Posts tonen met het label waterkers. Alle posts tonen
Posts tonen met het label waterkers. Alle posts tonen

donderdag, november 21, 2013

Herfst aan de Zoete Waters

Binnendoor, zigzaggend met mijn motorhome langs de dorpen rond Leuven kom ik nog eens bij de Zoete Waters terecht. Even stoppen om wat groen te verzamelen voor de herboristencursus van vanavond. Stelen, blad en zaad van moerasspirea, reuzenpaardenstaart, zevenblad, hondsdraf, blad en knoppen van de linde en een soort waterkers, mogelijk de slanke waterkers....Terug bij de motorhome kom ik zomaar een mij bekende kruidenvrouw tegen. Vreemd toevallig dat we mekaar hier ontmoeten. Of toch niet zo vreemd, want wie loopt op zo'n kille herfstige dag nog verwilderd rond in de natuur. Tot nog eens ergens in de natuur, Hilde.

Nasturtium microphyllum (Boenn.) Airy-Shaw Rijpe vruchten 16-22 mm lang. Zaden in ieder hokje meestal 1-rijig, elk zaad aan weerszijde met ruim 100 mazen (sterke loep!). Stengel kantig, vlezig maar hol, aan de voet kruipend en wortelend. Bladen geveerd. Kroonbladen ca. 6 mm lang, langer dan de kelkbladen. Helmknoppen geel. Is te gebruiken zoals de witte waterkers, zit barstensvol met vitamine C en glucosinolaten.

vrijdag, maart 22, 2013

Groot hoefblad en waterkers

Groot hoefblad vind je niet veel in Bretagne. Wel wat vreemd voor een landstreek met zoveel water. Ook in onze eigen tuin ondanks over-stromende rivier, moeras en poeltjes, helemaal zijn biotoop zou ik denken, is of moet ik zeggen was deze Petasites hybridus niet aanwezig.
Vorige jaar in volle zomer ontdekte ik dan toch, vreemd genoeg op een braakliggend terrein bij het oude station van Locmaria-Berrien een partij hoefblad. Vandaag ben ik even gaan kijken hoe ze er nu bij stonden en inderdaad massaal in mannelijke bloei en als bijkomende verrassing vond ik in de beek vlakbij, een veldje met echte waterkers. Ook daar droomde ik van om die in de tuin te kweken. Twee supergeneeskruiden, hier op een vreemde manier bij mekaar.


Groot hoefblad. Mannelijke bloei? Inderdaad en dat heeft niks te maken met zijn stevige groeiwijze. Normaal hebben planten tegelijkertijd mannelijke en vrouwelijke bloemen en dat is voor de bestuiving door bijen handig. Bij tweehuizige planten komen die mannelijke en vrouwelijke bloemen dus niet op één plant voor. En hier bij Locmaria gare groeien dus blijkbaar alleen mannelijke planten, de vrouwelijke hebben namelijk hoge witpluizige bloemen.

De wetenschappelijke naam, ‘Petasites’, komt  waarschijnlijk van het Griekse woord ‘petannumi’ dat ‘verspreiden’ betekent en verklapt het bijna woekerend groeien van de plant met zijn stevige wortelstokken.  Het tweede deel, ‘hybridus’, zou ontstaan zijn als gevolg van een vergissing van de beroemde plantkundige Linnaeus, omdat het groot hoefblad  tweehuizig is dacht hij met twee verschillende planten te maken te hebben. Die vrouwelijke vorm moest wel een hybride (‘bastaard’) zijn.

Meer over de naamgeving vind je op  http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/taal/25369-in-de-naam-van-groot-en-klein-hoefblad.html. De oude naam Dokkebladeren vind je bij Dodoens en is ook nu soms nog in gebruik, het duidde dikwijls op allerlei planten met grove, grote bladeren. Dokken zou dan van duiken komen, planten die vochtig groeien of in het water duiken. Mij lijkt het eerder dat deze naam overgenomen is uit het Engelse Butter dock, een bewaarplaats voor boter. Ook bij ons wordt wel vermeld dat de grote bladeren gebruikt werden om boter in te verpakken of fris te houden. En ik moet zeggen dat ikzelf het blad vroeger ook wel omgekeerd op mijn hoofd plaatste als een soort zonnehoed. Al wil ik mijn eigen kop niet vergelijken met een pakje boter....

Lees ook http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/64702-witte-waterkers-etymologie-en-geschiedenis.html