Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht hart. Sorteren op datum Alle posts tonen
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht hart. Sorteren op datum Alle posts tonen

maandag, december 19, 2011

Mijn kruidige siertuin: Meidoorn

De donkerste dagen van het jaar zijn dé gelegenheid om gezellig binnen te blijven, na te denken en te lezen. Voor mij is dat lezen dikwijls herlezen. Het moment om oudere boeken uit mijn bibliotheek opnieuw  te lezen of ten minste te doorbladeren.
Ik herlees ook wel eens wat ik zelf ooit geschreven heb. Dan ben ik soms beschaamd over mezelf, over de slechte zinsbouw of de rare ideeën. Gelukkig kan ik ook wel eens goedkeurend knikken over mijn eigen teksten en soms ben ik zelfs redelijk tevreden, zelfs zo tevreden dat ik met die teksten wel eens een boekje durf samenstellen. En dat... bescheiden aanbieden aan andere kruidenliefhebbers. Bij deze een stukje tekst uit 'De kruidige siertuin' met als ondertitel 'een tuin als huisapotheek'.

Wat  is  een  kruidige  siertuin?
Heel lang geleden leefden wij mensen in de natuur, we aten uit de natuur en we gingen  dood in de natuur. Dat natuurlijk leven had waarschijnlijk een heleboel voordelen, maar ook heel wat nadelen. Nu, zien we dikwijls alleen nog maar de voordelen. Nu, proberen we die bedreigde natuur weer in ons leven en dus ook in onze tuin op te nemen. Dat kan een beetje met een kruidige siertuin. Een tuin die op een bescheiden manier rekening houdt met het natuurlijke, het ecologische van planten, maar ook met hun gebruiks- en schoonheidswaarde. 
Een tuin dus met enige principes. Principes waar je natuurlijk mag en misschien zelfs moet van afwijken. Een tuin vol van planten, die (1)natuurlijk, (2) mooi en (3) gezond zijn. Een ecologische en kruidige siertuin waar je al je zintuigen de kost kan geven.
Ecologie zonder ergernis, esthetiek zonder franjes en gezondheid zonder complexen, dat moet mijn kruidige siertuin zijn.

In deze brochure, die ik ook gebruik als cursusboekje bij een lessencyclus over natuurlijk en kruidig tuinieren, worden medicinale planten besproken die samen een mooie border vormen.

Een filosofisch stukje over de meidoorn
Net zoals de Vlier is ook de Meidoorn niet weg te denken uit ons landschap en ons leven. Veel te weinig beseffen we dat struiken en bomen letterlijk het landschap en het leven vullen. Tuin en natuur stofferen de lege ruimte en geven ons net zoals een interieur een vertrouwd gevoel en structuur voor ons dagelijks handelen. Wel grote woorden om een gewoon struikje in te leiden. En toch waar! Wat kan de lange lijnen van de meidoorn in een heggenlandschap vervangen? Of de grillige bosjes aan de rand van een weiland, waar de koeien schaduwen of hun vacht schuren?  Of wat zou ik zijn zonder mijn herinnering aan die grillige Ardeense meidoorn, de enige overlevende van een oude heg. Sporen in het landschap laten sporen na in mezelf. Emotioneel omgaan met de natuur is essentieel, al moet we daarom ons verstand nog niet verliezen. Verstand is toch een beetje bewaker van het gevoel.

Maar het boekje  is niet alleen filosofisch maar ook praktisch. Een citaat:
Het best te gebruiken is de Meidoorn voor het ouderdomshart of om de gevolgen van een hartinfarct te verminderen. Verder is de plant ook te gebruiken bij een verhoogde bloeddruk, dan eventueel combineren met de vochtafdrijvende Guldenroede of bij ritmestoornissen, dan is een mengsel met Citroenmelisse of Hartgespan zeer geschikt. Door zijn versterkende werking op de hartspier is de plant ook te gebruiken bij duursporten. Geen echt pepmiddel maar het zorgt er wel voor dat je hart een inspanning langer kan volhouden.
Eigen aan de moderne natuurgeneeskunde is het gebruik van traditionele kruiden met een wetenschappelijk goed onderbouwde werking en dat met zo weinig mogelijk bijwerkingen. Meidoorn  is daar een goed voorbeeld van, het is dan ook onze basisplant voor hart en bloedvaten.

De brochure 'De Kruidige Siertuin' van 60 bladzijden is te verkrijgen voor 10 euro, verzendingskosten en digitale versie inbegrepen. Bestelling via vlaamseherboristen@gmail.com.

zondag, mei 05, 2013

Het kruidensteegje

Les herboristenopleiding. De kruiden voor hart en bloedvaten besproken. De basisplant is natuurlijk meidoorn, de bloesem kan binnenkort weer geplukt worden. Zonder meer het best werkzame en zeer veilige middel voor een 'versleten' hart. Verbetert o.a. de zuurstofvoorziening naar de hartspier.
Het is mooi zonnig weer, zonde om de hele dag binnen te zitten, dus tussendoor nog eens via het binnenpaadje naar de tuin van Hilde. De stinkende gouwe, madeliefjes en paardenbloemen zijn in volle bloei, echte onkruiden met een grote O, goed geneeskrachtig en wat vrolijken ze de grasvelden en de mensen mooi op. Hoe kunnen we daar nu bestrijdingsmiddelen op los laten!

In het herboristentuintje van Hilde vinden we bloeiend bedstro Galium odoratum. Het moment om maitrank te maken. Eenvoudig recept: 5 à 10 bloeiende stengels laten verwelken en dan in een fles droge witte wijn 24 uur laten trekken. Bedstro is rustgevend en licht bloedverdunnend.
Bijzondere bloeiende planten bij Hilde zijn de doorlevende judaspenning, een zeer zeldzame bosplant die juist in de diepe schaduw goed groeit en in het vijvertje vinden we de sierlijke waterviolier. Eenvoudige wilde schoonheid.

http://eten-en-drinken.infonu.nl/bier-en-wijn/36045-bedstro-het-lieflijk-meikruid.htm
lhttps://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/galium-odoratu

dinsdag, november 24, 2020

Bewegen het beste medicijn

De mens heeft altijd bewogen: in de oertijd, als jager-verzamelaar, maar ook tot honderd jaar geleden was het leven hard labeur. Werk en huishouden gingen met veel lichamelijke activiteit gepaard. Maar de laatste honderd jaar zijn we elke vorm van beweging uit ons leven beginnen te weren. Op alle vlakken is onze fysieke activiteit enorm afgenomen, terwijl ons lichaam een bepaalde mate van beweging nodig heeft. Bewegen we niet, dan treden er allerlei ziekten op. Pas de laatste jaren beginnen we te ontdekken waarom.

Wandelen in de bergen bij Col du Lautaret. 
Eén van de belangrijke nieuwe inzichten is dat tijdens het bewegen stoffen vrijkomen in het bloed die de ontwikkeling van vooral chronische beschavingsziekten – zoals diabetes, kanker en hart- en vaataandoeningen – verhinderen. Zie het als medicijnen die het lichaam zelf produceert. Die stoffen worden vooral aangemaakt door de skeletspieren – liefst 40 procent van ons lichaam is spiermassa. De stofjes die die spieren produceren, zetten bijvoorbeeld onze hersenen ertoe aan meer hersencellen of bloedvaten aan te maken. Andere onderdrukken dan weer tumoren of – interessant in deze tijden van corona – versterken het immuunsysteem.

Onze organen staan niet los van elkaar: ze communiceren, voornamelijk via hormonen. Als de darmen voldoende voedsel bevatten, signaleren ze aan de hersenen dat er geen voedsel meer gezocht moet worden. En als de spieren bewegen, laten ze de andere organen weten dat ze energie aan het verbruiken zijn, zodat die zich daarop kunnen instellen.

Een mooi voorbeeld uit de dierenwereld is het manteldier, dat op een zeeanemoon lijkt. In de eerste levensfase zwemt het rond en heeft het een goed ontwikkeld zenuwstelsel, een soort van hersenen. Maar op een bepaald moment hechten die dieren zich aan een rots vast, waar ze de rest van hun leven blijven zitten. Zodra ze niet meer bewegen, krimpen hun ‘hersenen’, simpelweg omdat ze ze niet meer nodig hebben. Bij mensen is het niet anders: de spieren zetten de hersenen aan om alert te blijven, te verbeteren en te leren. Als oudere mensen een vegetatief bestaan beginnen te leiden, niet meer uit hun zetel komen en amper nog prikkels krijgen, takelen ze mentaal snel af en worden ze dement. Het hele verhaal kennen we nog niet, maar we beginnen nu te begrijpen dat de spieren ook andere organen onderhouden of verbeteren. Daarom heeft lichaamsbeweging op zoveel ziekten een effect. De gunstige invloed op hart- en vaatziekten – hoge bloeddruk, beroerten, hartinfarcten – was al langer bekend, maar we weten nu ook dat beweging bij de helft van de kankers een beschermend effect heeft.

Artrose en bewegen

Als je je spieren traint, krijg je minder snel artrose. De spieren omkapselen de gewrichten en fungeren als een natuurlijke brace. Niet het gebruik van je gewrichten zorgt voor problemen: mensen die een fysiek zware job hebben of veel aan sport doen hebben niet noodzakelijk last van hun gewrichten. Gewrichtsaandoeningen kunnen het gevolg zijn van een gebrek aan spieren. Als je die niet ontwikkelt, komt alle impact op het gewricht en de pezen terecht.

Wandelen op oneffen terrein

Lopen en wandelen doe je best op oneffen terrein. In een bos of op het strand moet je meer nadenken over waar je je voeten zet: zo wordt je geest geprikkeld. Een bijkomend voordeel is dat je lichaam meer wordt uitgedaagd. Op je rug zitten heel grote spieren, maar je hebt er ook heel kleine dicht bij de wervels. Het zijn die spiertjes die je lichaam in balans houden. Die train je niet door in de fitness aan toestellen te hangen, wel met een goede bosloop.”

Kruidenvakanties / Stages. 3 juli - 10 juli 2021 Franse Drome/ 10 juli - 17 juli 2021 Alpen.   https://sites.google.com/site/kruidwis/

vrijdag, mei 03, 2019

Brem in bloei

Als de brem bloeit, staat de heide in gloed. De stijve, groene twijgen van onze brem zijn weinig opvallend maar als die felgele grote vlinderbloemen zich openen is het alsof de saaie heide ontploft.  

De geslachtsnaam Cytisus is afkomstig van het Griekse 'kytisos' of kutisos, een naam die door de Romeinen aan verschillende planten gegeven werd oa ook aan Medicago arborea, de rupsklaver. De geslachtsnaam Sarothamnus, synoniem voor Cytisus is een samengaan van het Griekse saros, bezem en thamnus, struik. De soortnaam scoparius betekent  ook 'bezemachtig'. De aanduiding 'bezemachtig' en 'bezemstruik' verwijst niet alleen naar de twijgachtige vorm, maar ook naar het gebruik ervan als bezem.
Mogelijk is de naam ontleend aan het Cycladeneiland Cynthisa of Cythisus, waar de plant in de Oudheid overvloedig groeide.

Ginster of Genista
Verscheidene namen die gebruikt worden voor brem, worden ook gebruikt voor andere planten. Vooral de naam 'ginster' is bijzonder omdat hij ontleend is uit het Latijnse 'genista'. En genista is dan weer afgeleid van ofwel het Latijnse genu - knie of van het Keltische gen, struik. Met 'ginster' worden ook planten van het geslacht Spartium, Genista, Laburnum en Ulex aangeduid. De Genista tinctoria of de Verfbrem is een van oudsher bekende verfstofplant, vandaar tinctoria en verf.

De naam Spartium is waarschijnlijk afkomstig van de Romeinen, zij gaven de naam spartum, aan verschillende planten die voor het binden gebruikt werden. Een oude Nederlandse naam is ten andere ook Sparteplant. De betekenis van het Griekse ‘spartos’ is een band van sparte of een touw dus. Andere mogelijke herkomst en betekenis van spartos is ‘speirein’, in een spiraal draaien, wat we ook terugvinden in de naam van Moerasspirea. Of van speirein, uitgezaaid omdat de brem zich ook makkelijk via zaad vermeerdert.

Vreemd genoeg vind ik geen duidelijke verklaring voor de gewone Nederlandse naam brem, mogelijk een verbastering van de oudere naam Bezemstruik, bezem, breem, braam of bessemcruydt. Zelfs bremkappers zou bestaan hebben. Mogelijk verwijzend naar de bloemknoppen, die als een soort kappertjes in azijn geconserveerd werden.

Brembloemen werden vooral voor de zogenaamde hartwaterzucht gebruikt. De medicinale werking en de giftigheid van de brem is vooral het gevolg van de quinolizidine alkaloïden met de naam sparteïne (ook wel lupinidine genoemd), dat het hart, de bloedsomloop en de darmwerking stimuleert. Het kan daardoor ook fungeren als middel dat het ritmisch kloppen van een hart kan herstellen bij een hartritmestoornis. De uiterlijke gevolgen van de vergiftiging zijn misselijkheid, overgeven, opwinding, spierzwakte en stuiptrekkingen. De dood is zelfs niet uit te sluiten doordat er een fatale storing in de bloedsomloop kan optreden. Toch werd het vroeger wel aanbevolen als remedie tegen kinkhoest en astma.

Ook bevat de brem het alkaloïde cytisine dat chemisch ongeveer gelijk is aan nicotine. Het is natuurlijk niet aan te bevelen om de brem te gaan roken, maar deze cytisine wordt in sommige Oost-Europese landen al sinds jaar en dag gebruikt als middel om van een rookverslaving af te komen. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat cytisine een agonist van de nicotine-receptoren in de hersenen is. Een agonist is een stof is die een receptor activeert. Vroeger werd de cytosine ook ingezet als middel tegen luizen, maar het grote probleem bleek dat de concentratie werkzame stof nogal onberekenbaar was en daardoor bleek het middel soms erger dan de kwaal. De cytisine werd via de huid in het lichaam opgenomen en daardoor konden vervelende reacties ontstaan.

Zeer recent wetenschappelijk onderzoek geeft verrassende info over de brembloemen.
We observed that the hydroalcoholic extract of S. junceum flowers (HFE) strongly inhibited B16-F10 murine melanoma cell proliferation, while just a feeble effect was observed on C2C12 murine myoblasts. Moreover, we found that HFE exerted a pro-oxidant activity on melanoma cells, inhibited melanogenesis and caused cell cycle arrest in G2/M phase, inducing senescence. These anti-cancer properties of HFE could be related to the rich metabolic profile of the extract that we characterized by HPLC-DAD and GC-MS analyses.
This evidence suggests that S. junceum phytocomplex can be used as a selective, nontoxic, economic and easily available anticancer drug.

donderdag, september 10, 2015

Hartgespan

Hartgespan is al een tijdje uitgebloeid en levert nu rijp zaad. De hele bloeiende plant wordt samen met meidoornbloesem gebruikt tegen, hoe kan het anders, het spannen van het hart.

De plant wordt nog weinig gebruikt, toch zou daar, gezien het wetenschappelijk onderzoek, in de toekomst wel verandering in kunnen komen. Al zijn de autoriteiten uit het verleden best kritisch geweest over de mogelijke werking van hartgespan. 

Zo zegt Dodoens Hertsghespan en wordt in der medecijnen niet ghebruyckt/ nochtans zoo wordet van sommighen hedendaechs seer goet ende sonderlinghe ghepresen teghen die pijne/ weedom/ cloppinghe/ en bevinghe van der herten.

En in de Flora Batava geschreven rond 1882 Plaat 263 in deel IV. De geheele Plant geeft een sterken reuk en een weinig bitteren smaak: oudtijds oordeelde men dezelve te zijn, hartsterkend , toonwekkend , prikkelende , openende; maar tegenwoordig erkent men, dat deze eigenschappen, waar van de eerste haar den naam heeft doen geven van Cardiaca, dat is, hartsterkend, vrij onzeker zijn, waarom zij dan ook tegenwoordig zeer weinig gcbruikt wordt, noch in de Apotheek, noch onder de Huismiddelen. (Favrod de Fellens).


Maar Culpepper wrote of Motherwort: 'Venus owns this herb and it is under Leo. There is no better herb to drive melancholy vapours from the heart, to strengthen it and make the mind cheerful, blithe and merry. May be kept in a syrup, or conserve, therefore the Latins call it cardiaca.... It cleansethe the chest of cold phlegm, oppressing it and killeth worms in the belly. It is of good use to warm and dry up the cold humours, to digest and disperse them that are settled in the veins, joints and sinews of the body and to help cramps and convulsions.'

En Dr Paul Belaiche bestudeerde de 'agripaume' rond 1980. Il l’utilisa sur 64 patients neurodystoniques (grand état de stress et d’anxiété) souffrant de troubles du rythme cardiaque (tachycardie, extrasystoles, les problèmes organiques ayant été écartés). Il note :
  • Une action contra-adrénergique (s’oppose à la réaction de stress) et antispasmodique ;
  • Une action anxiolytique et sédative générale non négligeable ;
  • Une diminution de l’hyperexcitabilité portant sur les fourmillements des extrémités, les crampes, et l’asthénie (fatigue) matinale 

Recent wetenschappelijk onderzoek lijkt de werking op het hart te ondersteunen.
The results showed that constituents (chlorogenic acid, orientin, quercetin, hyperoside, and rutin) of L. cardiaca herb extract uncouple (by 20-90 %) mitochondrial oxidation from phosphorylation, partially inhibit (by ~ 40 %) the mitochondrial respiratory chain in cases of pyruvate and malate as well as succinate oxidation, and effectively attenuate the generation of free radicals in mitochondria. Since partial uncoupling of mitochondria, respiratory inhibition, and decreased ROS production are proposed as possible mechanisms of cardioprotection, our results imply that L. cardiaca herb extract could be a useful remedy to protect cardiac muscles from the effects of pathogenic processes.  http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/24841965 Planta Med. 2014 May;80(7):525-32.
The effect of Leonurus cardiaca herb extract and some of its flavonoids on mitochondrial oxidative phosphorylation in the heart.

Phytother Res. 2013 Aug;27(8):1115-20. doi: 10.1002/ptr.4850. Epub 2012 Oct 8. Leonurus cardiaca L. (motherwort): a review of its phytochemistry and pharmacology.
https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/leonurus-cardiaca-hartgespan-1

dinsdag, januari 31, 2012

Stinkend nieskruid of Helleborus foetidus


Een Franse tekst uit een klein maar fijn boekje over medicinale Alpenplanten. Hier het stukje over het stinkend nieskruid, een plant die nu volop groen in bloei staat en.. niet omdat de winters niet meer koud zijn maar gewoon omdat hij altijd vroeg bloeit.

HELLEBORE FETIDE   Helleborus fœtidus L. Renonculacées

Cette plante d'obédience atlantique pénètre dans les Alpes assez profondément, atteignant l'étage alpin inférieur. Calcicole préférentielle, elle monte jusqu'à 1 800 mètres. L'Hellébore se reconnaît facilement à sa floraison hivernale, aux fleurs en cloches vertes bordées de rouge, et à ses feuilles en éventail digité. La plante dégage de plus une odeur vireuse prononcée. Les deux glucosides qu'elle contient sont violemment toxiques : l'helléborécine agit sur le cœur, et par suite sur le pouls, à la manière de la Digitale, en ralentissant ou en accélérant leur rythme ; riielléborine est un violent caustique, bloquant le système nerveux central par résorption. Les intoxications se traduisent par l'irritation de la bouche el de la gorge, des vertiges, la dilatation des pupilles, des nausées et vomissements, et d'autres signes pouvant mener jusqu'au refroidissement (1 à l'arrêt du cœur.

Les effets précédents sont dus à l'ingestion d'une partie quelconque de la plante : racine, feuilles ou graines. Mais même en application externe, l'usage de la plante se révèle nocif. La racine fraîche, posée durant quelques instants sur une plaie saignante, détermine le vomissement. Les fleurs, écrasées et placées en cataplasme sur la peau, y produisent la rubéfaction et la formation de nombreuses vésicules comme en fait naître la Renoncule acre. Néanmoins la pommade, composée de 4 à 8 grammes du racine pour 30 grammes de saindoux, peut s'utiliser pour faire disparaître des dartres invétérés.

Aks je je afvraagt waarom het de naam nieskruid draagt, dan moet je de zaaddozen maar eens kapot wrijven en de scherpe geur opsnuiven. Een goeie kans dat het prikkelend effect een niesbui veroorzaakt. Nu helemaal onschuldig is dat ook niet . De digitalis-achtige stoffen, die je ruikt, hebben een werking op het hart (vandaar ook de giftigheid van Helleborus). Maar helleboreïne is ook erg irriterend voor de slijmvliezen. Het verhaal gaat dat het vroeger zelfs in niespoeders verwerkt werd.

Een andere inheemse helleborussoort is de wrangwortel. Deze wrangwortels zijn ook in de Belgische Ardennen te bewonderen, ze zijn vrij zeldzaam maar hier en daar oa bij Sosoye in de Molignéevallei overvloedig aanwezig. Zijn vreemde naam heeft hij te danken aan zijn vroeger gebruik tegen uierontsteking, de wrangziekte bij koeien. Met een priem werd in de huid van de koe een gangetje gemaakt, waarin een stuk van de giftige wortelstok van deze Helleborus werd gestoken. We vinden dat gebruik ook terug bij Dodonaeus, die de plant Viercruyt (vuurkruid) noemt: '... Als eenich vee met eenighe haestighe sieckte bevanghen wordt soo steken die lantluyden dese wortele in eenighe plaetse daer zy minst hinderen ende quaet doen mach ende daer coemt terstont alle quaet ende viericheyt ende dat vee wordt daer duer behouwen'.

Zeg nu zelf, ook op een koude winterdag in januari, valt er wel wat te beleven met planten.
Mijn artikel over helleborus op http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/natuurgeneeswijze/47700-helleborus-het-stinkend-nieskruid.html


woensdag, november 17, 2021

Tempelboom

De Ginkgos verkleuren volop. In een privé-tuin midden in Dinant vind ik een hoge, oude tempelboom. De geelverkleurende, vreemdgevormde bladeren glinsteren in de grijze herfstochtend. Voor de eerste keer vind ik hier ook de stinkende vruchtjes. Ik, als rare herborist ben tevreden met die walgelijke dingetjes. Gelukkig wordt in de Westerse geneeskunde het mooie blad gebruikt. 

In het Verre Oosten zijn reeds duizenden jaren de geneeskrachtige en culinaire eigenschappen van de Ginkgo bekend. Maar in vergelijking tot het Westen wordt niet alleen het blad, maar ook de vrucht gebruikt. Het zachte omhulsel van het zaad is enigszins giftig. Bij het schoonmaken van de zaden kan de huid van de handen geïrriteerd geraken. De zaden worden in China en Japan wel gekookt of geroosterd en als lekkernij gegeten. Ook wordt beweerd dat het eten van de zaden het gebruik van alcohol neutraliseert. Chinezen legden de bladeren in hun boeken om ze tegen vraat te beschermen. Uit onderzoek is gebleken dat Ginkgo resistent is tegen nagenoeg alle ziekteveroorzakende organismen zoals virussen, bacteriën, schimmels en insecten. (Major R.T. – The Ginkgo, the most ancient living tree. Science 1967). Een unieke bijzonderheid van deze bijna uitgestorven boomsoort is dat hij het bijzonder resistent is tegen luchtvervuiling. Het is dan ook niet vreemd dat de Ginkgo in grote steden van Amerika en Japan daarom veel als straatboom wordt aangeplant; dat zijn dan meestal de mannelijke exemplaren gezien de scherpe geur van de rijpe vruchten bij de vrouwelijke Ginkgos.



Een oude boom voor nieuwe kwalen
Recepten met Ginkgo-bladeren en -zaden vindt men in vele Chinese kruidenboeken zowel uit de Oude als de Nieuwe tijd. De zaden gelden als een effectief tonicum voor een verhoogde lichamelijke als geestelijke vitaliteit. Daarenboven werden de Ginkgo-noten door de Chinese en Japanse artsen voorgeschreven om de spijsvertering te bevorderen en bij aandoeningen van hart en longen, bij astma, bronchitis en hoest evenals bij blaas- en nieraandoeningen. Hierbij werd een afkooksel gebruikt van de gedroogde rijpe zaden. De Chinezen gebruiken sinds lang de bladeren van de Ginkgo als een probaat middel bij sinusverstopping, hardnekkige hoest, astma en vooral verkoudheid. De bladeren worden in kokend water gelegd en de hete damp wordt ingeademd. Ook in Duitsland werd dit effect aangetoond. Zelfs als wondpleister onder de vorm van gekneusde bladeren is de Ginkgo bij de Chinezen in gebruik. De zegetocht van de Ginkgo als rationeel fytofarmacon begon in de vijftigerjaren van de twintigste eeuw met het wetenschappelijk onderzoek naar de inhoudsstoffen van het blad. Een van de voornaamste wegbereider van dit onderzoek was de arts en apotheker Wilmar Schwabe (1907-1983). In het laboratorium van de door hem opgerichte firma in Karlsruhe werden de inhoudsstoffen systematisch onderzocht en getest in talrijke studies.
 
Een van de vele onderzoeken
In een gecontroleerde dubbel-blind studie uitgevoerd met Ginkgo-extract versus placebo gedurende 18 dagen op verschillende patiënten met cerebrale insufficiëntie heeft men bij 92% van de patiënten een verbetering waargenomen zowel van functionele stoornissen zoals hoofdpijn, duizeligheid, spraakstoornissen en oorsuizingen als van psychische symptomen zoals bewustzijnsvermindering, desoriëntatie en verwardheid. Ook depressieve zwartgalligheid en angstsymptomen waren duidelijk afgenomen.

Een hele boterham, die Tempelboom.
Merkwaardig toch dat een eeuwenoude boom, een levend fossiel, ons helpt hypermoderne kwalen te verlichten. En daarbij is hij ook nog bestand tegen onze hedendaagse luchtverontreiniging. Hij groeit dus goed in de stad en andere verontreinigde omgevingen.Het meest wordt het blad gebruikt bij doorbloedingsproblemen, vooral van de kleine bloedvaten in handen en voeten en voor de hersencirculatie.

De invloed op het geheugen heeft waarschijnlijk niet alleen te maken met het effect op de bloedvaten, een betere zuurstofvoorziening, maar ook met het stimuleren van de zenuwboodschappers, neurotransmitters, in de hersenen. Daarom kan een goed Ginkgo-extract het concentratie- en oriëntatievermogen verbeteren, vooral bij ouderen, maar ook studerenden kunnen Ginkgo eventueel in combinatie met Ginseng of Rozemarijn tijdens examenperiodes gebruiken.

vrijdag, december 01, 2023

Het onooglijke en ongelooflijke varkensgras

Varkensgras wordt al sinds de oudheid en in de middeleeuwen gebruikt voor een veel breder scala aan kwalen en ziekten dan nu het geval is. In de eerste eeuw na Christus gaf Plinius de plant de naam “Sanguinaria ” ( = bloedkruid) vanwege zijn sterke hemostatische werking. De theoloog en botanicus Hieronymus Bock (1498-1554) schrijft hierover: “Gesudderd in rode wijn en gedronken of het gebrouwen water ingenomen met zijn poedervormige zaden stopt alle buikvloeiingen, braken, bloedspuwen en andere vrouwenziekten.” [3]


Als je hoofdpijn had, was het gebruikelijk om een ​​kroon van gevlochten varkensgras op je hoofd te zetten. In de Chinese geneeskunde wordt varkensgras gebruikt om de blaasfunctie te behandelen: met zijn bittere en enigszins verkoelende kwaliteit wordt gezegd dat het urinewegproblemen behandelt die worden veroorzaakt door hitte, vochtigheid of stenen [1].
Aan het einde van de 19de eeuw werd varkensgras in de volksgeneeskunde tegen een hoge prijs verkocht als geheim medicijn tegen longtuberculose, een ziekte die toen wijdverbreid was. Het zat ook in een bekend theemengsel uit die tijd tegen tuberculose en ter versterking van de longen.

Historisch recept: Kobert-Kühnscher kiezelthee
  • Hb Equiseti arvensis: 37,5 (= heermoes)
  • Hb Polygoni avicularis: 75 (= varkensgras)
  • Hb.Galeopsidis ochroleucae: 25 (= hennepnetel)
Meng driemaal daags 1,5 eetlepel met 2 kopjes water en reduceer dit tot de helft [4]. Bij deze dosering zijn geen bijwerkingen te verwachten. Omdat het bij dit mengsel om de opname van silica (Silicea) gaat, adviseer ik een langere gebruiksperiode van 3-6 maanden.

De longversterkende werking van dit siliciumhoudende mengsel vaak gecombineerd met klassieke planten voor de luchtwegen als tijm, smalle weegbree, sleutelbloem  zou zeker ook voldoen aan de hedendaagse vraag naar rationele fytotherapie.

Het varkensgras werd niet alleen gebruikt bij alle soorten bloedingen, talrijke nierziekten en diverse aandoeningen van de luchtwegen, zoals astma, tuberculose of bronchitis, maar werd in de middeleeuwen tot in de 20ste eeuw ook veel gebruikt in de gynaecologie, bij diverse ontstekingen en bij wondgenezing, incontinentie, gebrek aan libido, zweren en verschillende infectieziekten [2].

Effecten en indicaties in hedendaagse wetenschappelijke onderzoeken
Tegenwoordig wordt varkensgras zelden gebruikt als medicinale plant in de kruidengeneeskunde. Als dat wel het geval is, wordt het vooral vanwege het siliciumgehalte geadviseerd als supplement voor longziekten. Ondertussen is het gehalte aan antioxiderende, wondhelende, ontstekingsremmende en samentrekkende  actieve ingrediënten beter bekend geworden [1] en zijn er tal van lopende onderzoeken die de volgende werkings - en toepassingsgebieden hebben onderzocht:
  • Mogelijke ondersteuning bij blaasontstekingen en steenziekten en herstel bij bestaande nierschade: In dierproeven op ratten kon extract van waterig extract de nierstenen en de daarmee gepaard gaande schade aan het nierweefsel verminderen. [5]
  • Potentieel bloeddrukverlagend effect als ACE-remmer: mogelijke invloed op de spanning van perifere bloedvaten, ook uitgebreide werking als hartbescherming [6]
  • Potentieel antioxiderende werking: In cellijnen van muizen kon varkensgras de vrije zuurstofradicalen verminderen. [7]
  • Ook een direct antitumoreffect wordt vermeld: borstkankercellen zouden in vitro tot 50% kunnen worden verminderd door het stimuleren van apoptose (= geprogrammeerde celdood) met behulp van geconcentreerde preparaten van varkensgras. [8e]
  • Mogelijk gebruik tegen obesitas: Vetweefsel, gewichtstoename, triglyceridenniveaus en de vorming van vetcellen werden verminderd bij muizen met overgewicht. [9]
  • Ook wordt een hemostatisch en wondgenezend effect besproken. [9]
  • Ontstekingsremmende werking: Talrijke onderzoeken suggereren dat varkensgras de wondgenezing verbetert en ook kan worden gebruikt bij gingivitis. [10 –11]
  • De antimicrobiële werking van verschillende extracten van varkensgras tegen bacteriën en schimmels is in vitro bewezen. Vooral het chloroformextract was effectief tegen alle geteste grampositieve en gramnegatieve bacteriën, evenals tegen talrijke geteste schimmels, behalve Candida albicans. [12]
  • Arteriosclerose: mogelijk gebruik als preventie en begeleidende behandeling [1]
  • Aanvullend bij chronische obstructieve longziekten (COPD) en astma: mogelijke verwijding van de bronchiale vaten door varkensgras [13]
  • Potentieel anti-diabetisch, bloedsuikerverlagend effect [14]
  • De kwaliteit van het sperma kan worden verbeterd [15]
Let op: De gepresenteerde onderzoeksresultaten dienen niet voor zelfbehandeling met een preparaat gemaakt van varkensgras. Ze worden hier genoemd om het mogelijke potentieel van de plant te laten zien. Verdere studies zijn noodzakelijk.

Wat zit erin, wat werkt en hoe?
  • Flavonoïden en fenolzuren: worden meestal verantwoordelijk geacht voor de antioxiderende effecten
  • Gallotannine en catechine tannines: samentrekkend
  • Coumarines: invloed op de bloedcirculatie
  • Aviculan (een lignan): invloed op het hormonale systeem
  • Naftochinonen: anticonvulsief en secretolytisch
  • Slijm: verzachtend
  • Silica: Effect op huid, bindweefsel en steunweefsel
Erkend medisch gebruik
Op basis van de uitgebreide toepassingsgebieden die inmiddels zijn onderzocht, luiden de officiële aanbevelingen voor Polygonum aviculare helaas erg mager: De Europese regelgevende instantie voor kruidengeneesmiddelen HMPC vermeldt de plant om verkoudheid te behandelen en de hoeveelheid urine te verhogen - en zo de urinewegen te spoelen ter ondersteuning van milde urinewegproblemen. Uitwendig gebruik wordt aanbevolen bij milde ontstekingen van mond en keel [16].

Het gesneden kruid (Herba Polygoni avicularis) wordt meestal gebruikt in theemengsels of als waterig extract in vloeibare preparaten: Giet 150 ml kokend water over 2 gram varkensgras en zeef na ongeveer 10 minuten. Je kunt maximaal 5 kopjes thee per dag drinken, maar het moet minimaal 3 kopjes zijn. Je kunt het ook licht verdund gebruiken om te gorgelen. 
Als u een urineweginfectie heeft, moet u naast thee over het algemeen ook veel vocht drinken. Als u echter weet dat uw hart- of nierfunctie verminderd is, moet u flushingtherapie (inclusief thee van varkensgras) vermijden.

Besluit
Het varkensgras lijkt een alleskunner, een geneeskrachtige plant die overal voorkomt. Tot 100 jaar geleden werd het ook op grote schaal medisch gebruikt; er werden zelfs wonderbaarlijke genezingen aan toegeschreven echter omdat dit varkensgras met zijn robuuste karakter ons overal vergezelt, wordt hij nu meer veracht als bewonderd. Wetenschappelijke studies van de afgelopen twintig jaar hebben nu een therapeutisch potentieel ontdekt dat dicht in de buurt komt van de uitgebreide middeleeuwse en oude indicaties. Omdat het een niet-giftige en gemakkelijk te gebruiken medicinale plant is, raad ik je aan om het varkensgras meer te bekijken, te bewonderen en te gebruiken.

Referenties

[1] Bäumler S. Heilpflanzenpraxis heute – Arzneipflanzenportraits. München: Elsevier; 2021
[2] Madaus G. Lehrbuch der Biologischen Heilmittel.Polygonum aviculare. Vogelknöterich. Polygonaceae. Im Internet: https://www.henriettes-herb.com/eclectic/madaus/polygonum.html; Stand: 30.09.2023
[3] Bock H. Kreüterbuch: Darin Underscheid, Würckung und Namen der Kreüter so in Deutschen Landen wachsen / Auch der selbigen eigentlicher und wolgegründter gebrauch inn der Arznei fleissig dargeben / Leibsgesund. Kreüter Buchs dritte Theile von Stauden, Hecken, und Beümen; 1546
[4] Madaus G. Lehrbuch der Biologischen Heilmittel: Equisetum arvense et E. hiemnale. Ackerschachtelhalm. Equisetaceae. Im Internet: https://www.henriettes-herb.com/eclectic/madaus/equisetum.html; Stand: 30.09.2023
[5] Saremi J et al. Effect of Polygonum Aviculare L. on Nephrolithiasis Induced by Ethylene Glycol and Ammonium Chloride in Rats. Endourology and Stone Disease Vol. 15, No. 03; 2018
[6] Yin MH. et al. Screening of vasorelaxant activity of some medicinal plants used in Oriental medicines. Journal of Ethnopharmacology 2005; 99:113-117
[7] Zhang K et al. Hypoglycemic and Antioxidant Properties of Extracts and Fractions from Polygoni Avicularis Herba. Molecules 2022; 27:3381
[8] Roudkenar H et al. Effects of polygonum aviculare herbal extract on proliferation and apoptotic gene expression of MCF-7. Daru 2011; Vol. 19, No. 5
[9] Sung Y et al. The Antiobesity Effect of Polygonum aviculare L. Ethanol Extract in High-Fat Diet-Induced Obese Mice. Hindawi Publishing Corporation Evidence-Based Complementary and Alternative Medicine Volume 2013
[10] González Begné M et al. Clinical effect of a Mexican Sanguinaria extract (Polygonum aviculare L.) on gingivitis. Journal of Ethnopharmacology 2001; 74: 45–51
[11] Tunon H et al. Evaluation of anti-inflammatory activity of some Swedish medicinal plants. Inhibition of prostaglandin biosynthesis and PAF-induced exocytosis. Journal of Ethnopharmacology 1995; 48:61-76
[12] Salama HMH et al. Antimicrobial activity and phytochemical analyses of Polygonum aviculare L. (Polygonaceae), naturally growing in Egypt. Saudi Journal of Biological Sciences 2010; 17:57–63
[13] Luo X et al. 2018. Polygonum aviculare L. extract and quercetin attenuate contraction in airway smooth muscle. Scientific Reports 2018; 8:3114
[14] Zhang K et al. 2022. Hypoglycemic and Antioxidant Properties of Extracts and Fractions from Polygoni Avicularis Herba. Molecules 2022; 27:3381
[15] Milan B. Effects of Polygonum aviculare herbal extract on sperm parameters after EMF exposure in mouse. Pak J Biol Sci 2011; 14(13):720-4
[16] Kooperation Phytopharmaka. Vogelknöterich. Im Internet: https://arzneipflanzenlexikon.info/vogelknoeterich.php; Stand: 30.09.2023

donderdag, september 27, 2012

Inktzwam

Ook paddenstoelen vinden we voorlopig nog niet veel in tuin of omgeving. Wel een groepje serieus uitgelopen inktzwammen, ze zien er niet echt lekker of eetbaar meer uit, maar zijn wel geweldig fotogeniek. De schoonheid van vergankelijkheid.

Men maakte vroeger inkt door deze zwam op een bord te laten vervloeien, wat Arabische gom en olie toe te voegen en alles goed te schudden.

In het Duits tijdschrift voor fytotherapie (1984) vind ik een onderzoekje naar de invloed van Coprinus comatus op de bloedsuikerspiegel van muizen. Coprinus is niets anders dan de geschubde inktzwam. Een goed herkenbare soort die jong ook eetbaar is.

Deze zwammen zijn zo wie zo boeiend. Coprinus atramentarius bevat gifstoffen die in alcohol oplossen. Als men deze inktzwam eet en tegelijk wijn drinkt, wordt je flink misselijk, je gaat beven en krijgt last van hartkloppingen. De Afrikaanse Lissongo-stam noemen een verwante inktzwam "tongo-mokolo", d.w.z. de paddenstoel die 's avonds hoofd en hart doet draaien als je palmwijn drinkt.

Ik kan me van jaren geleden herinneren dat we wat inktzwammen gegeten hadden en daar toch niet goed van geweest waren. Maagproblemen, zwaar gevoel, wat misselijkheid. Of we eerder of daarna alcohol hadden gedronken, kan ik mij helaas niet meer herinneren. Of wil ik het mij niet meer herinneren?


J Trace Elem Med Biol. 2006;20(3):191-6. Hypoglycemic activity of fermented mushroom of Coprinus comatus rich in vanadium. Han C, Yuan J, Wang Y, Li L.

Michelot D  Poisoning by Coprinus atramentarius. Nat Toxins 1992; 1(2):73-80.
The ink cap--Coprinus atramentarius (Bulliard ex Fries) Fries--is responsible for poisoning when ingested with alcohol. The investigation of the "Coprinus syndrome," although a minor poisoning incident, stimulated numerous research programs because the results were expected to yield a novel drug useful during the treatment of alcoholism. This work led to the identification of the active principle--coprine--and to an explanation of its mode of action; nevertheless, detailed toxicology investigations have shown that the mutagenic and gonadotoxic properties of this compound made it unsuitable for therapeutic use. Our current knowledge of the poisoning, the chemistry of the toxin, and its mode of action are here reviewed.



zaterdag, maart 25, 1995

Fragmenten uit mijn herboristenjaar 1995

Het jaar 1995 blijkt in mijn dagboek pas eind mei te beginnen, maar dan is het wel goed raak: mooie momenten in de tuin, kruidenweekend in Belvaux, bergtocht in de Franse en Zwitserse Alpen, een magisch moment bij Fons in Baarle, een deftig knoflookcongres in Berlijn en een herfstig weekend in Spa. En tussendoor herboristen opleidingen begeleiden, maar daar vergat ik over te schrijven. O ja, we planden voor volgend jaar 1996 een eerste kruidenvakantie in de Franse Drôme.



zaterdag 30 maart: start 7de herboristen opleiding
Geen persoonlijk genoteerde gegevens terug te vinden in mijn verleden.

april 1995 ergens. Over kruidig leven
Ik schreef het volgend artikel over mezelf en de paardenbloem in Forum, een antroposofisch blaadje uitgegeven in Turnhout.

Mijn kruidig leven begon in de fameuze jaren "60 met het lezen van Mellie Uylderts boek "De taal der kruiden". De ontdekking dat 'ordinaire' planten zoals paardebloem, brandnetel en weegbree ergens goed voor waren, sprak me zo erg aan, dat ik me er steeds verder in ging verdiepen en er zelfs mijn beroep van maakte. Ik ben nu, 30 jaar later, zowat 300 kruidenboeken rijker, geef les in de kruidengeneeskunde en noem mezelf herborist. Ondertussen is deze 'fytotherapie' niet alleen in de volksgeneeskunde maar ook in de officiële wetenschap bekend en herkend gewor­den.
Een voorbeeldje van hoe een volkse plant zoals de pisbloem kan uitgroeien tot het deftig medicijn Taraxacum volgt hieronder.

Wie kent haar niet, de Paardebloem! En toch zitten er nog wel wat onbekende kanten aan deze plant. Zo zouden volgens de botanici niet een maar wel 200 verschillende soorten zijn. De Flora van België deelt ze op in sekties zoals obliqua, erythr-osperma en palustria. De grote verschillen in bladvorm en bladgrootte zijn gedeeltelijk ook te verklaren uit de ecologische kenmerken van hun groeiplaats: nat of droog, voedselarm of voedselrijk enz. Zoals je ziet, het aanpas­singsvermogen van deze plant is zeer groot, zoals trou­wens bij alle veel voorko­mende 'on'kruiden. Het zijn echte overlevers. Merkwaardig genoeg zijn het net deze planten die veel als versterkers en bloedzui-veraars gebruikt worden.

Paardenbloem is in feite het prototype van de reinigende voorjaarsplant. Ten eerste is hij in maart en april volop fris voorradig. Ten tweede bevat hij, net zoals de brandnetel veel mineralen en vooral een zeer hoog kaliumgehalte, dat waar­schijnlijk veranwoordelijk is voor de goede urinedrijvende werking. Denk maar aan zijn franse naam Pissenlit - Bed-plasser.
Ten derde, bezit hij een goed onderzochte galdrijvende en spijsverteringbevorderende werking. Bij één van die onderzoeken met ratten bleek de diuretische werking even sterk als van chemische diuretica. Verder konstateerde men een gewichtsverlies van wel 30%. Dit onderzoek werd gedaan door Racz-Kotilla en gepubliceerd in het weten­schappelijk tijdschrift Planta Medica nr.26 uit 1974. Maar reeds in 1875 konsta-teerden de Engelse onder­zoekers Rutherford en Vignal een galdrijvende en tonise-rende werking bij honden. De Franse vader van de moderne fytotherapie Henzi Leclerc genas patiënten met leverproblemen, galstenen en ontstekingen van de galca-pillairen.
Ook huidaandoeningen met als oorzaak een galinsufficiëntie verdwenen door het gebruik van paardebloemsap. Dr.Leclerc beschreef zijn ervaringen in de 'Revue de Phyothérapie' van juni 1952. Veel van deze oudere maar serieuze onderzoeken zijn nu nog na te lezen in het boekvan H.Leclerc 'Précis de phythothérapie' van de uitgeverij Masson Paris.

Een recept van Brissemoret uit 1902 is ook nu goed te gebruiken. We mengen l00cc wortelsap van de paardebloem met 20cc alcohol van 90%, 15cc glycerine en 15cc water en gebruiken daarvan 1 tot 2 eetlepels per dag. Natuurlijk kun je als voorjaarskuur nog beter de verse blaadjes of het sap gebruiken.
Vroeger werd de zoge­naamde molsla in het wild gezocht op weilanden waar veel molshopen voorkwamen. Dat waren jonge paarde­bloemplantjes, die juist onder een molshoop ontkiemd waren. Zij bleven wit en zacht, en waren daardoor minder bitter. Het is devoorloper van ons witloof.

Veel planten hadden vroeger ook een spirituele betekenis. Zo was paardebloem een krachtig anti-magisch middel en daar hoorde natuurlijk een ritueel bij. Zo schreef Apileus in zijn werk 'De Virutibus Herbarum': Neem zeven paardenbloemplanten zonder de wortelen, kook ze af in water bij afnemende maan, was u hiermee buiten de huisdeur, verbrand dan het kruid Aristolochia, snuif de rook op, treed het huis weer binnen zonder omzien en ge zult van alle betovering bevrijd zijn. Misschien kan de Paarde­bloem ons van de chemische betovering en vervuiling bevrijden.

24 mei 1995: een moment van magie
Na een hele dag noodzakelijke regen verlicht de avondzon mij en mijn tuin. Een magisch moment.
Laag bij de grond, levend op plantenhoogte, zogenaamd aan het wieden, krijgen de kruiden een nieuw aanzien. De bloemknoppen van de echte salie en de net geopende felrose bloemen van het fijn bieslook vertellen samen een verhaal van harmonie. De bieslook met zijn kapje op zijn bloemkop lijkt wel een wild geworden monnik. Het is alsof soberheid met uitbundigheid tot evenwicht wordt. Zeker met de bolvormige buxus in de buurt ontstaat er vorm- en geneeskracht die beter werkt dan bidden.
Geneeskracht wordt voor mij steeds meer in de natuur aanwezig zijn, opgaan en één worden. Mystiek van materie alom !
Maar nu terug naar de materie ! Voorlopig eten we de kruiden nog op en moeten we ze dus op het goeie moment oogsten, drogen en verwerken. Nu half mei kan de meidoornbloesem geplukt worden. Het makkelijkst doe je dat door de eindtakken af te knippen en deze dan onderste boven opgehangen te laten drogen. Zelf maak ik er ook een hartwijn van, door 50 gram verse bloesem met blad in 1 liter witte wijn ongeveer 1 week te laten trekken. Voor een betere smaak is 20 gram al genoeg.
Ook de vlierbloesem begint al voorzichtig te bloeien. In mijn tuin groeit ook de peterselievlier. Deze struik bloeit minder uitbundig dan de gewone Sambucus nigra maar heeft een sterk ingesneden blad. Vandaar zijn naam. Ook de boeiende en uitbundig bloeiende akkeronkruiden zoals korenbloem en echte kamille vertonen hun eerste bloemen. Prachtige planten voor de tuin en om de kruidenthee op kleur te brengen.
Het herboristenoogstseizoen draait nu op volle toeren. Oogsten jullie ook mee ?

Commentaar in 2010: dit artikel werd gepubliceerd in 'Herba nr 8' juni 1995

24 juni 1995 Belvaux kruidenweekend
Een hedendaagse herborist geniet van zijn tuin, geeft gezondheidsadvies aan gezonde en zieke mensen, en begeleidt mensen op kruidige tochten om kennis en conditie op te doen. Zaterdag 24 en zondag 25 juni is weer zo'n kruidig weekend. Afspraakplaats is de brug over de Ourthe bij Hotton.
Een vreemd begin is het wel. Onverwacht Irene op halen in Leuven en dan een drukke rit naar Hotton, waar we stipt 1 minuut over 10 aankomen, dan langs een rumoerige markt naar de klimrotsen van Hotton om eindelijk alleen nog het geluid van de natuur, wat we ook wel ‘stilte’ noemen, te ervaren. Met soms het steigerend geluid van zwaar ademende en zwetende herboristjes als we de helling op moeten.
In het eerste zijdal ... de eerste maretakken in enkele oude fruitbomen. Met enige moeite heb ik er enkele geplukt en dan kan, wat mij betreft, de dag al niet meer stuk. Waar een mens al mee tevreden kan zijn!
Bij Werpin in de wegberm lacht een uitbundige kalkflora en een reusachtige betonnen Heilige Maagd ons toe: wilde marjolein, slangekruid, glad walstro, wit vetkruid en nog veel meer, maar ik wil verder, het keerpunt ligt nog een eind verder.
Bardowez, een verwilderd arboretum met vele uitheemse struiken en bomen, die een curieus maar harmonieus huwelijk aangaan met hun inheemse vrienden. De plant die hier als een voorhistorisch overblijfsel de show steelt, is een Amerikaanse moerasplant Lysichiton americanus uit de Aronskelkfamilie. Net als zijn Europees familielid verspreidt de geelgroene bloem een ‘aantrek-lijke’ aasgeur, voor insecten tenminste.
De terugweg hoger op in de Ourthevallei leidt en lijdt ons eerst door dichtbegroeide hellingbossen. Bijna onzichtbaar tussen het woeste groen, slaken sommigen hoge kreten, om op koers te blijven zullen we maar denken. De natuur slokt de mens op en zo hoort het af en toe voor een herborist.

25 juni 1995 Belvaux
In het ‘Belladonna-straatje’ het leven beleven en dan letterlijk en figuurlijk opstijgen naar mijn magische rots. Hoog boven het weidse landschap ontmoeten we wildemanskruid (wie ?), gamander (annemie), jeneverbes (bruno), graslelie (dominique), zonneroosje (annick), kalkaster (philippe), verborgen tijm (irene) en zoveel andere plantenmensen ingrid, patrick, wit vetkruid en ik.

Angsten worden overwonnen
Warmte wandelt door de ziel
Een geur van heiligheid alom

9 juli: Met je lichaam in het landschap
Als fanatieke bergwandelaar en 'overlever' heb ik ook geprobeerd om niet alleen het kruiden- maar ook het wandelvirus over te brengen op mijn cursisten en andere natuurliefhebbers en dus hebben we met de herboristenvereniging ook enkele jaren een trektocht in de Franse en Zwitserse Alpen georganiseerd
Wandelen in de bergen, is niet alleen lichamelijk inspannend en dus gezond maar ook geestelijk verrijkend. Het kan het beste maar ook het slechtste in de mens naar boven brengen. In elk geval is het nooit vrijblijvend. Het confronteert je met een mooie maar ook meedogenloze natuur, en dat maakt juist het bergwandelen zo aantrekkelijk. Met je lichaam in het landschap!

9 juli 1995: Bergtocht vertrek in Vallorcine
Belgie – Vallorcine. Zoals bij elke goed georganiseerde tocht vertrekken ook wij met vertraging. De boosdoener van dienst is Wim. Uiteraard zal hij zijn gerechte straf niet ontlopen want zonder ontbijt moet hij mee en zal tot 's middags op een eerste deftige maaltijd moeten wachten. Verder geen problemen meer en om halfzes s'avonds komen we aan in Vallorcine, waar we de auto's op stal zetten. Vanaf nu ruilen we de ijzeren paardenkracht voor vijf paar getrainde kuiten.
Na het noodzakelijke cafébezoek om te bekomen van de rit, de rugzakken opgetild en we gaan "en route". Onmiddellijk weten we hoe laat het is. Na amper honderd meter beginnen enkelen zich al vragen te stellen over het gewicht van de rugzak. Maar gelukkig is het alleen maar de bedoeling om een kampeerplekje te zoeken in de natuur, weg van de bewoonde wereld. En dat plekje vinden we ook in de vallei van Barberine. We slaan voor het eerst onze tenten op.

10 juli 1995: Lac d'Emosson
Onmiddellijk weten we waar we aan begonnen zijn want de klim naar het lac d’Emosson, de grens tussen Zwitserland en Frankrijk, is een stevig stukje klimmen, maar bij het meer aangekomen worden we wel voor onze inspanning beloont. Een gigantische wateroppervlakte, een stuwmeer dat wel, in een kuip van besneeuwde bergen. Grandioos mooi, maar we willen wel 300 meter hogerop naar het oude stuwmeer.  Gelukkig is de half verharde weg langs het meer gedeeltelijk sneeuwvrij. We wandelen dan ook tussen en zelfs onder sneeuwbergen door naar 2200 meter tot bij het nog grandiozer gelegen Vieux Lac.
Maurice en Wim gaan kijken of we niet kunnen oversteken langs het dichtgevroren stuwmeer, maar daar hebben de anderen geen boodschap aan. Lekker lui in de zon relaxen lijkt een veel beter idee.

De bedoeling is versteende sporen van dinosaurussen te vinden maar door de uitzonderlijke sneeuwval van de voorbije winter kunnen we zonder stijgijzers daar zeker niet geraken en dinosaurussporen onder een dikke laag sneeuw daar hebben we ook niks aan. We wijzigen dan ook onze plannen en gaan niet over de col de la Terrasse maar langs de helling en de montagne de Barberine naar de refuge de Loriaz. Onderweg zijn er ook daar enkele moeilijke passages, sneeuwtongen die het voetpad versperren, zodat zelfs Wim, die meestal een eindje voorop loopt, het veiliger vindt om op versterking te wachten. In de refuge kunnen de mannen aan de verleiding van de pintjes niet weerstaan.

Op aanwijzen van de gastvrouw gaan we de tenten opslaan enkele honderden meters verder in de vallei. Yo met rugzak en pantoffels op weg want die heeft zich ondertussen al grondig opgefrist en propere kleren aangetrokken. En dan komt de apotheose van de dag: we maken voor het eerst kennis met de kookkunst van Maurice. Alles wat binnen handbereik ligt gaat de pot in en het resultaat is ...erg lekker!



Een zaterdag in september 1995: Een impressie van een daguitstap met de Herboristen Opleiding Dodonaeus
Op bezoek bij Fons, een monument uit de tijd van de Witte van Zichem en Maurice, een monument voor het jaar 2000 : twee mooie wijsheidsbronnen te samen, met elkaar communicerend via onzichtbare draden. De blikken die ze uitwisselen zijn immers veelbetekenend.
Het was alsof we op die dag door professor Barabas (alias Maurice) in de teletijdcapsule werden gedeponeerd met de 19de eeuw als bestemming. Daar kwamen we bij een oude geest terecht, die overliep van liefde voor de planten en het goddelijke. Hij beleefde het grootste plezier door ons hierover te vertellen en te vertellen en te vertellen. Gebogen op zijn knieën om contact te maken met de aarde, plukte hij voor ons (bewoners van de toekomst) plantjes die opgroeiden in zijn zuinig opgespaarde lege potjes margarine. Sommige onder ons wat onhandig, andere wat onwennig, hielden we onze boterpotjes als kostbare schatten in onze handen.

En als Suskes en Wiskes liepen we verbouwereerd rond. Verbazing over, hoe deze oude geest nog spelend vocht met zijn mooie bok en kleine geitjes die in een oeroude stal mekkerden. Verbazing over de heksenkruiden, bilzenkruid en doornappel die tussen de keurige sla groeiden. Verbazing ook over die geheimzinnig glunderende blik die op het gezicht van Maurice verscheen.
Fons, een bewijs dat de geest sterker is dan het lichaam. Een oude man wiens lichaam langzaam verdwijnt, terwijl diens ogen verraden dat er een groot leven in zit, de kracht van het eeuwige kind, de deugniet....
's Avonds krijgen alle planten in mijn tuintje een ander uitzicht. Stilletjes voel ik een weggekwijnd contact terug groeien. Ik koester het gevoel en voel me diep gelukkig.

Commentaar 2010: de lichamelijke Fons is ondertussen al heel wat jaartjes overleden, maar de spirituele Fons blijft voor eeuwig bestaan. Ingrid Fament, de schrijfster van deze impressie, zal nog wel leven, maar is tussen de plooien van de tijd verdwenen.

Zaterdag 6 en zondag 7 oktober 1995. Knoflookcongres.

Als herborist had ik de eer en het genoegen om een Internationaal Knoflook Research Symposium te Berlijn bij te wonen. Stel je voor, 12 professoren van universiteiten overal ter wereld kwamen daar bijeen om hun wetenschappelijke ervaringen met knoflook uit te wisselen. En de eerbiedwaardige heren roken niet eens naar dat beruchte 'bolletje' !

Zo was er Dr. Orekhov, een vrij wild uitziende prof uit Moskou, die ons liet zien hoe lookpoeder de afzetting van vetten op de bloedvaatwanden tegengaat en dus de verkalking ervan. Als herborist was ik daar natuurlijk reeds van overtuigd, maar om het wetenschappelijk nog eens zó onderbouwd te zien, was toch wel indrukwekkend. Tussen haakjes, Dr. Orekhov liet zich 's avonds het cholesterolrijke voedsel opvallend goed smaken. Toch goed dat er knoflook is!

Knoflook voor het hart
Wetenschappers zijn wonderbaarlijk wroetende en vasthoudende mensen. Zo doen ze niet alleen 25 keer een onderzoek naar de werking van knoflook op en in de bloedvaten, maar ze gaan die 25 onderzoeken nadien óók nog eens onderzoeken. Dat noemen ze meta-analyses. Zo vergeleek Andrew Neil, een saaie maar serieuze Oxfordprofessor, al die onderzoeken met mekaar. Zijn conclusie was dat lookpoeder een gemiddelde cholesterolverlaging van 10% kon veroorzaken en een verlaging van de bloeddruk met 8%. Net genoeg om de volksgezondheid opvallend te verbeteren als we allemaal op de juiste manier aan de look zouden gaan. Dit zou hartinfarcten met 25% en beroertes met 40% kunnen verminderen.

Knoflook voor een lang leven
Boeiend was ook wat Prof. Belz, de voorzitter van het symposium naar voren bracht. Hij is niet alleen een stimulerend spreker, maar durfde (voor een wetenschapper) gewaagde uitspraken doen over de mogelijk levensverlengende effecten van lookgebruik. Hij onderzoekt in het Centrum voor Cardiovasculaire Farmacologie te Mainz het lange termijneffect van 'het teentje' op de elasticiteit van de bloedvaten. Dit onderzoek is nog aan de gang maar na 2 jaar blijkt reeds dat de soepelheid van de vaten beduidend beter is bij de knoflookgebruikers (300 mg poeder per dag) dan bij een vergelijkbare groep niet-gebruikers. Als u dan weet dat elasticiteit van de bloedvaten een maat is voor de veroudering van het menselijk lichaam, dan mag ik met wat overdrijving zeggen dat knoflook een verjongend of beter een 'anti-verouderingseffect' heeft. Onze professor durfde er zelfs een levensverlengend cijfer op plakken. We kunnen nu met z'n allen uitbundig verse knoflook gaan eten, maar praktisch en therapeutisch gezien geeft dat heel wat problemen. We zouden dagelijks zowat 2 tot 3 verse, rauwe teentjes moeten eten … met alle geurproblemen van dien. De medische kwaliteit van de gebruikte knoflook moet ook goed gecontroleerd worden. Zo is het allicinegehalte van de Chinese knoflook het hoogst en dus beter geschikt voor geneeskrachtig gebruik. Daarom is het verstandig om naast het bescheiden gebruik van verse look in de keuken 3x per dag knoflooktabletten van 100 mg te gebruiken. Ik zeg wel tabletten want veel andere preparaten zoals de bekende oliecapsules zijn dikwijls van minderwaardige kwaliteit. Ook dat werd in Berlijn nog maar eens bewezen.

Zoals u ziet, het was als herborist echt fijn om samen met knoflook in Berlijn te zijn.

Zaterdag 4 november 1995: herfstweekend en spiritueel wandelen
Zondag 5 november
Mooie ochtend met rijm. Groen zomaar plots overschildert met zilverwit, de kunstenaar die tijdens de nacht van penseel veranderde? De zon geeft al goed warmte, dus we willen weer naar buiten. Maurice is nog aan 't 'kaarten': "Ik gok op kleurenwiezen". Kleuren, ja, wat een kleurenpallet, steeds weer delen we met mekaar deze verwondering. Dit is zonder twijfel de meest kleurrijke novemberochtend in de Lessevallei ooit geweest. De tweede dag, dus wat rustiger, meer met planten bezig, plukken, verzamelen, veel leren. Mijn boeketje groeit steeds meer naar zijn bestemming toe.
Te rustig ? Maurice, plots actiever, sleurt ons mee de helling op. Zo onverwacht, toch weer ferm moeilijk. Ik wroet met mijn handen om een houvast te vinden. Waar zijn mijn wortels? Nooit was ik meer met aarde bezig en van zo dichtbij. Het werkt beter dan een modderbad in een kostelijk kuuroord.
Weer een weekend voorbij. Samen iets drinken, een feestelijke afsluiter. Mijn afsluiter. Misschien kan mijn passie rond dit herfstig stappen u niet bekoren, maar een uitspraak van Goethe kan u misschien tot nadenken stemmen : "Als u mij uw mening wil vertellen, vertel mij dan waarin u gelooft. Twijfels heb ik al genoeg aan mezelf. "

Commentaar 2010: Het verslag is een persoonlijke impressie van een van ons vele kruidenweekends, geschreven door Irene Verhoeven. Met een vertraagde, oprechte dank voor haar spiritueel enthousiasme.

December 95: Sangoma
In het laatste nummer van ons kruidenblad schreef ik het volgende als editoriaal:
Sangoma! Is de titel van het boek van James Hall, een moderne Amerikaan die na een zware lichamelijke opleiding traditioneel genezer werd in Swaziland. Sangoma betekent zoiets als sjamaan, medicijnman of mag ik zeggen, herborist.
En het boek van Hall doet mij weer dromen van een herborist die zijn kennis niet alleen verkrijgt door zijn hersenen vol te proppen met rationele informatie over planten, maar daar ook lichamelijke inspanningen voor wil en moet leveren.Een herborist op expeditie in de Kalahariwoestijn om duivelsklauw te oogsten, zelf valkruid verzamelen op gevaarlijke plekken in de Alpen, slapen in de natuur op een bed van wilde tijm.
Pas dan, wordt een mens verbonden met zijn eigen lijfelijke natuur! Pas dan wordt kennis in je bloed opgenomen! Pas dan wordt kennis echt kracht! Kruiden worden dan meer dan medische of modische planten. Herboristen worden dan weer spiritisten die in de oude aarde de nieuwe hemel ervaren.
James Hall kijkt me tweemaal aan. Eenmaal als de modieus geklede, zelfbewuste Westerling trots op zijn gerestaureerde Cadillac uit 1937. Een tweede maal als Sangoma, in een eenvoudige lendendoek gehuld, ernstig, vol van oer-ervaringen. Ik wil niet kiezen tussen die twee. Ik wil ze gewoon allebei zijn.

woensdag, januari 08, 2014

Kruidige yogastage

Eens wat anders dan natte kaarten, natte boeken en een nat huis. Het water heeft niet alles weggespoeld. Vooruitzichten voor hopelijk een droge zomer. Ik organiseer niet alleen een kruidenstage in de Drôme en in Bretagne, maar begeleid ook de wandelingen op een kruiden-yogastage, die wordt georganiseerd door Ilse Simoens.

Kruiden, wandelen en yoga in de Haute-Provence 
.
Alpes de Haut Provençe, waar Alpen en Mediterrannée elkaar ontmoeten, is een uitgestrekte regio met een zeer gevarieerde natuur. Het is het ideale startpunt voor prachtige kruidenwandelingen. De heuvels in dit landschap zijn begroeid  met wilde lavendel, pittig bergbonenkruid en tijm waarvan aroma van plant tot plant verschillend is. De verblijfplaats omringd  door deze rustgevende natuur maakt van de yogasessies iets uniek.

Tijdens deze stage begint de dag met Hatha flow yoga. Na het ontbijt wandelen we in de omgeving, gaan op zoek naar kruiden  en plukken de nodige kruiden voor onze bereidingen. In de namiddag, na de lunch maken we tincturen, likeuren, siropen en  meer met de geplukte kruiden. 's Avonds komen we tot rust met Yin-yoga.

Begeleiding: 
Maurice Godefridi is herborist en sinds tientallen jaren actief in dit vak. Hij is dagelijks bezig om goede informatie te verschaffen over de gezondheidswaarde van planten. Dat doet hij door het geven van opleidingen, cursussen, het organiseren van kruidenstages, het begeleiden van wandelingen en het schrijven van artikels over kruiden. http://kruidwis.blogspot.be/ De kruidenwandelingen en de verwerking van de geplukte kruiden zijn praktisch georiënteerd, waardoor je met verschillende aspecten van het herboristenberoep kennis maakt (verzamelen, oogsten en verwerken).

Ilse Simoens behaalde na 5 jaar intensieve yogapraktijk haar Yoga lesgeefster diploma in 2011. Sindsdien geeft zij verschillende yogalessen per week. Hatha flow yoga is een vitaliserende yogavorm, waar je begint met ademhalingsoefeningen en een reeks groeten aan de zon, vervolgens ga je verder met de asana’s die elkaar dynamisch opvolgen en eindig je met een volledige ontspanning.
Yin-yoga is een diep inwerkende yoga-vorm die je gewrichten verlengt en je geest verstilt. Om de gewrichten op een veilige, effectieve manier te stimuleren blijf je veel langer in elke houding. Om geen spierkracht te gebruiken zijn de houdingen steeds zittend of liggend.

Meer informatie: 
 Wanneer: van zaterdag 26 juli 2014 tot donderdag 31 juli 2014.
 Het verblijf bevindt zich in het pittoreske bergdorp Peyresq, in het hart van de Haute Provence. Dit dorp had men in de jaren vijftig verlaten en was volledig vervallen. Over 30 jaar tijd heeft men het in zijn volledig authenticiteit heropgebouwd met alle charme van toen. Nu wordt dit dorp gebruikt voor het organiseren van workshops en stages die een relatie hebben met de natuur. Een prachtig en inspirerend kader.
 Kamers: de prijs is gebaseerd op een tweepersoonskamer, een eenpersoonskamer kost 675 euro.
 Maaltijden: Je krijgt drie maaltijden per dag die ter plaatse wordt bereid met lokale producten. Men kan kiezen tussen vegetarische of maaltijden met vlees.
 Prijs: 615 euro (alles inbegrepen)
 Bereikbaarheid: Met de wagen tot Peyresq of met de trein (www.trainprovence.com) tot Anot met een overstap in Nice of Digne (www.sncf.fr). In Anot kan men worden opgehaald, na afspraak.
 Meer informatie en inschrijving: ilsesimoens@gmail.com 0478.88.08.02

zaterdag, mei 16, 2020

Meidoorntijd. Over het verleden van de meidoorn.

Natuurlijk heb ik ook dit jaar, ondanks Corona, meidoornbloesem geplukt, vooral dan om tinctuur te maken. Deze Crataegus hoort zonder meer tot mijn toptien van geneeskrachtige planten. Zo een veilige, goed werkzame en veel voorkomende struik, waar je ook nog twee keer per jaar van kunt oogsten, is een zegen voor een herborist. Toch hier nu geen recepten of praktische tips maar wel enige geschiedenis van deze eenvoudige struik.
Zie ook  https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/crataegus-laevigata-meidoorn

Zowel in het Oosten als in het Westen werd meidoorn gedurende eeuwen als voedsel en als medicijn gebruikt. Het huidige gebruik van meidoorn voor hartproblemen gaat, volgens de Franse dokter Leclerc, terug tot de 17de eeuw. Leclerc stelde reeds vast, dat op basis van zijn 20 jaar ervaring met het toedienen van meidoornpreparaten, er geen giftigheid in de organen optrad, enkel bij uitzonderlijk hoge dosissen trad er een verlaging van de hartslag op en een lichte benauwdheid.
Volgens Gerhard Madaus vindt men als eerste toepassingen dat de bloemen tegen jicht werden gebruikt. Quercetanus, de lijfarts van Henry IV, maakte voor zijn koning een siroop tegen de “ouderdom”. Louise Bourgeois en J. du Chesne gebruiken de vruchten tegen blaasontstekingen. 
Van einde 19de eeuw tot vroeg in de 20ste eeuw werd het kruid door zowel homeopatische als allopatische dokters gebruikt voor verschillende hart- en cardiovasculaire problemen; en dit blijkbaar met klinisch succes. 

Green, een Ierse dokter gebruikte meidoorn zeer intensief voor hartproblemen, maar wel in het geheim. Na zijn dood in 1894, heeft zijn dochter het recept vrijgegeven; dit bleek een tinctuur te zijn van de rijpe bessen van de meidoorn. In Amerika maakte de meidoorn zijn intrede in de klinische toepassing rond 1896 om er rond 1930 weer te verdwijnen

Een zekere J.C. Jennings van Chicago, publiceerde in 1896 een artikel in de “New York Medical Journal”, waarin hij over deze dr. Greene schrijft. Hij schreef “ In de stad Ennis, in County Clare, Ierland, leefde, tot 2 jaar geleden een befaamde dokter genaamd Greene, die gekend en geliefd was in een groot deel van Ierland en delen van Engeland en Schotland voor zijn gereputeerde kennis om hartklachten te genezen. “ De broer van deze Jennings die niet ver van Ennis woonde, zorgde dat hij monsters van deze vruchten kreeg. Jennings bereidde er dan extracten mee, zoals beschreven in de Britse farmacopee. Jennings schrijft verder : “Ik heb dit dan tot op vandaag gebruikt op 43 patiënten die elk één of andere hartklacht hadden, en ik moet zeggen dat de resultaten zeer positief waren.” Gebaseerd op zijn enthousiasme voor het kruid, begon John Uri Lloyd, de belangrijkste apotheker in de geschiedenis van de Amerikaanse kruidengenesskunde en eigenaar van Lloyds Brothers Pharmacists Inc van Cincinnati, met het produceren van meidoorn medicatie. 

Gebruik bij de Indianen : Een aantal Noord Amerikaanse meidoorns werden als medicijn gebruikt door de Indianen. De vrucht van de Crataegus Chrysocarpa werd door de Potawatomi gebruikt tegen maagklachten. De Ojibwa gebruikten een afkooksel van de wortel van de meidoorn om diarree en dysenterie te behandelen. De Chippewa gebruikten het afkooksel van de wortel als tonicum en versterker voor vrouwelijke klachten. De vruchten werden gebruikt als diureticum voor lever- en blaas ontstekingen. Ook de Meskwaki gebruikten de vruchten van de meidoorn voor leveronstekingen. Zij gebruikten het als een algemeen tonicum, een constiperend middel, en een hartversterker. De Omaha-Ponca en de Winnebagos aten de melige vruchten van de meidoorn als voedsel in tijden van hongersnood. De Cherokee aten de ietwat bittere vruchten als eetlustopwekker, maar ook om de bloedsomloop te verbeteren en krampen te verlichten. Een van de westerse Noord Amerikaanse meidoornsoort, Crataegus Douglasii, werd door de Thompson Indianen gebruikt voor maagstoornissen. Hiervoor werd de bast, het hout of het sap gekookt. De Kwakiutl kauwden op de bladeren en gebruikten deze dan als papje op wonden en zweren. 

Vroeger gebruik in China : De vruchten van de Crataegus pinnatifida werden gegeten om scheurbuik te genezen. Ze werden ook gebruikt als mild laxeermiddel en tegen maagklachten. De bladeren en twijgen werden gebruikt als tegengif. In de Oosterse geneeskunde hadden de vruchten de volgende kwaliteiten : zuur, zoet en licht verwarmend. Ze werden gebruikt in voorschriften om het eten te verteren en een indigestie te verhelpen die het gevolg was van overdadig vleesgebruik, wat zich dan uitte in een gezwollen buik en pijn, of diarree. Meidoorn werd voor het eerst vermeld als medicijn in de “Tang-Ben-Cao”, een Chinese kruidenboek toegeschreven aan Su-Jing en anderen, gedateerd van 659 AD. Dit werk wordt beschouwd als de 1ste officiële farmacopee in de wereld.

dinsdag, augustus 20, 2019

Oesterzwammen op oude populier in de tuin

De vorige winter is er weer een oude populier vol met maretakken omgewaaid. De gezaagde blokken liggen nu verspreid in de tuin en blijken een goede voedingsbron voor paddenstoelen te zijn. Vooral de smakelijke en geneeskrachtige oesterzwammen lijken hier goed te gedijen. De gewone oesterzwam (Pleurotus ostreatus), wordt over de hele wereld geteeld. De oesterzwam is erg populair, onder andere vanwege de hoge voedingswaarde en de hoeveelheid bioactieve stoffen met therapeutische effecten. Bioactieve metabolieten uit het vruchtlichaam van Pleurotus ostreatus zijn onder meer bepaalde vetzuren, fenolische verbindingen, nucleotiden en alkaloïden.

Immuunstimulerend en anti-infectieus
Zoals de meeste paddenstoelen zijn de oesterzwammen sterk immuunmodulerend en verhogen ze de immuunrespons door activeren van de macrofagen (Wasser & Weiss 1999, Zhou 2002).
De lipo-polysacchariden (LPS) uit deze paddenstoelen vertonen gelijkenis met de structuur van de celwand van bacteriën, waardoor ze ageren als nep-LPS. Hierdoor worden macrofagen geactiveerd en wordt het immuunsysteem getraind en alert (zonder de risico's van infectie) wat zorgt voor sterkere fagocytose en meer productie van interferon (Koch 2002).
Alle oesterzwammen, maar Pleurotus ostreatus het meest, vertonen een zeer breed -spectrum aan anti-microbiële activiteit (Krasnopolskaya 2001)

Voor hart en bloedvaten
Oesterzwammen hebben ook een sterk diuretische en anti-oedeem effect (Domondon 2000), ze verbeteren tevens de bloedcirculatie en het heet waterextract heeft bloeddrukverlagende eigenschappen (Suzuki 2001). Bovendien verbeteren ze via twee verschillende mechanismen het vetzuurprofiel in het bloed:

  • In 1995 toonde Gunde-Cimmerman aan dat de oesterzwammen lovastatine bevatten, dat de synthese van cholesterol in de lever inhibeert. De lovastatine bevindt zich tussen de lamellen: Twee maal per week oesterzwammen eten is al effectief om het cholesterolgehalte te verlagen. Overigens, hoe rijper, hoe meer lovastatin, maar hoe jonger de zwam, hoe fijner!
  • Bovendien absorbeert de chitine uit de paddenstoel het cholesterol (uit de gal) in de darm, waarna dit uitgescheiden wordt met de stoelgang als een chitosan-cholesterolcomplex (Gunde-Cimerman 2001).

Ook poeder van gedroogde oesterzwam verlaagt significant de lipiden en cholesterol in het bloed, dit tot 40 % (Wasser & Weiss 1999, Gerasimenia 2002, Hennebert 2005).

Alles bij mekaar, een overvloed aan interessante wetenschappelijke informatie. De vraag is wel of het af en toe eten van deze oesterzwammen voldoende is om ons te beschermen tegen aderverkalking en tegen bepaalde vormen van kanker. In elk geval is het een van de vele natuurproducten die thuis horen in een gezonde voeding.

Zie ook https://mens-en-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/118462-oesterzwam-geneeskracht.html




maandag, december 21, 2009

Grove den
De meeste planten zitten nu verstopt onder een dikke laag sneeuw. Alleen dennen, coniferen en andere struiken laten zich nu opvallend anders kennen. Met het witte laagje sneeuw op de donkere takken en twijgen lijken ze ontsnapt uit een Chinese wit-zwart pentekening. Bovenaardse schoonheid.

Ik pluk
hars van den
en dan,
moet ik driftig knabbelen als een konijn
schors
en..... OPC

Zou dit het zijn,
schors, schoonheid, overleven, fijn?

Hier dit licht
nu dreigend luchtig.
Daar komt de sneeuw.

OPC zijn oligomere procyanidinen of proanthocyanidinen. Het is één van de belangrijkste groepen flavonoïden in planten. Het zijn mengsels van dimeren en trimeren van catechinen en epicatechinen die op verschillende manieren aan elkaar verbonden kunnen zijn, waardoor er heel veel varianten bestaan. OPC komt voor
in bessen, druivenschillen en -pitten, granaatappel en in donkere chocolade. In voedingssupplementen zijn druivenpitten een goede OPC-bron. Pycnogenol is een geregistreerde merknaam van een OPC-product dat geëxtraheerd wordt uit de bast van de zeeden (Pinus pinaster). Ze hebben allemaal een sterke anti-oxydantwerking en zonder meer goed voor hart en bloedvaten en voor nog veel meer.

Maar onze Grove den is natuurlijk vooral te gebruiken als slijmoplossend en ontsmettend middel voor de luchtwegen. Het grote voordeel voor een herborist en een doe-het-zelf middeltjesmaker is, dat er van de Pinus in elk seizoen wel wat te oogsten valt. Hars, naalden, knoppen of jonge scheuten in het voorjaar, van alles kan er siroop, thee of tinctuur gemaakt worden. Probeer nu eens knoppen of hars te laten trekken in alcohol, wel alcohol gebruiken van minstens 60% om die plakkerige dingen op te lossen. Je kan de alcohol voor 1/3 vervangen door glycerol of glycerine.

Douglasspar in geur | Mens en gezondheid: Alternatief

maandag, oktober 05, 2009

Vitex en andere vertrouwde plantenvrienden.
Op donderdag was ik nog eens in mijn oude, nu verwilderde tuin in Schriek. Begeesterend, spannend en zelfs emotioneel vind ik het rondsnuffelen tussen de resten van planten die ik daar ooit gezaaid en geplant heb. Zien hoe ze hun eigen gang gaan, zich flink uitbreiden of overwoekerd worden door de andere natuur. Zuiderse Monnikenpepers, waarvan de bloeitakken zich kronkelend door de open serredeur naar buiten wringen, Marrokaanse munt, onvervalst geurend, woekerend tegen huizenhoge bamboes op, maar ook Griekse alantplanten, Aardperen en gele Agrimonies kunnen zich zonder problemen handhaven.
Natuurlijk zijn er ook veel ooit vertroetelde plantjes verdwenen, niet alles kan zich in dit geweld van groei standhouden. Gelukkig denk ik minder aan de planten die er niet meer zijn, dan aan de nog aanwezige kruiden. Uit het oog is wel een beetje uit het hart.

Ik kom nu nog wat oogsten voor de herboristen opleiding van vanavond in Haasrode en de cursus van de volgende dagen helemaal in Natoye. Vooral het plukken van de Vitextakken vol zoet geurende zaden dompelt mij onder in een Oosterse sfeer van duizend en één nachten, niet verwonderlijk voor een zaadje dat hormonaal werkzaam is.
Gelukkig brengt het ploeterend oogsten van ondergrondse aardpeerknollen en alantwortels mij terug naar de aardse werkelijkheid.
En een half uur later rijd ik weg met een auto vol van aardse en hemelse geuren, op weg naar de mensen.

Ter informatie, hier een verkorte versie van de monografie over Vitex, zoals beschreven in het cursusboek van de Herboristen Opleiding 'Dodonaeus'. Deze monografieën worden besproken in onze opleiding, die pas gestart is in Natoye (Wallonië) en Ronse (Vlaanderen). Het cursusboek is ook te bestellen bij Maurice Godefridi vlaamseherboristen@gmail.com

Een monografie van VITEX AGNUS CASTUS L. Kuislam - Monnikenpeper

Algemene en Botanische Informatie
Familie: Verbenaceae - IJzerhardfamilie
Naam: Gatillier (Fr.), Mönchpfeffer (D.), Chaste fruit (E.).
Synoniem: Abrahamsboom
Etymologie:Vitilium, vlechtwerk. Agnus, agonus van onvruchtbaar (Grieks), Castus kuis.
Verwanten: De geslachten Caryopteris en Callicarpa.
Beschrijving: Sterk ruikende opgaande struik. Blaadjes van 3-7 op 5-12 cm, toegespitst, gaafrandig

Materia Medica
Agni casti fructus,De vruchten van Vites agnus castus L.
Beschrijving: Kogelvormige, 3 tot 4 mm grote, bruinbeige wollige vruchten. De gekneusde vrucht ruikt naar Salie.De smaak is peperachtig scherp.

Samenstelling
*Flavonglycosiden o.a.: vitexine, casticine (fyto-oestrogenen)
*Iridoïden o.a.: aucubine, agnuside
*Etherische olie 0,45 %. dun-vloeibaar, roodbruin, kamferachtig.
*Diterpenen met prolactine–onderdrukkende werking
Nota:Phyto-ecdysonen: steroïden die in andere Vitex-soorten o.a. Vitex megapo­tamica voorkomen zijn niet gevonden in Vitex agnus castus.

Farmacologie
**Beinvloedt hormonale productie van het corpus luteum (ovaria): luteo­troophormoon LH en prolactine via werking op de hypofysevoor­kwab
**Dopamine-achtige werking en invloed op endorfinen (Congres Zurich)
**Galactagogum
* Reguleert libido:anafrodisiacum bij hoge dosering, afrodisiacum bij lage dosering.

Indicatie: hormonaal
**Premenstrueel syndroom: hoofdpijn, vocht vasthouden, stemming
* Menstruatieproblemen door corpus luteum insufficiëntie, Bloedingen tussen menstruatie, Amenorroe, Dysmenorroe
* Herstel van de hormonenbalans na stoppen met het gebruik van de anticonceptiepil.
* Pre-menopauze PMS ook Cimicifuga racemosa
* Depressie, uitputting door hormonale stoornis + Hypericum
* Genitaal erethrisme?
* Mastodynie, pijnlijke borsten

Receptuur
Infuus fructus: 10', 1 eetlepel per kopje dosering 2 daags (Valnet)
Tinctuur 1:5: Agnus castus Ø, 2 x daags 40 druppels afhankelijk van aandoening.

Geschiedenis en Wetenschappelijk Onderzoek
Reeds gebruikt door de grote artsen van het antieke Griekenland bij baarmoederaandoenin­gen.
Lonicerus, Matthiolus: In hun kruidenboeken reeds aanbevolen als emmenagogum, galacta­gogum en anafrodisiacum.
Galenus: «... warm en droog in de derde graad».
Avicenna: «... verwekt de maandstonden en opent een verstopte milt en lever».
Dioscorides: «Voor verstopte lever en milt, waterzucht en winden in maag en darm. ... ofte lijf-moeder beslooten te doen scheyden». (Met wijn.)
Dioscorides: «Voor opgestopte maandstonden, ontvloeiingen des zaads, ende om de melk in de vrouweborsten te vermeerderen.»
Dodonaeus: «Voor Zwellingen van de mannelijke leden. Neem de bladeren van dit gewas, wijgaardsbladeren van elks 2 handen vol, fruit ze in verse boter, en slaat ze pap-wijs om het Gemacht».
Ravelingius: «Voor de koude Pisse». (In- en uitwendig)

Enkele referenties en wetenschappelijk onderzoek
Kartnig Th.: Vitex agnus-castus. Eine Arzneipflanze mit indirekt - luteo­troper Wirkung. Ztschr. Phytoth. 7/119-122 - 1986.
H.D. Reuter e.a.: Die Therapie des prämenstruellen Syndroms mit V. agnus Castus. Kontrollierte Doppellblindstudie gegen Pyridoxin. Ztschr. f. Phytoth. - Abstractband 6. Phytotherapic Kongress in Berlin - 1995.
Vitex congres Zurich (over dopaminerge werking, invloed op opioide receptoren) / doc. Maurice Godefridi
Alchemilla vulgaris Mrs. Grieve 1931/1978 / doc. Maurice Godefridi