Posts tonen met het label Beredruif. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Beredruif. Alle posts tonen

zondag, augustus 28, 2011

Beredruif en Vetblad


Op onze wandeling tussen Chateau-Queyras en Chateau-Ville-Vieille in de Franse Queyras vinden we grote hoeveelheden berendruif in gezelschap van de echte guldenroede. De glimmende blaadjes van de beredruif waren vroeger de meest gebruikte plant tegen blaasontsteking.

Wat verder in een drassig plekje langs het pad groeien tussen mos en gras een groepje vetblad. Het ziet er wel wat morsig uit vooral door de vliegjes die op het blad plakken. Vetblad is nu eenmaal een vleesetend plantje die zijn energie gedeeltelijk uit verteerde vliegjes moet halen. De enzymen afkomstig van het blad werden vroeger in de Skandinavische landen gebruikt om 'tettmelk' of dikke melk te maken. De Noorse naam luidt dan ook toepasselijk Tettegras.

Dodonaeus in zijn CruydtBoeck schrijft 'De Engelse noemen het butterwort en ook in het Latijn Butyri radix, als of men zei smeerwortel omdat de wortel vol vetheid is als smeer of boter daar ze de kloven van de koeienspenen of uiers mee genezen’.
Het zijn dus niet alleen 3000 meter hoge bergen maar ook 3 cm kleine plantjes die mij verhalen vertellen.

The plant can be used to curdle plant milks. The milk is poured over a strainer on which fresh leaves of butterwort have been laid. The milk is then left for a day or two until it sours when it becomes solid like yoghurt and is considered to be most delicious. A small quantity of the milk can be kept to inoculate further batches. Another report says that the leaves are infused in the milk for some time.
Natuurlijk is het nu niet vanzelfsprekend om zo'n zeldzaam plantje aan uiers te smeren of er melk mee te stremmen.

donderdag, december 25, 2003

Kerst, Bellegarde en sleedoorn

 De stralen van de lage winterzon scheren schuin langs de daken van Bellegarde door ons vensterraam en tekenen een smalle poëtische lichtlijn op de enige tafel in ons bijna lege huis. Achter het huis de helling op, groeien stevige sleedoornstruiken met vettige blauwberijmde bessen. De eerste vorst is er over heen gegaan, waardoor ze wat zoeter en sappiger geworden zijn. Dus het moment om ze te plukken. Hier in de Drôme laat men een handvol van die bessen een maand trekken in 1 liter eau-de-vie (brandewijn), waarna dit aftreksel gemengd wordt met een siroop van 300 gram suiker op 1 liter water. Dit drankje heeft een wat kir-achtige smaak van de pitten in de sleebessen.

De bessen zijn rijk aan vitamine C en looizuren, die echter minder samentrekkend werken na een vorstperiode. De pitten bevatten nogal wat giftige blauwzuurverbindingen (amandelaroma), maar zijn ongevaarlijk in de bovenbeschreven hoeveelheden, vooral ook omdat de pitjes niet gebroken worden.
Van de ontpitte bessen kun je ook een versterkende vitaminensiroop maken, door ze te laten trekken in honing.

Sleedoorn – Prunus spinosa L.

Deze tot 3 meter hoge struik met bijna zwarte takken en witte bloesem, vind je veel langs bosranden en in heggen samen met Meidoorn en Rozebottel. Alle delen van de plant zijn ooit gebruikt geweest (schors, bloemen en bessen), nu maken we hoofdzakelijk nog gebruik van de donkerblauwe bessen. Ze bevatten veel looistoffen (wrange, samentrekkende smaak), vruchtenzuren (frisse smaak) en veel vitamine C. Een aromatische en gezonde siroop verkrijg door de goedrijpe vruchten in honing te laten trekken. Tegen diarree kun je van de verse of gedroogde bessen een afkooksel maken (20 gr per liter water 1' koken en 10' laten trekken)
Vroeger waren vooral de bloemen medicinaal. Ze werden vermeld in de officiële apothekersboeken van Duitsland (DAB) en Zwitserland (Ph. Helv.) als licht laxeermiddel en gebruikt in bloedzuiverende voorjaarskuren.

Montlahuc
Mooie wandeling gemaakt langs het dorpje Montlahuc, gelegen op 1000 meter, wel hoog en dus kouder maar ook langer zon in de winter. In de gîte werd er zelfs buiten gegeten.

Ik bestudeer nu vooral de boomknoppen. Ik wil wat glycerinemaceraten maken, een soort aftreksels van knoppen in alcohol en glycerine. Deze gemmotherapie wordt vooral in de professionele Franse kruidengeneeskunde veel gebruikt. De knoppen van de populier, de wilg en de es zien er al goed uit.

Op de zuidhellingen groeien vooral Bergdennen, ‘Pinus uncinata, Pin à crochets, ze lijken nogal op de gewone Grove den, alleen de kleine dennenappels hebben omgebogen schubben. Als onderbegroeiing vinden we vooral mooie jeneverbessen en vele donkergroene palmboompjes, hogerop rond 1200m vind ik enkele kruipende berendruifplanten.

Het hout van de Dennenbomen werd in deze streek vroeger vooral gebruikt om doodskisten te maken. Het hout bleef langer geconserveerd dan de doden zelf. Maar de bomen moesten dan wel bij nieuwe maan gekapt en gezaagd worden. Zou nieuwe maan ook een goed moment zijn om dood te gaan? Of is er geen goed moment om dood te gaan?

Over beredruif, Arctostaphyllos uva-ursi, raisin d'ours in het frans.
De leerachtige, glimmende blaadjes kunnen nu, ook geplukt worden. Ze zijn geurloos, maar hebben wel een bittere, samentrekkende smaak door de looistoffen die ze bevatten. Medisch zijn het vooral de fenolglycosiden zoals arbutine, die zorgen voor de ontsmettende werking bij blaasontsteking. Het best kun je er een tinctuur van maken en die dan combineren met een thee van Solidago / Guldenroede.