Posts tonen met het label oude glorie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label oude glorie. Alle posts tonen

maandag, juli 28, 2025

Oude glorie. Postelein.

Postelein (Portulaca oleracea), ook wel zomerpostelein genoemd, komt oorspronkelijk uit Zuid-Europa en Noord-Afrika, maar is inmiddels wijdverspreid over de hele wereld. Het wordt beschouwd als een van de meest voorkomende onkruiden in warme streken. Deze warmteminnende plant is echter relatief zeldzaam in onze contreien. Hij komt het meest voor in kassen, tuinen en wijngaarden. Door klimaatverandering zal de plant de komende jaren steeds vaker bij ons voorkomen.

Postelein is ook heel gemakkelijk zelf te kweken. Vanaf maart zaai je deze koudegevoelige plant in de volle grond. Postelein kiemt in het licht, dus zet de zaden in vochtige grond en druk ze goed aan. Bedek ze niet met aarde. Je kunt al na 4-6 weken oogsten!

Deze eenjarige pioniersplant heeft een rijk vertakte stengel die over de grond kruipt. De spatelvormige bladeren zijn opvallend dik en sappig. Zomerpostelein is echter niet verwant aan winterpostelein (Claytonia perfoliata), die gekweekt en als salade verkocht wordt. 

De naam Portulaca komt waarschijnlijk van het latijnse portula, kleine deur, omdat de vrucht zich als een deurtje opent, om de zwarte, glimmende zaadjes hun verspreidend werk te laten doen. Of van porta, dragen en lac ‘melk’ melkdragend omwille van het witte melksap.

Heerlijk en gezond

Dit onkruid, dat veel voorkomt in warme landen, werd door de Romeinen in Centraal-Europa geïntroduceerd. In de Middeleeuwen was het zo populair als groente dat het zelfs in tuinen werd gekweekt. Helaas was het in de 19e eeuw grotendeels in de vergetelheid geraakt. 

De bladeren en scheuten zijn smakelijk als salade en spinazie-achtige groente, maar ook in smoothies, kruidenkwark, eiergerechten en soepen. Postelein heeft een licht zoute en verfrissend zure smaak. Het is het lekkerst om het rauw te eten; je kunt er direct zo van knabbelen. De beste tijd om het te plukken en te oogsten is vóór de bloei, wanneer de bladeren stevig en sappig zijn. Daarna word het blad licht bitter. Deze wilde groente smaakt niet alleen heerlijk, maar brengt ook een gezonde dosis voedingsstoffen op je bord. Postelein bevat een uitzonderlijk hoge hoeveelheid kalium (585 mg/100 g), magnesium (245 mg/100 g) en ijzer (3,1 mg/100 g). Vergeleken met sla bevat het 22 keer zoveel magnesium! Dit knapperige wilde kruid bevat ook veel provitamine A en uitzonderlijk veel omega-3-vetzuren dan welke andere bladgroente dan ook.

Helaas veel oxaalzuur

Met al de vele heilzame ingrediënten in postelein is het ook het vermelden waard dat het oxaalzuur bevat, wat regelmatig gebruik enigszins kan beperken. Postelein is, net als spinazie, snijbiet, rabarber en veldzuring, een van de planten met een zeer hoog oxaalzuurgehalte. Oxaalzuur is echter alleen in grote hoeveelheden schadelijk voor het lichaam. Hoge doses kunnen de nieren belasten, dus mensen met een nieraandoening moeten het gebruik ervan vermijden. Oxaalzuur belemmert ook de beschikbaarheid van mineralen zoals calcium, magnesium en ijzer.

Voor gezonde mensen is er niets mis met het eten van groenten die oxaalzuur bevatten, maar dergelijke voedingsmiddelen moeten niet elke dag op het menu staan. Er is ook een trucje om het oxaalzuurgehalte in voedsel te verlagen: als je voedsel rijk is aan calcium, bindt het calcium zich aan het oxalaat in het spijsverteringskanaal, waardoor het zonder belasting voor het lichaam kan worden uitgescheiden. Daarom is het verstandig om postelein te consumeren met calciumrijke producten, zoals sojaproducten, harde kaas of zuivelproducten.

Voedsel als medicijn

Postelein is in ons land relatief onbekend als medicinale plant, maar in veel andere landen is het een bestanddeel van de volksgeneeskunde. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) noemt de plant daarom een "wereldwondermiddel". De talrijke indicaties waarvoor postelein al eeuwenlang wereldwijd wordt gebruikt, bevestigen deze beoordeling. In China wordt postelein beschreven als een "groente voor een lang leven" en het is al millennia lang een belangrijke medicinale plant in de traditionele Chinese geneeskunde.

De afgelopen 10 jaar zijn er talloze studies gepubliceerd over de farmacologische effecten van postelein. Deze tonen het uitzonderlijk brede werkingsspectrum aan. Zo is aangetoond dat het antidiabetische, anticarcinogene, antimicrobiële, ontstekingsremmende, leverbeschermende, neuroprotectieve, bloeddrukverlagende, cholesterolverlagende, wondhelende werkingen heeft.

De neuroprotectieve werking van de plant is bijzonder opmerkelijk, omdat het de werkingsduur van de belangrijke neurotransmitter acetylcholine verlengt. Ook is een antivirale werking aangetoond, met name tegen het herpes simplexvirus. De talrijke omega-3-vetzuren hebben een positief effect op het cardiovasculaire systeem en verlagen de bloedlipiden- en bloedsuikerspiegel. Dit helpt arteriosclerose en hypertensie te voorkomen.

Ter preventie van ziekten zou deze heerlijke wilde groente zeker op ons menu moeten staan. Trouw aan het oude gezegde: laat voeding ons medicijn zijn!

Recept: Posteleinsalade

  • 150 g jonge posteleinscheuten
  • 200 g tomaten
  • ½ komkommer
  • 3 eetlepels olijfolie
  • 2 eetlepels balsamicoazijn
  • 1 theelepel sojasaus
  • 2 eetlepels crème fraîche 
  • peper en zout
  • optioneel: 100 g schapenfeta

Snijd de postelein grof, snijd de tomaten en komkommer in plakjes. Meng alle overige ingrediënten tot een dressing en meng deze door de salade. Roer er eventueel blokjes feta door.

Medicinale dosering

Er zijn slechts beperkte klinische studies beschikbaar om richtlijnen voor de dosering te geven. De volgende doseringen zijn echter gebruikt: in één klinische studie werd 0,25 ml/kg lichaamsgewicht van een 5% waterig extract gebruikt voor een bronchusverwijdend effect ; bij diabetes type 2 werd gedurende 8 weken tweemaal daags 5 gram gemalen zaden ingenomen ; bij abnormale baarmoederbloedingen werden gemalen zaden ingenomen in een dosis van 5 gram om de 4 uur gedurende 3 dagen. En een oud recept van Dodoens 'Een zalfje gemaakt van honig en poeder van posteleinwortel gedroogd geneest de kloven van de lippen en handen’.

Literatuur

dinsdag, februari 06, 2024

Hondsdraf, effectieve medicinale plant uit de volksgeneeskunde?

Ook in februari zijn de kruipende hondsdrafblaadjes langs bosranden al volop geurig aanwezig. Alleen tijdens de bloeiperiode gaat de kruipende plant rechtop staan, wat de bestuiving voor insecten vergemakkelijkt. De blauwviolette bloemen verschijnen vanaf eind maart tot half mei in de bladoksels van de bovenste bladparen. Talrijke soorten wilde bijen en vlinders houden van het stuifmeel en de nectar. 

Hondsdraf speelt geen grote rol in de hedendaagse rationele fytotherapie. Vanuit de volksgeneeskunde zijn er slechts enkele toepassingen overgeleverd. Er zijn wel aanwijzingen dat het in de Germaanse tijd een belangrijke geneeskrachtige plant was. Hondsdraf was in de Middeleeuwen vooral populair als specerij en medicinaal. 

Hondsdraf in vroegere tijden, goed tegen wonden en nog veel meer.

Hondsdraf werd zeer gewaardeerd door de Germaanse volkeren en ook in de Middeleeuwen was de plant populair. De vreemde Duitse naam Gundermann vindt zijn oorsprong in het Oudhoogduits, waarin gund gevecht betekende en gunt pus of wondwater. Omdat we weten dat Gundermann ooit een belangrijke plant was in de wondverzorging, is dit logisch: tijdens gevechten ontstaan ​​wonden, maar ook na een infectie kunnen deze gaan etteren. De Gundermann was een van de zogenaamde Gundkräuter. Deze werden gebruikt om slecht genezende wonden en zweren te behandelen. Om dit te doen, nam je het geperste sap of vers gemalen bladeren. Men geloofde dat een wond bijzonder goed zou genezen als er 77 bladeren van de hondsdraf op zouden worden geplaatst. Met behulp van getallenmagie wilden mensen de genezende kracht van de plant vergroten.

Hondsdraf werd vroeger ook veel gebruik tegen zogenaamde 'mondrot'. Dat was een ontsteking van het mondslijmvlies. In het Duitse Pfalz werden 3 verse bladeren in water gedompeld en vervolgens in de mond gekauwd. Dit gebruik van de 'hondsdrafwijnstok' werd ook opgenomen in een vrome christelijke legende, waarin Jezus tegen Petrus, die aan mondrot leed, zei: “Petrus, neem drie wijnranken en laat ze in je mond drijven, dan zal je mond genezen!’

In de vroege middeleeuwen werd hondsdraf zowat als een wondermiddel beschouwd. Hildegard van Bingen (1098–1179) prees het als longgeneesmiddel. Leonhart Fuchs (1501–1566) beschreef het als diuretisch en ontgiftend. In die tijd dronken alle beroepsgroepen die met het zware metaal lood te maken hadden (wapensmeden, schilders, loodglazenmakers)  hondsdraf-thee. Tabernaemontanus (1522–1590) raadde het aan tegen hoofdpijn en als hoestkruid en levermiddel. Ook Dodonaeus (16de eeuw) beschrijft het medisch gebruik van hondsdraf o.a tegen oorsuizen ' Dit self cruyt ghewreven ende in die ooren ghesteken/ beneempt dat tuyten ende gheneest dat qualick hooren. In de Middeleeuwen werd hondsdraf zelden gekookt in water, maar vaak in wijn of melk getrokken. Waarschijnlijk een zeer oude Germaanse traditie.

In de volksgeneeskunde wordt hondsdraf, naast zijn wondgenezende eigenschappen, als bijzonder nuttig beschouwd bij verlies van eetlust, hoesten, diarree, maag-darmproblemen en bij blaas- en nierstenen. Er zijn wel geen officiele monografieën van ESCOP, Commissie E of HMPC.

Recent onderzoek en studies geven aan dat veel toepassingen uit volksgeneeskunde waardevol kunnen zijn.[1][2][3]. De ontstekingsremmende en sterke antioxiderende eigenschappen van hondsdraf-extracten zijn nu bewezen [1][2][3]. Er zijn ook antibacteriële en leverbeschermende effecten aangetoond. [1][2] Verder zijn ook cytotoxische eigenschappen bij verschillende soorten kanker aangetoond, maar tot nu toe alleen in laboratorium-omstandigheden (in vitro). 

Interessant is ook dat Glechoma-extract de melaninesynthese in B16-melanoomcellen remt, maar niet cytotoxisch is. Het zou daarom een ​​nuttig therapeutisch middel kunnen zijn voor de behandeling van hyperpigmentatie en een effectief bestanddeel van whiteningcosmetica (6).

Belangrijke inhoudsstoffen van hondsdraf

  • Fenolzuren (bijv. rozemarijnzuur, cafeïnezuur, chlorogeenzuur)
  • Etherische olie (met pinocamfoon, menthon, pulegone, menthol)
  • Tannines (tannines), looistoffen
  • Sesquiterpenen (bijv. glechomafuran)
  • Bitterstoffen (Glechomin)
  • Flavonoïden (bijv isoquercitine, rutine, hyperoside)
  • Triterpeenzuren (bijv. oleanolzuur, ursolinezuur)
  • Fytosterolen (bèta-sitosterol)
  • Alkaloïden (hederacine)

Hondsdraf als wild voedsel.

Hondsdraf heeft een lange traditie als smaakmaker. Oude namen als soldatenpeterselie of soepkruid verwijzen hiernaar. Het kruid maakte deel uit van de traditionele Witte Donderdag-soep. Het eten ervan zou je het hele jaar door tegen ziekten beschermen. De soep dateert waarschijnlijk oorspronkelijk uit de voorchristelijke tijd. In deze soep werden 9 lentekruiden gebruikt. 

Roerei gekruid met hondsdraf was ook een van de paastradities. Bovendien was hondsdraf een populair bierkruid voor het werd vervangen door hop.

De jonge blaadjes aan de toppen van de scheuten kun je gebruiken als specerij voor salades, soepen, aardappelgerechten, kruidenboter en likeur. De jonge blaadjes hebben een sterk aroma, daarom moet je ze spaarzaam gebruiken. Oudere bladeren worden bitter en kunnen een onaangenaam scherpe nasmaak krijgen.

De beste oogsttijd om de bladeren, de scheutpunten als specerij te gebruiken is bij het begin van de bloei in maart-april. De bloemen smaken veel milder. Je kunt ze gebruiken als mooie voedseldecoratie, bijvoorbeeld in salades of kwarkgerechten.

Een hondsdrafthee gemaakt van het bloeiende kruid smaakt ook verrassend goed. Bij het klaarmaken met heet water verdwijnen de typisch bittere aroma’s. Er zijn geen allergieën voor hondsdraf bekend of bijwerkingen of interacties die kunnen optreden bij het drinken van de thee!

Recept. Hondsdraf-thee

Van het bloeiende kruid (april tot mei) wordt thee gemaakt. De bloeiende scheuten worden kort voordat er thee wordt gezet licht gedroogd en fijn gemaakt.

  • Hondsdraf (Glechomae hederaceae herba, syn.: Hederae terrestris herba)
  • Giet 200 ml heet water over 2 theelepels hondsdraf, dek af en laat 5 tot 10 minuten trekken (infusie) Experimenteer met de infuustijd, enkele minuten korter of langer trekken kan veel smaakverschil geven.

Literatuur. Wetenschappelijk onderzoek.

[1] Chou ST, Chan YR, Chung YC. Studies naar de antimutageniteit en antioxiderende activiteit van het heetwaterextract van Glechoma hederacea. Tijdschrift voor voedsel- en geneesmiddelenanalyse 2012; 20: 637-645.715. DOI:10.6227/jfda.2012200310
[2] Grabowska K, Amanowicz K, Paśko P et al. Optimalisatie van de extractieprocedure voor het fenolrijke Glechoma hederacea L.-kruid en evaluatie van het cytotoxische en antioxiderende potentieel ervan. Planten 2022; 11: 2217. https://doi.org/10.3390/plants11172217
[3] Šeremet D, Vojvodić Cebin A, Madura A et al. Een inzicht in de chemische samenstelling van hondsdraf (Glechoma hederacea L.) door middel van macrocomponentenanalyse en fractionering van fenolverbindingen. Kroatisch tijdschrift voor voedseltechnologie, biotechnologie en voeding 2020; 15:3-4
[4] Stern C, Ell-Beiser H. Fytotherapie. 1e editie Aarau en München: AT Verlag; 2022
[5] Beiser R. Vergeten geneeskrachtige planten. Aarau en München: AT Verlag; 2016
(6) Biosci Biotechnol Biochem.2012;76(10):1877-83. doi: 10.1271/bbb.120341. Epub 7 okt. 2012, Anti-melanogenese-effect van Glechoma hederacea L.-extract op B16 muizenmelanoomcellen