Posts tonen met het label onkruid. Alle posts tonen
Posts tonen met het label onkruid. Alle posts tonen

vrijdag, oktober 17, 2014

Eetbaar onkruid

Bij Villanella, jeugd van 11 tot 18 jaar laten proeven van eetbaar onkruid. Een beetje avontuur blijft het wel om wilde rucola, weegbree en paardenbloem als eetbaar te propageren. Vruchten van vlier, duindoorn en braam zijn dan wat makkelijker aan de man en vrouw te brengen. Braam-vlier confituur durven de meesten wel proeven, het is smakelijk genoeg om ook jonge mensen te overtuigen. Stadsonkruid dat groeit tussen straatstenen, in plantsoenen en in de kieren van oude gebouwen is moeilijker om als eetbaar voor te stellen.

Mijn begrip voor het gebrek aan kennis van vele jonge mensen is groot. Mijn belangstelling voor natuur en voeding was op die leeftijd ook minimaal en dat is uiteindelijk toch nog goed gekomen. Dat de meesten zelfs geen paardenbloem kennen is misschien spijtig maar zeker niet shockerend, eerder grappig.
Ik probeer onnozel weg aan de kinderen nog uitleggen, dat de paardenbloem ook pisbloem genoemd wordt, gele bloemen heeft en dat weilanden en wegkanten in het voorjaar er vol mee staan. Is dat zonnebloem? is dan de gedurfde vraag van een mooie jongen. Mijn eigen verbeeldingskracht moet wel groot zijn, om me in te leven in het gebrek aan elementaire kennis van deze zestienjarigen. Maar denk ik, so what? moet het? komt het?

Uit mijn grote plastic zak vis ik ook wat zaadbollen van de grote klis op. De kleverige zaden, voorlopers van de klittenband, kunnen wel enig animo veroorzaken, ook geur van venkelzaad kan hun verbeelding een beetje prikkelen. Misschien dat, over 10 jaar zal blijken dat klis en venkelzaad zich toch in hun hersenen genesteld heeft.

http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/taal/29926-in-de-naam-van-paardebloem.html


zaterdag, april 19, 2014

Fluitenkruid zaaien

Er liggen hier nog heel wat zakjes met zaad van hele, gewone wilde planten klaar om gezaaid te worden. Fluitenkruid, wilde pastinaak, maarts viooltje, ijzerhard, rode klaver en zelfs boerenwormkruid. 
Het geeft me een vreemd gevoel dat ik dit soort algemene, soms zelfs woekerende onkruiden, die ik al zoveel jaren ken, nog als kostbare kleinoden wil zaaien. Net alsof mijn leven opnieuw begint. En ja, als je regelmatig verhuist, is het ook altijd weer een beetje opnieuw beginnen.
Ook de natuur is hier in Bretagne anders. Sommige Belgische onkruiden zoals bijvoet, boerenwormkruid en fluitenkruid vinden we hier nauwelijks en dus zaaien we deze planten zelf maar uit of slepen ze helemaal vanuit Vlaanderen hier naar toe. Zouden de Bretoenen dat wel waarderen? Misschien veroorzaken we hier wel een onkruidepidemie.

Fluitenkruid met zijn vrolijk wiegende witte bloemwolken langs de wegkanten mis ik hier wel. Hollands kant werd het vroeger wel genoemd. De naam fluitenkruid verwijst naar de holle stengels waar we als kind fluitjes van maakten. Geneeskrachtig is er weinig over bekend, de zaden zouden volgens Kleyn vroeger bij chronisch eczeem en klierziekten gebruikt geweest zijn. En ons aller Dodonaeus schrijft 'Dese wilde Eppe ende sonderlinghe die wortelen daer af/ sijn werm ende drooge tot in den derden graedt. Die wortelen van dese Wilde eppe in den mont ghehouwen ende geknout versueten die pijne ende weedom van den tanden/ ende trecken veel vochticheden uut den hoofde'. Ondertussen is wel bekend dat in de wortel de kankerremmende stof podofyllotoxine zit, wat een veelbelovend middel tegen kanker blijkt te zijn. Je zou dan wel kilo's van de plant moeten eten en dat zou dan weer niet gezond zijn. Voor mij zit de echte geneeskracht van het fluitenkruid dan ook in zijn dartele, vrolijk makende aanwezigheid in de natuur.

http://dier-en-natuur.infonu.nl/natuur/71920-geneeskracht-uit-hagen-en-heggen-kleefkruid-en-fluitenkruid.html

dinsdag, november 19, 2013

Bingelkruid

In dit seizoen zijn het vooral eenjarige superonkruiden, die nog groeiend en bloeiend in de natuur aanwezig zijn. Over vogelmuur hebben we het al eerder gehad. Ook het eenjarig bingelkruid trekt zich van nattigheid en koude weinig aan. Waar mens of dier, bulldozer of poot de grond heeft omgewoeld, vestigt het plantje zich met veel plezier. Vreemd is wel dat het als warmte- en zonminnend wordt omschreven in de literatuur. Je vindt het vooral op omgewerkte grond, akkers, moestuinen, wijngaarden, bermen, braakliggende grond, spoorbermen, tussen bestrating, plantsoenen en in ruigten aan de voet van muren. En ja, dit soort biotopen vind je natuurlijk veel in de buurt van het overijverige mensenvolkje. De bloemen van het bingelkruid zijn meestal tweehuizig. De vrouwelijke bloemen komen alleen of soms met 2 of 3 bij elkaar voor in de bladoksels, 3 tot 4 mm en de mannelijke bloemen vormen veelbloemige aarachtige kluwens.

De naam bingelkruid.
Vreemde naam heeft deze plant ook wel. In België is “bingelen” een modern woord dat slaat op “huiswerk maken door studenten via het internet”. Het werd zelfs genomineerd voor het jongerenwoord 2011, maar ik neem aan dat dit niet de betekenis is van bingelen in bingelkruid. Bingelkruid hoort tot de wolfsmelkachtigen en het sap is giftig voor schapen en koeien. Ga je bingelen (risico's nemen) als je bingelkruid eet? In het etymologisch woordenboek vind je 'bengelkruid o., + Hgd. bingelkraut saamgest. met *bengel, waarin e = i vóór n, en i zelf = u, Mhd. bungel, afgel. van Ohd. bungo (Mhd. en Nhd. bunge) = knol, On. bingr = bolster (Zw. & De. bunke), verwant met bonk'. Zou het dan een bengel van een kruid zijn, een wildebras, een zwerver. Dat zie ik wel zitten. Het bingelkruid begint dat zelfs wat op mij te lijken of ik op het kruid, zeg maar een oude zwerver die met zijn motorhome rond dwaalt en zich overal vestigt.

Blijkbaar waren de bingelkruiden al bij Hippocrates, in de vijfde en vierde eeuw voor Christus, in gebruik. De plant werd vooral gebruikt voor de behandeling van menstruatieklachten en andere vrouwenkwalen. De schrijvers van kruidenboeken in de middeleeuwen adviseerde het gebruik van de thee bij oedeem, verstopping, slijmvorming in de bronchiën, gebrek aan eetlust en reuma en jicht.  In de volksgeneeskunde was thee van het verse kruid geliefd als laxerend en vochtafdrijvend middel. Ik zou het verse kruid nu zeker niet meer gebruiken, is irriterend mogelijk door de saponinen en peperachtige stoffen die in de plant aanwezig zijn.
Meer onderzoek naar de geneeskrachtige werking lijkt me wel nuttig. Ook de Latijnse naam Mercurialis verwijzend naar Mercurius, de god van de genezing, is veelbetekenend. Ook de Germanen hadden veel waardering voor het bingelkruid en wijdden het aan de god Wodan/Odin.

In de middeleeuwen was het bingelkruid zelfs bestanddeel van de heksenzalf, die volgens een oud recept de volgende negen kruiden moest bevatten: slaapbol, ijzerhard, godskruid (Mercurialis), huislook, lievevrouwenhaar (muurvaren), heliotroop (Heliotropium), bilzekruid, wolfskers en Aconitum (Monnikskap). Wel degelijk een giftig mengsel, alleen geschikt voor goddelijke of duivelse wezens.

Zie ook https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/mercurialis-sp-bingelkruid