Een Bretoense regendag vandaag. De katten zijn er niet dol op, maar voor de net ontkiemde spinazie, de peultjes en andere zaailingen komt de regen goed uit.
De bloeiende zwartmoeskervel blinkt nog meer dan gewoonlijk, de plant werd vroeger wilde selder genoemd. Ruikt en smaakt zeer aromatisch, maar aan de smaak moet ik toch wel wennen, Een beetje blad in de soep kan wel. De jonge vruchten en de bloemknoppen werden op azijn gezet om gebruikt te worden in salades, net als kappertjes. De droge zaden worden als peperig kruid gebruikt. Ze zijn ietwat bitter. De stengels worden geblancheerd zoals bleekselderij gegeten. De jonge wortel is, vooral gekookt, goed te eten. Ook de jonge scheuten zijn als bijzondere groente te proberen. Interessant is ook dat de grote, glimmende bladeren de hele winter, zeker in Bretagne, te oogsten zijn.
Bij Dodonaeus vinden we dat 'Het zaad van deze grote eppe alleen of met honigwater ingenomen verwekt de maandstonden van de vrouwen en jaagt de nageboorte en dode vruchten af, scheidt alle winden, verdrijft en verzoet de pijn en krampen van de buik, laat de plas rijzen en is zeer goed tegen de druppelplas'.
Wetenschappelijk zijn er wel wat onderzoeken gedaan. The oil and the main constituents were assayed for cytotoxic activity on the human colon cancer cell line (HCT116) by MTT assay. Flower oil and isofuranodiene showed noteworthy activity on tumor cells with IC50 of 10.71 and 15.06 μg/ml, respectively. Analysis of the cytotoxic activity showed that wild celery oil and isofuranodiene are able to induce apoptosis in colon cancer cells in a time and concentration-dependent manner suggesting a potential role as models for the development of chemopreventive agents.
Posts tonen met het label Zwartmoeskervel. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Zwartmoeskervel. Alle posts tonen
maandag, april 20, 2020
zaterdag, oktober 05, 2013
Barnenez, de baai en zwartmoeskervel
Als toerist nog eens het stadje Morlaix bezocht en in de namiddag naar de neolithische site Cairn de Barnenez. Ik was er al eens eerder geweest en wou nu vooral de baai en zijn plantengroei eens verkennen. Er groeit hier een mengeling van gewone planten zoals meidoorn en sleedoorn samen met typische strandplanten zoals strandmelde, zeevenkel en zwartmoeskervel.
Zwartmoeskervel
De zwarte dikke zaden had ik al eerder geoogst en gezaaid, ontkiemen deden ze niet goed in mijn potgrondpotjes. Ik ben dan ook blij hier massaal pas ontkiemde plantjes te vinden en heb er natuurlijk wat van meegenomen. De plant heeft niet alleen zwarte zaden maar een al even zwarte, grillige wortel. Ze lijken wel wat op de mythische mandragora en daar heb ik mij al eens eerder mee vergist.
De jonge scheuten en bladeren werden vroeger gebruikt in de voorjaarsstamppot. De gebleekte bladstelen werden ooit als salade gegeten. Vooral de voorjaarsscheuten waren geliefd, ze hebben een geur, zoals Plinius zegt, van mirre. Ze werden vooral gegeten door zeelieden die terugkeerden van een lange reis. In de 17de eeuw werd selder populair en verdween de zwartmoeskervel uit het menu.
Bij Barnenez oogst ik niet alleen zwarmoeskervel, maar ook meidoornbessen. De struiken groeien hier zelfs in de branding van de baai. Bessen moest ik toch nog oogsten, hier zijn ze mooi donkerrood rijp en dus pluk ik zowat 50 gram. 'Zee'meidoorn? Zouden die bessen anders werkzaam zijn? Ze proeven wel even droog en melig als de inlandse soorten, maar toch meidoorntinctuur à la mer en dan nog van het mythische Barnenez, dat kan niet slecht zijn.
Lees zeker ook
https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/smyrnium-olustrum-zwartmoeskervel
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/95993-meidoorn-geschiedenis-van-geneeskracht.html
http://debronvanurd.blogspot.fr/2012/04/cairn-de-barnenez.html
Zwartmoeskervel
De zwarte dikke zaden had ik al eerder geoogst en gezaaid, ontkiemen deden ze niet goed in mijn potgrondpotjes. Ik ben dan ook blij hier massaal pas ontkiemde plantjes te vinden en heb er natuurlijk wat van meegenomen. De plant heeft niet alleen zwarte zaden maar een al even zwarte, grillige wortel. Ze lijken wel wat op de mythische mandragora en daar heb ik mij al eens eerder mee vergist.
De jonge scheuten en bladeren werden vroeger gebruikt in de voorjaarsstamppot. De gebleekte bladstelen werden ooit als salade gegeten. Vooral de voorjaarsscheuten waren geliefd, ze hebben een geur, zoals Plinius zegt, van mirre. Ze werden vooral gegeten door zeelieden die terugkeerden van een lange reis. In de 17de eeuw werd selder populair en verdween de zwartmoeskervel uit het menu.
Bij Barnenez oogst ik niet alleen zwarmoeskervel, maar ook meidoornbessen. De struiken groeien hier zelfs in de branding van de baai. Bessen moest ik toch nog oogsten, hier zijn ze mooi donkerrood rijp en dus pluk ik zowat 50 gram. 'Zee'meidoorn? Zouden die bessen anders werkzaam zijn? Ze proeven wel even droog en melig als de inlandse soorten, maar toch meidoorntinctuur à la mer en dan nog van het mythische Barnenez, dat kan niet slecht zijn.
Lees zeker ook
https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/smyrnium-olustrum-zwartmoeskervel
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/95993-meidoorn-geschiedenis-van-geneeskracht.html
http://debronvanurd.blogspot.fr/2012/04/cairn-de-barnenez.html
zaterdag, augustus 04, 2012
Zwartmoeskervel
Uitwaaien aan zee. Veel venkel en een andere opvallende schermbloemige met zwart zaad vinden we hier, en dat blijkt zwartmoeskervel te zijn. En natuurlijk heb ik wat zaad meegenomen, dus hopelijk volgend jaar ook zwartmoeskervel in het Bretoense binnenland.
Wat zegt Dodoens refererend aan Dioscorides over die vergeten groente 'dat de bladeren en stelen van dit gewas gekookt en hetzij alleen, hetzij met vis gegeten worden en hij voegt er ook noch bij dat die rauw weg gelegd en in pekel bewaard worden. De wortel, zegt hij, wordt ook rauw en gekookt gegeten en zo genoten is ze de maag of de mond aangenaam.
Tegenwoordig wordt de rauwe wortel van deze grote eppe ook op tafel gebracht en in plaats van ander salade op het brood gegeten. Het zaad van deze grote eppe alleen of met honigwater ingenomen verwekt de maandstonden van de vrouwen en jaagt de nageboorte en dode vruchten af, scheidt alle winden, verdrijft en verzoet de pijn en krimping van de buik, laat de plas rijzen en is zeer goed tegen de druppelplas.
Men eet de jonge stelen van dit gewas met peper en zout zoals de artisjokken en kardoens, want ze zijn aangenaam en lieflijk van smaak. Zo gegeten is de grote eppe een zeer goed moeskruid, voedt goed en doet dezelfde werken die peterselie doet, maar krachtiger.’
Edible Uses
Edible Parts: Flowers; Leaves; Root; Stem.
Edible Uses: Condiment.
Leaves and young shoots - raw in salads or cooked in soups, stews etc. The plant comes into growth in the autumn and the leaves are often available throughout the winter. They have a rather strong celery-like flavour and are often blanched (by excluding light from the growing plant) before use. Leafy seedlings can be used as a parsley substitute. Stem - raw or cooked. It tastes somewhat like celery, but is more pungent. The stem is often blanched (by excluding light from the growing plant) before use. Flower buds - raw. Added to salads, they have a celery-like flavour. The spicy seeds are used as a pepper substitute. Root - cooked. Boiled and used in soups, its flavour is somewhat like celery. The root is said to be more tender if it has been kept in a cool place all winter.
http://www.volkoomen.nl/S/SMYRNIUM.htm
Nat Prod Res. 2012;26(11):993-1003. Epub 2011 Sep 9. Antifungal activity and chemical composition of essential oils from Smyrnium olusatrum L. (Apiaceae) from Italy and Portugal. Marongiu B, Piras A, Porcedda S, Falconieri D, Frau MA, Maxia A, Gonçalves MJ, Cavaleiro C, Salgueiro L.
Wat zegt Dodoens refererend aan Dioscorides over die vergeten groente 'dat de bladeren en stelen van dit gewas gekookt en hetzij alleen, hetzij met vis gegeten worden en hij voegt er ook noch bij dat die rauw weg gelegd en in pekel bewaard worden. De wortel, zegt hij, wordt ook rauw en gekookt gegeten en zo genoten is ze de maag of de mond aangenaam.
Tegenwoordig wordt de rauwe wortel van deze grote eppe ook op tafel gebracht en in plaats van ander salade op het brood gegeten. Het zaad van deze grote eppe alleen of met honigwater ingenomen verwekt de maandstonden van de vrouwen en jaagt de nageboorte en dode vruchten af, scheidt alle winden, verdrijft en verzoet de pijn en krimping van de buik, laat de plas rijzen en is zeer goed tegen de druppelplas.
Men eet de jonge stelen van dit gewas met peper en zout zoals de artisjokken en kardoens, want ze zijn aangenaam en lieflijk van smaak. Zo gegeten is de grote eppe een zeer goed moeskruid, voedt goed en doet dezelfde werken die peterselie doet, maar krachtiger.’
Edible Uses
Edible Parts: Flowers; Leaves; Root; Stem.
Edible Uses: Condiment.
Leaves and young shoots - raw in salads or cooked in soups, stews etc. The plant comes into growth in the autumn and the leaves are often available throughout the winter. They have a rather strong celery-like flavour and are often blanched (by excluding light from the growing plant) before use. Leafy seedlings can be used as a parsley substitute. Stem - raw or cooked. It tastes somewhat like celery, but is more pungent. The stem is often blanched (by excluding light from the growing plant) before use. Flower buds - raw. Added to salads, they have a celery-like flavour. The spicy seeds are used as a pepper substitute. Root - cooked. Boiled and used in soups, its flavour is somewhat like celery. The root is said to be more tender if it has been kept in a cool place all winter.
http://www.volkoomen.nl/S/SMYRNIUM.htm
Nat Prod Res. 2012;26(11):993-1003. Epub 2011 Sep 9. Antifungal activity and chemical composition of essential oils from Smyrnium olusatrum L. (Apiaceae) from Italy and Portugal. Marongiu B, Piras A, Porcedda S, Falconieri D, Frau MA, Maxia A, Gonçalves MJ, Cavaleiro C, Salgueiro L.
Abonneren op:
Posts (Atom)