Posts tonen met het label japanse duizendknoop. Alle posts tonen
Posts tonen met het label japanse duizendknoop. Alle posts tonen

vrijdag, september 27, 2024

Over de Japanse duizendknoop. Een beetje geschiedenis.

De Japanse duizendknoop komt oorspronkelijk uit Oost Azië en werd voor het eerst beschreven in West-Europa in 1777 door de Nederlandse arts en bioloog Maarten Houttuyn in zijn 37-delige boekenreeks: Natuurlijke Historie of uitvoerige Beschrijving der Dieren, Planten en Mineraalen, volgens het Samenstel van der Heer Linnaeus, wat in navolging was van het werk van Carolus Linnaeus, de bedenker van de nomenclatuur.

Het eerste exemplaar werd in 1825 door de Horticultural society of London geïntroduceerd. dit was onder een andere Latijnse naam, dan zoals we hem nu kennen. de plant Houttuyania cordata was geplant in een moeras, wat op grondgebied van de Londense sociëteit lag. (Bailey & Connoly, 2000 p.96). Het was in 1848 de duitse kweker Phillip von siebold, specialist in de Japanse flora en fauna, die de plant begon te kweken en verkopen bij een kwekerij aan de Lage Rijndijk in Leiden onder de naam Polygonum sieboldii (de Groot & Oldenburger, 2011). Poly betekent veel en gonum betekent knopen. de plant stond dus bekend om zijn vele knopen, vandaar de Nederlandse naam Japanse duizendknoop. Von Siebold prees de plant aan als sierplant en deze werd dan ook gauw massaal verkocht in Europa.

De plant deed in Groot-Brittannië zijn intrede in 1850, doordat Von Siebold materiaal verkocht aan Kew Gardens in Engeland. Vanuit Engeland werd de plant wereldwijd verspreid. Zo werd hij in de Verenigde staten gebruikt als landschappelijke sierplant, alsvoedsel voor het vee en om bodemstabiliteit rond oude mijnen en spoorwegen (Dobrowolski & Stannard, 2004). 

Voor het eerst werd deze plant in 1886 aangetroffen in het wild. Halverwege de 20ste eeuw werd hij op grote schaal aangetroffen in het wild. Het dumpen van tuinafval is vermoedelijk de oorzaak van deze extreme verwildering (Beeringen, 2012).

In Japan heet de plant Itadori, wat vrij vertaald ‘Pijntrekker‘ of ‘neemt de pijn weg‘ betekent. Hij komt aan deze naam door het gebruik. In Japan, Korea en China wordt hij van oudsher in vele medicijnen verwerkt tegen allerlei kwalen en ziektes. Hij zou ontstekingsremmend werken, laxerend, maar ook tegen hoge cholesterol en nierstenen (Nakazora; 2011). daarnaast zou hij ook een positieve uitwerking hebben op de bestrijding van de ziekte van Lyme. dit komt omdat de plant een hoog gehalte resveratrol bevat. Resveratrol is een natuurlijke verbinding die ontstaat in planten als reactie op schimmelinfecties, beschadigingen en UV-straling. Het kan dan ook wel gezien worden als een natuurlijke 'afweermechanisme'. Planten maken deze stoffen aan om hun gevoelige weefsel te beschermen tegen ziektes. In de natuurgeneeswijze wordt deze stof dan ook veelvuldig gebruikt tegen eerder genoemde ziektes en kwalen.  Resveratrol heeft naast het bevorderen van het immuunsysteem, ook de mogelijkheid de menselijke stofwisseling te veranderen, zodat er minder calorieën worden opgenomen. deze stof zit o.a. ook in pinda’s en rode wijn. (Harmans;2011).

zaterdag, oktober 24, 2020

Les geven in Coronatijden

Les geven in Coronatijden. Buiten dus, geen probleem. Op afstand, dat is al veel moeilijker. Samen troepen rond een minuscuul plantje, snuffelen, ruiken, proeven, hoe kan dat nu?

Nieuwe mensen, oude vertrouwde planten. Allemaal Coronavrij? Op hoop van zege. De eerste oude, getrouwe plant die we ontmoeten  en op geur proberen te determineren is ......... boerenwormkruid oftewel Tanacetum vulgare. De officiële Latijnse naam Tanacetum is afgeleid van het Griekse woord tanaos dat "langdurend" betekent en verwijst naar de bloemen die niet snel verwelken en de geur die niet snel verdwijnt.

Sporen van zomerse planten vinden we overal. Resten van wilde marjolein, droge zaadstengels van bijvoet, zaadhulsen van sint-janskruid om maar enkele belangrijke medicinale planten te noemen. Schatten voor een herborist. Bij de eerste huizen van Bonsoy vinden we de bamboe-achtige stengels van een plant, die de schrik is van natuurverenigingen maar mogelijk de lieveling wordt van herboristen: dé Japanse duizendknoop.  De jonge stevige scheuten kunnen in het voorjaar geoogst, gekookt en verwerkt worden tot confituur, ze smaken verrassend lekker, naar rabarber maar dan minder zuur. De houtige wortels kunnen nu geoogst worden om tinctuur te maken. Ze zitten vol met resveratrol, het anti-oxidant bij uitstek. We graven wat wortelstokken uit de grond, geen enkele natuurliefhebbers zal ons dat kwalijk nemen. Hoe meer hoe beter, denken ze. 

Met onze rare schatten vervolgen we onze weg, de verweerde trap af richting beek van Bonsoy en richting Maas.

Over boerenwormkruid https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/41118-boerenwormkruid-of-reinvaren.html

Over Japanse duizendknoop https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/fallopia-duizendknoop-japanse