Tongvarens zijn zeldzaam maar in de schaduwrijke steile hellingen van de Maasvallei zijn die glimmende, goed herkenbare varens ook in de winter volop aanwezig. De bladeren herinnerden de mensen uit de oudheid aan de tong van een hert. Deze geneeskrachtige varen wordt al eeuwenlang gebruikt. Tongvaren bevat tannines, slijm en andere ingrediënten die samen een slijmoplossend, hoeststillend, ontstekingsremmend, pijnstillend en zenuwversterkend effect hebben. De plant is een lang gebruikt middel tegen hoest en bronchiale catarre. Tongvaren heeft ook een versterkende werking op de lever en de milt. Hildegard von Bingen raadt aan een elixer te bereiden, dat problemen in het maag-darmgebied, de lever en de milt verlicht. Volgens Hildegard wordt de tongvaren op hete stenen tot poeder gedroogd. Ze raadt dit poeder aan bij allerlei soorten pijn. Een mespuntje poeder zou een eerste hulpmiddel bij plotselinge aanvallen van zwakte zijn.
Het wordt ook wel Hertstong of, in het Duits, Hirszunge genoemd. Dit vanwege de vorm van het blad dat op de lange smalle tong van een hert lijkt. Asplenium komt van het Griekse woord ‘splen’, wat milt betekent. Vroeger werd de Tongvaren gebruikt als middel tegen ontstekingen van de milt maar ook van de lever. Een thee van de bladeren werd gebruikt als middel tegen diarree en dysenterie. Ook werden de gekneusde bladeren gebruikt bij de behandeling van brandwonden.
De Griekse arts Dioscorides schreef in zijn De Materia Medica: "Dit kruid met wijn gedronken geneest de beten van de slangen en in azijn gekookt en veertig dagen achtereen gedronken maken ze de milt klein als zij te zeer gezwollen is, ja nemen ze geheel wegen vermorzelen zelf, zoals vele schrijven, de steen in de blaas."
Wetenschappelijk onderzoek
A. scolopendrium has been used for the treatment of wounds, bleeding, myalgia, lung, liver and spleen diseases, inflammation of gums, urogenital system disorders, and as a mild laxative, diuretic, astringent, diaphoretic and tonic.
The present study demonstrates selective anticancer potential of three Asplenium species, among which A. ceterach showed the most potent activity. The reported results bring new information on the mechanism of anticancer activity induced by treatment with extracts from A. ceterach, A. trichomanes and A. scolopendrium. The inhibiting effect against the cervical cancer cell line HeLa following exposition to A. ceterach extract was associated with increased SOD activity and a proapoptotic mechanism. Treatment with A. trichomanes extract also resulted in increased SOD activity, but the effect was milder compared to the sample from A. ceterach. Instead of a proapoptotic effect, A. trichomanes and A. scolopendrium samples induced necrosis in HeLa cell populations, indicating a different mechanism of anticancer activity. Further research on these extracts, especially the one from A. ceterach, could identify new compounds with anticancer and antibacterial activities. Thus, this fern species could represent a source of bioactive substances for production of more effective pharmaceutical products for treatment of cancer and infectious diseases.
Lees ook https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-planten-van-a-tot-z/asplenium-scolopendrium-tongvaren
Geen opmerkingen:
Een reactie posten