donderdag, september 17, 2015

Wild voedsel: smeerwortel en anderen

Wild weeer vandaag, wolken, wind en zon. Weer dus om ook wild te eten. Ik zoek wat bij mekaar in groententuin en langs bosrand. Enkele aangewreten raapjes en twee wortels  uit de tuin worden samen met 4 gesprokkelde aardappels gaar gekookt. Ook snijbietblad, smeerwortelblad en topjes brandnetel oogst ik langs onze bosrand. De brandnetel liefst met de blote handen plukken, goed voor de vingerkootjes en anders kun je ze (de handen of de brandnetels) nog altijd in de smeerwortel draaien. Dit wild mengelmoes stoof ik met boter en gekruide olie, meng het na 5 minuten met een meel, ei, waterdeegje. Snel al roerend opbakken nog wat blokjes kaas er doorheen en dan deze korrelige hopelijk licht krokant brokjes samen met de gemengde groenten warm opdienen.

Smeerwortel inderdaad, een blad dat ruwbladig is maar snel smelt in de pan en zich dus goed leent om kort te stoven of om gedrenkt in een hartig beignetbeslag te frituren. Een krokantje dus.

De smeerwortel botanisch bekeken
Symphytum officinale behoort tot de familie van de Boraginaceae of ruwbladigen, de plantenfamilie waar ook bernagie en vergeet-mij-nietje bij hoort. Het is een overblijvende kruidachtige plant, die vooral op vochtige graslanden en aan de waterkant gevonden wordt. Ze bezit een forse penwortel. Deze wortels kunnen zo'n 30 centimeter lang en 3 centimeter dik worden. Zoals een oude naam zwartwortel al doet vermoeden zijn de wortels aan de buitenkant zwart-bruin gekleurd. Wordt de verse wortel doormidden gebroken dan kan de snel naar wit-geel verkleurende witte binnenkant waargenomen worden.

Vanuit de wortel ontspringen langgesteelde bladeren, die bijna tot een halve meter lang kunnen worden, en een of meer bloeistengels. Deze stengels zijn zo'n 2,5 centimeter dik, vlezig, hol en naar boven toe vertakt met kortgesteelde tot zittende bladeren. De bladeren zijn langwerpig tot lancetvormig-eirond en lopen in een lange piek uit. Aan de voet zijn ze geleidelijk of meer abrupt versmald. Alle bladeren zijn aflopend en hebben een netvormige nervatuur. Aan de bovenkant zijn ze dun behaard; dit in tegenstelling tot de onderkant, waar de haren vooral rond de nervatuur zijn te vinden.

Een bijzonder kruid voor de huid. Een Middelnederlands zalfrecept voor de huid: ‘Salve: neemt populierbotten ende smeerwortelen ende nachtscade ende malrovie; dese cruden ghesoden in smeere ende ghewronghen door een cleet, deze salve es goed jeghen drope (schurft) ende doet zweeren heelen.’ De Smeerwortel werd zeer geacht, reden waarom men hem ook in de hoven aanplantte. In de middeleeuwen werden de jonge stengels als groente gebruikt; deze werden als asperges klaar gemaakt. Zeker iets om opnieuw te proberen en ja, de plant bevat pyrrolizidine-alcaloïden, stoffen die op lange termijn schadelijk kunnen zijn voor de lever, maar wel volledig veilig zijn op korte termijn. Of durft er nu niemand meer smeerwortel eten?

Meer over smeerwortel: https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/symphytum-officinale-smeerwortel


Geen opmerkingen: