vrijdag, juni 26, 2020

De emotionele plant in mezelf


De emotionele plant in mezelf. Mythologie, plantgestalt, mens in plant, plant in mens, signatuur, fenomenologie ......

https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/53481-weegbree-geschiedenis-en-mythisch-gebruik.html
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/87896-sleedoorn-verhalen-en-verleden.html
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/107505-sleedoorn-in-de-mythologie.html
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/84425-maretak-spiritueel-en-rationeel.html
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/91860-eik-verhalen-en-verleden.html
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/27569-bijvoet-een-plant-met-een-verleden.html
https://dier-en-natuur.infonu.nl/natuur/52288-bomen-voor-mensen.html
https://mens-en-samenleving.infonu.nl/filosofie/70210-in-resonantie-met-de-natuur-hans-andeweg.html
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/64288-klimop-de-mythische-klimmer.html
https://dier-en-natuur.infonu.nl/bloemen-en-planten/52064-es-een-mythische-en-medische-boom.html
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/40963-salomonszegel-mythe-macht-en-geneeskracht.html
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/56594-paracelsus-en-de-signatuurleer.html

zaterdag, juni 20, 2020

Bendewandeling in Hoegaarden

Verdomd onzichtbaar beestje Corona zorgt er voor dat we met de 'bende' in plaats van in de Alpen gewoon ordinair in Hoegaarden wandelen. 

Bij de kattedoorn
Ontmoeting aan de barokke Sint Gorgoniuskerk. Onwennig op afstand, alsof we mekaar niet kennen. Zigzag door de tuinen van Hoegaarden en dan binnendoor naar de oude spoorweg en de Grote Gete. Jeugdherinneringen bespringen me hier langs alle kanten. De vijvers van het suikerfabriek, vervaarlijk moerasgebied waar we als kind kleine avonturen beleefden. in de hoge hellingen onder de vlierstruiken hadden we onze geheime schuilplaatsen, waar we ridder of miss speelden. De zoete geur van de vlierbloesem had iets voloptueus vrouwelijks voor ons pubers. Iets vleselijks. En ja, nu meer dan vijftig jaar later, als herborist thuis in geuren en kleuren, kan ik dat beter begrijpen.

Maar ik ben aan de wandel met Hilde, Michael, We steken de straat over bij Altenaken, richting Rommersom. De oude spoorweg nu fietspad en natuurreservaat. We vinden mooie struiken van de kattedoorn in bloei. Een oud geneeskruid dat voeger ook stalkruid werd genoemd. Kruipend stalkruid (Ononis repens L.) heeft in Zwit­serland de 'mooie' bijnaam 'Zeichkraut' dus zeikkruid. Deze naam heeft het gekre­gen omdat het aan het vee werd gevoerd in de hoop het 'zeiken' te bevorderen. Ook de betekenis van ons woord stalkruid houdt daarmee verband, want stallen is een oud woord voor wateren. De wortel is namelijk diuretisch (urineafvoerend) en een wortelextract werd gebruikt tegen nierkwalen. Ook een andere oude volksnaam orijnkruid verwijst naar urine. Deze urinedrijvende werking is al zeer oud, want al bekend bij Dioscorides 2000 jaar geleden.

Aan de oude spoorwegtunnel bij Rommersom draaien we weer richting Hoegaarden. Aan de tekening in de tunnel te zien blijkt deze beschutte plek nog steeds het rendez-vousplekje te zijn, dat het ook 50 jaar geleden al was. Maar genoeg, we wandelen verder tot aan de historische watermolen. Hier picknicken we. Op afstand, vreemd gezellig. De Alpen zijn ver weg maar mijn Franse abrikozen en het gezelschap geven toch een vleugje bergen weer. Hoegaarden is vlakbij, nog even door het steegje achter het klooster en de vroegere meisjesschool. Daar vinden we nog een vreemde, mufgeurende stinkende ballote. Mooie heimweeplant om deze wandeling mee af te sluiten.

Over de stinkende ballote
Stinkende Ballote is een lipbloemige die voor de verandering nu eens niet aangenaam ruikt. Volgens de oude literatuur en ook wel volgens mij zou hij naar roet moeten ruiken. Maar wie weet nog hoe roet ruikt, en zou de goeie ouwe roetgeur van vroeger nog dezelfde zijn als die van vandaag. Vele min of meer muffe geuren worden ten andere onder gewaardeerd, 'het stinkt' zeggen de mensen. Terwijl dat dikwijls juist geuren zijn die ons tot rust kunnen brengen. Warme geur van gevoel. Onze beste kalmerende planten danken hun sedatieve werking aan hun zoet-muffe geur, denk maar aan Valeriaan, Hop, Passiflora en zelfs Sintjanskruid en Lavendel kunnen enigszins in die categorie geplaatst worden. Geurstoffen zijn juist bijzonder geschikt om hersenen en zenuwstelsel te stimuleren of te kalmeren.

De Stinkende Ballote is de laatste jaren opnieuw in gebruik geraakt als sedatieve plant. De spasmolytische werking was echter al veel langer bekend. Dr. Leclerc beschrijft resultaten bij kinkhoestspasmen, menopauzale zenuwachtigheid en angstfobieën. En in een ver verleden werd de 'Marrube noir' door Jean Ray geadviseerd bij hysterie en hypochondrie, toch zoiets als depressie zou ik zeggen. Ook Dr. Valnet geeft als hoofdindicaties: angsten, neurasthenie, ontregeling van het vegetatieve zenuwstelsel met een te sterk werkende sympathicus. Vandebussche in zijn 'Gebruik van farmaceutische en volkse geneeskruiden' vindt de Stinkende andoorn of Zwarte malruwe 'een doeltreffend zenuwsterkend middel dat te veel in vergetelheid is geraakt'. Hij schrijft dit toe 'aan de walgelijke geur die het verspreidt'. En misschien heeft hij daar wel gelijk in. Geurproblemen bij inname kunnen we echter met de moderne extractiemethodes oplossen en dus kunnen we ook de Stinkende Ballote opnieuw als medicijn gaan gebruiken. Vooral voor mensen die angstig zijn en daarbij ook last hebben van oorsuizingen is de Stinkende Ballote, liefst als extract in te nemen, een goede keuze.
Ondertussen is uit wetenschappelijk onderzoek ook gebleken dat de plant stoffen bevat oa phenylpropanoïden, die sedatieve, anti-oxydante en bloedsuikerverlagende werking hebben. Weer bijna te veel om waar te zijn, maar genoeg aanwijzingen om deze curieuze ballote met andere ogen te bekijken en verder te onderzoeken. 
En ik, zal bij het ontmoeten van de Ballota in een of andere Hoegaardse holle weg ook altijd aan mijn jeugd, mijn oude vrienden en mijn moeder moeten denken.

 

donderdag, juni 18, 2020

Duizendblad, een manusje van alles

Het is nu het moment om het bloeiend duizendblad te oogsten. Achillea millefolium of Gewoon duizendblad is een overblijvende plant met een kruipende wortelstok, die uitlopers vormt en gemakkelijk gaat overheersen. Het aromatische kruid, dat een meter hoog kan worden, komt algemeen voor op het noordelijk halfrond. Het verkiest zonnige plekken en een redelijk droge, lichte bodem en wordt vooral aangetroffen op wat schrale graslanden, braakliggende terreinen en dijken, langs paden en wegen en als onkruid in tuinen. Duizendblad is een sterke plant, die goed bestand is tegen droogte, koude en hitte.

De geslachtsnaam ‘Achillea’ verwijst naar de Griekse veldheer Achilles, die het kruid op zijn krijgstochten meenam om oorlogswonden te verzorgen.
De Latijnse soortnaam ‘millefolium’ die hetzelfde betekent als het Nederlandse ‘duizendblad’, dankt de plant aan het karakteristieke, langwerpige blad, dat in zoveel luchtige slipjes is ingesneden, dat het kantwerk lijkt.

Vanuit het tegen de grond liggend bladrozet rijst, begin zomer, een houtig-harde bloeistengel omhoog, met platte schermachtige trossen kleine, witte of roze bloemen aan de top. Duizendblad hoort echter niet tot de schermbloemigen, maar tot de familie van de composieten. Wat er in een ‘bloeischerm’ uitziet als een enkele bloem, is in werkelijkheid een bloemhoofdje, samengesteld uit een geel hartje van buisvormige bloempjes en een krans wittige lintbloempjes er omheen. De hele plant geurt aromatisch, kruidig.

Duizendblad fenomenologisch en antroposofisch bekeken

Millefolium heeft een sterke relatie tot licht. Het is een ‘lichtkiemer’, het zaad heeft licht nodig om te kunnen ontkiemen. De bladeren lijken door de fijne insnijdingen als ‘getekend’ door het licht, dat er overal doorheen kan stromen.
Ook het warmte-element neemt de plant sterk in zich op, waardoor aromatische stoffen, etherische oliën en harsen, niet alleen in de bloemtoppen aanwezig zijn, maar ook in stengel en blad.
Naast verfijning in de bladvorm, hoge organisatie in de bloeiwijze en een neiging tot vegetatieve woekering in de wortelstok, toont Millefolium ook een duidelijke tendens tot starheid, uitdroging en ‘standvastigheid’. Dit uit zich onder meer in de hardheid van de stijve, rechtopstaande stengel,  en in de trage, gestage wijze waarop knoop na knoop, blad na blad worden opgebouwd. Die tendens werkt door tot in de bloei, die zich slechts langzaam tenvolle ontplooit, maar dan maandenlang, tot aan de eerste sneeuw, zo goed als onveranderd blijft. De bloeiende toppen worden graag in droogboeketten verwerkt.
Bij al die kwaliteiten  voegt zich het zoutige karakter, dat zich onder meer uitdrukt in het hoge gehalte aan kalium in de as. Geur en smaak hebben iets ‘verdichtends’, samentrekkend, bitter en tegelijk aromatisch.

Duizendblad behoort tot de oudste en meest gebruikte geneesplanten van de mensheid. 
Het kruid wordt al eeuwenlang gebruikt in de volksgeneeskunde om (1) zijn bloedstelpende en wondhelende eigenschappen, tegenwoordig grotendeels toegeschreven aan de looistoffen die het bevat.
(2) Door zijn hoog gehalte aan bitterstoffen wordt duizendblad gebruikt als tonicum bij maagstoornissen, als eetlustopwekkend middel en om misselijkheid en zuuroprispingen tegen te gaan; het zou ook de galsecretie bevorderen.
(3) Van de etherische olie (met proazulenen), die veel gelijkenissen vertoont met kamille-olie, werden spasmolytische eigenschappen vastgesteld, wat de toepassing van duizendblad-bereidingen bij maag-darmkolieken, winderigheid en bij menstruatiepijnen rechtvaardigt, en ook ontsmettende en ontsteking remmende effecten.
(4) De stimulerende en regulerende werking op de bloedsomloop wordt voornamelijk toegeschreven aan de aanwezige flavonoïden.

De antroposofische geneeskunde herkent in Millefolium een beheerser van tegengestelde krachten, die er meesterlijk in slaagt om een harmonisch evenwicht te bewaren tussen oplossings- en omvormingsprocessen enerzijds en substantievormende, verdichtende en vormbewarende processen anderzijds. Hierop steunen de vele toepassingen zowel in- als uitwendig.

zondag, juni 14, 2020

Sint-Janskruid en Corona-virus

Nog nooit zo vroeg in het seizoen bloeiend sint janskruid gezien. Het zal zeker wel met de opwarming van de aarde te maken hebben of wil Sint Jan aan het Coronavirus de doodsteek geven?

Hypericum perforatum L. belongs to the genus Guttiferae, which contains approximately 400 species all over the world. The extract of H. perforatum contains several active compounds, including flavonoids, naphthodianthrones, and phloroglucinol derivatives (Napoli et al., 2018; Barnes et al., 2019). Several reports have shown that H. perforatum extract had antiviral effects, such as influenza A virus, porcine respiratory and reproductive syndrome virus (PRRSV), and HIV (Barnes et al., 2001; Birt et al., 2009; Pu et al., 2009a; Pu et al., 2009b; Pu et al., 2012). Like influenza A virus and PRRSV, IBV also belongs to RNA virus, but these PRRSV and IBV belong to different viral families. 

Phytother Res. 2020 Jun 5. Can Hypericum perforatum (SJW) prevent cytokine storm in COVID‐19 patients?  https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7300500/
Actually, from our experimental studies on natural compounds able to protect pancreatic β‐cells against cytokine‐induced damage and death (Menegazzi et al., 2008), we became aware that Hypericum perforatum (St. John's Wort, SJW) extract, as well as its main polyphenol component hyperforin (HPF), can potently counteract the pro‐inflammatory effects of various cytokines. Indeed, both SJW extract and HPF alone prevented cytokine effects not only in β‐cell lines but also in isolated rat and human pancreatic islets (Novelli et al., 2014) ........We firmly believe that the anti‐inflammatory SJW/HPF treatment deserves evaluation in COVID‐19 patients. Such a treatment, that offers the additional advantages of being orally administrable, well tolerated, and inexpensive, holds considerable promise to prevent or limit the effects of the cytokine storm through the simultaneous inhibition of NF‐κB, JAK/STAT, and MAPK pathways, that is, the three majors signaling and transduction pathways involved in cytokine‐induced local and systemic inflammatory changes. As such, SJW/HPF therapy appears to be compatible with other clinically pertinent treatments, for example, administration of selected antiviral agents, including chloroquine/hydroxychloroquine and/or intravenous supply of human immunoglobulins and LMW heparin.



zaterdag, juni 13, 2020

Valeriaanbloemen

De overdaad aan sterk geurende valeriaanbloemen zet me er toe aan om  toch maar eens een tinctuur te maken met de bloemen. Normaal moet dat met de wortel, maar eens wat anders proberen moet kunnen. De vreemde, muffe geur van de wortel vind je ook, maar zeer subtiel, terug in de bloemen maar dat aroma is dan wel gemengd met een wat zoetere bloemige geur. Een mooi evenwicht, lijkt mij, tussen kalmeren en opwekken, tussen yin en yang, tussen sympathicus en parasympathicus. Of ben ik nu aan het overdrijven?

Literatuur over de werkzaamheid of de inhoudsstoffen van de valeriaanbloemen vind ik nergens, niet in de oude noch in de nieuwe literatuur. Spijtig en dus moet ik het voorlopig met mijn eigen, organische detectietoestellen doen, namelijk  mond en neus, geur en smaak en die vertellen mij dat er in de bloemen, in mindere mate, toch dezelfde stoffen als in de wortel moeten zitten. Niet alleen de verse bloemen maar ook de tinctuur geurt en smaakt naar valeriaan.

In de wortel 
Omdat de sterke, vreemde geur van Valeriaan nogal opvallend is, zeker als hij gedroogd is, heeft men de werking vooral willen toeschrijven aan die geurstoffen, de vluchtige olie. Daarom hebben wetenschappers in hun zoektocht naar stoffen met een kalmerende werking veel analyses gedaan op de vluchtige olie van de plant. De stoffen die werden gevonden, zoals isovaleriaanzure bornylesters, valereenzuur en valeranon hebben wel degelijk een sedatieve en krampwerende werking bij kikkers en konijnen, alleen zijn er maar minimale hoeveelheden hiervan in de plant aanwezig.
Naast vluchtige oliestoffen komen er ook kleine hoeveelheden alkaloïden voor, zoals methylpyrrylketon en valerianine, die ook sedatief zijn. Interessant is ook dat een ander alkaloïd actinidine, geen kalmerende maar juist een stimulerende werking heeft... op katten. Al heel lang is bekend dat katachtigen opgewonden geraken al ze valeriaan reuken. Misschien moet ik ook eens de bloemen uittesten op mijn katten.

woensdag, juni 10, 2020

Dodemansvingers bij de Aulne

Bij ons Bretoense huis langs de rivier de Aulne groeien naast de koningsvarens en groot hoefblad massaal veel Dodemansvingers. Met zijn stevig uiterlijk en grote witte schermen springt de Dodemansvingers (Oenanthe crocata) meteen in het oog. Hij kan wel tot een anderhalve meter hoog worden. Het blad lijkt wat op dat van een grote Selderij en is zo vrij gemakkelijk te onderscheiden van algemene soorten zoals Gewone berenklauw, Fluitenkruid en Zevenblad. Een typisch kenmerk zijn de spitse driehoekige groene kelkblaadjes aan de voet van de helder witte bloemetjes. Die bloemetjes geven een wijnachtige geur af.

Gifbeker
De soort vindt haar oorsprong aan de kusten in het westelijke Middellandse Zeegebied, maar tegenwoordig kan ze worden aangetroffen tot in Schotland.  Zijn zaden worden verspreid langs het water of blijven kleven aan de poten van watervogels.
Laat je niet misleiden door zijn frivole uiterlijk. De Dodemansvingers is extreem giftig door de aanwezigheid van het snelwerkend zenuwgif oenanthotoxine. Het gif, dat ook wordt aangetroffen in andere schermbloemen zoals Gevlekte scheerling, werd door de oude Grieken gebruikt bij het vullen van de gifbeker. De wortels worden regelmatig verward met die van Pastinaak of de stengels met die van Selderij. Het aanraken van de Dodemansvingers vormt helemaal geen probleem. Het inslikken van plantendelen wel. De hele plant is giftig, maar de grootste concentratie gif bevindt zich in de knolvormig verdikte wortels, die wel wat weg hebben van.... inderdaad dode vingers.

Sardonische grijns
Een kleine hoeveelheid rauw plantenmateriaal veroorzaakt misselijkheid en braakneigingen en kan zelfs fataal zijn. Na inname trekt het gevoel uit de uiteindes van het lichaam, zoals de vingers en de tenen, weg. Daaraan dankt de plant ook haar typische naam. Het meest bekende effect van de Dodemansvingers is de zogenaamde ‘sardonische grijns’. Dat is een fenomeen waarbij de spieren in het gezicht verkrampen. De persoon krijgt opgeheven wenkbrauwen en het lijkt wel alsof hij lacht. De benaming is afkomstig van het eiland Sardinië waar de bevolking in de tweede eeuw voor Christus de Dodemansvingers serveerde aan oudere mensen die niet langer voor zichzelf konden zorgen. Het werd beschouwd als een respectvolle dood waarbij het mentaal en lichamelijk aftakelen werd vermeden.

Coronawandeling: koeien en noix de terre

Weer eens ontsnappen uit de tuin en dat zonder toestemming van de Franse overheid. Open en bloot het fietspad, alias de oude spoorweg op richting gare Locmaria- Berrien tot aan de de samenvloeiing van de riviere d'Argent met de Aulne. En dan stroomopwaarts langs de riviere tot aan de moulin d'Argent. Ik word verwelkomt door een bange blaffende hond, die, als ik hem vriendelijk toespreek, kwispelstaartend naar mij toe komt. Wel rekeninghoudend met de wettelijk voorgeschreven anderhalve meter afstand. 

aardkastanje
Nu even de vallei uitklimmen richting Rouzoucon. Op het plateau vind ik veel witbloeiende aardkastanjes en in de weilanden staren de rosse koeien mij met ontzag, verwondering, nieuwsgierigheid aan. De koeien zijn indrukwekkend maar ik heb toch meer belangstelling voor dat onnozel plantje. Alle plantjes zijn ook troostplantjes op dit moment.

Dus over de Franse aardkastanje (Conopodium majus). Het is een overblijvende plant, die behoort tot de schermbloemenfamilie. De soort heeft zijn naam te danken aan de kastanjevormige wortelknol, al lijkt het meer op een hazelnootje, in Frankrijk noemt het dan ook noix de terre. De knol is eetbaar en heeft een zoete, aromatische, nootachtige smaak. 
Conopodium majus, is de Griekse vertaling voor ‘grotere kegel’. Een tengere, overblijvende plant met enkele steel van 20-80 cm hoog. Franse Aardkastanje heeft kenmerkende, drie-hoekige, geveerde, lijn-vormige blaadjes en vanaf Mei tot Augustus verschijnen de platte bloemschermen, vol met kleine witte Conopodium-bloemetjes, die ook eetbaar zijn. Ondergronds groeit per plant slechts één, min of meer ronde en donkerbruine wortel-knol die, na  gewassen en geschrapt te zijn, rauw kan worden gegeten, de smaak is tussen hazelnoot en bleekselderij. Franse Aardkastanjes kunnen ook gekookt worden, bv. in bouillon, of aan stoofpotten worden toegevoegd. De smaak gaat dan meer richting Pastinaak.

Er bestaan naast de Franse Aard-kastanje nog twee andere planten-families die ook Aard-kastanje worden genoemd: Bunium bulbosum, heeft ook maar één knol per plant, maar bij Oenanthe of Torkruid groeien er een heleboel knolletjes  bij elkaar, afhankelijk van de soort qua vorm verschillend, ei-vormig of langwerpig.

Ik oogst wat wortelknolletjes, je kan ze echter niet zomaar aan de steel uit de grond trekken, de steel zit bijna los aan het knolletje en breek dan ook onmiddellijk af. Het is dan ook graven en zoeken geblazen, ook al omdat de knolletjes op kleine steentjes lijken. Uiteindelijk verzamel ik toch zeven 'nootjes' en kan ik weer tevreden huiswaarts keren. 

De rosse koeien bij Rouzoucon


donderdag, juni 04, 2020

Een bijzondere bijvoet. Het moxakruid.

Jaren geleden,op bezoek bij de kruidenkwekerij Rühlemann's Kräuter und Duftpflanzen in het Duitse Horstedt vonden we tussen de vele exclusieve planten ook de ordinaire beifuss, niks anders dan onze inheemse bijvoet, Artemisia vulgaris, maar dan wel onder de naam Moxakraut. Na even aan de plant gesnuffeld te hebben kwamen we tot de conclusie dat de geur aromatischer en de kleur veel grijzer was, dan onze gewone bijvoet. Blijkbaar een variëteit van de gewone bijvoet door de eeuwen geselecteerd om als brandkruid (moxa) te dienen om acupunctuurpunten te verwarmen. Dus bij Ruehlemann een moxakruid gekocht en..... deze Artemisia volgt ons nu al zowat 20 jaar in België, in de Franse Drôme en Bretagne. Het is een sterke plant, goed te vermeerderen met stukjes wortel en is interessant om bvb smudgesticks te maken.

En onze inheemse bijvoet? Zeker wel een interessante plant, alleen al de verklaringen over zijn naam spreken tot de verbeelding.
Bijvoet, Duits Beifuss, bij de voet dus, werd vroeger als middel tegen vermoeidheid bij de voeten gelegd, of in de schoenen gestopt en maakte daardoor de voeten onvermoeibaar. Zo zegt Plinius al dat een reiziger geen vermoeidheid (artemes) zal voelen als hij een takje van bivot in zijn schoenen legt. Volgens hem zouden de Romeinse soldaten de weg naar Zwitserland snel hebben afgelegd omdat ze bijvoet in hun sandalen droegen. De Griekse naam Artemisia wordt overigens door sommigen afgeleid van artemes, ‘fris’ of ‘gezond’, want de wandelaar die bijvoet draagt blijft onvermoeid. Het vermoeidheidsgevoel zou ontstaan door het warm worden van onze voeten. De bijvoetbladeren bevatten een vluchtige olie die, als deze met warme voeten in aanraking komt, verdampt en zo de warmte afvoert, een soort eau de cologne. Het geloof dat men op reis niet vermoeid werd als men de plant aan het been bond, heeft mogelijk bijgedragen tot de vervorming van het Midden-Nederlands biuot tot bivoet en tenslotte tot bijvoet. Engelse mug wort en Franse herbe de Saint-Jean.

https://www.kraeuter-und-duftpflanzen.de/pdf/Ruehlemanns-Kraeuterkatalog-2019.pdf
https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/artemisia-vulgaris-bijvoet-mugwort



dinsdag, juni 02, 2020

Point de vue

Point de vue vanaf het fietspad bij de samenvloeiing van de rivière d'Argent en de Aulne. Het is deze rivier die bij het stadje Huelgoat door de eeuwen heen de chaotische rotsformaties heeft bloot gespoeld. Een mooi troostplekje voor mij tijdens deze Coronatijden. 

La rivière d'Argent (en breton ar Stêr Arc'hant), qui porte plusieurs autres noms : le « Fao », le « Pont-Pierre », le « Ruisseau de la Mine », est un cours d'eau français et un affluent de l'Aulne.

La longueur de son cours d'eau est de 18 kilomètres. Cette rivière coule dans les monts d'Arrée, en Bretagne, elle passe notamment par Huelgoat. C'est un affluent de l'Aulne, qu'elle rejoint à Poullaouen.
À sa confluence avec l'Aulne, ce dernier est appelé ar Stêr-Blom (la rivière de plomb). Certains des noms qu'on lui attribue proviennent de l'existence des anciennes mines de plomb argentifère du Huelgoat, de Locmaria-Berrien et de Poullaouen, situées dans son bassin hydrographique.

In de Franse taal dus, gestolen Frans. Op deze plaats bij de samenvloeiing van la riviere d'Argent en de Aulne bevinden zich ook de nauwelijks zichtbare resten van een middeleeuwse vesting. La motte féodale de Castel ar Valy, forteresse dominant le chemin de Carhaix à Morlaix, bâtie au début du XIe siècle, fut le domaine du baron Keraliou de Loscoat. Au XIIe siècle, le seigneur de la Haie-Douar construit une chapelle consacrée à la Vierge Marie.  Les seigneurs des manoirs de la Haye et de Kerambellec ainsi que de la métairie noble de la Haie-Douar étaient les gros propriétaires terriens.

Op deze historische plek sta ik dan mooi maar, starend naar het wiegend water. Naar het einde of naar de eeuwigheid.