dinsdag, oktober 01, 2013

Eikels kletteren

Eikels kletteren op het nieuwe dak van ons tuinhuis. Het krachtig geluid klinkt me vertrouwd in de oren. Kindertijd natuurlijk, spelen in de beschutting van het koetshuis op de boerenkarren, beschermd tegen wind, regen en de keiharde eikels. Ooit werden die eikels aan de varkens gevoerd en de geroosterde vruchten zorgden voor een inheemse koffie. Wel niet mijn smaak, maar nu met al die Bretoense eikels in onze tuin is de verleiding groot om, als was het maar voor het plezier, wat eikelkoffie te produceren. 

Wel sterk geneeskrachtig spul, die eikels en hun bomen. Zo sterk geneeskrachtig met hun vele looistoffen, dat het beter is om er alleen uitwendig gebruik van te maken. De eik maakt alles wat te los zit in het lichaam opnieuw vast. Stoppend, bloedstelpend...Yang zou men dat in de makrobiotiek noemen. 

De eik is energetisch zo sterk, dat er alleen naar kijken al genoeg is voor een werking. Vooral de bladerloze bomen in de winter spreken me sterk aan. Knuffelen doe ik dit soort bomen niet, er stevig tegen aanleunen of er in klimmen is meer mijn stijl.

De eiken uit mijn leven. Dit schreef ik in mijn dagboek van 2006: Eiken in het fôret de Tronçais
....Maar we doen vandaag niet alleen literaire maar ook natuurlijke ontdekkingen. In de weilanden en langs de wegen staan mooie oude solitaire eiken. Zo alleen en zonder bladeren zijn het echte oerbomen. We ontdekken dat er niet alleen veel solitaire eiken staan, maar dat vlakbij Meaulne ook het mooiste eikenbos van Europa moet zijn. Le plus belle chenaie de l’Europe, zoals de Fransen dat zo mooi maar ook zo overdreven kunnen zeggen. Dus wij rijden, ja rijden dat eikenwoud in en bezoeken één voor één de oudste eiken uit dit woud. Een korte wandeling brengt ons eerst bij de Chêne de Montoloyer, zou 350 jaar oud zijn en vertoont duidelijk tekenen van aftakeling. Eén lange zijtak probeert nog extra krachten te vergaren voor nog eens 350 jaar. We rijden en wandelen naar nummer 2 en 3, naar Chêne carrée met vierkante basis, naar Le Chevallier (de Ridder) en naar Les Jumeaux, een tweeling van 400 jaar oud. Allemaal in het fôret de Tronçais. En we hopen ook stiekem een maretak op een eik te vinden. Maar helaas.

En nog over oude eiken: 2 maart overnachten in de motorhome onder de kerktoren van Tramont
Zwaar bewolkte maar droge ochtend in Tramont. Wel ja, de klokken van de kerk waren geen succes. De plaatselijke, in trainingspak gestoken, overbuurman weet van geen klokken, maar weet zomaar waar die oude eik is. En nog wel vlakbij. Wel even een steile weg op en daar aan de rand van het bos staat hij. Verhakkeld, van veel zware takken ontdaan maar indrukwekkend afstekend tegen de woeste wolken en wij als kikkers tegen hem opkijkend. Wel degelijk een indrukwekkende eik maar helaas zonder maretak. Zouden de mistels mede gesneuveld zijn samen met zijn oeroude takken? 


Geen opmerkingen: