In officiële botanische termen spreekt men van Filipendula ulmaria.“Filipendula” betekent opgehangen aan een draad, dit verwijst naar de wortelknollen van een familielid de knolspirea, waarvande wortels met een soort draad verbonden zijn.
Het tweede deel, ‘ulmaria’ betekent in het Latijn ‘zoals een iep'. De soortnaam ulmaria dankt de plant aan het feit dat de bladeren wat gelijken op die van de Ulmus of olm. Het Nederlandse 'spirea' komt van het Griekse woord 'speiraie' dat 'spiraal' betekent en de vorm van de zaden beschrijft.
De geur van de moerasspirea bekoorde eeuwenlang mens én vorsten. Tijdens de middeleeuwen strooiden de edellieden moerasspirea over de plavuizen van hun paleizen en kastelen. Het parfum van de plant verdrong minder hygiënische geuren. De Engelse naam 'Bridewort' verwijst ook naar het gebruik om de plant op de vloeren te strooien tijdens een huwelijksfeest.
Koningin Elisabeth I noemde spirea haar lievelingsbloem die haar redde van onophoudelijke hoofdpijn. En dat zou wel eens waar kunnen zijn, want de plant bevat inderdaad pijnstillende, asperine-achtige stoffen.
Voor de druïden was de moerasspirea, naast de maretak, een van de geliefde planten bij mystieke overgangsrituelen. De druïden hadden enkele favoriete kruiden waaronder de moerasspirea, watermunt en ijzerhard. We treffen de plant ook dikwijls aan in verschillende recepten van de druïden, vooral in rituelen waarbij de plant als offergave gebruikt werd, wellicht om haar zwoele, zoete geur.
In vroeger dagen diende het vaak als een brouwkruid voor heilige bieren. In het Engels wordt de plant Meadowsweet genoemd, maar een oudere naam is Meadwort of Medwort. In het boek van Chaucer : "The Knights tale", staat de plant zo vermeld als één van de vijftig ingrediënten van een drank, gebaseerd op Mead of mede, een honingdrank die populair was in de Middeleeuwen. Aan de mede werden dan kruiden toegevoegd. Het oude woord 'wort' betekent zoveel als plant.
In Groot-Brittannië zijn reeds in vondsten uit het Bronzen tijdperk sporen van moerasspirea gevonden. In graven daterend uit die tijd zijn stuifmeelkorrels gevonden die na onderzoek van moerasspirea bleken te zijn. Dit wil zeggen dat men wellicht een soort bloemenkrans meegaf aan de overledene. Aan het meer van Llyn y Fan Fach in Wales trof men de gecremeerde resten aan van een jong meisje met er naast stuifmeelsporen van moerasspirea naast potten en stenen werktuigen. Het is wel treffend dat men daar juist die resten aantrof, want over dat meer is er een gekende legende, dat uit het water van Llyn y Fan Fach een mysterieuze en mooie dame, de 'Lady of the Lake' kwam, die de lokale bevolking vertelde hoe ze planten medicinaal moesten gebruiken.
Voor een zomers drankje pluk je in juli 3 bloemschermen van de koningin der weiden. Overgiet die met een fles witte wijn. Laat de wijn 1 dag op een koele plek staan. Zeef en doe er eventueel wat acacia honing bij.
Meer info https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/filipendula-ulmaria-moerasspirea