woensdag, april 03, 2024

Lemniscaat in de oude groeve.Geluk zit in een klein wormpje en in een bijzonder vormpje.

Hazelworm / Anguis fragilis

En in de oude steengroeve kom ik veel planten maar ook een hazelworm tegen en dat in lemniscaatvorm.

Wist je dat de hazelworm .. in het geval van een aanval een autotomie of zelf-amputatie kan uitvoeren? Net als andere hagedissen kan hij een deel van zijn staart afwerpen. Zijn staart terug laten groeien, kost echter veel energie en bovendien zal die nooit meer hetzelfde zijn. Zijn Latijnse naam Anguis fragilis betekent dan ook ‘breekbare slang’? En... zijn gevorkte tong werkt een beetje als een neus, hij vangt zo de feromonen van zijn soortgenoten op? Een bijzonder beestje dus. En als ik deze 'edelworm' dan ook nog in de vorm van een lemniscaat tegen kom, ben ik weer eens voor even gelukkig. Geluk zit in een klein wormpje en in een bijzonder vormpje.

Hazelworm in lemniscaatvorm. 
Een van de mooiste symbolen is het lemniscaat. De liggende acht. Het symbool voor oneindigheid. Naast de wiskundige betekenis, heeft het lemniscaat een veel diepere betekenis. Het heeft namelijk te maken met energie, met doorstroming, met kracht.
Groeien in zichtbaarheid maakt dezelfde beweging als het lemniscaat. Van voorgrond naar achtergrond. Van binnen naar buiten. Altijd in beweging. Het ene moment werk je aan de binnenkant, het andere moment aan de buitenkant, de vorm. Die wisselwerking geeft energie en kracht waardoor je groeit in zichtbaarheid.

De lemniscaat heeft een rijke en fascinerende geschiedenis. Het symbool verscheen al in de oudheid en is in verschillende culturen en tijdperken opgedoken. In de oude Egyptische cultuur stond de lemniscaat bekend als de ‘Ouroboros’, een afbeelding van een slang die zijn eigen staart opeet, en stond symbool voor de eeuwige cyclus van vernieuwing en wedergeboorte.
Het woord ‘lemniscate’ zelf is afgeleid van het Latijnse ‘lemniscatus’, wat ‘met linten versierd’ betekent. De wiskundige John Wallis introduceerde het symbool in de 17e eeuw als wiskundig symbool voor ‘oneindigheid’. Zijn keuze voor de liggende acht was niet willekeurig: het symbool betekent in feite ’tweeledigheid’, een perfecte illustratie van de dualiteit van oneindigheid.
In de eeuwen daarna heeft de lemniscaat verschillende verschijningsvormen aangenomen, in de wiskunde, de kunst, de spiritualiteit en zelfs in de popcultuur. Hoewel de precieze betekenis kan variëren, draagt het symbool over het algemeen een boodschap van oneindigheid, dualiteit, en de constante stroom van het leven. En dat maakt het tot een symbool dat net zo relevant en krachtig is vandaag als duizenden jaren geleden.

maandag, maart 18, 2024

PMS, vetzuren en teunisbloemolie

En omdat we tijdens het volgend weekend de kruiden voor het hormonaal systeem bespreken en ik me toch ook wat wil voorbereiden. Hier wat info over de teunisbloem of Oenothera biennis. In de zomermaanden zie je ze niet alleen op natuurlijke groeiplaatsen, maar ook in de bermen en taluds van autowegen en braakliggende terreinen. De tamelijk hoge plant met forse stengels en grote opvallende goud- tot oranjegele bloemen is meestal de Middelste teunisbloem, Oenothera biennis, een van de drie teunisbloemen die we in onze flora vinden. Met een beetje geluk kun je in de late namiddag zien hoe de bloemen zich openen. Dat doen ze namelijk nogal snel.
In de kruidengeneeskunde wordt vooral de vette olie uit het zaad gebruikt onder andere bij hormonale menstruatieklachten en PMS.

Het premenstruele syndroom PMS kenmerkt zich door aan de menstruatiecyclus verbonden klachten. Deze klachten manifesteren zich in de tweede helft van de cyclus en verdwijnen enkele dagen na het inzetten van de menstruatie.

Klachten als stemmingswisselingen, vochtophoping, pijnlijke borsten, hoofdpijn en eetbuien worden mogelijk veroorzaakt door een verhoogde gevoeligheid op normale hormonale schommelingen van de cyclus. Receptoren voor oestrogeen en progesteron bij PMS hebben een verhoogde gevoeligheid om zich te binden aan deze hormonen, waardoor hun effect in grote mate versterkt wordt. Ontregeling in de hypothalamus- hypofyse- ovariele as leidt tot verstoring tussen progesteron en oestrogeen. Dit zou samen met gebreken in het vetzuurmetabolisme PMS klachten verklaren.

Een mogelijk ander mechanisme van betekenis bij PMS zijn neuro-endocriene verbanden; het is vooral het beta-endorfine (behorend tot de endogene opiaatpeptiden) dat in verband gebracht wordt met premenstruele klachten. Het beta-endorfine is een neurotransmitter, werkzaam bij het vrijkomen van hypofysehormonen.

Een ander neuro-endocrien verband: door daling van oestrogeen vlak voor de menstruatie en rond de eisprong wordt minder serotonine aangemaakt, wat stemmingswisselingen kan geven. PMS klachten kunnen het gevolg zijn van veranderingen in neurotransmitters zoals serotonine en beta-endorfine. Lage oestrogeen spiegels of een verminderde gevoeligheid van oestrogeen veroorzaken PMS klachten
 
Teunisbloem
Teunisbloemolie lijkt de overgevoeligheid van de vrouw met PMS voor hormonale schommelingen in de cyclus te kunnen verminderen door gebreken in het vetzuurmetabolisme te herstellen. Teunisbloemolie bevat het essentieel omega-6 -vetzuur gammalinoleenzuur, die een precursor is van hormoonregulatoren (prostaglandines). Teunisbloemolie verlaagt de gevoeligheid van receptoren voor oestrogeen en progesteron direct door het gammalinoleenzuur en indirect via de synthese van prostaglandines. Hormonen binden zich door gebruik van teunisbloemolie minder makkelijk aan receptoren waardoor hun signaal wordt verzwakt: de gevoeligheid van de vrouw voor hormonale schommelingen wordt minder. Hierdoor nemen aan de menstruatie gerelateerde klachten af.

Teunisbloemolie is de eerste keuze bij menstruatieklachten en mastalgie, zowel aan de cyclus verbonden als niet aan de cyclus verbonden. De therapeutische dosering is drie tot vier gram per dag (totaal van 240-300 mg gammalinoleenzuur) gedurende de gehele cyclus. Het kan vier tot zes maanden duren voordat de gunstige effecten van teunisbloemolie goed werkzaam worden.

Andere voedingstoffen die het vetzuurmetabolisme gunstig beïnvloeden zijn vitamine E, zink, vitamine B6, OPC. Voeding die de omega-6  vetzuuromzetting negatief beïnvloedt is verzadigd vet, teveel linolzuur, alcohol en suiker. 

Bronnen en referenties
Horrobin, D.F., Omega-6 essential fatty acids; pathophysiology and roles in clinical medicine. 1990, Kentville: Wiley-Liss. 569.
Gateley, C.A., et al., Drug treatments for mastalgia: 17 years experience in the Cardiff Mastalgia Clinic. J R Soc Med, 1992. 85(1): p. 12-5.
Kleijnen, J., Evening primrose oil. Bmj, 1994. 309(6958): p. 824-5.


dinsdag, maart 12, 2024

Tongvarens

Tongvarens zijn zeldzaam maar in de schaduwrijke steile hellingen van de Maasvallei zijn die glimmende, goed herkenbare varens ook in de winter volop aanwezig.  De bladeren herinnerden de mensen uit de oudheid aan de tong van een hert.  Deze geneeskrachtige varen wordt al eeuwenlang gebruikt.  Tongvaren bevat tannines, slijm en andere ingrediënten die samen een slijmoplossend, hoeststillend, ontstekingsremmend, pijnstillend en zenuwversterkend effect hebben.  De plant is een lang gebruikt middel tegen hoest en bronchiale catarre.  Tongvaren heeft ook een versterkende werking op de lever en de milt.  Hildegard von Bingen raadt aan een elixer te bereiden, dat problemen in het maag-darmgebied, de lever en de milt verlicht.  Volgens Hildegard wordt de tongvaren op hete stenen tot poeder gedroogd.  Ze raadt dit poeder aan bij allerlei soorten pijn. Een mespuntje poeder zou een eerste hulpmiddel bij plotselinge aanvallen van zwakte zijn.  

Het wordt ook wel Hertstong of, in het Duits, Hirszunge genoemd. Dit vanwege de vorm van het blad dat op de lange smalle tong van een hert lijkt. Asplenium komt van het Griekse woord ‘splen’, wat milt betekent. Vroeger werd de Tongvaren gebruikt als middel tegen ontstekingen van de milt maar ook van de lever. Een thee van de bladeren werd gebruikt als middel tegen diarree en dysenterie. Ook werden de gekneusde bladeren gebruikt bij de behandeling van brandwonden.

De Griekse arts Dioscorides schreef in zijn De Materia Medica: "Dit kruid met wijn gedronken geneest de beten van de slangen en in azijn gekookt en veertig dagen achtereen gedronken maken ze de milt klein als zij te zeer gezwollen is, ja nemen ze geheel wegen vermorzelen zelf, zoals vele schrijven, de steen in de blaas."

Wetenschappelijk onderzoek
A. scolopendrium has been used for the treatment of wounds, bleeding, myalgia, lung, liver and spleen diseases, inflammation of gums, urogenital system disorders, and as a mild laxative, diuretic, astringent, diaphoretic and tonic.

The present study demonstrates selective anticancer potential of three Asplenium species, among which A. ceterach showed the most potent activity. The reported results bring new information on the mechanism of anticancer activity induced by treatment with extracts from A. ceterach, A. trichomanes and A. scolopendrium. The inhibiting effect against the cervical cancer cell line HeLa following exposition to A. ceterach extract was associated with increased SOD activity and a proapoptotic mechanism. Treatment with A. trichomanes extract also resulted in increased SOD activity, but the effect was milder compared to the sample from A. ceterach. Instead of a proapoptotic effect, A. trichomanes and A. scolopendrium samples induced necrosis in HeLa cell populations, indicating a different mechanism of anticancer activity. Further research on these extracts, especially the one from A. ceterach, could identify new compounds with anticancer and antibacterial activities. Thus, this fern species could represent a source of bioactive substances for production of more effective pharmaceutical products for treatment of cancer and infectious diseases.


Kruidenkussens. Ergens goed voor? Het kussen van kruiden.

Vroeger, wel lang geleden zoal in de sprookjes, was het heel gebruikelijk om kruiden direct in bed te leggen en erop te slapen om van de effecten ervan te profiteren. De zogenaamde “walstrokruiden” hadden verschillende taken: soms moesten ze de geliefde verleiden en de zintuigen wakker maken, soms moesten ze vrouwen ondersteunen tijdens de bevalling, en soms moesten ze de kinderen kalmeren en slaap opwekken.


Maar waarom werkt een kruidenkussen eigenlijk?

Washandje als kruidenkussen. Melisse en Hop.
Het zijn de essentiële oliën van de gedroogde kruiden die hier hun werking hebben. Zodra je je hoofd op het kussen legt, brokkelen de kruiden in de kussensloop af en komen de etherische oliën vrij en worden ze ingeademd. Het reukvermogen is nauw verbonden met het limbisch systeem in de hersenen, dat verantwoordelijk is voor emoties, stemmingen en geheugen. Door het inademen van aangename geuren die vrijkomen door de essentiële oliën kan het limbisch systeem worden gestimuleerd en kan een ontspannend of kalmerend effect worden bereikt.
Bij inademing komen de essentiële oliën ook via de luchtwegen en de longen in de bloedbaan en daarmee in het hele lichaam. Van sommige essentiële oliën is aangetoond dat ze ontspannende of kalmerende eigenschappen hebben die positieve effecten op het lichaam hebben.


Welke kruiden passen het best in een kalmerend kruidenkussen?

De volgende kruiden zijn bijzonder geschikt voor een kruidenkussen omdat ze kalmerende eigenschappen hebben en bekend staan ​​om hun ontspannende werking.

Lavendel ( Lavandula angustifolia )
Lavendel is waarschijnlijk een van de bekendste kruiden voor ontspanning en slaap. De droogbloemen worden gebruikt voor het kruidenkussen. De essentiële olie en aangename geur kunnen een kalmerend effect hebben en stress helpen verminderen. Commissie E, het HMPC en ESCOP bevestigen ook het effect ervan en bevelen lavendel aan bij toestanden van rusteloosheid of opwinding, evenals bij moeilijk inslapen.

Echte kamille ( Matricaria recutita )
Kamille wordt ook vaak gebruikt vanwege de kalmerende en slaapverwekkende effecten. Essentiële olie en geur kunnen ontspanning veroorzaken en een vredige slaap bevorderen. De gedroogde bloemhoofdjes worden gebruikt voor het kruidenkussen. ESCOP schrijft kamille toe aan een mild krampstillend effect.

Citroenmelisse ( Melissa officinalis )
Melissa, ook wel citroenmelisse genoemd, heeft een aangename citrusgeur. Het wordt traditioneel gebruikt om de zenuwen te kalmeren en stress te verlichten. De gedroogde bladeren worden gebruikt voor het kruidenkussen. Commissie E beveelt citroenmelisse aan voor zenuwgerelateerde problemen bij het in slaap vallen, ESCOP voor spanning, rusteloosheid en prikkelbaarheid, en het HMPC heeft citroenmelissebladeren geclassificeerd als een traditioneel kruidengeneesmiddel en beveelt ze aan om milde stresssymptomen te verbeteren en als slaapmiddel.

Hop ( Humulus lupulus)
Hop heeft een licht bittere, maar op een bepaalde manier bedwelmende geur. Als medicinale plant wordt hij vaak gebruikt in combinatie met andere kruiden om een ​​kalmerende, slaapbevorderende werking te bereiken. De gedroogde hopbellen worden gebruikt voor het kruidenkussen. Het HMPC heeft hop geclassificeerd als een traditioneel kruidengeneesmiddel en heeft de slaapbevorderende effecten ervan erkend. ESCOP en Commissie E bevelen ook hop aan tegen nervositeit, rusteloosheid en slaapstoornissen.

Roos ( Rosa gallica ea )
Geurige rozen hebben een zachte, bloemige en kalmerende geur. Ze kunnen helpen bij het bevorderen van ontspanning, een rustigere slaap en een groter welzijn, waarvoor ze ook bekend staan ​​in de volksgeneeskunde en de aromatherapie. De gedroogde bloemblaadjes worden gebruikt voor het kruidenkussen.

Linde ( Tilia sp.)
De lindebloesem heeft een zoete geur. De gedroogde bloesem worden gebruikt voor het kruidenkussen. Lindebloesem heeft naast zijn werking op de luchtwegen, vooral ook een ​​kalmerende en ontspannende werking heeft. De ESCOP en het HMPC bevestigen het gebruik van lindebloesem voor rusteloosheid en om milde stresssymptomen te verlichten.

Bedstro (Galium odoratum) of andere walstro-soorten
Het bedstro heeft zijn naam niet gestolen. De planten uit de walstrofamilie ontwikkelen een zoete cumarinegeur na het drogen. Volgens een legende zou een moeder, bezorgd over haar huilbaby, wanhopig over de velden hebben gedwaald tot ze bedstro tegenkwam. Ze plukte de bloemen, stopte die in het matrasje van de baby waarop het kind als een roosje in slaap viel.


Hoe maak je een kruidenkussen?

De keuze van kruiden kan het best gebaseerd zijn op persoonlijke voorkeur. Je kunt de geneeskrachtige planten afzonderlijk gebruiken of een mengsel van verschillende kruiden gebruiken om de gewenste geur en werking te bereiken. Hier heb ik de basisinstructies samengesteld die je kunt gebruiken om je eigen kruidenkussen te maken:

Materialen
  • Gedroogde kruiden met kalmerende werking. Je kunt één plant gebruiken of een mengsel van verschillende kruiden.
  • Stof, kussen zakje of washandje gemaakt van natuurlijke materialen zoals katoen of linnen.
  • Beschermhoes of een kussenhoes die eventueel gewassen kan worden. Het is belangrijk dat u ervoor zorgt dat u een tweede kussenhoes van de juiste maat heeft, die u als beschermhoes kunt gebruiken.
  • Extra geur met etherische olie vooral lavendel is zeer geschikt, wel voorzichtig zijn (irritatie, allergie)
Kruiden bereiden
Zorg ervoor dat de kruiden die u kiest volledig droog zijn om schimmel te voorkomen. Verwijder eventuele stengels of harde delen.
Vul het kussen met de gedroogde kruiden. Zorg ervoor dat het niet te strak of te los gevuld is. Bedek het kruidenkussen met de beschermhoes of stop het kruidenkussen in of onder je hoofdkussen.
Vermijd vochtige omgevingen, omdat vocht schimmel bevordert en dan wordt de kwaliteit van de kruiden aangetast en kan het kruidenkussen niet meer worden gebruikt. Het weinige vocht dat normaal gesproken ontstaat door lichaamswarmte is echter geen probleem. Door het kussen af ​​en toe zachtjes te schudden, wordt de geur opgefrist en blijven de essentiële oliën werkzaam. Het kruidenkussen zelf kan niet worden gewassen. 
Na verloop van tijd verdampen de essentiële oliën en neemt de geurintensiteit van de kruiden af. Wanneer dit gebeurt, hangt af van de kwaliteit van de kruiden, maar ook van hoe intensief het kussen wordt gebruikt. Persoonlijk vervang ik het om de 2 maanden.

Mensen met een allergie voor één van de gebruikte planten mogen deze niet gebruiken voor het kruidenkussen. Als het kruidenkussen vochtig is door hevig zweten, zorg er dan voor dat je het grondig droogt voordat je het opnieuw gebruikt. Controleer het kruidenkussen regelmatig op mogelijke schimmelgroei! Mogelijke schimmelgroei herken je bijvoorbeeld aan de wisselende geur van het kussen. 

Kruidenkussens. Ergens goed voor. Rustgevend, kalmerend en een mooi ritueel. Het kussen van kruiden.

Literatuur



maandag, maart 11, 2024

Goudsbloemzalf

Er zijn veel goede redenen waarom het de moeite waard is om je eigen zalf van goudsbloemen te maken.
Enerzijds weet je, als je de zalf zelf hebt gemaakt, precies welke ingrediënten erin zitten en kun je dus synthetische of onnodige stoffen uitsluiten.
Zelfgemaakte zalven zijn ook een prima manier om je huid op een natuurlijke en gezonde manier te verzorgen, zonder dat je je toevlucht hoeft te nemen tot dure producten uit winkel of apotheek. Door de zalf zelf te maken, kun je bovendien geld besparen en je huid op een natuurlijke manier verzorgen.
En misschien is olie of zalf maken een therapie op zich! Een ritueel. Het is ontspannend. Het is ook een fijne manier om bewust de tijd te nemen voor jezelf en je eigen gezondheid.

Het effect van goudsbloem
Goudsbloem ( Calendula officinalis ) is een van de bekendste geneeskrachtige planten in de natuurgeneeskunde. Het wordt al eeuwenlang gewaardeerd om zijn effectieve eigenschappen. Goudsbloembloemen bevatten tal van actieve ingrediënten die een positief effect hebben op de huid.
De belangrijkste actieve ingrediënten die uit het olie-extract kunnen worden gewonnen zijn de etherische olie, de triterpeenalcoholen en de carotenoïden [1]. Deze laatste zijn verantwoordelijk voor de kleur van de bloemen.
De ontstekingsremmende, antibacteriële en antioxiderende eigenschappen van deze ingrediënten maken calendula-olie (en de zalf) tot een ideaal huismiddeltje voor de huid [1]. Ook zou de zalf huidveroudering tegen kunnen gaan.

Wat zeggen Commissie E, ESCOP en HMPC over goudsbloem?
De goudsbloembloemen zijn beoordeeld door Commissie E, ESCOP en HMPC en worden aanbevolen voor uitwendig gebruik bij ontstekingsveranderingen in de slijmvliezen van mond en keel, evenals bij slecht genezende wonden.

Hoe calendulazalf op de juiste manier te bereiden: stapsgewijze instructies
Het is heel gemakkelijk om zelf goudsbloemzalf te maken en profiteer van de vele positieve eigenschappen van de geneeskrachtige plant. Met de volgende stap-voor-stap instructies kunt u uw eigen goudsbloemzalf bereiden.

Ingrediënten
  • 100 ml biologische olijfolie
  • 2 theelepels gedroogde goudsbloembloemen (van de apotheek of natuurvoedingswinkel)
  • 12 g bijenwas van hoge kwaliteit
materiaal
  • een pot en een glas dat in de pot past (voor een waterbad)
  • een zeef om te filteren
  • een houten of glazen stokje om te roeren
  • een leeg, gesteriliseerd zalfpotje
  • Etiket en pen om te schrijven
voorbereiding
  • Stap 1: Doe de goudsbloembloemen en de biologische olijfolie in een glas en plaats dit in een waterbad op laag vuur. Zorg ervoor dat alle bloemen bedekt zijn met olie. Roer indien nodig met het houten of glazen staafje. 
  • Stap 2: Laat de bloemen 1 uur weken in warme olie. Zorg ervoor dat het glas niet rammelt of danst in de pot, anders wordt de watertemperatuur te hoog.
  • Stap 3 : Zet na 1 uur het vuur uit. Je kunt de bloemen een nacht in de olie laten trekken. Bedek het glas hiervoor met wat keukenrol of een stuk stof.
  • Stap 4: Doe de volgende ochtend de olie in de zeef en knijp de bloemblaadjes goed uit. Ik gebruik een kleine lepel om de bloemen in de theezeef te drukken.
  • Stap 5: Doe de gefilterde olie terug in het glas, plaats het terug in het waterbad en voeg 10 -12 g hoogwaardige bijenwas toe. Meer was maakt de zalf vaster.
  • Stap 6: Smelt de bijenwas in de olie. Door steeds opnieuw te roeren, kun je dit proces een beetje versnellen.
  • Stap 7 : Zodra de was is gesmolten, kunt u uw vloeibare zalf in het schone, gesteriliseerde zalfpotje gieten. Laat de zalf volledig afkoelen voordat u het deksel erop draait.
  • Stap 8: Etiketteer het ten slotte en je goudsbloemzalf is klaar!

Het belang van bijenwas in calendulazalf
Bijenwas is een belangrijk bestanddeel in goudsbloemzalf en heeft tal van positieve eigenschappen voor de huid. Enerzijds zorgt het ervoor dat de zalf een stevige consistentie heeft en anderzijds versterkt de was de barrièrefunctie van de huid. Hierdoor wordt het binnendringen van vuil, bacteriën en andere ongewenste stoffen voorkomen.
Daarnaast verbetert bijenwas de celregeneratie, heeft het een antibiotische werking en verbetert het de elasticiteit van de huid, waardoor de huid zachter en soepeler wordt.

Gebruik voor goudsbloemzalf
De ontstekingsremmende en wondhelende effecten van goudsbloem maken de zalf tot een prachtig huismiddeltje voor in het medicijnkastje.

Mogelijke toepassingen

  • Snij- en schaafwonden
  • Zonnebrand en huidirritatie
  • droge huid
  • Insectenbeten
  • Behandeling van littekens
Let op: Als u grote, diepe, pijnlijke en geïnfecteerde wonden of eczeem, allergische huidreacties en zonnebrand met blaren heeft, gebruik dan geen goudsbloemzalf zonder eerst een arts of alternatief arts te raadplegen. Als er enige verslechtering optreedt tijdens het gebruik van de zalf of als de symptomen de eerste 3 dagen na gebruik niet verbeteren, dient u ook een arts of alternatief arts te raadplegen.

Bewaren van uw zelfgemaakte goudsbloemzalf
  • Schoon werken en aanbrengen en correcte opslag zorgen ervoor dat de goudsbloemzalf zo lang mogelijk meegaat.
  • Bewaar de zalf op een donkere, koele, droge plaats, bijvoorbeeld in een kast in een gang of koele badkamer.
  • Gebruik een schone, droge lepel om de zalf uit het potje te halen. Gebruik nooit je vingers om de zalf rechtstreeks uit het potje te halen; zo komen er ziektekiemen in de zalf!
  • Zorg ervoor dat de zalf niet in contact komt met water of vocht om schimmelvorming te voorkomen.
  • Gebruik de zalf niet als deze ranzig of onaangenaam ruikt of een ongebruikelijke kleur heeft. Dit kan een teken zijn dat het bedorven is. De zalf heeft meestal een rijke gele tot oranje kleur.


vrijdag, maart 08, 2024

Koolkompressen tegen gewrichtspijn

Tot de jaren zeventig van de vorige eeuw werden allerlei kompressen beschouwd als een gebruikelijk onderdeel van de zorg. Daarna verdwenen ze bijna volledig en verloren ze hun belang. Gelukkig beleven ze een renaissance, want de genezende toepassingen van bijvoorbeeld koolkompressen zijn heilzaam en meestal gemakkelijk thuis te gebruiken.

Kool als voedsel en medicijn
Kool (Brassica) maakt al sinds de oudheid deel uit van ons dieet. Lange tijd gedevalueerd als een ruwe maaltijd voor de arme man, zijn recepten voor heerlijke koolgerechten nu vaker te vinden. Kool komt in veel verschillende varianten voor, bijvoorbeeld als bloemkool, savooiekool, witte kool, rapen en spruitjes. Ze zijn allemaal gezond omdat alle koolsoorten naast water veel vitamines bevatten - waaronder vitamine C en B-vitamines - maar ook calcium, magnesium, foliumzuur, zink en ijzer. Bovendien bevat kool sulforafanen, kankerbestrijdende effecten hebben, ontgiftende flavonoïden en mosterdolie die de bloedcirculatie bevorderen. Kool staat ook al heel lang bekend als medicinaal middel: kool werd in de oude Romeinse geneeskunde al voor medicinale doeleinden gebruikt. Vooral bij ontstekingsprocessen zou het schadelijke stoffen, zoals ontstekingsmediatoren aantrekken en ervoor zorgen dat deze via de huid kunnen worden uitgescheiden.

Koolkompressen praktisch gebruik

Studies hebben de effectiviteit van kompressen met koolbladeren aangetoond, vooral bij artrose, maar ook bij pijnlijke borsten of borstontstekingen. En, niet in de laatste plaats, bij flebitis of slecht genezende wonden kunnen koolkompressen een aanzienlijke verbetering geven.

Welke kool gebruik je bij gewrichtspijn?

Bladeren van savooiekool (Brassica oleracea var. sabauda) en witte kool (Brassica oleracea var. capitata) kunnen worden gebruikt voor koolkompressen tegen gewrichtspijn. Er wordt gezegd dat de twee koolsoorten verschillende specifieke effecten hebben. Savooikool wordt voornamelijk gebruikt bij gewrichtspijn; de indicaties zijn voornamelijk ontstekingen en stompe verwondingen aan de gewrichten, artritis en jicht. Witte kool heeft zijn belangrijkste effect op processen met congestie met vocht in de gewrichten. Toch kunnen beide koolsoorten bij alle beschreven klachten worden gebruikt en bevorderen ze het genezingsproces.

Contra-indicaties
Er zijn geen contra-indicaties bekend voor toepassingen met koolbladeren. Koolkompressen kunnen echter soms een zeer sterk effect hebben en de pijn kan gedurende korte tijd verergeren. 

Koolkompres voor pijnlijke gewrichten
Voor een kooltopping heb je nodig: 
  • Biologische kool, indien mogelijk savooiekool
  • Mes
  • Snijplank en deegroller gemaakt van niet-absorberend materiaal zoals kunststof of roestvrij staal. Hout neemt het waardevolle plantensap op, wat je ook voor het kompres nodig hebt. Bovendien absorbeert het de geur permanent.
  • Handdoek
  • dunne katoenen of linnen doek - afhankelijk van de grootte van het kussen is een hoofddoek of een soortgelijk stuk stof geschikt voor kompressen
  • Bindmiddel voor bevestiging
  • Verbandclips of pleisters
Met een beetje vaardigheid kun je het kompres zelf aanbrengen. Het is wel gemakkelijker als je een tweede persoon hebt die je kan helpen.
  • Verwijder de buitenste, grote en donkere bladeren van de kool, was ze grondig en droog ze af met een doek.
  • Snij vervolgens met een mes de dikke centrale bladnerf en andere dikke bladnerven mooi vlak. Als de hoofdnerf erg hard is, knip deze dan uit. De bladnerven kunnen ongemakkelijk drukken als je ze laat zitten.
  • Verdeel vervolgens de bladeren op de snijplank en rol de bladeren krachtig met de roller tot het sap eruit komt en het sterk naar kool ruikt.
  • Plaats de handdoek op of rond het pijnlijke gewricht. Leg vervolgens de opgerolde koolbladeren als dakpannen op elkaar. Voor kleinere delen van het lichaam snijd je de koolbladeren in fijnere reepjes. Zet de koolbladeren vast met de dunne doek door deze erover uit te spreiden en op hun plaats te houden. Eventueel kan de kool ook rechtstreeks op de huid.
  • Wikkel nu het verband om de koolbladeren en de doek, niet te strak, en zet het uiteinde vast met de verbandclips of pleister. Als je geen verband hebt, kan een panty of een sjaal ook werken, afhankelijk van de grootte van het gewricht. Indien mogelijk moeten deze gemaakt zijn van natuurlijke vezels, zodat de huid goed kan blijven ademen.
Dit kompres blijft nu minimaal één en maximaal 12 uur op het gewricht zitten. Je kunt dus zonder problemen een koolpad 's nachts gebruiken. Het is raadzaam om gedurende deze tijd het gewricht niet te belasten.

Na toepassing
Nadat je het kompres hebt verwijderd, moet je uw huid wassen en drogen. Breng daarna zalf aan op de huid en ook een massage met olijfolie of sintjansolie kan het genezingsproces bevorderen.
Let op: Als de kool na een tijdje gaat stinken en bruin wordt, kan dit een teken zijn dat de kool al veel gifstoffen uit het lichaam heeft verwijderd, dan moet je het kompres verwijderen en indien mogelijk vervangen. Dit komt vooral voor bij acute ziekten. Als de bladeren droog en geel worden, kan dit betekenen dat de uitscheiding van gifstoffen is gestopt en de behandeling kan worden voltooid, of dat de kooldressing niet werkt.

Hoe vaak kan een koolkompres gebruikt worden?
Een koolkompres kan 1-2 keer per dag worden aangebracht en herhaald totdat de symptomen zijn verdwenen. Als de symptomen na 2-3 dagen echter niet significant verbeteren, dient u een arts of een geschikte therapeut raadplegen!

Literatuur
[1] ND-spectrum. Kool. Op internet: https://www.spektrum.de/lexikon/biologie/kohl/36571; Vanaf: 4 oktober 2022
[2] Thüler M. Verzachtende pakkingen. 12e editie Worb: Thüler; 2019
[3] Lauche R, Gräf N, Cramer H et al. Werkzaamheid van koolbladverpakkingen bij de behandeling van symptomatische artrose van de knie: een gerandomiseerde gecontroleerde studie. Clin J Pijn 2016; 32 (11): 964–971. DOI: 10.1097/AJP.0000000000000352
[4] Stichting Hacke D. Carstens. Koolkompres voor de pijnlijke knie (31-03-2016). Op internet: https://www.carstens-stiftung.de/artikel/kohlwickel-fuer-das-schreide-knie.html
[5] Boi B, Koh S, Gail D. De effectiviteit van koolbladtoepassing (behandeling) op pijn en hardheid bij borstverstopping en het effect ervan op de duur van de borstvoeding. JBI Libr Systeem Rev 2012; 10(20): 1185–1213. DOI: 10.11124/01938924-201210200-00001

Onderzoek. In 2016 kon een onderzoeksgroep van de Universiteit-GHS Duisburg-Essen aantonen dat 4 weken therapie met dagelijkse koolwikkels de kniemobiliteit verbeterde van patiënten met symptomatische kniegewrichtartrose stadia II-III Kellgren, de score was net zo effectief als dagelijks gebruik van diclofenacgel (10 mg diclofenac/g pijngel). De intensiteit van de pijn werd ook in dezelfde mate verminderd. Na 12 weken was het gebruik van koolwikkels superieur aan de pijngel en bleef de kwaliteit van leven en mobiliteit verbeteren. 

woensdag, maart 06, 2024

Bosbingelkruid in de lente

Een zonnige dag in het zeer vroege voorjaar. Van de weg af wat dwalen in het hellingbos tussen Hastiere en Onhaye. Hellingbos nu vol met bloeiende wilde narcissen, indrukwekkend wel maar ik kruip wat verder in de helling onder hazelaars, tussen braamstruiken en vind onooglijke bosbingelkruiden. Nauwelijks uit de blote, koude grond gekropen willen ze toch al hun eerste groene bloembolletjes aan de buitenwereld tonen. Voor een bescheiden plantje heeft hij wel een majestueuze Latijnse naam. Mercurialis perennis! Mercurius is een figuur uit de Romeinse mythologie. Hij was de god van de handel, reizigers, dieven en.. van de winst.  
Zijn Nederlandse naam Bingelkruid komt van het woord "bongo" wat "knol" betekent. Dit vanwege de zaden (en niet de wortel) die als twee knolletjes paargewijs aan de zaaddoosjes hangen.

In de middeleeuwen was het bingelkruid bestanddeel van heksenzalven, die volgens een oud recept de volgende negen kruiden moesten bevatten: slaapbol, ijzerhard, godskruid (Mercurialis), huislook, lievevrouwenhaar (muurvaren), heliotroop (Heliotropium), bilzenkruid, wolfskers en Aconitum (Monnikskap).

Bijzonder is ook het kleurgedrag van bingelkruid. De inhoudsstof hermidine verandert, al naar gelang de verwerking, in een blauwe, rode of bruine kleurstof. Bij het plassen veroorzaakt het een roodverkleuring van de urine, maar de plantendelen zelf kleuren bij het drogen blauw. Wegens deze diepblauwe kleuring werd het bingelkruid eerder ook beschouwd als indigo. Door de eveneens bij het drogen optredende, licht onaangename geur kreeg bingelkruid in de Duitse volksmond de bijnaam "Stinkerich ".

Mercurialis gebruikt antroposofische preparaten
Het verse kruid van Mercurialis perennis, geoogst in maart tot april, wordt in de antroposofische preparaten gebruikt om hydroalcoholische extracten of waterig gefermenteerde extracten te verkrijgen. Tincturen (moedertincturen) maken deel uit van kant-en-klare preparaten die volgens de fabrikant uitwendig worden gebruikt bij brandwonden, ontstekingen, slecht genezende wonden (hier gebruik van Mercurialis, bijvoorbeeld als "trekzalf") of in de gynaecologie bij ontstoken tepels na het geven van borstvoeding.  Vooral de antroposofische geneeskunde maakt gebruik van Mercurialis-extracten om etterende, oppervlakkige, maar ook diepe ontstekingsprocessen (bijvoorbeeld scheuren, kloven, steenpuisten en eczeem) te behandelen.  Oogdruppels met Mercurialis worden gebruikt bij ontstoken, rode of droge ogen of conjunctivitis.  Zetpillen die waterige gefermenteerde extracten van de plant bevatten, worden gebruikt voor pijnlijke, oedemateuze en etterende anale fissuren, periproctitis en aambeienziekte.


maandag, maart 04, 2024

Zon zomaar

Zon en zin zomaar. Even naar de Cascatellestuin. Verrassing. Een marsmannetje met een hoge drukreiniger probeert de stenen van het pas aangelegde pad schoon te spuiten, de hele tuin is overdekt met een grijze gruislaag. Als dat maar goed komt? Hopelijk worden de bouwwerkzaamheden afgerond voor de planten gaan groeien.


Aan de andere kant van het huis is het nog een echte bouwwerf. Daslook is langs de rand wel al volop aanwezig, in de beek glinsteren de vettige blaadjes van de beekpunge en op de omgewoelde grond langs de beek proberen de eerste rozetten van barbarakruid, damastbloem, rosetsteenkers en gekroesde melkdistel hun grondbedekkend werk te verrichten. Hier inderdaad nog een bouwwerf maar gelukkig groeit en bloeit boven de blote grond triomfantelijk de witte bloesem van de kerspruim. Cascatelles, een vreemde, magische plek, een plek met geschiedenis en morgen mogelijk een betoverende natuurtuin.

zaterdag, maart 02, 2024

Ashwaganda

wortels en tinctuur van Withania
Winterkers (Withania somnifera) Winterkers (Sanskriet: ashv(w)agandha) behoort tot de nachtschadefamilie (Solanaceae) en is een kleine struik, tot maximaal 1,5 m hoog, met houtachtige, behaarde stengels en ovaalvormige, 2-6 cm brede en 3-8 cm lange blaadjes. De 1 cm lange bloemetjes met groenachtige, gele of geel-witte kroonblaadjes zijn ongesteeld en bloeien hoekstandig en in clusters. De vruchtjes zijn klein, rond, rood en glad. Winterkers heeft één of meerdere tubereuze, soms lange wortels.  

Inhoudsstoffen
Steroïdlactonen – aangeduid als withanoliden en withaferinen– alkaloïden en saponinen (sitoindosiden) zijn de karakteristieke inhoudsstoffen in deze plant [2,4,14]. Vanwege de structurele overeenkomsten tussen withanoliden en ginsenosiden in Koreaanse ginseng (Panax ginseng) wordt winterkers ook wel de Indiase ginseng genoemd. De wortels, bladeren en zaden van winterkers worden als ingrediënten in veel verschillende ayurvedische kruidenformules gebruikt voor de behandeling van reumatische aandoeningen en als algemeen tonicum en adaptogeen, afrodisiacum, sedativum en bij ouderdom om het geheugen te verbeteren. 

Onderzoek
Een deel van deze traditionele toepassingen kan worden onderbouwd met resultaten uit in vitro en in vivo onderzoek. Daarnaast zijn er steeds meer aanwijzingen dat winterkers een belangrijke rol kan spelen bij de behandeling van kanker. Zo is gebleken dat inhoudsstoffen of extracten uit winterkers cytotoxische, immuunstimulerende en anti-tumoractiviteiten hebben, de proliferatie van tumorcellen reguleren, apoptosis bevorderen en angiogenese remmen. Echter, geen van deze potentiële gezondheidsbevorderende of therapeutische eigenschappen wordt onderbouwd met klinisch bewijs. In dat opzicht is alleen de hypoglykemische, diuretische en cholesterolverlagende activiteit van winterkers momenteel aangetoond bij patiënten met een milde vorm van type-2 diabetes of hypercholesterolemie.

Referenties
  • Mishra LC, Singh BB, Dagenais S. Scientific basis for the therapeutic use of Withania somnifera (Ashwagandha): a review. Altern Med Rev 2000;5(4):334-46. 
  • Rege NN, Thatte UM, Dahanukar SA. Adaptogenic properties of six Rasayana herbs used in ayurvedic medicine. Phytother Res 1999;13:275- 91. 
  • Winters M. Ancient medicine, modern use: Withania somnifera and its potential role in integrative oncology. Altern Rev Med 2006;11(4):269-77. 
  • Andallu B, Radhika B. Hypoglycemic, diuretic and hypocholesterolemic effect of winter cherry (Withania somnifera, Dunal) root. Indian J Exp Biol 2000;38(6):607-9.4 Kulkarni SK, Dhir A.
  •  Withania somnifera: an Indian ginseng. Progr Neuro- Progr NeuroPsychopharmacol Biol Psychiatry 2007;doi:10.1016/j.pnpbp.2007.09.011

dinsdag, februari 27, 2024

Tonderzwam

Zeldzaam zijn ze niet. De stevige, houtige tonderzwammen in afstervende bomen. Ook in Hoegaarden tijdens onze wild kruidenweekend komen we de tonderzwammen tegen. 

Tonderzwam of Fomes fomentarius (L. ex Fr.) Kickx. Echter Zunderschwamm, Amadouvier, Hoof Fungus or Tinder Bracket. De Latijnse en Nederlandse naam geeft al weer waar de zwam voor gebruikt werd. Fomes, is materiaal om vuur te maken, wat we ook nog eens terug vinden in fomentarius. Tondel of tonder, tinder bracket (Engels) en Zunderschwamm (Duits) en Amadouvier (Frans) verwijzen ook naar het gebruik als voorhistorische aansteker.

Geschiedenis van tonderzwam als 'industrieel' product.
Deze stevige zwam is, zeker in de 18de en 19de eeuw, een soort industrieel product avant la lettre geweest. Het bruine vlees werd niet alleen voor de bereiding van tondels gebruikt maar ook als bloedstelpend verbandmiddel. Het was dan ook opgenomen in de apothekersboeken als ‘Fungus Chirurgorum’ dus chirurgische zwam. Van schijfjes Fomes produceerde men ook een soort juchtleer, waar handschoenen en wondlappen van gemaakt werden. De bewerkte vezel diende ook om lichte, warme mutsjes te fabriceren. In Hongarije en omstreken worden waarschijnlijk nog steeds hoedjes gemaakt van de tonderzwam. Het was en is nog steeds een materiaal dat tezelfdertijd stevig en zacht is, maar dat natuurlijk niet in grote hoeveelheden geproduceerd kan worden en natuurlijk ook weer door synthetische materialen vervangen werd.
Het belang van de tonderzwam  in vroeger tijden word goed geïllustreerd door een artikel in het mycologisch tijdschrift ‘Fungus’ geschreven door Schweers in 1939 over het belang van de tondelzwam voor de komst van de lucifer. De titel luidde ‘De tondelzwam, eens weldoenster der menschheid'. De voor ons nu wat dramatische titel geeft wel aan hoe belangrijk sommige paddenstoelen en planten geweest zijn als gebruiksvoorwerp voor de mensen. In de Voor-Plastictijd zal ik dat maar noemen.

Wondbedekking

De bereidingen van het bloedstelpend materiaal en de bereiding van tondel werden beschreven in het "Huishoudelijk Woordenboek" van 1769. "Men scheid het buitenste harde gedeelte daar van af, snijd dezelve in min of meer dikke platte stukken, en klopt ze met een hamer, om ze zagt te maaken, en bewaart ze aldus: bij het gebruik legt men een stuk van deeze bereide swam op de wonde, van groote als het de wonde vereischt, om dezelve wel te dekken; over dit stuk legt men een ander dat grooter is, en hier over vervolgens een gevoeglijk verband." " Door zijne groote adstringerende kragt, heeft de swam ook die eigenschap het bloed kragtig te stempen in grote wonden, slagader-breuken en andere bloedstortingen."

Tondel maken
"Snijd het buitenste harde en taaije gedeelte van deeze swammen af, en deelt ze in dunne stukken; legt ze vervolgens enige dagen te weeken in een loog van asch, en kookt ze daar na helder in die loog; gekookt en wel gedroogt zijnde, klopt ze ter deegen met een houten hamer, zo zal ze heel zagt worden, en een stukje daarvan door een vonk van't vuurslag terstond vuur vatten; Anderen kooken ze in een loog van salpeter; en nog anderen in pisse, het welk goed is; het koomt 'er maar hoofdzakelijk op aan, dat de swam door kooking en klopping wel zagt gemaakt zij; Deze bereide swam heeft doorgaans een bruinagtige koleur, en is heel zagt."

Toekomst van tondelzwam als medicijn: diabetis en reuma
Als wondmiddel of tondel zullen we in de toekomst de Fomes fomentarius waarschijnlijk niet meer gebruiken, behalve door en voor overlevers in de natuur of mogelijk bij een totale vernietiging van onze moderne plasticbeschaving. Maar voor het gebruik als medicijn of voor de ontdekking van nieuwe moleculen, is ook nu weer gebleken dat planten en paddenstoelen een onmetelijke goudmijn kunnen zijn. Uit recent wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat een waterig extract van Fomes een invloed heeft op de vetzuur- en suikerstofwisseling in het bloed en waarschijnlijk vooral diabetici kan helpen om de bloedsuikerspiegel en het cholesterolgehalte te reguleren. Een alcoholisch extract heeft dan weer een anti-inflammatoire en pijnstillende werking, dus te gebruiken bij reumatische klachten, maar ook bij bursitis en andere gewrichtsontstekingen krijg je een sneller herstel.
Mogelijk kunnen we in de nabije toekomst weer gebruik maken van deze kennis uit de natuur. Planten en paddenstoelen zijn nu eenmaal, ook als chemisch fabriekje, al eeuwen bezig om stoffen aan te maken, die we nog niet kennen en waar wetenschappers en wij allemaal nog plezier kunnen aan beleven.

Fomes fomentarius / Amnadou / Tinder bracket

The earliest example of humans using F. fomentarius comes from Ötzi, “The Iceman,” whose mummified body was found in the Alps in 1991. Researchers determined Ötzi lived over 5,300 years ago during the Copper Age, which was long before construction began on any Egyptian pyramids. When he died, Ötzi was carrying two mushrooms, one of which was the Tinder Polypore. The pieces he had were likely used to help start fires, a practice that continues to this day.
The name Fomes fomentarius translates to “tinder used for tinder” and one of the common names of the mushroom is “the Tinder Muhshroom”; clearly, one of the mushroom’s most significant uses has something to do with fire. In fact, the processed mushroom is extremely good at catching sparks. Once processed, pieces of the Tinder Mushroom can easily catch very small sparks and smolder at a high temperature for a long time (large pieces can smolder for hours). This makes the mushroom the perfect aid for starting fires.
Before the mushroom is used, it must be processed into ‘amadou.’ Amadou is a general term for the various types of felt-like substances obtained by processing F. fomentarius. Sometimes, people use ‘amadou’ to refer to the unprocessed mushroom, but that usage is less common. Although amadou is traditionally prepared from F. fomentarius, some other conks will also work. These alternatives, however, are not very well recorded and are less reliable.

The simplest way to make amadou for catching a spark is to cut the fibrous flesh out of the mushroom and fluff it up a bit. Since the outside of the mushroom is so hard, you will need a sharp serrated knife or a saw to get started. Then, just remove some strips of the fibrous layer and scrape their surfaces with a knife to fluff them up a bit. If the mushroom is too hard to cut, you can try soaking it in water for a while to soften the outer layer.

Another method exists that takes longer but improves the amadou’s spark-catching ability. As in the previous method, you first remove the fibrous layer. Then, you boil that layer for a day or two. After that, you beat the amadou with a wooden mallet to tease apart the fibers. You continue boiling and beating the amadou until it is soft enough or thin enough for your liking. Then, you let it dry while working it in your hands to make sure it doesn’t stiffen up. The result should be a velvety soft, felt-like fabric. Finally, the amadou can be treated with a nitrogen-rich substance like saltpeter or urine. This last step ensures the amadou can catch even the smallest and coldest sparks.

Amadou prepared by the longer method but without adding extra nitrogen has a variety of other uses. Fly fishermen use it to dry out used dry flies (dry flies are supposed to float on top of the water, which is hard to do if they get too wet). The amadou is moistened slightly to prevent it from breaking and the fly is gently pressed to the amadou, which absorbs water extremely quickly. In central Europe, the amadou is sometimes used to make hats. The process is essentially the same, except amadou from multiple mushrooms is pounded into a single flat sheet before being molded into a hat shape. Amadou was also used by surgeons and barbers to stop bleeding, which I assume is also related to its absorptive properties. Dentists also used amadou to dry off teeth (this was before all the nifty tools dentists use today were invented). Additionally, amadou was used by entomologists to mount insect specimens, which probably helped keep the collections free from moisture. Sometimes, it was also used in pincushions to help dry the pins and prevent rust. In one of the earliest records of the mushroom’s use, Hippocrates noted that it was used to cauterize wounds.

Referenties


zondag, februari 25, 2024

Wild wandelen in Hoegaarden. Holle wegen alsof de aarde je omarmt.


Wild weer met wolken in de wind maar ik warm me op aan mooie mensen en wilde woorden. We dalen de berg af richting Nerm, jeugdherinneringen overal.... gerestaureerd huis in Gobertangesteen waar bijna een eeuw geleden een 'cinemazaal' gehuisvest was en zomaar brand uitbrak, kermis waar ik als stoere vijftienjarige mijn zusjes moest verdedigen tegen zatte onverlaten, maar ook mooie herinneringen feesten, trouwpartijen, het roken van mijn eerste en zoals later bleek ook mijn laatste sigaret. 
Maar.... we wandelen, wandelen het dorp uit richting Hauthem de holle wegen in. Holle wegen alsof de aarde je omarmt. Het domein van onooglijke plantjes. Speenkruid de voorjaarsbode, nog net niet in bloei en de glimmende blaadjes zijn nu goed eetbaar, al begin ik steeds meer moeite te krijgen om levende plantenwezens zomaar op te eten. Kraailook, de vroege bieslook met een vleugje looksmaak, het nagelkruid met zijn wortelgeheim.  Allemaal heel algemene, veel voorkomende planten en daar hou ik van, planten die concurreren met de woekerende mens en planten die ons veel te bieden hebben. 

De eerste holle weg uitkomend, de open vlakte en de wilde wolken beleven, in en uit ademen, dan is het alsof we opnieuw geboren worden en als we dan ook nog één zeldzaam duizendguldenkruidje tegenkomen dan kan onze dag niet meer stuk. Allemaal in aanbidding voor dat heilig plantenrozetje.


Over het duizendguldenkruid.  Een oude naam uit de apothekersboeken is Fel terrae of‘ Eertgalle’, naar de bittere en galachtige smaak. De plant is een van de bitterste geneeskruiden, hij hoort bij de zogenaamde amara pura samen met zijn familielid de Gele gentiaan. Deze planten zijn vooral eetlustopwekkend, spijsverteringbevorderend en leverstimulerend, ze worden nu dus vooral gebruikt bij gebrek aan eetlust, anorexie, en in het algemeen om aan te sterken, vroeger voor bleekzuchtige magere kinderen die geen eetlust hadden. De prettigste en de meest efficiënte manier om bitterstofplanten te gebruiken is als aperitivum, gewoon Duizendguldenkruid met bvb Anijs laten trekken in alcohol van ongeveer 45 %, eventueel wat suiker of andere zoetstoffen toevoegen en van dit drankje voor het lekkere en voor de gezondheid van maag en darm dagelijks een klein glaasje drinken.

vrijdag, februari 23, 2024

Rode zonnehoed tinctuur maken. Ook in de winter van de wortels.

Echinacea-soorten worden medicinaal gebruikt. De gebruikte delen zijn de bloem en de wortel. Van de verschillende soorten bevat de Echinacea purpurea de grootste hoeveelheden interessante inhoudsstoffen. De plant wordt vooral ingezet om het immuunsysteem te versterken en om griep, verkoudheid en infecties van de bovenste luchtwegen te behandelen en te voorkomen. Echinacea-soorten worden daarnaast toegepast bij andere infecties, in wondbehandeling en bij huidaandoeningen, zoals eczeem en psoriasis. Bovendien zijn Echinacea-soorten effectief tegen virale infecties, zoals herpes simplex virus.

Naast de immuunstimulerende kwaliteiten wijst onderzoek steeds meer in de richting van een effect van Echinacea-soorten op het endocannabinoïde systeem, een lichaamssysteem dat een belangrijke immunologische rol speelt. De alkamiden in de plant vertonen immers een structurele gelijkenis met anandamide, een lichaamseigen stof die een belangrijke rol speelt in het endocannabinoïde systeem. De alkamiden kunnen zich binden aan endocannabinoïde receptoren, waardoor ze werken als immuunmodulerende stoffen (stoffen die het immuunsysteem reguleren). Er wordt nog steeds veelbelovend onderzoek uitgevoerd naar deze eigenschap van de plant.
Deze Echinaceatinctuur kan je gebruiken bij de behandeling van virale en bacteriële infecties en bij een verzwakte weerstand. Het helpt vooral bij infecties van de luchtwegen, zoals verkoudheid, griep, amandelontsteking en bijholteontsteking. Een goede dosering is 1 ml 3 keer per dag. Je kunt het ook de hele winter doornemen, maar las wel af en toe een stopweek in. Als je de tinctuur wilt inzetten voor acute behandeling – zoals de beginfase van griep of verkoudheid – begin dan de dag met 2 ml en daarna om de 2 uur 1 ml, met een maximum van 10 ml per dag.

Recept zonnehoedtinctuur

  • 30 ml ethanol (alcohol van 96%)
  • 20 ml water
  • 1 eetlepel wortel en / of bloem van Rode zonnehoed (Echinacea purpurea of E. angustifolia)
Je kunt voor het maken van de tinctuur gebruik maken van de wortel en/of bloem van Rode Zonnehoed. Je kunt verse of gedroogde plantendelen gebruiken, maar de verse hebben een hoger gehalte aan alkamiden. Je snijdt de plantendelen in kleine stukken en doet ze in een afsluitbaar weckpotje. Om de tinctuur te maken, gebruik je als extractiemiddel ethanol (= voor consumptie geschikte alcohol) van 55-65%. Dit bereik je door pure ethanol te verdunnen met water (in dit geval 30 ml ethanol verdunnen met 20 ml water). Dit voeg je bij de plantendelen in het potje. Je laat de plantendelen ongeveer een maand in de tinctuur trekken. Vervolgens zeef je de plantendelen eruit en bewaar je de tinctuur in een donker en goed afsluitbaar (druppel)flesje. Deze tinctuur is zowat 5 jaar houdbaar.
  • Let op bij allergieën voor leden van de Composietenfamilie. 
  • Echinacea-soorten zouden van invloed kunnen zijn op de snelheid waarmee het lichaam cafeïne afbreekt, waardoor de werking van cafeïne versterkt wordt. Dit zou kunnen leiden tot rusteloosheid, hoofdpijn en een versnelde hartslag.

woensdag, februari 21, 2024

Vreemde linde met maretakken

Een vreemde, verhakkelde lindeboom vol met vogellijm op het heilig koeienweiland van het Radhadeshkasteel. Ik rij er regelmatig langs en ben nu toch eens gestopt om de oude boom van dichtbij de bekijken. 
Knoestige bomen en steun zoekende maretakken spreken zo wie zo een steun zoekende mens aan. Want ... wat is een mens anders dan een gebruiker van planten, een energie zoekende planteneter.

De dichter Aart van der Leeuw schreef ooit 'Er schuilt meer in het hart van de linde dan de bijl bloot maakt’. En inderdaad, de geest van de linde moet je voelen, die kan je niet beredeneren.

 Sinds de Keltische tijd is de linde in onze streken een cultuurboom, doelbewust in de menselijke omgeving geïntroduceerd. Hij was toegewijd aan Freya, de godin van liefde en vruchtbaarheid. Hij werd, óf bij de woning aangeplant als schutsboom voor de familie, óf in het centrum van de nederzetting ter bescherming van de gemeenschap. Net als bij de eik werd ook onder de linde recht gesproken. De schepenbank vergaderde onder de dorpslinde, 'sub tilia' zeggen oude documenten en men sprak er recht onder de blote hemel ‘bij klimmende sonne’.

En daar dan de linde bij het kasteel, uitzonderlijk de overvloed aan maretakken in de oude linde, een maretakkenlinde, Tilia cum Viscum album  ....... Mooi maar triest, verval voor eeuwigheid. 


zondag, februari 18, 2024

Reuzenberenklauw

De reuzenbereklauw, officieel bekend als Heracleum mantegazzianum, is van huis uit niet inheems. Hij komt uit de Kaukasus en is al lang geleden als bijzonder gewas naar West-Europa gehaald om kasteelparken te versieren. Daar verwilderde hij nogal gemakkelijk, zodat hij zich in sommige bossen een eigen ecologisch plaatsje ging veroveren. We kunnen ons nu bijna niet meer voorstellen dat hij populair is geweest als sierplant. Nu wordt je bijna als een kleine moordenaar beschouwd als je hem mooi vind. Een aantal jaren geleden nam de berenklauw eerst Engeland stormenderhand in, eerst als doelbewust geplante tuinbewoner, daarna als al te gewillige kolonisator met imperialistische neigingen.

Herinneringen aan de reuzenbereklauw
'Voorzichtig met reuzenbereklauwen' en 'De reuzenbereklauw bedreigt ons land' waren de alarmerende koppen in sommige dagbladen. Niet alleen als onkruid vreest men de grote schermbloemige, maar meer nog vanwege de fotosensibiliserende eigenschap waardoor mensen overgevoelig worden voor zonlicht en dan ook lelijke verbrandingen met zelfs littekens kunnen oplopen.Toch blijft het voor mij een bijzonder boeiende plant, al was het maar omwille van de mooie herinneringen uit mijn begintijd als kruidenliefhebber en als herborist. Mijn eerste kennismaking ermee was in de bosrijke villawijken bij de Nederlandse stad Breda. Ontsnapt uit zo'n grote villatuin stond hij langs de wegrand te pronken, het was alsof ik een voorhistorische plant ontmoette uit de dinosaurustijd. Ik veroorzaakte bijna een ongeluk, toen ik bruusk mijn auto op de weg tot stilstand bracht om vol eerbied maar ook wat verdwaasd deze verschijning te bewonderen. Later heb ik deze heracleum aangeplant in mijn wilde tuin bij Weelde Statie, waar ze op het meest vochtige stuk van de tuin body gaven aan de border. Ook de buren hadden wel enige, weliswaar voorzichtige bewondering voor deze mastodonten, tot dat hun keurig tuintje van het ene jaar op het andere barstensvol stond met berenklauwbabietjes. Het is nu eenmaal een goede zaaier, dat moet ook, omdat zo'n tweejarige na de bloei afsterft en zijn voortplanting verzekert met zaad. Zaad dat in de decoratieve reuzenschermen mooi en veel aanwezig is.

Fotosensibiliserend
De zogenaamde fotosensibiliserende werking is een bijzonder fenomeen, furocumarinen met de naam psoraleen en bergapteen maken de huid overgevoelig voor zonlicht waardoor gemakkelijk brandplekken en blaren kunnen ontstaan. Zo snel mogelijk de huid spoelen en uit de zon gaan voorkomt verbrandingen. Vooral planten uit de familie der schermbloemigen (bereklauw, pastinaak maar ook bekende keukenkruiden zoals selder en peterselie) en de Rutacaea, citrusachtigen zoals Wijnruit en Citrussoorten kunnen deze overgevoeligheidsreacties veroorzaken.
Toch hebben deze stoffen ook positieve effecten de psoralenen worden bijvoorbeeld gebruikt bij vitiligo en psoriasis, dus bij de behandeling van huidziekten. Furocumarinen zoals psoraleen kunnen de pigmentatie in de huid stimuleren. En het is ook duidelijk dat bij inwendig gebruikt, denk maar aan selder en peterselie, deze planten niet hetzelfde negatief effect veroorzaken. Furocoumarinen zijn weinig oplosbaar in water, en daarom is het inwendig gebruik van deze kruiden zonder risico.

Invasieve exoten?
Invasieve exoten is ondertussen het discriminerend scheldwoord geworden voor deze bewonderenswaardige buitenlanders. Ondertussen lijkt de veroverende plantenfakkel wel overgenomen door de Japanse- en andere duizendknopen. Benieuwd welke planten in de nabije toekomst nog van zich laten horen! En mogelijk wordt de term 'invasieve exoten' nog een sympathieke geuzennaam.

vrijdag, februari 16, 2024

Over brunel, een monografie

Wonderlijk, hoe planten die niet tot mijn tophonderd van geneeskruiden behoren, op mijn oude dag plots dringen om er bij te horen. Oude glorie wordt opnieuw ontdekt, boeiend maar ook belastend. Over Brunel dan maar. Een monografie.


Prunella vulgaris / Brunel 

Bestanddelen / Inhoudsstoffen:
  • Bittere bestanddelen (iridoiden);
  • Fenolzuren (rozemarijnzuur, cafeïnezuur en derivaten);
  • Triterpenen (arjunolzuur, ursolzuur en oleanolzuur);
  • Flavonoïden (flavonolen, anthocyanen);
  • Polysachariden (prunellin);
  • Vitaminen B1, C en K.
  • Smaak : Bitter
  • Scherp
  • Slijmachtig

Dodoens over brunel

Bruynelle in water oft wijn ghesoden ende ghedroncken heylt ende gheneest alle inwendighe ende uutwendighe wonden ghelijck Senegroen.
Bruynelle gheneest oock die sweeringhen des monts/ ende es seer sonderlinghe tseghen die sieckte der tonghen diemen den bruynen noempt/ dat es als die tonge onsteeckt/ swert wordt ende seer dick swilt/ alsmen die selve in water siedt ende die mont daer mede dicwils spoelt/ naer voortgaende die generale remedien. Bruynelle met olie van Roosen ende azijn vermenght gheneest ende versuet die pijne in thooft opt voorhooft gheleyt.

Geneeskrachtig gebruik van Brunel

De Engelsen noemen het ‘self-heal’ of ‘all-heal’, dat wil zeggen dat wat geneest, verwijzend naar zijn vermogen om de ontsteking van een wond te kalmeren en een desinfecterend en samentrekkend middel te bieden, waardoor beschadigd weefsel sneller geneest. Dus te gebruiken bij kleine snij- en schaafwondjes , schrammen en huiduitslag; wel minder effectief dan duizendblad om bloedingen te stoppen, of smeerwortel om een ​​oppervlakkige wond te sluiten. Gebruik een geconcentreerde infusie of verdunde tinctuur, aangebracht als kompres of een bladkompres (kauw en breng het op de wond aan, herhaal wanneer het blad niet meer vochtig is).

Antiviraal en antibacterieel:
Talrijke in vitro onderzoeken tonen aan dat brunel effectief is tegen herpes simplex-virussen type 1 en 2 (10) , tegen het HIV-virus (5) en tegen het influenzavirus (4). Het is moeilijk om deze onderzoeken te extrapoleren naar in vivo toepassingen. Brunel werd al snel geclassificeerd als een krachtig antiviraal middel, wat waar is als er direct contact is tussen het preparaat en het getroffen gebied ( bijvoorbeeld het aanbrengen van een verdunde tinctuur op orale herpes of een infuus (thee) voor virale gastro-enteritis.
Brunel activeert op significante wijze de cellulaire immuniteit in een model van tuberculose geïnduceerd door een antibiotica-resistente bacterie bij ratten (1). Over het algemeen heeft brunel, net als andere planten die rijk zijn aan polysachariden, een activerend effect op het immuunsysteem (2) .

Antioxidant:
Dankzij het gehalte aan rozemarijnzuur (het bevat 5%, een hoog gehalte) is brunel een van de krachtigste antioxidanten ter wereld. (ref: Mills & Bone).Te gebruiken bij oxidatieve stress, vooral bij chronische degeneratieve ziekten of auto-immuunziekten, om gezonde cellen te beschermen;

Hypertensie:
Brunel wordt in verschillende tradities gebruikt tegen essentiële hypertensie. Het lijkt op een directe (3) en indirecte manier te werken : als lipbloemige is het enigszins kalmerend voor de zenuwen , waarbij stress een verergerende factor is bij hypertensie;

Keel en mond:
Als mondwater verlicht brunel verschillende ontstekingen van de mond, bijvoorbeeld gingivitis ( ref: Fournier); brunel helpt vanwege zijn adstringerende en desinfecterende werking, over het algemeen kalmeert het de ontstoken slijmvliezen/weefsels in de keel, longen, neus en oren.

Kanker :
Verschillende onderzoeken (6)(7)(8) suggereren een antikankereffect van brunel bij longkanker . Deze onderzoeken zijn uitgevoerd op ratten of in vitro, wat extrapolatie naar mensen moeilijk maakt;

Spijsvertering:
Brunel, ingenomen als infuus, verlicht spijsverteringsproblemen, diarree en daarmee gepaard gaande kleine bloedingen (ref: Fournier).

Hypo-allergeen:
Brunel vermindert de allergische reactie (histaminica) en de ontstekingscascade die bij muizen wordt veroorzaakt (9) . Het kan daarom onderdeel zijn van een anti-allergieprotocol.

Lever :
In de Chinese geneeskunde wordt Prunella “xia ku cao” genoemd. Het vermindert ontstekingen van de lever- en galwegen (lever en galblaas). De plant “voedt” de lever, maar overprikkelt niet, in tegenstelling tot krachtigere bitters zoals gentiaan. Door Oost en West samen te brengen, werkt brownella waarschijnlijk beter op ontstekingen van de galwegen als gevolg van infectie , en niet als gevolg van metabolische of toxiciteitsproblemen (leververvetting, cirrose, enz.). Vaak gecombineerd met chrysantenbloemen voor een extra ontstekingsremmende werking.
Gebruikt voor hepatische migraine (van het type “stijgend levervuur” in de Chinese geneeskunde); gebruikt in formuleringen tegen virale hepatitis in de Chinese geneeskunde.

Nieren:
Beschermt en ‘voedt’ de nieren en verbetert de diurese, niet door de nieren harder te laten werken, maar door ze te helpen weer gezond te gaan functioneren (ref: Wood, LeSassier);
Vooral bij tandproblemen die verband houden met nierproblemen (ref: LeSassier) - in de traditionele Chinese geneeskunde controleren de nieren de botten en tanden.

Andere vermeldingen :
  • Brunel werkt hypoglycemisch (ref: Valnet);
  • Het kalmeert gezwollen lymfeklieren, intern ingenomen voor lymfadenitis , extern voor mastitis (ref: Mills);
  • Net als veel andere Lamiaceae kan het worden gebruikt als een warm of koud infuus voor de behandeling van koorts (zweetdrijvend, helpt het lichaam af te koelen);
  • Cazin vermeldt een geval van aambeien die werden behandeld met brunelblad, die ongeveer dertig dagen als een salade gegeten (ref: Cazin);
  • Als oogbad bij roodheid en ontstekingen van de ogen (Chinese en westerse geneeskunde).

Bereidingen van Brunel

Gebruikte delen:
  • Bovengrondse delen tijdens bloei;
  • Anders bladeren, eventueel plukken;
  • “xia ku cao”: de Chinese geneeskunde maakt gebruik van bloemen die droog en bruin van de plant zijn geplukt, waardoor de hoeveelheid polysachariden (stimulans voor het immuunsysteem) wordt geoptimaliseerd;

Bereidingswijzen / Receptuur
  • Moedertinctuur van de bloeiende bovengrondse delen, of van het blad, vers ( bij voorkeur - 1:2 - 90° alcohol) of droog (1:5 - 50° alcohol);
  • Olieachtig maceraat voor lokale toepassing (of verdunde moedertinctuur);
  • Infusie van de bloeiende bovengrondse delen of het blad;
  • Afkooksel van droog geplukte bloemen van de plant (xia ku cao).
Dosis: Moedertinctuur: 20 tot 60 druppels, afhankelijk van de toepassing (ref:Caldecott);
Infusie: 40 g per liter, 3 of 4 kopjes per dag (ref: Valnet);
Bloemen droog geplukt van de plant (xia ku cao): 10 g tot 15 g (ref: Xu Li).

Referenties / Literatuur
(1) Lu J, Ye S, Qin R, Deng Y, Li CP. Effect of Chinese herbal medicine extracts on cell-mediated immunity in a rat model of tuberculosis induced by multiple drug-resistant bacilli. Mol Med Rep. 2013 Jul;8(1):227-32.
(2) Fang X, Chang RC, Yuen WH, Zee SY. Immune modulatory effects of Prunella vulgaris L. Int J Mol Med. 2005 Mar;15(3):491-6.
(3) Hwang SM, Kim JS, Lee YJ, Yoon JJ, Lee SM, Kang DG, Lee HS. Anti-diabetic atherosclerosis effect of Prunella vulgaris in db/db mice with type 2 diabetes. Am J Chin Med. 2012;40(5):937-51.
(4) Tian L, Wang Z, Wu H, Wang S, Wang Y, Wang Y, Xu J, Wang L, Qi F, Fang M, Yu D, Fang X. Evaluation of the anti-neuraminidase activity of the traditional Chinese medicines and determination of the anti-influenza A virus effects of the neuraminidase inhibitory TCMs in vitro and in vivo. J Ethnopharmacol. 2011 Sep 1;137(1):534-42.
(5) Feng L, Wang L, Ma YY, Li M, Zhao GQ. A potential in vitro and in vivo anti-HIV drug screening system for Chinese herbal medicines. Phytother Res. 2012 Jun;26(6):899-907.
(6) Feng, L.; Jia, X.B.; Shi, F.; Chen, Y. Identification of two polysaccharides from Prunella vulgaris L. and evaluation on their anti-Lung adenocarcinoma activity. Molecules 2010, 15, 5093-5103.
(7) Choi, J.H.; Han, E.H.; Hwang, Y.P.; Choi, J.M.; Choi, C.Y.; Chung, Y.C.; Seo, J.K.; Jeong, H.G. Suppression of PMA-induced tumor cell invasion and metastasis by aqueous extract isolated from Prunella vulgaris via the inhibition of NF-kB-dependent MMP-9 expression. Food Chem. Toxicol. 2010, 48, 564-571.
(8) Feng L, Jia X, Zhu M, Chen Y, Shi F. Chemoprevention by Prunella vulgaris L. extract of non-small cell lung cancer via promoting apoptosis and regulating the cell cycle. Asian Pac J Cancer Prev. 2010;11(5):1355-8.
(9) Kim SY, Kim SH, Shin HY, Lim JP, Chae BS, Park JS, Hong SG, Kim MS, Jo DG, Park WH, Shin TY. Effects of Prunella vulgaris on mast cell-mediated allergic reaction and inflammatory cytokine production. Exp Biol Med (Maywood). 2007 Jul;232(7):921-6.
(10) Nolkemper S, Reichling J, Stintzing FC, Carle R, Schnitzler P. Antiviral effect of aqueous extracts from species of the Lamiaceae family against Herpes simplex virus type 1 and type 2 in vitro. Planta Med. 2006 Dec;72(15):1378-82.

Algemene literatuur

Bijvoet, een plant met een verleden


Wie kent hem nog, onze Bijvoet? Armzalig en vergeten, groeit hij langs wegen en op braakliggende terreinen tussen hondenstront, plastic afval en vettige frietzakken. Deze zwerver onder de planten, met de naam van een godin, had ooit een grootse, eerbiedwaardige reputatie als magisch middel tegen zwarte ziekten zoals hysterie en epilepsie. Hoe is hij zo laag kunnen vallen? Een geschiedenis.

Bijvoet, Dioskorides en Plinius
Artemisia, werd in de nobele Oudheid al vernoemd bij de oervader van de kruidengeneeskunde Pedanios Dioskorides en dan in de eerste plaats als gynaecologisch middel. Ook Plinius bericht in zijn „Historia naturalis" dat de Artemisia in het bijzonder vrouwenziekten geneest en dat de naam mogelijk van koningin Artemisia, de gemalin van koning Mausolus van Karië, afkomstig is. Toch, zegt Plinius verder, vele leiden den naam af van Artemis Eileithyia, in de Grieksche mythologie de godin der geboorten, die door de in barensnood verkerende vrouwen werd aangeroepen.

Van dezelfden Plinius stamt het aloude volksgeloof, dat bij mensen, die de plant aan de voeten bonden of in hun schoenen droegen, dus bij-de-voet, onvermoeibaar zouden worden. Dit gebruik vinden we nu nog steeds terug. Al zullen blaadjes bijvoet in je schoen eerder blaren veroorzaken, lijkt mij. Volgens vele etymologen is de naam bijvoet een verbastering van het Duitsche Beifusz uit het middel-Hoogduitsche Biboz, dat verwant is met Anaboz, Ambosy of aanbeeld en af te leiden is uit een oud-Germaans werkwoord bautan, is stooten, dat wat als kruiderij bij de spijzen gestampt wordt. Kun je nog volgen?

In de vroegere geneeskunde werd bijvoet dus bijna uitsluitend als gynaecologisch middel gebruikt. Zo zegt onze Rembert Dodoens „Medicyn van der stadt van Mechelen" in zijn kruidenboek (1554): Arthemisia in water ghesoden (getrokken) es seer goet den vrouwen / om daer over oft in te sittene in een bat oft sweet-cuype / want in dier manierden ghebruyckt / zoo doetet den vrouwen huer natuerlycke cranckheyt weder comen / ende drijft af die secundine ende die doode vruchten.

Bijgeloof, geloof en verhalen, wat is hun waarde?
Vroeger speelde de bijvoet een belangrijke rol in het volksgeloof. In verschillende oude kruidenboeken vindt men dan ook allerlei sterke verhalen, die voor een groot gedeelte reeds bij Plinius werden beschreven. Bijvoet behoorde tot die planten, die vooral op St. Jansdag, 24 Juni geplukt moest worden, omdat zij dan bovennatuurlijke toverkrachten en buitengewone geneeskrachten bezaten. Boeketten van op Sint Jansdag verzamelde bijvoet en andere kruiden, de zogenaamde kruidwissen, werden vroeger veel in de huizen en in de stallen opgehangen ter beveiliging en tegen betovering.

Wanneer men op St. Jansdag 's middags klokslag 12 uur een bijvoetplant uitgraaft, zal men dikwijls onder den wortel „een brandende kool" vinden; die helaas verdwijnt na de 12de klokslag. Wanneer je de kool snel, onder het grootste stilzwijgen, wegneemt, kan die vele ziekten genezen. In het bijzonder werden de vierdaagsche koorts en ‘de zware nood’ of epilepsie genoemd, dus ziekten, die volgens het volksgeloof met toverij verband hielden.

Zeer geheimzinnig klinkt ook het verhaal van Reinsberg Dürinsfeld uit Bohemen die in de „Festkalender 1861" over bijvoet vermeldt: Gaat men op Goeden Vrijdag onder diep stilzwijgen, en „achteruit loopend" naar een plaats toe, waar een bijvoetplant staat, dan zal men onder den uitgegraven wortel dikwijls een zwart wormpje vinden, dat men in een flesje moet doen en zorgvuldig moet bewaren. Nu mag de bezitter negen dagen lang niet bidden noch zich wassen; ook moet hij iedere dag bij het middagmaal een stuk brood onder tafel werpen, anders wordt het wormpje boos en is alle moeite tevergeefs. Is alles behoorlijk geschied, dan begint het wormpje te spreken en door zijn bemiddeling verkrijgt de gelukkige bezitter dan alles wat hij verlangt. De enige voorwaarde daarbij is, dat je het geld, dat je dagelijks ontvangt helemaal moet opmaken.

Volgens een sage kon vroeger een ieder, met behulp van bijvoetstengels zien, wanneer hij sterven moest. Om dat te weten, stak een man een aantal bijvoetstengels rondom in de aarde. Dat zag de Schepper en zeide: „Die kring van stengels zal niet lang blijven staan." Toen antwoordde de man: „Dat weet ik, maar zoolang ik leef, zullen die stengels rechtop blijven staan." Toen vroeg God wederom: „Hoe lang is dat dan?" En de man zeide: „Over drie dagen ben ik dood, en zoo lang kunnen de stengels zich nog houden, daarna zullen zij omvallen." Dit drieste antwoord ergerde God en hij sprak: „Van stonde af aan, zal geen mensch meer weten, hoe lang hij leeft."

Wat is de betekenis van die vreemde verhalen? Moeten we ze voor waarheid aannemen? Hebben ze een symbolische of geheime betekenis? Was het een manier om de gebruikswaarde van de plant makkelijker te onthouden? Of waren de mensen toen gewoon dom?

Verwarrende en andere volksnamen
De oude volksnamen voor Bijvoet zoals Sint Jansbloem en St. Janskruid zowel als het Duitsche Johanniskraut en Sonnenwendgürtel, houden natuurlijk verband met de betrekking, die er bestaat tussen de plant en Sint Jansdag, maar deze namen veroorzaken ook nu nog steeds verwarring met het echte Sint-janskruid, Hypericum perforatum.

Het Oud-Duitsche Flêgenkrat, Flaienkraut, doelt op het gebruik van de plant om vliegen te vangen. Het verhaal: Op een bosje bijvoetkruid, dat in de kamer wordt opgehangen, zetten zich 's avonds grote hoeveelheden vliegen neer. Trek je daar snel een zak overheen, dan zijn de vliegen gevangen en kunnen gemakkelijk gedood worden.

In het Engelse mugwort is volgens Prior, "On the popular names of British plants" 1879, het eerste gedeelte "mug" een verbastering van het oud-Engelsche mough, mot, wat dan weer verwijst naar de mottenverdrijvende werking van bijvoet. Reeds Dioscorides schreef in zijn Materia medica,uit de1ste eeuw na Christus, dat een Artemisiasoort, waarschijnlijk Artemisia absinthium, in de kast opgehangen, de kleding tegen motten beschermde.

Bijvoet tegen epilepsie
In de 19de en 20ste eeuw werd, vooral de wortel van Bijvoet nog steeds in de officiële geneeskunde gebruikt. In de tweede uitgave van de Nederlandse Farmacopee kwam Radix Artemisiae voor de laatste maal voor. Toen gold hij als een specifiek middel tegen epilepsie, vooral voor lichte gevallen, wanneer de toevallen in de puberteitsjaren en dan nog alleen overdag voorkwamen. Zo leest men in het Repertorium voor Geneeskundige Praktijk van Dr. Kerbert (1863): Radix Artemisiae is uitstekend tegen epilepsie, vooral epilepsie diurna der kinderen en bij andere chronische zenuwstoornissen.

Bijvoet blijft, ondanks alles, nog steeds welig langs wegranden groeien, zal hij nog ooit zijn reputatie uit het verleden terug krijgen of blijft hij voor altijd vergeten?