Posts tonen met het label Geneeskracht. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Geneeskracht. Alle posts tonen

dinsdag, maart 12, 2024

Tongvarens

Tongvarens zijn zeldzaam maar in de schaduwrijke steile hellingen van de Maasvallei zijn die glimmende, goed herkenbare varens ook in de winter volop aanwezig.  De bladeren herinnerden de mensen uit de oudheid aan de tong van een hert.  Deze geneeskrachtige varen wordt al eeuwenlang gebruikt.  Tongvaren bevat tannines, slijm en andere ingrediënten die samen een slijmoplossend, hoeststillend, ontstekingsremmend, pijnstillend en zenuwversterkend effect hebben.  De plant is een lang gebruikt middel tegen hoest en bronchiale catarre.  Tongvaren heeft ook een versterkende werking op de lever en de milt.  Hildegard von Bingen raadt aan een elixer te bereiden, dat problemen in het maag-darmgebied, de lever en de milt verlicht.  Volgens Hildegard wordt de tongvaren op hete stenen tot poeder gedroogd.  Ze raadt dit poeder aan bij allerlei soorten pijn. Een mespuntje poeder zou een eerste hulpmiddel bij plotselinge aanvallen van zwakte zijn.  

Het wordt ook wel Hertstong of, in het Duits, Hirszunge genoemd. Dit vanwege de vorm van het blad dat op de lange smalle tong van een hert lijkt. Asplenium komt van het Griekse woord ‘splen’, wat milt betekent. Vroeger werd de Tongvaren gebruikt als middel tegen ontstekingen van de milt maar ook van de lever. Een thee van de bladeren werd gebruikt als middel tegen diarree en dysenterie. Ook werden de gekneusde bladeren gebruikt bij de behandeling van brandwonden.

De Griekse arts Dioscorides schreef in zijn De Materia Medica: "Dit kruid met wijn gedronken geneest de beten van de slangen en in azijn gekookt en veertig dagen achtereen gedronken maken ze de milt klein als zij te zeer gezwollen is, ja nemen ze geheel wegen vermorzelen zelf, zoals vele schrijven, de steen in de blaas."

Wetenschappelijk onderzoek
A. scolopendrium has been used for the treatment of wounds, bleeding, myalgia, lung, liver and spleen diseases, inflammation of gums, urogenital system disorders, and as a mild laxative, diuretic, astringent, diaphoretic and tonic.

The present study demonstrates selective anticancer potential of three Asplenium species, among which A. ceterach showed the most potent activity. The reported results bring new information on the mechanism of anticancer activity induced by treatment with extracts from A. ceterach, A. trichomanes and A. scolopendrium. The inhibiting effect against the cervical cancer cell line HeLa following exposition to A. ceterach extract was associated with increased SOD activity and a proapoptotic mechanism. Treatment with A. trichomanes extract also resulted in increased SOD activity, but the effect was milder compared to the sample from A. ceterach. Instead of a proapoptotic effect, A. trichomanes and A. scolopendrium samples induced necrosis in HeLa cell populations, indicating a different mechanism of anticancer activity. Further research on these extracts, especially the one from A. ceterach, could identify new compounds with anticancer and antibacterial activities. Thus, this fern species could represent a source of bioactive substances for production of more effective pharmaceutical products for treatment of cancer and infectious diseases.


vrijdag, maart 25, 2011

Geneeskracht uit het oerwoud

Nicole Maxwell
Geneeskracht uit het oerwoud van Nicole Maxwell. Ik kocht de Nederlandstalige uitgave van 'Witch doctors apprentice', zoals de originele uitgave noemt, in 1977, was zelf toen 33 jaar jong en al een 5 tal jaar met alternatieve geneeskunde bezig. Het was het eerste etnobotanische boek dat ik las en de spannende avontuurlijke manier waarop het geschreven was, sprak met erg aan.

Het boek van Maxwell is me altijd wel bijgebleven, vooral dan de straffe verhalen over bloedstelpende, aborterende, potentieverhogende en anticonceptie kruiden spraken me sterk aan, maar deden me tezelfdertijd ook wel twijfelen aan het waarheidsgehalte van dit boek. Toch werden er zoveel feitelijke gegevens vermeld, namen van planten bijvoorbeeld, waardoor ik dit boek toch moeilijk alleen maar als een soort avonturenroman kon beschouwen.

Met het vele verhuizen in de loop van de jaren, was het boek 'Geneeskracht uit het oerwoud' blijkbaar verloren gegaan. Ik kon het tenminste niet meer terug vinden, tot dat ik het boek enkele weken geleden in een van de nog opgeslagen kartonnen dozen terug vond. En dus was ik weer in de gelegenheid om het boek, nu zowat 30 jaar later, opnieuw te lezen en te bestuderen.

Kon ik de vele vreemde, mij onbekende planten vroeger moeilijk detecteren, dan was het nu door mijn eigen grotere kennis en met de hulp van Google gemakkelijker om sommige planten op te sporen. Ook de schrijfster Nicole Maxwell was te googelen en ook dat was geen ontgoocheling. Een vrouw met heel wat levens, eerst een cultureel leven als balletdanseres in Parijs, na 12 jaar huwelijk met een Air Force officer scheidde ze en trok naar vrienden in Bolivia, waar ze belangstelling kreeg voor de inheemse stammen van het Amazonegebied. Op een van die avontuurlijke reizen verwonde ze zich met een machete, een ernstige verwonding die wonderbaarlijk snel genas met behulp van het sap van een donkerrode boom. Van toen af ging ze op zoek naar de geneeskracht uit het oerwoud. Ondernam verschillende expeditie ook voor een farmaceutische firma op zoek naar nieuwe medicijnen. Een bijzondere vrouw met een lang leven vol van avontuur, die in 1998 op 92 jarige leeftijd overleed.

Citaat uit 'Geneeskracht uit het oerwoud'
Voor mij vertegenwoordigde elke plant de persoon van wie ik hem had gekregen.
Ik maakte de plantenpers open. Ik was er trots op hoe de planten er uit­zagen. Niemand zou ooit vermoed hebben dat zij maanden lang waren meegesleept op een reis door woest terrein onder vochtige omstandig­heden.................Volgens mijn instructies moest ik in mijn verslag niet alleen de plaats van oorsprong, een algemene be­schrijving, het bodemtype waarop hij groeide en het klimaat vermelden, maar ook de naam van de plant. Dat was een probleem, omdat ik veel van de namen niet anders had gehoord dan in een of andere inlandse taal.

Twee van de planten waren wetenschappelijk gedetermineerd door een Peruviaanse botanicus die een paar dagen in het hotel doorbracht. Ik dacht dat ze tot de groep meer belangrijke medicijnen behoorden. De Indra, die Hilario beschouwde als het enige behoorlijke en beschaafde middel om een pijnlijke tand te verwijderen, was geïdentificeerd als een Moracea Clorophora tinctoria L. Gaud. En de sangre de grado, die via de mond ingenomen interne bloedingen stopt en bij extern gebruik won­den ontsmet en het bloeden stelpt, was een Euphorbiacea, Croton salutaris. Ik had het blad papier nog waarop de bo­tanicus de namen had geschreven voordat hij zich naar een afspraak haastte. Ongelukkigerwijs had ik hem daarna niet meer gezien. 

Jaren later
Ondertussen vele jaren later is de sangre de grado een gewaardeerd geneesmiddel geworden in verschillende landen en is uit wetenschappelijk onderzoek gebleken dat de plant anti-bacteriële en wondhelende eigenschappen heeft. Ook het fisethout of fustiek, zoals de Clorophora ook wel genoemd word, is opnieuw in gebruik maar dan wel als verfstofplant.
Het boek 'Geneeskracht uit het oerwoud' blijkt dan toch meer te zijn dan een spannende avonturenroman.

Wat wetenschappelijk onderzoek
Chen ZP, Cai Y, Phillipson JD. Studies on the anti-tumour, anti-bacterial, and wound-healing properties of dragon's blood. Planta Med 1994;60:541-5.
Desmarchelier C, Witting Schaus F, Coussio J, Cicca G. Effects of Sangre de Drago from Croton lechleri Muell.-Arg. on the production of active oxygen radicals. J Ethnopharmacol 1997;58:103-8.
J Altern Complement Med. 2003 Dec;9(6):877-96. Review of sangre de drago (Croton lechleri)--a South American tree sap in the treatment of diarrhea, inflammation, insect bites, viral infections, and wounds: traditional uses to clinical research. Jones K.