Achter een arduinen balustrade met daarop prachtige gietijzeren straatlantaarns uit de 19de eeuw ligt aan de Leopoldstraat in Antwerpen een kruidtuin. Op nauwelijks enkele tientallen meters van de Meir en vlak bij de Bourlaschouwburg is 'Den Botanieken Hof' voor de buurtbewoners en voor veel mensen die in deze omgeving komen winkelen een zeldzame groene oase. Ik kwam vroeger regelmatig rondslenteren in dit kruidpark, vandaag mag ik hier een kruidige wandeling geven in het kader van de happening 'Alle dagen honger'. Zowat 40 mensen, veel volk dus voor een stadse tuinwandeling, veel volk mag wel eens wat mij betreft.
Veel planten ook, natuurlijk niet zo veel bloei meer, maar dat hoeft ook niet voor een kruidenwandeling, de schoonheid en kracht van kruiden zit toch van binnen, verstopt als het ware en de herborist, ik dus, moet dat voor de mensen zichtbaar maken.
De eerste planten die we zien, maken dat gemakkelijk. Oost Indische kers, sierplantje waarvan ook in alle delen eetbaar is, mosterdolieglycosiden geven het blad, bloem en onrijp zaad de smaak van radijsjes en nog een geneeskrachtige, antibiotische werking op de koop toe. In de volgende vakken vinden we verschillende ruwbladigen, de planten zijn hier namelijk per familie gerangschikt, vooral de stevige smeerwortel verdringt hier zijn familieleden. Deze ruige plant noemt niet voor niks smeerwortel, een wortel die veel smeer (slijm) bevat en als smeerseltje (zalf) gebruikt kan worden tegen een ruwe huid, ruige wonden en botbreuken. Gewoon wat geplette wortels of groen papje van het blad opleggen. Succes verzekerd.
Over hallucinogenen, mirte en melde
We kunnen nog uren bezig blijven en dat doen we dan ook. Giftige of moet ik zeggen hallucinogene planten uit de familie van de Nachtschadigen, doornappel bijvoorbeeld, de zwarte zaden uit één stekelige zaaddoos zijn waarschijnlijk genoeg om de hele groep helse of hemelse visioenen te bezorgen. Maar...we willen toch nog wat verder wandelen, we vinden nog de rode zonnehoed en het moederkruid, enkele oranerieplanten in grote potten zoals de geurige mirte en de johannesbroodboom. Ook bij de goed eetbare meldesoorten blijven we stilstaan, het jonge blad werd en word als spinazie klaar gemaakt en de knobbelige zaden kunnen rijst of tarwe vervangen. Bekende schermbloemigen zoals venkel, engelwortel en akkerscherm staan wat verder in hun vak te paraderen. Het houd niet op, een botanische tuin is nu eenmaal een winkel vol planten. Stilaan geraken de toehoorders verzadigd, al moet ik zeggen dat velen het moedig en vol belangstelling volhouden. En dat doet ook mij natuurlijk goed. Gezond zijn door gewoon over planten te praten of hopelijk ook door te luisteren naar planten, als is het dan via de spreekbuis herborist.
Over de geschiedenis van de tuin
De oorsprong van de Antwerpse Plantentuin gaat terug op het Franse Bewind aan het einde van de 18de eeuw toen de Fransen beslisten om in elke departementshoofdplaats een 'Ecole Centrale' op te richten. Daarbij hoorde ook een plantentuin. In de eerste jaren van zijn bestaan werd hij vooral bevoorraad vanuit de tuinen van rijke families en kloosters die gevlucht waren voor de Franse Revolutie. In 1802 werd de Ecole Centrale opgedoekt, maar de tuin bleef bestaan als plantentuin ten behoeve van de apotheek van het St Elizabeth gasthuis dat er vlak naast ligt.
De beheerders van het ziekenhuis waren niet echt begaan met hun kruidtuin die dan ook in verval raakte. Maar gelukkig stonden er geregeld medewerkers van het ziekenhuis op die zich het lot van de tuin aantrokken en hem zo goed en zo kwaad als het ging in stand hielden en zelfs uitbreidden.
De huidige tuin werd in januari 1950 als landschap geklasseerd. Alhoewel de tuin relatief klein is - minder dan 1 hectare - werd er toch een interessante verzameling van meer dan 2.000 verschillende planten samengebracht, waaronder een aantal zeldzame bomen. Een grote Poncirus trifoliata vinden we hier. Deze Poncirus is de enige vertegenwoordiger van de citrusfamilie die in ons klimaat winterhard is. Er staat ook een mooie Ginkgo biloba. maar de nadruk ligt toch op de vaste planten - waarvan vele door de argeloze bezoeker misschien als onkruiden zullen worden beschouwd.
http://eten-en-drinken.infonu.nl/bereiding/30551-bloemen-in-mijn-bord-oost-indische-kers.html