Posts tonen met het label buitendagen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label buitendagen. Alle posts tonen

zondag, november 16, 2025

Salomonszegel, mythe, macht en geneeskracht

We verzamelen wortels van mythische en geneeskrachtige planten. Smeerwortel, Japanse duizendknoop, echte heemst, nagelkruid, valeriaan en we vinden ook per ongeluk bij het wroeten in de grond de bijzondere salomonszegel. 

Mythische planten met rituele kracht zijn er in het verleden heel wat geweest. De Salomonszegel is zo een relict uit een verleden tijd. Heeft hij zijn oude reputatie te danken aan de vorm van de wortelstok? Zijn Latijnse naam Polygonatum verwijst wel naar de merkwaardige vorm van de wortelstok. Het woord is afgeleid van het Griekse polys, veel en gony, knoop. De wortelstok bestaat uit opvallend veel, vlak bij elkaar zittende knopen.

De stengels sterven in de herfst af en laten op de wortelstok een zegelvormige afdruk achter, waar de plant zijn Nederlandse naam aan te danken heeft.Deze is vooral bij de Duinsalomonszegel goed te zien. De Veelbloemige Salomonszegel, Polygonatum multiflorum en de Duinsalomonszegel, Polygonatum odoratum lijken op mekaar, maar zijn aan hun stengel te onderscheiden. Eerstgenoemde heeft een ronde stengel en gewoonlijk 2 tot 5 bloemen in de bladoksels. Bij de Duinsalomonszegel is de stengel kantig en staan er hooguit 2 bloemen in de bladoksels.

Salomonszegel werd vroeger als geneeskrachtige plant gebruikt. De Polygonatum odoratum vindt men in sommige kruidenboeken vermeld als Polygonatum officinalis. Het is een van de planten die de beroemde legerarts Dioscorides gebruikte om open wonden te dichten, en gebroken gewrichten aan elkaar te hechten. Polygonatum multiflorum heeft gelijkaardige eigenschappen. Galenus (130-200) waarschuwde tegen het inwendig gebruik van beide planten.

De Engelse kruidkundige Gerard (16° eeuw) merkt echter op dat het volk in Hampstead de gemalen wortel van salomonszegel in hun bier strooiden als remedie tegen gebroken botten. Gerards tijdgenoot, de Italiaanse arts Matthiolus vermeldt een schoonheidsmiddel als gezichtslotion, waarmee de Italiaanse dames zonnebruin, sproeten, aangezichtsschurft en dergelijke huidontsierende verschijnselen van het gelaat konden verwijderen. Dus om een blanke, bleke huid te krijgen want bruin was toen niet in de mode. Door de eeuwen heen werd de gestampte wortel van deze plant in de vorm van papjes, omslagen of aftreksels toegepast op kneuzingen, schaafwonden en fijt. De Franse benamingen herbe aux panaris en herbe à la rupture verwijzen nog naar die werking.

Het verhaal van de springwortel

De springwortel der Duitsche legenden werd reeds door Plinius vermeld en in de oudheid werd dezelfde wonderkracht aan deze tooverplant toegedicht als in onze dagen nog het geval is. Deuren, die men er mee aanraakt, springen open; wanneer men springwortel in den rechterzak draagt, is men tegen kogels en sabelhouwen beschut (Schwaben). De wortel wijst alle schatten der aarde aan (Harz). De specht, de vogel die op den boom klopt, verschaft ons het tooverkruid. Reeds Plinius noemt de specht, elders is het de raaf, in Tyrol de zwaluw, en vooral door de tusschenkomst van den vogel verbindt zich de sage met alle verhalen van vogels die het vuur op de aarde brengen of de hemelsche soma rooven. Steeds blijkt uit dergelijke legenden, dat men aan het vuur, aan schatten, aan den landbouw enz. een hemelschen oorsprong toeschreef: alles wat den mensch begeerenswaardig toescheen, was door een wonder van boven gekomen. Dit leeren we ook uit de manier waarop de menschen den springwortel moeten inzamelen. Het nest van den vogel, dien men als bode der vurige hemelmachten beschouwt, sluit men dicht terwijl het mannetje is uitgevlogen. Wanneer de vogel terugkeert, zal hij springwortel gaan halen om zijn nest te openen. Men plaatst dan een kom water in de nabijheid, men maakt een vuur aan, of spreidt een rooden doek uit, dien de vogel voor vuur aanziet, en waarin hij den wortel zal laten vallen. (Zuid-Duitschland, Bohemen, Waldeck, Westfalen, Oldenburg). Deze springwortel symboliseert den bliksem, die alles versplinteren kan, de geweldige hemelsche macht, die de menschen in hun zak wilden steken als een opperste tooverkracht. De legende is een uiting van de poëzie en philosophie van natuur-menschen, die de machtige stem der goden vertolken willen in aardsche beelden. Dezen springwortel heeft men ook Johannisbrood genoemd en zijn attributen gelijken op die van het varenzaad. De geheimzinnige varenkruiden worden beschouwd als de planten, waarvan de aanschouwing tot deze legenden geleid heeft.

P. Ascherson, Die Ziegen mit goldenen Zähnen und das Goldkraut (Naturw. Wochenschrift 1893). P. Magnus, Goldpflanzen (D. Botan, Monatschr. 1900).

https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/40963-salomonszegel-mythe-macht-en-geneeskracht.html

zondag, februari 25, 2024

Wild wandelen in Hoegaarden. Holle wegen alsof de aarde je omarmt.


Wild weer met wolken in de wind maar ik warm me op aan mooie mensen en wilde woorden. We dalen de berg af richting Nerm, jeugdherinneringen overal.... gerestaureerd huis in Gobertangesteen waar bijna een eeuw geleden een 'cinemazaal' gehuisvest was en zomaar brand uitbrak, kermis waar ik als stoere vijftienjarige mijn zusjes moest verdedigen tegen zatte onverlaten, maar ook mooie herinneringen feesten, trouwpartijen, het roken van mijn eerste en zoals later bleek ook mijn laatste sigaret. 
Maar.... we wandelen, wandelen het dorp uit richting Hauthem de holle wegen in. Holle wegen alsof de aarde je omarmt. Het domein van onooglijke plantjes. Speenkruid de voorjaarsbode, nog net niet in bloei en de glimmende blaadjes zijn nu goed eetbaar, al begin ik steeds meer moeite te krijgen om levende plantenwezens zomaar op te eten. Kraailook, de vroege bieslook met een vleugje looksmaak, het nagelkruid met zijn wortelgeheim.  Allemaal heel algemene, veel voorkomende planten en daar hou ik van, planten die concurreren met de woekerende mens en planten die ons veel te bieden hebben. 

De eerste holle weg uitkomend, de open vlakte en de wilde wolken beleven, in en uit ademen, dan is het alsof we opnieuw geboren worden en als we dan ook nog één zeldzaam duizendguldenkruidje tegenkomen dan kan onze dag niet meer stuk. Allemaal in aanbidding voor dat heilig plantenrozetje.


Over het duizendguldenkruid.  Een oude naam uit de apothekersboeken is Fel terrae of‘ Eertgalle’, naar de bittere en galachtige smaak. De plant is een van de bitterste geneeskruiden, hij hoort bij de zogenaamde amara pura samen met zijn familielid de Gele gentiaan. Deze planten zijn vooral eetlustopwekkend, spijsverteringbevorderend en leverstimulerend, ze worden nu dus vooral gebruikt bij gebrek aan eetlust, anorexie, en in het algemeen om aan te sterken, vroeger voor bleekzuchtige magere kinderen die geen eetlust hadden. De prettigste en de meest efficiënte manier om bitterstofplanten te gebruiken is als aperitivum, gewoon Duizendguldenkruid met bvb Anijs laten trekken in alcohol van ongeveer 45 %, eventueel wat suiker of andere zoetstoffen toevoegen en van dit drankje voor het lekkere en voor de gezondheid van maag en darm dagelijks een klein glaasje drinken.

zaterdag, november 12, 2022

Buitendagen, boerenwormkruid en buitenmensen

De buitendagen van de herboristenopleiding zijn in volle gang. We verzamelen met z'n vierentwintig aan de ingang van domaine du Bonsoy, Zon, ochtendkilte en mensenwarmte doen wonderen. We leven. De planten zijn ook half november nog van de partij. Ze spreken door mijn mond. Witte dovenetel, zelfs in bloei, en in goed gezelschap van de brandende netel, boerenwormkruid fris gewassen en altijd geheimzinnig geurend, overal nieuw voorjaarsgroen maar dan wel in de winter. Een nieuwe tijd, het begin van het einde of het einde van een nieuw begin? 

Over planten dan maar, over boerenwormkruid. Poëtisch en chemisch levend, bitter en zoet smakend, aantrekkend en afstotend geurend, alle tegenstellingen tegelijk in deze Tanacetum.  

Zijn officiële naam is dus Tanacetum vulgare, afgeleid van het oud Griekse woord athanasia, dat ‘onsterfelijk’ betekent. Het heeft die naam te danken aan het feit dat de bloemen niet makkelijk verwelken en lang hun gele kleur behouden. Zijn Nederlandse naam is ook duidelijk, tegen wormen voor de dieren op de boerderij.  En om dan maar helemaal over te schakelen van poëtisch naar nuchter. Hier dan enkele recepten tegen uitwendige ellende.

Te proberen tegen huidverkleuring, schurft, puistjes en sproeten. Recept voor een huidlotion, kook 2 a 3 blaadjes in 100 ml water en 100 ml melk en laat het 10 minuten sudderen, daarna afkoelen. Zeef het en bewaar het in de koelkast tot gebruik. Eventueel mengen met kamillethee.

Recept tegen hoofdluis; meng een deel boerenwormkruid met 2 delen appelazijn, doe het in een fles
en schud hel elke dag gedurende drie dagen. Last van luizen, doe het spul op je hoofd en
ga 30 minuten zitten met een plastic of andere afdekking. Was je haar daarna. Doe dit indien nodig later
nog een keer. 

Heb je vliegende mieren, vlooien en motten in huis strooi gedroogd boerenwormkruid door het huis of plaats een busseltje bladeren in de hondenmand. 

En niet alleen tegen ellende maar ook voor het lekkere is boerenwormkruid het proberen waard. Een weinig, zeer fijn gesnipperd boerenwormkruidblad is het klassiek ingrediënt in de groene voorjaarspannenkoek. Wel combineren met andere zoete kruiden zoals roomse kervel. 

Maar we zijn op de wandel in het prachtige domein van Bonsoy, afdalend naar de Maas. We ontmoeten nog vele andere planten, de verschrikkelijke Japanse duizendknoop, het lieflijke paarbladig goudveil, de pittige beekpunge, de geneeskrachtig geurende valeriaan, het helmkruid....... Overvloed alom en dan willen in de namiddag nog naar de nieuwe Cascatellestuin. Maar dat is een volgend verhaal.