contained in Jerusalem artichoke tubers depends strictly on the harvest conditions and topinambur clones. Helianthus tuberosus L. tubers are a rich source of carbohydrates [12]. It is one of the main sources of inulin in higher plants, its content reaches up to 85% of the dry matter of tubers [13]. 
    The content of free sugars such as glucose, fructose and sucrose is much lower and rarely exceeds 6–8% of dry matter. Proteins present in topinambour tubers reaches up to 10% of dry matter. It contains almost all essentials amino acid such as tryptophan and threonine [11, 14] to the high content of inulin in topinambour tubers, it has been used in folk medicine, and found an application in the treatment of many diseases such as diabetes and rheumatism. This polysaccharide also has a diuretic, aperients, cholagogue, spermatogenic, stomachic and tonic effect [15]. 

    Phytochemical studies demonstrated that topinambour is a source of coumarins, polyacetylenic derivatives, unsaturated fatty acids and sesquiterpenes. Aerial biomass of this plant contain cellulose, hemicelluloses, uronic acids, lignins, proteins and lipids [16, 17]. In addition, due to the presence of many biologically active substances, such as phenolic compounds and flavonoids, leaves of Jerusalem artichoke have also found an application in medicinal purposes [18, 19]. They have been used for treatment of skin wounds, bone fractures, swellings and to reduce pain. These applications are closely related to the activity of Helianthus tuberosus L. leaves, which had shown anti-inflammatory, antispasmodic, antimicrobial, antifungal, antipyretic and analgesic effects [19,20,21].

    Referenties
    11.Ma XY, Zhang LH, Shao HB, Xu G, Zhang F, Ni FT, Brestic M. Jerusalem artichoke (Helianthus tuberosus), a medicinal salt-resistant plant has high adaptability and multiple-use values. J Med Plant Res. 2011;5:1272–9.
    Google Scholar
    12.Baldini M, Danusco F, Turi M, Vannozzi GP. Evaluation of new clones of Jerusalem artichoke (Helianthus tuberosus L.) for inulin and sugar yield from stalks and tubers. Ind Crop Prod. 2004;19:25–40. https://doi.org/10.1016/S0926-6690(03)00078-5.
    13.Saengthongpinit W, Sajjaanantakul T. Influence of harvest time and forage temperature on characteristic of inulin from Jerusalem artichoke (Helianthus tuberosus L.) tubers. Postharvest Biol Technol. 2005;37:93–100. https://doi.org/10.1016/j.postharvbio.2005.03.004.
    14.Kays SJ, Nottingham SF. Chemical composition and inulin chemistry. In: Biology and chemistry of Jerusalem artichoke.; CRS press: Boca Raton; 2008. p. 53–96. https://doi.org/10.1201/9781420044966.ch5.
    15.Pan L, Sinden MR, Kennedy AH, Chai H, Watson LE, Graham TL, Kinghorn AD. Bioactive constituents of Helianthus tuberosus (Jerusalem artichoke). Phytochem Lett. 2009;2:15–8 https://doi.org/10.1016/j.phytol.2008.10.003.
    16.Cabello-Hurtado F, Durst F, Jorin-Novo JV, Werck D. Coumarins in Helianthus tuberosus: characterization, induced accumulation and biosynthesis. Phytochemistry. 1998;49:1029–36 https://doi.org/10.1016/S0031-9422(97)01036-4.
    17.Matsuura H, Yoshihara T, Ichihara A. Four new Polyacetylenic glucosides, methyl ,.BETA.-D-GlucopyranosylHelianthenate C-F, from Jerusalem artichoke (Helianthus tuberosus L.). BiosciBiotechnolBiochem. 1993;57:1492–8 https://doi.org/10.1271/bbb.57.1492.
    18.Yuan X, Gao M, Xiao H, Tan C, Du Y. Free radical scavenging activities and bioactive substances of Jerusalem artichoke (Helianthus tuberosus L.) leaves. Food Chem. 2012;133:10–4 https://doi.org/10.1016/j.foodchem.2011.09.071.
    19.Chen F, Long X, Liu Z, Shao H, Liu L. Analysis of phenolic acids of Jerusalem artichoke (Helianthus tuberosus L.) responding to salt-stress by liquid chromatography/tandem mass spectrometry. ScientificWorldJournal. 2014;568043 https://doi.org/10.1155/2014/568043.
    20.Ahmed MS, El-Sakhawy FS, Soliman SN, Abou-Hussein DMR. Phytochemical and biological study of Helianthus tuberosus L. Egypt J Biomed Sci. 2005;18:134–47.
    21.Gengaihi SAE, Enein AMA, Elalla FMA, Baker DHA. Molecular characterization and antimicrobial activities of chicory and Jerusalem artichoke plants. Int J Acad Res. 2009;1:66–71.

    donderdag, maart 12, 2020

    Mijn herboristenkatje en ons anti-reumaveld

    Zonnig ochtendgloren. Coronavirus lijkt ver weg. Langs de rivier op ons anti-reumaveldje oogst ik jong brandnetelblad en losgespoelde wortels en wortelstokken van het groot hoefblad. Voorproever van dienst is ons jong herboristenkatje. Van pyrrolizidines heeft ze blijkbaar nog nooit gehoord, even proeven dan maar. En ja, dat doet ze wel degelijk in de juiste, kleine dosering.

    Over groot hoefblad dan maar. Wat mij het meest opvalt bij het Groot hoefblad zijn de bloemen die vroeg in het voorjaar zomaar bloot uit de grond te voorschijn komen, ver voor het blad zich vertoond. De bloemen lijken wat op een stevige wilde orchidee, tenminste de mannelijke variant. De vrouwelijke bloemen groeien verder door en vormen later hoge melkwitte zaadpluizen. De tegendraadse groei en bloei was de aanleiding tot de middeleeuwse naam Filiae ante Patrem, dochters voor vaders.

    Een van de oudste namen, die in vele variaties vroeger gebruikt werd is Pestblad, naar de gevreesde ziekte die in de tijd van Matthiolus (1563) halve volkeren uit moorden. Ook als pestilentiekruid bekend. Dus zeker niet omdat men er de pest aan had. Mogelijk is die naam ook ontstaan uit een verandering van Petasitus... Pestasitus?



    Dodonaeus in zijn Cruydeboeck van 1554 schreef over Petasites, Pestilentie wortel (Dockebladeren): Pestilentie wortel heeft groote ronde bladeren die ierst den Hoefbladeren ghelijck zijn ende daer naer zoo groot worden dat men met een blat een cleyn ront tafelken bedecken mach/ ende zijn op die een zijde schoon gruen/ en op die andere witachtich van coluere.
    ‘Pestilentie wortel ghedroocht/ ghepoedert en met wijn ghedroncken es een seer costelijcke medecijne teghen die pestilentie ende pestilentiale cortsen/ want zy doet den mensche zweeten/ ende daer duer drijft zy alle fenijn en quaet vier (kwaad vuur, ontsteking) vander herten.

    Zouden we deze Pestilentiewortel kunnen gebruiken tegen de Coronapest van dit moment? Voorlopig zou ik daar zeker niet aan beginnen, ook al omdat de wortel leverbeschadigende pyrrolizidines kan bevatten. Het gehalte aan pyrrolizidine alkaloïden is 5 tot 90 ppm per 100 gram droog gewicht. Het gehalte aan petasine (werkzame stof, sesquiterpeen) in de wortels ligt tussen de 7 en 15 mg per 100 gr droog gewicht. Sesquiterpenen, vooral petasine en iso-petasine hebben een ontkrampende werking op de gladde spieren en vaatwanden en mogelijk ook ontstekingsremmende werking, verhinderen van leukotriënen synthese. Indicatie voor gebruik: migraine en hooikoorts.

    Lees ook op mijn website: https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/petasites-groot-hoefblad
    https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/11410074-an-extract-of-petasites-hybridus-is-effective-in-the-prophylaxis-of-migraine/  The frequency of migraine attacks decreased by a maximum of 60 percent compared to the baseline. This reduction in migraine attacks with Petadolex was significant (p < 0.05) compared to placebo. No adverse events were reported.

    zondag, maart 08, 2020

    Rozemarijn bloeit

    bloeiende rozemarijntoppen in maart
    Ja, het verwondert me altijd weer om deze Zuiderse rozemarijn zomaar begin Maart in het grijze Bretagne te zien bloeien. Voor mij de gelegenheid, ondanks het gebrek aan zon, om van de bloeitoppen een soort tinctuur te maken. Verse toppen laten trekken in 2/3 ethanol van 40% en 1/3 vloeibare honing. Ik weet het, dit is voor sommige deskundigen niet de geijkte manier om een tinctuur te maken maar de bereiding geeft wel een zeer aromatisch preparaat die niet alleen geneeskrachtig maar ook smakelijk is. Enigszins verdund kan het drankje als likeur aangeprezen en genuttigd worden.


    Geneeskrachtige werking van Rosmarinus vlgs ESCOP
    De Europese monografie over Rosmarinus van de ESCOP meldt dat bij het uitvoeren van verschillende dierstudies een anti-hepatotoxische (leverbeschermende) werking is aangetoond, evenals een cholagogische en choleretische activiteit. Toepassing van hydrofiele rozemarijn extracten gaf een significante en snelle toename van de galproductie met een maximum na 30 minuten. In hetzelfde onderzoek bekeken deskundigen ook de verschillen tussen hydrofiele extracten bereid uit de hele plant en alcohol extracten bereid uit uitlopers. Extracten van jonge uitlopers lieten een toename in de gal productie zien van 114%, tegenover een toename van 47% met extracten van de hele plant! Vervolgonderzoek naar de cholagogische en choleretische eigenschappen met hydrofiele alcohol extracten bij dieren toonde een toename van de galproductie tot 138% binnen 40 minuten, gevolgd door een periode van iets tragere afgifte doch uiteindelijk leidend tot een toename van 218% in de galproductie binnen zowat 100 minuten.

    Zeer veel verschillende rozemarijn extracten (zowel hydrofiel als lipofiel) zijn onderwerp geweest van even zoveel verschillende testen. Alle onderzoeken lieten zien dat extracten van rozemarijn krachtig antioxidatief werken, vooral toe te schrijven aan de diterpenen, zoals carnosol, rosmanol, carnosolzuur en rozemarijnzuur. Het rozemarijnzuur is van grote waarde bij de behandeling van ARDS (Adult Respiratory Distress Syndrome) of te wel een shocklong. Symptomen van een shocklong zijn dyspnoe, cyanose, longoedeem door verhoogde doorlaatbaarheid van de longcapillairen. Een gedeeltelijke verklaring voor het positieve effect van rozemarijnzuur schrijven wetenschappers toe aan de antioxidant werking. Onderzoek wees uit dat een afname van de capillaire doorlaatbaarheid zowel door diosmine als rutine teweeg wordt gebracht.

    De vluchtige oliën werken antibacterieel, antiviraal en fungicide tegen een zeer grote groep bacteriën, virussen en schimmels, waaronder Salmonella typhi, Candida albicans, Herpes simplex virus type 2 (afhankelijk van de gebruikte dosering remming van 2-100%), HIV-1 protease, Stafylokokkus aureus en -albus, Vibrio cholerae en Escherichia coli. De werkzame bestanddelen carnosol en urosolzuur zijn voor deze eigenschappen verantwoordelijk. Ook ontstekingsremmende (huidontstekingen!) en cytotoxische werkingen zijn aangetoond.

    Rozemarijnolie bij dieren toegepast verviervoudigt binnen 30 minuten de motorische activiteit. Deze stimulerende werking is afhankelijk van de concentratie en hoeveelheid van 1.8 cineol. Zowel 1.8 cineool, bornylacetaat als alpha- en beta-pinenen hebben een spasmolytisch effect op de gladde spieren (in het bijzonder borneol); 1.8 cineool en bornylacetaat werken tevens spasmolytisch op de hartspier.

    zaterdag, maart 07, 2020

    Corona-voorjaar

    Voorjaar in zicht. Vrolijke vooruitzichten maar ondertussen verovert een klein, bijna onzichtbaar virusje de wereld. Het Coronavirus zet de hele wereld op zijn kop. En zou ik durven zeggen dat tegen dat onooglijk beestje ook onooglijke plantjes gebruikt kunnen worden. Natuur met natuur bestrijden? Vele planten kunnen ons eigen immuunsysteem versterken en dat is toch dé manier om virussen aan te pakken. De planten waar ik dan aan denk zijn in de eerste plaats onze sympathieke vlierplant en de kleurrijke zonnehoed.

    Vlier / Sambucus nigra
    Van de vlier zijn vooral de bloesems (thee) en de bessen (sap,siroop) te gebruiken. Buhner raad nu zelfs het vlierblad aan, liefst dan wel gekookt blad gebruiken omdat het bij sommige mensen braakverwekkend kan zijn. To make a decocted elder leaf tincture: Boil four ounces of dried elder leaf (two ounces if fresh) in two quarts water until it is reduced by half. Cool, strain, then measure the amount of liquid left. To this add 25% pure grain alcohol. If your state will not allow you to buy pure grain alcohol (which is 95% alcohol) then after you cool and strain the liquid, put it in the pot again and reduce it once more by half. Let it cool again and then measure and add to it the same amount of 40% to 50% vodka, 50% is preferable.

    Op dit moment gemakkelijker en wat veiliger is vliersiroop te gebruiken. Een recept: vliersiroop verdund met water verwarmen, wat kaneel en kruidnagel toevoegen, 10 minuten laten trekken. Om het uur enkele slokken warm drinken, ongeveer een halve liter per dag.  De Franse herbaliste Christophe Bernard schrijft 'la baie de sureau a une action immunostimulante, donc elle remonte des défenses immunitaires trop basses, et elle a aussi une action antivirale directe. Elle inhibe l’action d’une enzyme qui s’appelle la neuraminidase, et qui est une enzyme qui est utilisée par le virus pour se répliquer à notre insu dans nos propres cellules'. 

    Echinacea purpurea / Rode zonnehoed of andere species


    Van de rode zonnehoed zijn er genoeg kant en klaar preparaten in de handel, maar je zou nu ook van de wortel nog een tinctuur kunnen maken. Of 3 maal daags 5 minuten op de verse of gedroogde wortel kauwen.  Currently, no specific prophylaxis or treatment is available for CoV infections and therefore we investigated the antiviral potential of Echinacea purpurea (Echinaforce®) against human coronavirus (HCoV) 229E and the highly pathogenic MERS- and SARS-CoVs in vitro. We found that HCoV-229E was irreversibly inactivated when exposed to Echinaforce at 3.2µg/ml IC50. Pre-treatment of cell lines, however, did not inhibit infection with HCoV-229E and post-infection treatment had only a marginal effect on virus propagation at 50 µg/ml. However, we did observe a protective effect in an organotypic respiratory cell culture system by exposing pre-treated respiratory epithelium to droplets of HCoV-229E, imitating a natural infection. Finally, antiviral activity was not restricted to common cold coronaviruses, as the highly pathogenic SARS- and MERS-CoVs were inactivated at comparable concentrations. These results suggest that Echinacea purpurea preparations, such as Echinaforce, could be effective as prophylactic treatment for all CoVs, including newly occurring strains, such as SARS-CoV-2. (In vitro antiviral activity of Echinaforce®, an Echinacea purpurea preparation, against common cold coronavirus 229E and highly pathogenic MERS-CoV and SARS-CoV)

    Zie ook https://mens-en-gezondheid.infonu.nl/natuurgeneeswijze/114051-echinacea-bij-verkoudheid-en-griep.html


    dinsdag, maart 03, 2020

    Natuurtuin met een verhaal: een bloemenweide


    Een natuurrijke tuin is een klein natuurgebiedje aan huis, waar wilde planten, vogels, beestjes en natuurmensen zich op hun best voelen. In zo een tuin kun je van de natuur afgekeken kleine biotoopjes creëren. Zeg maar, kleinschalige halfnatuurlijke landschappen. Een van die mogelijke biotoopjes is een bloemrijk grasland.
    Je gazon laten verwilderen, is één manier om zo’n grasland te creëren. Een fleurigere manier is een geploegd of gespit stukje grond in te zaaien met wilde planten, die van nature in een hooiland voorkomen. Kijk maar naar de kalkgraslanden in Wallonië, bijvoorbeeld bij Han sur Lesse of in de vallei van de Molignée.
    Mooie planten voor zo’n grasland zijn beemdkroon, blauwe knoop, gras- en andere klokjes, rode klaver, echt walstro, wilde margriet en beemdooievaarsbek. Natuurlijk zijn er veel meer planten te gebruiken, maar deze zijn gemakkelijke, stevige en mooi bloeiende soorten, die om te beginnen goede resultaten geven. En waar ook mooie verhalen aan verbonden zijn.
    Andere interessante, mooie maar wat moeilijker te kweken planten zijn duizendguldenkruid, kievitsbloem (vochtiger) en ratelaar.

    Beheer
    kruisbladwalstro
    Het beheer van een bloemrijk grasland is eenvoudig. Maai 1 tot 2 keer per jaar, afhankelijk van de vruchtbaarheid van de grond. Haal het maaisel weg, om de grond te verarmen en om de planten niet te verstikken. Bij vruchtbare of zware grond de eerste keer maaien eind juni, eventueel net voor je op vakantie gaat, bij het terugkomen staan de bladrosetten er dan weer fris bij en heb je ook nog een goeie kans op een tweede bloei. De tweede keer maai je dan eind september of nog iets later. Je wilt mogelijk zaad oogsten en dan moeten de zaden natuurlijk rijp kunnen worden. Of je wilt sommige stengels en zaaddozen gewoon mooi laten zijn op het land. Het is maar wat je mooi of slordig vind!    

    Enkele planten voor een bloemenweide.

    Beemdkroon - Knautia arvensis
     is een vaste plant van 60 cm hoog met grijsgroene bladeren. Typisch is wel dat de onderste bladeren anders van vorm zijn dan de bovenste. Beemdkroon heeft een vertakte wortelstok (rhizoom). De plant bloeit in juni met lilablauwe bloemen, al zijn er ook varieteiten met witte of gele bloemen.
    De oude namen Scabiosa en Schurftkruid verwijzen naar zijn vroeger gebruik bij huidkwalen en meer bepaald tegen schurft.
    Biotoop: wat vochtige, kalkrijke weilanden en dijken.

    Blauwe knoop – Succisa pratensis
    De plant kan tot 1m hoog worden, is wat forser dan de beemdkroon en vormt een bladroset.
    Hij bloeit vooral juli met grote blauwe tot paarse bloemen. Er komen echter ook gele soorten voor. De bloemhoofdjes zijn bij het begin van de bloei half bolvormig en worden later bolvormig.
    De wortel ziet er afgebeten uit, vandaar het verhaal dat de duivel deze plant wou vernietigen omdat hij te waardevol was voor de mensen. Duitse en Engelse benamingen verwijzen nog naar dit verhaal. Duits: Gewöhnlicher Teufelsabbiss, Engels: Devilsbit Scabious
    Biotoop: schrale wat zure graslanden.

    Geel Walstro – Galium verum
    Het is een vaste, geel bloeiende plant die tot 80 cm hoog kan worden. De slappe stengels waaien makkelijk, in ons bloemrijkweiland tussen wat stevige grassen en andere planten blijft hij beter rechtop staan.
    Typisch is de sterke, zoete geur van cumarine. De hele bloeiende plant werd vroeger omwille van zijn melkstremmende kwaliteiten gebruikt om kaas te maken. Op het menselijk bloed heeft hij juist een verdunnende werking. De gele kleurstof in het bovengronds gedeelte van walstro werd gebruikt om chesterkaas te kleuren, het ondergronds gedeelte, dus de wortels, bevatten een rode kleurstof. Deze plant is niet voor niks familie van de beroemde kleurstofplant Meekrap.
    Biotoop: weilanden, heggen, duinen, aan wegkanten, op droge zandgronden.

    Margriet
    Een sterke vaste plant. De gele, door grote witte straalbloemen omgeven bloemhoofdjes van de wilde margriet, zijn onmisbaar in ons grasland.  
    Biotoop: graslanden, grazige bermen, dijken en langs wegkanten.

    Beemdooievaarsbek – Geranium pratense
    Een bossige vaste plant 1 meter hoog met blauwe bloemen. Er zijn veel uitheemse soorten en cultivars, zoals Geranium endressii en  G. maculatum, die eventueel ook te gebruiken zijn in een bloemrijk grasland.
    Biotoop: Zonnige, soms licht beschaduwde plaatsen op voedselrijkere, kalkhoudende, grazige grond. Ruige bermen, grasland, heggen, oude spoorwegen, dijken, ruigten.

    zondag, februari 23, 2020

    Wandelen bij Huelgoat

    Zondagse sufheid even doorbreken met een chaoswandeling. Le fôret de Huelgoat bewandel ik wel elke week heel even, meestal langs de mooie maar klassieke toeristische route. Vandaag had ik het vreemde idee om eens langs de andere kant van de riviere d'Argent te kijken. Geen officieel pad daar maar voorbij het openluchttheater, *theatre de verdure, vind ik toch een spoor tussen de rotsen, een spoor dat dreigt dood te lopen maar me toch steeds verder lokt, verder en verder hoog boven de verborgen rivier onder mij. Tussen granieten rotsen begroeit met mos en *navelkruid, onder en tussen kronkelige takken van vreemde struiken. Liaanachtige sierstruiken ontsnapt uit de verwilderde tuin van het hoger gelegen Ecole des filles. Nu geen meisjesschool meer maar het kunstzinnig centrum van Huelgoat. Natuur en cultuur hier letterlijk innig vergroeid. Het pad is ondertussen ook helemaal verdwenen, afdalen naar de onderaardse rivier lijkt mij op dit moment met mijn zondagse kleren aan, geen optie en dus ontsnap ik naar boven langs l'ecole des filles en door een privétuin om zo terug bij de mij vertrouwde tiercé-café La Grotte uit te komen.



    *Un théâtre de verdure est un cadre de végétation artistiquement aménagé permettant d'assister en plein air1 à des spectacles vivants ou à des séances de cinéma. Souvent inspiré des amphithéâtres antiques dans la disposition semi-circulaire de gradins ou de chaises orientés vers un espace scénique, il peut être placé dans un jardin public entouré de hautes haies ou s'insérer plus harmonieusement dans l'environnement naturel.

    *Over het rotsnavelkruid. Dodonaeus schrijft: Het is de Umbilicus Veneris van de Romeinen. Het zou de liefde bevorderen: "Huius foliorumque succes cum vino circumlitus aut collatus in pudendis constrictionum laxat". Clusius voegde de namen tezamen en zo werd het Cotyledon Umbilicus-Veneris. Venusnavel en een eerdere Griekse naam en minder beleefd, suggereerde de haarloze gladde afbeelding van Aphrodite' s privé-delen: "Cepos Aphrodites", letterlijk Aphrodite’ s tuin.
    In het Engels Venus navelwort of lady’s navel. Ook pennywort naar de bladeren die er uitzien als een penny, een naam al in 1440 vermeld. Verder penny-pies, corn leaves, hip wort, kidney wort, wall penny grass of penny leaf. De dikke ronde bladeren zijn licht zilverachtig glimmend. Seed leaf omdat het embryo al in het zaad zit.

    zaterdag, februari 22, 2020

    Osmunda regalis langs onze rivier

    Op zaterdagavond wat rondsnuffelen langs onze rivier, op zoek naar eetbaar, oneetbaar en giftig groen. De kleine eilandjes in het water bestaan hoofdzakelijk uit de jarenoude, bonkige wortels van de koningsvaren, binnenkort komen uit deze dode massa  de springlevende bladkrullen opnieuw te voorschijn. De grote rechtopstaande bladeren ontspruiten aan een stevige, bijna houtige rechtopstaande wortelstok (rhizoom), dat als een stam enigszins boven de grond uitsteekt. Daarmee lijkt Koningsvaren op een aantal van zijn verwanten, die werkelijk een kleine stam vormen. Voorouders, die verwantschap vertonen met echte boomvarens, komen voor sinds het Perm, meer dan 250 miljoen jaar geleden. Nog meer dan bij andere varens vallen de jonge bladeren op die nog lang, in de vorm van een vioolkrul, uitrollen. Koningsvaren staat in Nederland op de lijst van beschermde planten, niet alleen omdat deze steeds zeldzamer voorkomt. De plant kreeg de beschermde status, omdat hij in zijn voortbestaan werd bedreigd door het verzamelen van wortelstokmateriaal als substraat voor orchideeën opkweek. Ook waren de sporenpluimen gezochte objecten voor bloembinders.

    Gerard, de Britse kruidkundige. die de stengel van de plant beschrijft die doorgesneden een wit centrum laat zien, noemt dat gedeelte het ‘heart of Osmund the Waterman’. Een waterman van deze naam heeft, volgens de traditie, geleefd bij Loch Tyne. Toen deze brave man eens zijn familie verdedigde tegen de brute Denen schuilde hij onder de grote takken van deze geweldige plant.

    Osmunda
    De officiële Latijnse naam Osmunda zou zo genoemd zijn naar een Keltische/Saksische god, Osmunder, de bijnaam van Thor. Osmunda is bekend uit de middeleeuwse Engelse bronnen, het woord kan verbonden worden met de naam Osmund. Sommige geloven dat het woord een vredelievende betekenis heeft, van os: huis, en mund: vrede, hoewel het woord mund ook gebruikt werd om aan een naam iets toe te voegen en dan betekende het kracht en sterkte, vergelijk Sigismund en Edmund. De naam Osemende komt voor in Gotisch Arzneibuch. Osmunda komt voor in een 13de eeuwse Engelse woordenlijst en wordt weergegeven met bonwurt: een beenkruid. Het Latijnse os: betekent dan been of mond, het zou dan of been- of mondzuiverend zijn.

    Dodonaeus over de koningsvaren
    Onze 16de eeuwse Dodonaeus schrijft 'Men houdt deze wortel van groot varen voor zeer nuttig (en vooral het middelste er van wat voor het beste en allerkrachtigste van die gehouden wordt) en niet alleen om alle wonden, kwade zeren en kwetsingen te genezen, maar ook om te helpen al diegene die gescheurd zijn, enig lid geslagen, geblutst, gekrakt, verstuikt of door een hoge val ontsteld hebben, te weten als men die gekookt of ook gestoten met enig nat ingeeft en daarom wordt ze van de gewone meesters en veldscheerders bij de wonddranken gedaan en veel gebruikt´.
    ´Zelfs er zijn sommige die verzekeren willen dat deze wortel zo krachtig is dat ze het bloed dat ergens in het lichaam geklonterd en gestold is en vast blijft steken ontdoen kan en van buiten door de wond drijven en voort laat komen´.

    Osmunda of watervaren is goed en geschikt om te gebruiken want het is niet onlieflijk van reuk en wat warm van aard en heet van smaak. Het binnenste van de wortel (kern genoemd) geneest de miltzuchtige en diegene die met pijn van de buik of darmen gekweld zijn, gedronken en gestoofd. Sommige zeggen dat dit watervaren machtig is om te doen al hetgeen dat men het boomvaren toeschrijft, maar voor alles dat de bladeren er van met varkensvet gestoten en op een doek gestreken en op de breuken gelegd die in vijf dagen genezen.

    Botbreuken genezend of kankerremmend?
    Op zoek naar wetenschappelijke bevestiging voor zijn gebruik bij botbreuken, kom ik op een mogelijke kankerremmende wetking uit. O. regalis extract triggered apoptosis in HNSCC cell lines and inhibited tube formation of endothelial cells. Preliminary phytochemical analysis proved the presence of tannins, glycosides, steroids and saponins. Liquid chromatography/mass spectroscopy (LC-MS) revealed a major peak of an unknown substance with a molecular mass of 864.15 Da, comprising about 50% of the total extract. Thin layer chromatography identified ferulic acid to be present in the extract. Conclusion The presented results justify the use of royal fern extracts as an anti-cancer remedy in history and imply a further analysis of ingredients 

    The influence of Osmunda regalis root extract on head and neck cancer cell proliferation, invasion and gene expression in BMC Complementary and Alternative Medicine 17(1) · December 2017