Posts tonen met het label Es. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Es. Alle posts tonen

dinsdag, december 18, 2018

De es in de Edda: Ygdrasil

Een es weet ik staan
Ygdrasil heet hij
hoog en 
met helder
heilvocht begoten.
Vandaar komt de dauw
in de dalen gevallen.
Aan de bron van Urd
staat hij 
eeuwig groen.

De dauw die van Ygdrasil neervalt brengt ieder wezen dat ontstaat het levenswater, de drager van de levenskracht. Zo ook aan de mensen. Daarom hebben alle geslachten veel aan de boom te danken; slechts weinigen echter beseffen dit.

Het lijden van de es kan niemand bevroeden. Vier herten grazen in zijn takken en vreten voortdurend het jonge loof van de levensboom. Van hun gewei stroomt een regenvloed naar beneden naar de bron Hvergelmir. Dit is de oorzaak, waarom Hvergelmir nooit uitdroogt.

Slapen onder de es: Ygdrasil
Oud wordt de schors, vermolmd het hout. Hoog in de kruin nestelt een adelaar. Die laat zijn blik tot op verre afstand spiedend over de wereld gaan. Hij weet veel. Tussen zijn ogen zit een kleine havik. Een eekhoorntje loopt langs de stam op en neer en brengt met zijn praatjes vijandschap of vriendschap teweeg tussen de adelaar en het serpent.

Diep verborgen in Ygdrasil, de boom van de zon, rusten de kiemen van de toekomst. Want... eens werd de vraag gesteld, wie de wereldondergang zou overleven. "Lif en Lifthrasir, Leven en Levensdrang " zo luidde het antwoord, "de namen van een mensenpaar, dat in Hodmimirs hout wacht. Tot voedsel dient hen de morgendauw van de boom."
Nog zijn Lif en Lifthrasir ongeboren kinderen. Maar hen is voorbehouden, eens het begin van een nieuw geslacht te worden.

De inhoud van deze verhalen berust op de poëtische Edda, ook wel oude Edda genoemd, en de proza- of jonge Edda, op de liederen en de sagen.
Yggdrasil is de naam van de 'Wereldboom' in de Noordse kosmogonie. De naam laat zich letterlijk vertalen als 'paard van Yggr', oftewel 'paard van Odin', en verwijst naar de felle levenskracht die hem draagt en overal heen voert.

Yggdrasil is de levensboom en kennisboom, het symbool van de eindeloos vertakte vorm van dat wat is. Tegelijk draagt en verbindt hij de werelden als wereldas (axis mundi). Deze toont tegelijk de weg naar het hogere, de weg die de sjamaan volgt om in het gebied van goden en geesten te komen. Hij reikt van de onderwereld dwars door de mensenwereld naar de wereld van goden en helden.

Meer over de es https://dier-en-natuur.infonu.nl/bloemen-en-planten/52064-es-een-mythische-en-medische-boom.html

zaterdag, maart 30, 2013

Es en gemmotherapie

De knoppen van de es, net zoals vele andere boomknoppen zijn nu te plukken om er een gemmomiddel mee te maken. De bruine bloemknoppen barsten al uit hun zwart omhulsel.

De esboom wordt vereenzelvigt  met Yggdrasil, de mythologische wereld-es uit de Edda.  De naam Fraxinus excelsior had de Es al bij de Romeinse schrijvers, het woord excelsior betekent hoog, groot en machtig, excellent dus. De wetenschappelijke naam Fraxinus komt van het Griekse phraxism: haag of insluiten, omdat de boom als haag gebruikt werd. Of een tweede mogelijkheid van breuk, vanwege de breekbaarheid van de twijgen.

De Es is een echte lichtboom. Hij komt voor in relatief lichte bossen, en laat zelf ook veel licht door. De bladeren vind je voornamelijk aan de buitenkant van de kroon. De bloemen verschijnen vlak voor het blad en bestaan uit pluimvormige, uit de oksels van bladknoppen ontspringende bloeiwijzen met bloemen zonder kelk of kroon.

Wereldboom, kosmische boom Yggdrasil.
Bedreigd door het vuur uit het zuiden,
door het ijs uit het noorden,
door de gifslang in de bodem.
Beschermd door de regenboog,
bewaakt door de vliegende ganzen
en door de adelaar in top.

De knoppen net zoals het blad van de es zijn diuretisch en drainerend (bloedzuiverend), vooral te gebruiken bij jicht en reuma

Gemmotherapie
Het is een vorm van fytotherapie, waarbij men vooral knoppen (in de vroege lente geplukt vooraleer het blad zich kan ontplooien) of andere snel groeiende plantendelen van bomen en struiken als zogenaamd drainagemiddel bij allerlei aandoeningen gebruikt. De embryonale cellen in de knoppen bevatten meer nucleïnezuren (genetische informatie), mineralen, sporenelementen, vitaminen, groeifactoren, zoals verschillende hormonen (auxine, gibberelline) en enzymen.

De Belgische arts Henry (1918 - 1998) was de eerste die deze kruidenmiddelen introduceerde. Hij noemde deze nieuwe fytotherapie, de fytoembryologie en later de gemmotherapie (naam gegeven door Dr.Tetau). De bereidingsprocedures zijn vastgelegd in de Franse Farmacopee van 1965. Enkel jonge scheuten en verse knoppen worden in een mengsel van plantaardige glycerine, alcohol en water geëxtraheerd, de glycerinemaceraten
Volgens Dr Henry mobiliseert deze vorm van therapie de "energetische en biologische eigenschappen” van de embryonale elementen. Knoppen (gemmae) zouden informatie bevatten over de gehele plant. Bvb het glycerine-maceraat van de zilverlinde (Tilia tomentosa) heeft zowel de kalmerende eigenschappen van de bloesem, maar ook de leverdrainerende en diuretische eigenschappen van het spinthout; de knop van de meidoorn (Crataegus) heeft zowel de geneeskrachtige eigenschappen van de vrucht (werking op de hartspier) als die van de bloem (hartslag).

Over de es lees verder
  • http://dier-en-natuur.infonu.nl/bloemen-en-planten/52064-es-een-mythische-en-medische-boom.html
  • Ji W, Zhu XX, Tan WF, et al. Effects of Rebixiao granulesRebixiao granule (RBXG) (ash bark, Smilax glabra rhizome). on blood uric acid in patients with repeatedly attacking acute gouty arthritis. Chin J Integr.Med 2005;11(1):15-21. View Abstract
  • Klein-Galczinsky C. [Pharmacological and clinical effectiveness of a fixed phytogenic combination trembling poplar (Populus tremula), true goldenrod (Solidago virgaurea) and ash (Fraxinus excelsior) in mild to moderate rheumatic complaints]. Wien.Med Wochenschr. 1999;149(8-10):248-253. View Abstract
  • von Kruedener S, Schneider W, Elstner EF. A combination of Populus tremula, Solidago virgaurea and Fraxinus excelsior as an anti-inflammatory and antirheumatic drug. A short review. Arzneimittelforschung 1995;45(2):169-171.View Abstract