donderdag, januari 03, 2013
Navelkruid en telefoonkabels
Internet is al enkele dagen niet meer bereikbaar. We horen nu dat dieven de bovengrondse telefoonkabels verderop in de straat gestolen hebben. Hoogst bevreemdend vind ik dat wel. Een andere wereld dan de mijne, alhoewel mijn wereld voor anderen ook wel bevreemdend zal zijn. Schrijven en praten over en kweken van curieuze onkruiden, die mens en mensheid zouden moeten redden. Ieder mens zijn eigen wereld, alleen steel ik geen hoogwaardige kabels waar honderden mensen afhankelijk van zijn. Zonder kabel blog ik dan maar voor mij alleen, in de hoop dat ik dit later toch de ether in kan sturen.
Vanmorgen even naar de markt in Huelgoat. Weinig kraampjes en weinig volk. En ook hier verwondering en bewondering voor de bioboerin, die haar eigen wintergroente aan man en vrouw probeert te brengen. Wat raapjes, kool, knolselder, een restje aardperen en enkele wortelpeterselies. Die wortelpeterselie kan wel mijn sympathie wegdragen, ik koop dan ook drie exemplaartjes en 6 kleine knolletjes aardpeer voor 78 cent. Ik schrijf nu wel in verkleinwoorden omdat het ook allemaal mini-exemplaren zijn, er zit weinig eetbaar voedsel aan, maar dat is niet erg want ik wil ze toch gebruiken als plantgoed.
Sympathie heb ik ook voor een schrijver die op de markt drie zelf geschreven boeken probeert te verkopen. Hij zit daar op zijn klapstoel met kussen, twee schragen met plank en drie boeken glimlachend voor zich uit te staren. Heeft hij de verlichting bereikt?
Navelkruid
Vandaag ook wat navelkruid uit het wild geoogst, voor aanplant in eigen tuin. Een waarschuwing voor de lezer. Het lijkt wel alsof ik zomaar hoogst zeldzame planten uit de natuur haal. Is dat een beetje te vergelijken met het stelen van kostbare telefoonkabels? Voor mij niet natuurlijk. Het navelkruid is hier massaal aanwezig, ik vermeerder het alleen maar door het op andere plaatsen aan te planten, ik berokken er ook niemand kwaad mee en...het verbreekt ook niet de verbinding met het world wide web. Alhoewel, het plantje navelkruid zou volgens sommige literatuur wel energetische verbindingen kunnen leggen. En het lijkt ook wel wat op een kleine parabool antenne.
Navelkruid, het klinkt mooi en het Frans ‘le nombril de Vénus’ is nog mooier ! En het zou ook lekker smaken. Het is een klein vetplantje dat in trosjes groeit in landelijke bermen, aan de rotskusten en in bossen. Navelkruid is fel groen gekleurd en heeft inderdaad de vorm van een navel. Om het klaar te maken moet je het even blancheren in gezouten water en dan onmiddellijk laten schrikken onder koud stromend water. Je kan het in een bouillon met zeevruchten verwerken.
In het grijze, mysterieuze Bretagne zijn heksen, trollen, tovenaars en hun rituele planten nooit ver weg. Dus verdiep ik me wat meer in de kruidenverhalen van weleer. Het boek Flora Magica van Isidoor Teirlinck is een al wat oudere maar interessante inventarisatie van plantenverhalen.
'Deze Flora Magica', schrijft Teirlinck 'hangt innig samen met mijn vorig plantloristisch werk Flora diabolica, in 1924 verschenen. Tooveraars en Tooveressen en Waarzeggers behooren immers tot een zelfde domein en staan onder de heerschappij van den Duivel. Flora magica vormt het 4de deel van mijn plantloristische Studien: het 1ste deel is, zooals men weet: De Plant een levend, bezield, handelend Wezen; het 2de deel: Plantenkultus; het 3de deel: Flora diabolica'.
Dit boek, al lang geleden opgeslagen in mijn laptop, wil ik dit jaar wat meer bestuderen en gebruiken voor mijn eigen kruidendagboek.
Over de magische krachten en oude, folkloristische gebruiken van de planten in Bretagne kan ik natuurlijk beter te rade gaan bij Franse, Bretoense literatuur. In ons stamcafé annex librairie kan ik naast het drinken van 'un café' of het eten van een “cake salée' rustig rondsnuffelen en zonder schroom uitgebreid lezen in de vele plantenboeken, die hier voorradig zijn en natuurlijk ook gekocht kunnen worden.
Gekocht vandaag 'Du chêne au roseau' traditions populaires de Bretagne, recueil consacré au folklore des arbres et des plantes. Over klaproos, paardenbloem, hennep, eik....en ook een verhaal over het navelkruid, l'ombilic of nombril de Venus. In Bretagne behoorde die plant ook tot de sintjanskruiden, tantez Sant -Yann. Men verwarmde de bladeren boven het Sintjansvuur, verwijderde voorzichtig het vliesje van de vetplant en gebruikte het slijmerige blad als kompres op ontstoken oogleden. Herbe du feu de joie. Maar het vettige blad of het sap werd toch vooral voor de huid gebruikt; tegen kneuzingen, krassen, brandwonden en nagelbedontstekingen.' Ca murisse plus vite' zeggen de oude Bretoenen. Navelkruid werd eigenlijk op dezelfde manier gebruikt als Huislook of Daklook, Sempervivum tectorum.
Veel meer verhalen worden hier verteld over het navelkruid, lijkt mij logisch voor zo'n veel voorkomende plant, die zelfs nu in januari er mooi glimmend bij staat. De plant werd niet alleen vergeleken met een navel, maar ook met de traditionele gerechten de pannenkoek en les galettes, verder ook met een parapluie, een geldstuk (pennywort) en een chapeau d'eau.
http://kruidwis.blogspot.fr/2012/03/het-huis-van-onze-buur-navelkruid.html
dinsdag, januari 01, 2013
Muizedoorn, een herboristenmanier om het jaar te beginnen
Zon na 3 weken regen. Het nieuwe weerjaar begint dus redelijk goed. In de kieren van de tijd beginnen planten al te fluisteren. Ben ik plantenluisteraar?
Hazelaars laten hun gesloten katjes al sierlijk hangen, overal beginnen de speenkruiden verwoed groenglimmend te groeien en jawel de eerste bloemen van de stengeloze sleutelbloem laten zich al zien. Met de zachte winters begint de lente, zeker in Bretagne, al een klein beetje op 1 januari.
Toch wil ik mij in dit seizoen nog een tijdje met de wortels van planten bezig houden. Al het vorig najaar was ik van plan geweest om bijvoorbeeld muizedoorn te oogsten, pas vandaag zie ik een kans om dat ook echt te doen. Met schop, rugzak en plastic zak op stap. Gelukkig moet ik niet ver wandelen, ik voel me toch wel wat onwennig met een grote schop in de natuur. Gelukkig groeit deze Ruscus hier volop in de bosranden en hagen. Stevig verankerd is hij wel maar in de rulle bosgrond toch redelijk makkelijk los te maken. Dat is ooit anders geweest, enkele jaren geleden in de droge, steenachtige grond van het Zuid-Franse Luberongebergte was de wortel niet uit de grond te krijgen. Het is ook nog maar de 3de keer in mijn leven dat ik deze medicinale wortel kan oogsten.
Voor mij is het toch één van de twintig meest bijzondere wortels die ik ken. In de hedendaagse geneeskunde wordt hij voornamelijk voor het veneuze vaatstelsel gebruikt, dus tegen spataderen, CVI chronische veneuze insufficiëntie zoals doctors dat zo deftig kunnen zeggen. De wirwar van wortels lijken wel wat op opgezwollen aders, al zal hier in het mysterieuze clair-obscur van de bosrand mijn fantasie wel sterker werken dan gewoonlijk. En wat dan nog, fantaseren en holle wegen beklimmen is mogelijk ook wel goed voor de bloedvaten.
Een tweede werking van Ruscus vinden we al terug bij Dodonaeus in zijn CruydtBoeck uit 1644 'de wortels van stekende palm, schrijft hij, lossen de pisse ende drijven het water, de steenen en het graveel af..'. Hij zegt ook dat ''Die bladeren ende die besiekens sijn van crachten den wortelen ghelijck nochtans niet zoo sterck oft crachtich ende daer om en worden sy oock niet veel ghebruyckt'.. En daar kunnen wij het mee eens zijn.. Als diureticum (pisdrijvend dus) vinden we Ruscus ook terug in de oude, gereputeerde siroop van de vijf wortels, samen met peterselie, lavas, asperge en venkel.
Ik sleep ondertussen een zak vol stekelige planten de boshelling af, de schop gebruik ik als wandelstok en als steun om veilig beneden te komen. Morgen zullen we de oogst wat nader bekijken, van enkele wortels wil ik een proeftinctuur maken en de rest van de planten wordt langs onze eigen bosrand aangeplant.
Muizedoorn (Ruscus aculeatus) dankt zijn Engelse volksnaam 'Butchers broom' of 'slagersbezem' aan zijn gebruik om het hakblok van de slager af te schrapen. Zijn Nederlandse naam muizedoorn verwijst naar het gebruik om muizen van allerlei lekkers weg te houden.
Muizedoorn is een typische struik met kleine schubachtige blaadjes, die op het eerste gezicht bladeren lijken, maar in feite plat gegroeide takjes zijn. Vanwege de grote rode bessen is men de plant plaatselijk „bukshulst" of „kromhouthulst" gaan noemen. Vaak groeit hij in de buurt van echte hulst. De jonge scheuten kunnen gekookt als asperges gegeten wordt, maar je moet je daar niet te veel van voorstellen.
https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/ruscus-muizedoorn
Mijn tien, twintig meest bijzondere wortels: Engelwortel, ginseng, smeerwortel, gele gentiaan, grote klis, alruin, muizedoorn, valeriaan, rozenwortel, Russische rabarber, heemst en Griekse alant en enkele tropische bekenden zoals geelwortel en gember
Hazelaars laten hun gesloten katjes al sierlijk hangen, overal beginnen de speenkruiden verwoed groenglimmend te groeien en jawel de eerste bloemen van de stengeloze sleutelbloem laten zich al zien. Met de zachte winters begint de lente, zeker in Bretagne, al een klein beetje op 1 januari.
Bosrand met Querçus,, Taxus en Ruscus |
Muizedoornwortel |
Voor mij is het toch één van de twintig meest bijzondere wortels die ik ken. In de hedendaagse geneeskunde wordt hij voornamelijk voor het veneuze vaatstelsel gebruikt, dus tegen spataderen, CVI chronische veneuze insufficiëntie zoals doctors dat zo deftig kunnen zeggen. De wirwar van wortels lijken wel wat op opgezwollen aders, al zal hier in het mysterieuze clair-obscur van de bosrand mijn fantasie wel sterker werken dan gewoonlijk. En wat dan nog, fantaseren en holle wegen beklimmen is mogelijk ook wel goed voor de bloedvaten.
Een tweede werking van Ruscus vinden we al terug bij Dodonaeus in zijn CruydtBoeck uit 1644 'de wortels van stekende palm, schrijft hij, lossen de pisse ende drijven het water, de steenen en het graveel af..'. Hij zegt ook dat ''Die bladeren ende die besiekens sijn van crachten den wortelen ghelijck nochtans niet zoo sterck oft crachtich ende daer om en worden sy oock niet veel ghebruyckt'.. En daar kunnen wij het mee eens zijn.. Als diureticum (pisdrijvend dus) vinden we Ruscus ook terug in de oude, gereputeerde siroop van de vijf wortels, samen met peterselie, lavas, asperge en venkel.
Ik sleep ondertussen een zak vol stekelige planten de boshelling af, de schop gebruik ik als wandelstok en als steun om veilig beneden te komen. Morgen zullen we de oogst wat nader bekijken, van enkele wortels wil ik een proeftinctuur maken en de rest van de planten wordt langs onze eigen bosrand aangeplant.
Muizedoorn (Ruscus aculeatus) dankt zijn Engelse volksnaam 'Butchers broom' of 'slagersbezem' aan zijn gebruik om het hakblok van de slager af te schrapen. Zijn Nederlandse naam muizedoorn verwijst naar het gebruik om muizen van allerlei lekkers weg te houden.
Muizedoorn is een typische struik met kleine schubachtige blaadjes, die op het eerste gezicht bladeren lijken, maar in feite plat gegroeide takjes zijn. Vanwege de grote rode bessen is men de plant plaatselijk „bukshulst" of „kromhouthulst" gaan noemen. Vaak groeit hij in de buurt van echte hulst. De jonge scheuten kunnen gekookt als asperges gegeten wordt, maar je moet je daar niet te veel van voorstellen.
https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/ruscus-muizedoorn
Mijn tien, twintig meest bijzondere wortels: Engelwortel, ginseng, smeerwortel, gele gentiaan, grote klis, alruin, muizedoorn, valeriaan, rozenwortel, Russische rabarber, heemst en Griekse alant en enkele tropische bekenden zoals geelwortel en gember
zaterdag, december 29, 2012
Over tuinieren
Een citaat over tuinieren van Andrew Weill is mij uit het hart gegrepen: 'Gardening is indispensable. It does elevate.
My passion for gardening may strike some as selfish, or merely an act of resignation in the face of overwhelming problems that beset the world. It is neither. I have found that each garden is just what Voltaire proposed in Candide: a microcosm of a just and beautiful society. In the world at large, people are rewarded or punished in ways that are often utterly random. In the garden, cause and effect, labor and reward, are re-coupled. Gardening makes sense in a senseless world. By extension, then, the more gardens in the world, the more justice, the more sense is created.
Gardening is also the most religious activity I know. The word "religion" stems from the Latin "religio" which means to bind or connect again. The re-connection one experiences in the garden is no vague metaphor; it is a specific, literal rejoining of our life-enhancing relationship with the earth, combining gentle exercise, exposure to the sun, intimate contact with nature, and right activity to produce both beauty and fresh, nutritious food. The ancient bonds that held these together have been violently sundered by the last 200 years of industrial "progress," and left most of us vastly poorer for it.'
Tuinieren is zorgen voor lichamelijk... en geestelijk voedsel en dat, niet door abstract te filosoferen maar door concreet en lichamelijk in de grond te wroeten.
donderdag, december 27, 2012
Nog rondsnuffelen in de tuin
Leuk is het altijd weer om een tuin (of een mens of een dier) na een korte of lange afwezigheid terug te zien. Onze Bretoense tuin in de winter is natuurlijk niet op zijn mooist, toch heeft zo'n wintertuin zijn charme. Zomerresten, zaadschermen, nieuwe neuzen vooral van schermbloemigen die net uit de grond komen, boomknoppen: allemaal verwachtingen voor 2013.
In de zachte en regenachtige Bretoense winters die ik nu voor het eerst in de tuin mee maak, lijken we meer kansen te hebben om ook in de winter wat kookgroen te kunnen oogsten. Kardoen staat er nog krachtig bij, in onze kleine groententuin vinden we nog veldsla en prei, dat is niet zo bijzonder maar ook wat verkreukelde andijvieblaadjes, snijbietstelen en 'zomer'wortels kunnen nog geoogst worden. Geen overdaad, zeker niet maar het was dit jaar dan ook maar een begin van een hopelijk groter wordende groententuin
Over prei: http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/86628-prei-groente-en-geneeskruid.html
In de zachte en regenachtige Bretoense winters die ik nu voor het eerst in de tuin mee maak, lijken we meer kansen te hebben om ook in de winter wat kookgroen te kunnen oogsten. Kardoen staat er nog krachtig bij, in onze kleine groententuin vinden we nog veldsla en prei, dat is niet zo bijzonder maar ook wat verkreukelde andijvieblaadjes, snijbietstelen en 'zomer'wortels kunnen nog geoogst worden. Geen overdaad, zeker niet maar het was dit jaar dan ook maar een begin van een hopelijk groter wordende groententuin
Over prei: http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/86628-prei-groente-en-geneeskruid.html
woensdag, december 26, 2012
Weerzien met mijn tuin
Na 2 maand afwezigheid ben ik terug in mijn Bretoense tuin. Zacht, regenachtig en grijs weer houden de tuin groen, de grond drassig en de rivier gezwollen. De meeste planten houden hun winterslaap maar sommigen staan er opvallend fris bij. Vooral de kardoen met zijn zilverig grijsgroen blad valt positief uit de toon. Het verwondert mij niks, ook in mijn vroegere tuin kon hij, zolang het niet vroor, de winter bovengronds overleven.
Een bijzondere wilde plant die nu ook op zijn kerstbest staat is het navelkruid. In België een zeer zeldzame plant maar hier in Bretagne massaal aanwezig op oude muren en vervallen huizen.
Een plant die bij kerstmis hoort is natuurlijk de maretak. Als hij geluk brengt zoals wordt beweerd, dan moeten wij de volgende jaren wel zeer gelukkig worden, want ze hangen met tientallen trossen bijna boven ons hoofd en ik wandel er zowat elke dag onderdoor. Hopelijk krijg ik geen tros met populiertak en al op mijn kop.
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/84425-maretak-spiritueel-en-rationeel.html
Recept: aardappelpuree met kardoen
500 gram aardappelen, 1 fijngesneden ui, 2 teentjes knoflook, 1 gele paprika, 300 gram geschilde kardoen, in plakjes, 1 takje tijm, 1 deciliter melk, 1 theelepel versgemalen peper, 1 theelepel bouillonpoeder
Aardappelen gaarkoken in de kruidenbouillon. Knoflook, ui en paprika gaar smoren in de olie. Kardoen beetgaar koken in lichtgezouten water en afgieten. Aardappelen stampen in de melk en kardoen, tijm en paprikamengsel erdoor mengen. Op smaak brengen met peper, opwarmen en serveren.
En de rivier.....hij of zij stroomde voort |
Een bijzondere wilde plant die nu ook op zijn kerstbest staat is het navelkruid. In België een zeer zeldzame plant maar hier in Bretagne massaal aanwezig op oude muren en vervallen huizen.
Een plant die bij kerstmis hoort is natuurlijk de maretak. Als hij geluk brengt zoals wordt beweerd, dan moeten wij de volgende jaren wel zeer gelukkig worden, want ze hangen met tientallen trossen bijna boven ons hoofd en ik wandel er zowat elke dag onderdoor. Hopelijk krijg ik geen tros met populiertak en al op mijn kop.
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/84425-maretak-spiritueel-en-rationeel.html
Recept: aardappelpuree met kardoen
500 gram aardappelen, 1 fijngesneden ui, 2 teentjes knoflook, 1 gele paprika, 300 gram geschilde kardoen, in plakjes, 1 takje tijm, 1 deciliter melk, 1 theelepel versgemalen peper, 1 theelepel bouillonpoeder
Aardappelen gaarkoken in de kruidenbouillon. Knoflook, ui en paprika gaar smoren in de olie. Kardoen beetgaar koken in lichtgezouten water en afgieten. Aardappelen stampen in de melk en kardoen, tijm en paprikamengsel erdoor mengen. Op smaak brengen met peper, opwarmen en serveren.
zondag, december 23, 2012
Onderweg
Onderweg naar Bretagne. Hels regenweer, grijs, wind en mist tussen Bologne sur Mer, Rouen en verder. Alsof het einde van de wereld met enkele dagen vertraging op ons afkomt. Even bijkomen op de mooie, moderne aire bij de Somme. Ik beklim de uitkijktoren om de benen te strekken en voor het point de vue. Ook hier slaat regen en wind mij om de oren, onder mij tekent gras en riet een vlammende zigzaglijn door het landschap. Een landschap dat alleen maar mooier wordt onder regen en ruw weer. Kon ik nu maar uren wandelen in plaats van uren te rijden!
vrijdag, december 21, 2012
Weer wat plantenverhuis!
- Knollen van de aardpeer
- Hele plantjes van het moederkruid
- Gewortelde stengels van de, al uit Frankrijk komende, Genepi
- Heemstwortels
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/86130-aardpeer-groente-en-geneeskruid.html
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/mythologie/36507-genepi-een-mythische-plant.html
Pic de Bugarach, 21 december
Net 21 december geworden en net thuis van lesgeven in Leuven. Nat miezerig weer, niet zoals ik mij het einde van de wereld voorstel. Als het met vloedgolven moet gebeuren, zit ik hier wel bijzonder onveilig want vlak bij zee. Ik had natuurlijk beter in het Franse bergdorpje Bugarach kunnen zijn. Het bergdorpje ligt namelijk in de schaduw van de Pic de Bugarach en daar zouden aliens in verstopt zitten die omwonenden veilig meenemen naar een buitenaardse wereld als de aarde op 21 december 2012, dus nu, vergaat. De aliens zouden dan uit de Pic de Bugarach te voorschijn komen om de mensen die in de buurt zijn te redden. De situatie wordt nu door sommigen vergeleken met de Ark van Noach.
De berg heeft zijn speciale status verkregen omdat de bovenste helft van de berg ouder is dan het onderste gedeelte. Dat moet ik eens verder uitzoeken; maar....dat zal voor een andere wereld zijn.
De berg heeft zijn speciale status verkregen omdat de bovenste helft van de berg ouder is dan het onderste gedeelte. Dat moet ik eens verder uitzoeken; maar....dat zal voor een andere wereld zijn.
donderdag, december 20, 2012
Wortels en schors oogsten
Salix / Wilg |
Salix cortex |
Verder kunnen ook de schors van struiken zoals vuilboom (sterk laxerend) en vooral de wilg (Salix: pijnstillend, reuma) geschild worden. Snoei ongeveer 3 jaar oude wilgentakken en schil de verse schors, deze laten drogen of er met alcohol een tinctuur van maken (bvb 50 gram schors op 250 cc ethanol van 45°, 14 dagen laten trekken en dan onder druk uit zeven).
Meer info op https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/salix-species-wilg
https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/helianthus-tuberosis-aardpeer
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/natuurgeneeswijze/39848-teunisbloem-geschiedenis-en-gebruik.html
woensdag, december 19, 2012
Kerst op de markt
Kerstmarkt in Brugge. De helden uit mijn jeugd, Jan Breydel en Pieter Deconinck draaien hun rug naar de pot-sierlijke wintermutsen van de moderne jeugd. Kerstmarkten, een vreemd geurgenoegen van warme wijn, kaneel en kruidnagel vermengd met de lichtjes walgverwekkende geur van warme worst. Rationeel gezien niet echt aantrekkelijk. En toch roept het ook zoete gevoelens op van vroeger, als kind thuis.
Vreemd gevoel
Hoe alles is
geweest
Hoe alles komt
en gaat.
Vreemd gevoel
Hoe iets
alles is
Geluk verdriet
voor eeuwig en van alle tijd
Vreemd gevoel
Hoe alles is
geweest
Hoe alles komt
en gaat.
Vreemd gevoel
Hoe iets
alles is
Geluk verdriet
voor eeuwig en van alle tijd
maandag, december 17, 2012
Prairie op het plein
Even naar Antwerpen met mijn dochter. Koffie en thee drinken en bijpraten. Rondsnuffelen bij boekhandel De Slegte. Ik vind hier heel wat interessante boeken, die ik helaas of gelukkig al bezit.Voor de volgende kruidenliefhebbers of herboristen dus maar: Herbal Medicine van Dr. Weiss (standaardwerk), ESCOP monographs (Europese monografieën) en zelfs een facsimile uitgave van Dodonaeus Stirpium historiae pemptades sex (1583). Ik... kocht alleen een onnozel maar wel mooi geschreven boekje 'Mooi gezond met een appel en een ei'.
Verder op het theaterplein waren er ook nog planten te bezichtigen. Er was zomaar een modieuze prairietuin aangelegd. Gemengde gevoelens heb ik daarbij, maar het past wel op dit strakke plein en zo in December met zijn dorre grassen, uitgebloeide zonnehoeden en bruine dropplanten kan het mij zelfs bekoren. Ook al omdat het bijna allemaal geneeskrachtige planten zijn.
Over prairietuinen schreef Laurence Machiels een inspirerend boek. In de zoektocht naar een onderhoudsarme tuin- en stadsbeplanting vinden de Amerikaanse prairieplanten bij ons hun tweede adem. Toch kunnen ook inheemse planten perfect in de prairietuin geïntegreerd worden. De prairietuin oogt wild en ondoordringbaar, maar achter haar schijnbare nonchalance schuilt vaak een uitgekiend aanplant. De prairietuin is geen woeste wildernis, maar een eigentijdse, gecontroleerde en zelfregulerende beplanting.
Grassen zijn in de prairieborder in de meerderheid. Ze zijn te combineren met sterke en stoere Amerikaanse planten zoals Echinacea, Agastache, Baptisia, Veronicastrum, Helenium en Rudbeckia voor een echte prairie sfeer. Ook Aster, Salvia, Verbena, Achillea, Coreopsis, Cirsium, Eryngium en andere zonminnende vaste planten zijn geschikt.
Over prairieplanten: De prairietuin Laurence Machiels
Over kruidenmonografieën: http://escop.com/publications en https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a
zondag, december 16, 2012
Vilcabamba en de honderdjarigen
Het dal van Vilcabamba wordt ook wel het ‘Dal van de Honderdjarigen’ genoemd. Het is ver over de grenzen van Ecuador beroemd vanwege de hoge levensverwachting en vitaliteit van zijn bewoners. In dit dal leven veel meer gezonde honderdjarigen dan elders ter wereld. Wetenschappers en artsen zijn er tot nu toe niet in geslaagd om het geheim van het dal te ontrafelen. Redenen voor de hoge gemiddelde levensverwachting zouden kunnen zijn: het milde klimaat gedurende het gehele jaar, in combinatie met de liefde voor koffie, de aanwezigheid van geneeskrachtige bronnen, het schone milieu en het gebruik van pittige kruiden. Inmiddels hebben ook internationale toeristen de magische ‘bronnen van de eeuwige jeugd’ in dit dal ontdekt.
Vilcabamba, heilig mysterieus dal. Het dorp Vilcabamba ligt ter hoogte van de evenaar tegen het Andesgebergte in Ecuador. Vilcabamba betekent in de Inca-taal heilig, mysterieus dal. 'Vilca' betekent heilig mysterie en 'bamba' betekent dal. Er heeft ook inderdaad lange tijd een mysterieus aura rondom dit dorp gehangen. Er deden verhalen de ronde dat de inwoners moeiteloos tot ver boven de 100 jaar oud werden.
Net als Shirali Luslimov bij de Abchasiërs kent men ook hier een recordhouder: Javier Perreiera, die in 1956 in het nieuws kwam. Over hem werd gezegd dat hij 167 jaar oud werd. Anderen gaven leeftijden op van 120 tot 150 jaar. Na berichten over deze fabelachtige leeftijden in Vilcabamba zijn er onderzoeksexpedities uitgevoerd. Deze lieten inderdaad een ongewone gezondheid zien van
de mensen in Vilcabamba. Het bleek dat er nauwelijks vaatziekten, geen kanker, geen reuma, geen osteoporose en geen ziekte van Alzheimer voorkwam. Later onderzoek toonde aan dat er wel degelijk osteoporose voorkwam onder de ouderen, maar osteoporotische fracturen niet of nauwelijks.
In tegenstelling tot Abchazië en Hunza had Vilcabamba wel een geboorteregister, mede onderhouden door de plaatselijke kerk. Dit geboorteregister bevestigde veelal de ongelooflijke leeftijden van de bewoners. Toch werden de extreme leeftijden van de bewoners in twijfel getrokken en uiteindelijk achtte men deze na onderzoek niet bewezen. Het bleek dat de bewoners vaak zo trots waren op hun bereikte leeftijden dat ze mogelijk nogal geneigd waren deze te overdrijven. Het geboorteregister van de kerk klopte wel, maar binnen families bleken meerdere mensen dezelfde naam te kunnen hebben. Het bleek vaak niet te verifiëren of iemand zich al dan niet uitgaf voor een overleden familielid.
Dat de mensen in Vilcabamba zo extreem lang leefden werd dus niet bewezen, maar dat de bewoners van het 'Heilig mysterieus dal' een ongewone gezondheid genoten bleef wel onbetwist.
De voeding van de Vilcabamba's is vrijwel vegetarisch: granen, groenten, fruit, zaden,noten, bonen, melk en eieren. Granen en andere koolhydraatbronnen zijn altijd ongeraffineerd. Vet in de voeding is grotendeels plantaardig. Vilcabamba's leven van wat de aarde hen schenkt: ze eten wat op eigen bodem wordt verbouwd en wat de natuur biedt, en dat is heel veel. Er groeit een overdaad aan mango's, pruimen, sinaasappels, granaatappels, guaves, citroenen, zoete limoenen, eucalyptus,
bessen en avocado's. Verder groeien er groene groenten, koolsoorten, bloemkool, selderij en peulvruchten, zoals erwten en bonen. Soms eet men wat vlees, maar niet vaak, alleen bij feestelijke gelegenheden. Ook zuivel wordt niet veel gegeten, af en toe verse kaas van koeien- of geitenmelk. Vilcabamba's eten hoe dan ook niet veel. Er is groot respect voor ouderen en geen oudere is bang dat hij of zij alleen komt te staan want men weet zich verzekerd van hulp en steun. Ouderen blijven deelnemen aan de maatschappij en leiden een nuttig leven, ze worden niet aan de kant gezet. Met het klimmen der jaren gaat men minder zwaar werk doen, maar men blijft werken. Alles wordt te voet gedaan, er zijn weinig andere vervoermiddelen.......Zo was het maar.......
Nestor Carpio, frail at 89, says he doesn't expect to live as long as his father Miguel, who reached 124 and made this tiny valley famous around the world for the longevity of its inhabitants.
These days, the famous elders of Vilcabamba are dying at a younger age, the result of the stresses of modern life brought by the scores of tourists and health buffs who flock here in search of eternal youth.
"Before life was tranquil, now the town has turned too big," said the bespectacled Carpio, sitting outside his adobe home as cars blasting techno-cumbia cruised nearby. "The really old ones are dying off quickly."
Gangs of youths drinking beer and smoking around the village's main square contrasted sharply with the hardy elders carrying the day's harvest of potatoes, onions and herbs through the steep roads of the Ecuadorean Andes. Old timers say modern life has encroached on and disrupted the valley's tranquil and carefree lifestyle, which was key to their longevity.
Centenarians used to be seen playing cards at the main square or sitting in church, villagers say, but there are fewer now as many have died in recent years. They cited recent funerals of two elders believed to be 118 and 124. "We are not eating the natural food we used to," said Ramon Santin, an 89-year-old peasant with thick, dirty hands who has only been in the hospital once because of a stomach ache. "Life is different."
Oudere literatuur over Vilcabamba: Gezond en stokoud in de Andes. David Davies. 1977.
Vilcabamba, heilig mysterieus dal. Het dorp Vilcabamba ligt ter hoogte van de evenaar tegen het Andesgebergte in Ecuador. Vilcabamba betekent in de Inca-taal heilig, mysterieus dal. 'Vilca' betekent heilig mysterie en 'bamba' betekent dal. Er heeft ook inderdaad lange tijd een mysterieus aura rondom dit dorp gehangen. Er deden verhalen de ronde dat de inwoners moeiteloos tot ver boven de 100 jaar oud werden.
Net als Shirali Luslimov bij de Abchasiërs kent men ook hier een recordhouder: Javier Perreiera, die in 1956 in het nieuws kwam. Over hem werd gezegd dat hij 167 jaar oud werd. Anderen gaven leeftijden op van 120 tot 150 jaar. Na berichten over deze fabelachtige leeftijden in Vilcabamba zijn er onderzoeksexpedities uitgevoerd. Deze lieten inderdaad een ongewone gezondheid zien van
de mensen in Vilcabamba. Het bleek dat er nauwelijks vaatziekten, geen kanker, geen reuma, geen osteoporose en geen ziekte van Alzheimer voorkwam. Later onderzoek toonde aan dat er wel degelijk osteoporose voorkwam onder de ouderen, maar osteoporotische fracturen niet of nauwelijks.
In tegenstelling tot Abchazië en Hunza had Vilcabamba wel een geboorteregister, mede onderhouden door de plaatselijke kerk. Dit geboorteregister bevestigde veelal de ongelooflijke leeftijden van de bewoners. Toch werden de extreme leeftijden van de bewoners in twijfel getrokken en uiteindelijk achtte men deze na onderzoek niet bewezen. Het bleek dat de bewoners vaak zo trots waren op hun bereikte leeftijden dat ze mogelijk nogal geneigd waren deze te overdrijven. Het geboorteregister van de kerk klopte wel, maar binnen families bleken meerdere mensen dezelfde naam te kunnen hebben. Het bleek vaak niet te verifiëren of iemand zich al dan niet uitgaf voor een overleden familielid.
Dat de mensen in Vilcabamba zo extreem lang leefden werd dus niet bewezen, maar dat de bewoners van het 'Heilig mysterieus dal' een ongewone gezondheid genoten bleef wel onbetwist.
De voeding van de Vilcabamba's is vrijwel vegetarisch: granen, groenten, fruit, zaden,noten, bonen, melk en eieren. Granen en andere koolhydraatbronnen zijn altijd ongeraffineerd. Vet in de voeding is grotendeels plantaardig. Vilcabamba's leven van wat de aarde hen schenkt: ze eten wat op eigen bodem wordt verbouwd en wat de natuur biedt, en dat is heel veel. Er groeit een overdaad aan mango's, pruimen, sinaasappels, granaatappels, guaves, citroenen, zoete limoenen, eucalyptus,
bessen en avocado's. Verder groeien er groene groenten, koolsoorten, bloemkool, selderij en peulvruchten, zoals erwten en bonen. Soms eet men wat vlees, maar niet vaak, alleen bij feestelijke gelegenheden. Ook zuivel wordt niet veel gegeten, af en toe verse kaas van koeien- of geitenmelk. Vilcabamba's eten hoe dan ook niet veel. Er is groot respect voor ouderen en geen oudere is bang dat hij of zij alleen komt te staan want men weet zich verzekerd van hulp en steun. Ouderen blijven deelnemen aan de maatschappij en leiden een nuttig leven, ze worden niet aan de kant gezet. Met het klimmen der jaren gaat men minder zwaar werk doen, maar men blijft werken. Alles wordt te voet gedaan, er zijn weinig andere vervoermiddelen.......Zo was het maar.......
Nestor Carpio, frail at 89, says he doesn't expect to live as long as his father Miguel, who reached 124 and made this tiny valley famous around the world for the longevity of its inhabitants.
These days, the famous elders of Vilcabamba are dying at a younger age, the result of the stresses of modern life brought by the scores of tourists and health buffs who flock here in search of eternal youth.
"Before life was tranquil, now the town has turned too big," said the bespectacled Carpio, sitting outside his adobe home as cars blasting techno-cumbia cruised nearby. "The really old ones are dying off quickly."
Gangs of youths drinking beer and smoking around the village's main square contrasted sharply with the hardy elders carrying the day's harvest of potatoes, onions and herbs through the steep roads of the Ecuadorean Andes. Old timers say modern life has encroached on and disrupted the valley's tranquil and carefree lifestyle, which was key to their longevity.
Centenarians used to be seen playing cards at the main square or sitting in church, villagers say, but there are fewer now as many have died in recent years. They cited recent funerals of two elders believed to be 118 and 124. "We are not eating the natural food we used to," said Ramon Santin, an 89-year-old peasant with thick, dirty hands who has only been in the hospital once because of a stomach ache. "Life is different."
Oudere literatuur over Vilcabamba: Gezond en stokoud in de Andes. David Davies. 1977.
dinsdag, december 11, 2012
Zeespaghetti
Vandaag vind ik op het strand, zout, zand, een snuifje sneeuw en veel zeespaghetti. Zeespaghetti! Met zijn deftige Latijnse naam Himanthalia elongata, zeewier dus die in lange groenbruine slierten op het strand aanspoelt. Ze groeien niet in De Haan, maar worden blijkbaar losgeslagen op de rotskusten van Normandië en Bretagne om dan na een verre reis in België en Nederland aan te spoelen. Zij komen naar Belgie en ik ga volgende week terug naar Bretagne.
Zeespaghetti is zeker eetbaar maar je kunt het toch beter levend en wel in Bretagne oogsten. Ze groeien met een wonderbaarlijke snelheid en zijn in de lente op hun best. Dat is de periode dat de lange slierten op hun zachtst en het meest smaakvol zijn. Rijk aan vezels, hoog ijzergehalte en een smaak die aan kokkels doet denken. Het kan zowel rauw als gekookt gegeten worden en de textuur en smaak maken van de zeespaghetti één van de meest favoriete algen uit de Atlantische zee. Dit tere, zilte bruinwier lijkt door zijn lange slanke vorm op spaghetti. Zeespaghetti is goed te combineren met vis, groenten of groenteschotels en zeevruchten.
Ze zijn rijk aan mineralen en vitaminen in het bijzonder vitamine C. In 125 gram zee spaghetti zitten vezels (5% Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid), vitamine C (400% ADH), kalium (40% ADH), magnesium (29% ADH), calcium (25% ADH) en jodium (56% ADH).
Zeespaghetti is zeker eetbaar maar je kunt het toch beter levend en wel in Bretagne oogsten. Ze groeien met een wonderbaarlijke snelheid en zijn in de lente op hun best. Dat is de periode dat de lange slierten op hun zachtst en het meest smaakvol zijn. Rijk aan vezels, hoog ijzergehalte en een smaak die aan kokkels doet denken. Het kan zowel rauw als gekookt gegeten worden en de textuur en smaak maken van de zeespaghetti één van de meest favoriete algen uit de Atlantische zee. Dit tere, zilte bruinwier lijkt door zijn lange slanke vorm op spaghetti. Zeespaghetti is goed te combineren met vis, groenten of groenteschotels en zeevruchten.
Ze zijn rijk aan mineralen en vitaminen in het bijzonder vitamine C. In 125 gram zee spaghetti zitten vezels (5% Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid), vitamine C (400% ADH), kalium (40% ADH), magnesium (29% ADH), calcium (25% ADH) en jodium (56% ADH).
zaterdag, december 08, 2012
Winters wandelen
Wandelen is zowat mijn tweede natuur. Be-wegen. De ene voet voor de andere zetten. De ogen in de berm. Vogelmuur, varkensgras, kiemplantjes van de klaproos. In de winter ook kale karaktertakken van de meidoorn, sleedoorn, olm en es ontdekken. Zeker vandaag in de holle wegen van Hoegaarden tegen een ijsblauwe hemel zien die boomsilhouetten er als zwart-wit-tekeningen uit. Nog meer kunstzinnig, bijna Breugheliaans zijn de geploegde bruine graanakkers met hier en daar een veeg of een heel vlak wit van sneeuw. Brabants landschap met verkleumde maar kleurrijke mensenfiguurtjes tegen een verre horizon.
We vinden ook nog wat donkere sleedoornbessen en bloedrode meidoornvruchten. Te bewonderen, te oogsten en zelfs te eten in tijden van nood. Dodonaeus in zijn CruydtBoeck noemt meidoorn sauseboom.
Dit ghewas wordt gheheeten in Griecx Oxyacantha/ van sommighen Pityacanthes ende Pyrina. In Latijn Spina acuta ende Spina acetosa/ In die Apoteke Berberis/ sonderlinge die vrucht die daer best bekent es/ In Hoochduytsch Paisselbeer Saurich Erbsel Versich/ In Neerduytsch Sauseboom/
Die groene bladeren van Sauseboom, schrijft hij, dienen om Sausen daer af te maken tot den spijsen ghelijck dat Surckele/ ende die sause die daer af ghemaeckt wordt/ es vercoelende ende maeckt appetijt/ ende es seer goet den ghenen die verhit ende cortsachtich sijn.
Die besiekens van Sauseboom stoppen den loop des buycx/ ende stelpen alle overvloedighe vloet van den vrouwen/ ende alle onnatuerlijcke bloetganck.
Die wortelen van Sauseboom in looghe gheweyckt maken dat hayr geel/ alsmen dat hayr daer mede dickwils wascht.
Nu gebruiken we bloesem, blad en bessen vooral voor hart en bloedvaten. daar is het zonder meer een zeer goede plant voor: veilig, goed werkzaam, gemakkelijk te oogsten en te verwerken tot tinctuur of siroop. Probeer eens wat bessen in een potje vloeibare honing te laten trekken. Een supermiddel voor het ouderdomshart.
Summiere plantenlijst
En nog veel meer vergeten onkruiden
Meer over meidoorn:
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/95993-meidoorn-geschiedenis-van-geneeskracht.html https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/crataegus-laevigata-meidoorn
We vinden ook nog wat donkere sleedoornbessen en bloedrode meidoornvruchten. Te bewonderen, te oogsten en zelfs te eten in tijden van nood. Dodonaeus in zijn CruydtBoeck noemt meidoorn sauseboom.
Dit ghewas wordt gheheeten in Griecx Oxyacantha/ van sommighen Pityacanthes ende Pyrina. In Latijn Spina acuta ende Spina acetosa/ In die Apoteke Berberis/ sonderlinge die vrucht die daer best bekent es/ In Hoochduytsch Paisselbeer Saurich Erbsel Versich/ In Neerduytsch Sauseboom/
Die groene bladeren van Sauseboom, schrijft hij, dienen om Sausen daer af te maken tot den spijsen ghelijck dat Surckele/ ende die sause die daer af ghemaeckt wordt/ es vercoelende ende maeckt appetijt/ ende es seer goet den ghenen die verhit ende cortsachtich sijn.
Die besiekens van Sauseboom stoppen den loop des buycx/ ende stelpen alle overvloedighe vloet van den vrouwen/ ende alle onnatuerlijcke bloetganck.
Die wortelen van Sauseboom in looghe gheweyckt maken dat hayr geel/ alsmen dat hayr daer mede dickwils wascht.
Nu gebruiken we bloesem, blad en bessen vooral voor hart en bloedvaten. daar is het zonder meer een zeer goede plant voor: veilig, goed werkzaam, gemakkelijk te oogsten en te verwerken tot tinctuur of siroop. Probeer eens wat bessen in een potje vloeibare honing te laten trekken. Een supermiddel voor het ouderdomshart.
Summiere plantenlijst
- Cedrus op het kerkplein
- Tilia en Castanea in de toontuinen
- Viola reichenbachiana in het gras
- Polygonum aviculare op het pad
- Viola tricolor in een vergeten graanakker
- Sambucus, Ulmus, Crataegus in de holle weg
- Rosa canina met bedeguar
- Daucus carota, weggegooid onder de vlier
- Malva in de berm
- Papaver rhoeas op de akker
- Reseda lutea, Wouw, zomaar in de gracht
- Sisymbrium officinalis, Raket nog in bloei
- Fraxinus exelsior en Clematis vitalba
- Chelidonium majus
- Galium aparine, kiemplantjes en zaad
En nog veel meer vergeten onkruiden
Meer over meidoorn:
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/95993-meidoorn-geschiedenis-van-geneeskracht.html https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/crataegus-laevigata-meidoorn
donderdag, december 06, 2012
Ginseng zaaien
Bij Ruehlemans is nu ook het zaad van de echte ginseng Panax ginseng te koop.
Echter Ginseng in Deutschland? Kann das was werden? Ohne Zweifel: Ja! Denn es gibt eine Ginsengfarm, die seit 20 Jahren erfolgreich den koreanischen Ginseng in Norddeutschland anbaut. Und unser Saatgut kommt von dort her. Das klingt erstmal ganz gut. Trotz alledem fordert die Ginsengkultur die vielleicht höchste aller gärtnerischen Tugenden: Geduld! Freuen Sie sich schon jetzt auf den ersten Biss in die frische Wurzel, die Kultur dauert „nur“ 6 Jahre lang.
Muss ich noch was zur Wirkung sagen? Die Chinesen bringen es ganz einfach auf den Punkt: „Ginseng stärkt das Chi (=Lebenskraft)“. Echter Ginseng ist berühmt für seine adaptogene, ausgleichende Wirkung. Ginseng stärkt viele Organe, beruhigt die Nerven, wirkt gegen Angstzustände, verbessert die Augen, schärft den Verstand und verlängert das Leben - sagt man. Für die Wirkungen verantwortlich sind die Ginsenoside, eine spezielle Gruppe von Wirkstoffen, die fast nur im Ginseng vorkommen. Bei Schwäche, zur Rekonvaleszenz und überhaupt um fit zu bleiben bis ins hohe Alter, wird von vielen Naturmedizinern die regelmäßige Einnahme empfohlen.
Wir bieten hier grundsätzlich stratifizierte, das heisst vorbehandelte Saat an, die schnell anfängt zu keimen, wenn die Temperaturen über 8°C liegen. Eine detaillierte Kulturanleitung liegt bei.
http://www.kraeuter-und-duftpflanzen.de/Pflanzen-und-Saatgut/Gagelstrauch-Guduchi/Ginseng/Koreanischer-Ginseng-Saatgut
dinsdag, december 04, 2012
Knoflook en vampiers
Het Servische gehucht Zarozje wordt geplaagd door een vampier. Althans, dat zeggen bewoners van het dorp, dat is gelegen tussen groene berghellingen en spookachtige dichtbegroeide wouden. Geruchten dat de geest van een legendarische vampier is gewekt zaaien er angst en lokken toeristen.
De autoriteiten van Zarozje raden de dorpsbewoners aan altijd knoflook op zak te hebben en houten kruisen in hun kamers te plaatsen om vampiers te verjagen. Veel dorpelingen weten wel dat de verhalen over de beroemdste vampier van Servië Sava Savanovic slechts sprookjes zijn. Toch is het verstandiger de wijze raad in acht te nemen dan ten prooi te vallen aan de scherpe hoektanden van het monster.
De molen bij de rivier Rogatica |
Legende
"Het verhaal over Sava Savanovic is een legende, maar er gebeurden vroeger vreemde dingen in deze streken", aldus Milka Prokic, die in zijn ene hand een streng knoflook, in de andere een houten staak vasthoudt. Op de omliggende heuvels stijgt mist op. "We hebben deze legende geërfd van onze voorouders en we houden haar levend voor de jonge generaties."
Sava Savanovic dronk volgens de legende het bloed van degenen die hun koren kwamen malen in de molen bij de rivier Rogatica. De molen stortte enkele maanden geleden in, tot woede van de vampier, die nu op zoek zou zijn naar een andere plek om zich te rusten te leggen.
En waar komt het verhaal vandaan dat juist knoflook vampiers kan verdrijven? De geur? De ontsmettende werking? De vorm van het teentje? Wie het weet mag het zeggen.
Mijn verhalen over knoflook
maandag, december 03, 2012
Bingelkruid
In gedachte ben ik nog steeds op stap met mijn cursisten in het leuke steegje gelegen tussen de kerk van Wilsele en het kruidentuintje van herboriste Hilde. Ruigtekruiden vinden we hier vooral, kleine veldkers maar ook veel bingelkruid (Mercurialis annua), niet direct grote geneeskrachtige kruiden maar toch planten met een geschiedenis. De Latijnse naam Mercurialis kreeg de plant ter ere van Mercurius, de Bode der Goden. 'Plinius spreekt van een kruid dat zo genoemd is wat van de God Mercurius gevonden is geweest'.
De plant behoort tot de familie der Euphorbiaceeën en groeit vooral op vuilnisbelten, woeste gronden of tegen de voet van fruitbomen in boomgaarden. De hoogte varieert van tien cm tot welhaast één meter.
Medicinaal wordt de plant niet veel meer gebruikt. De eigenschappen zijn urine-afdrijvend en laxerend. Soms werd bingelkruid wel toegepast om de stuwing van moedermelk te stoppen. Wel af te raden om dat uit te proberen. Mercury-honing was vroeger in gebruik als huismiddel. Het is helemaal geen honing maar een afkooksel van de plant om urinelozing te bevorderen. Toch moet het zelf bereiden van deze middelen omwille van de mogelijke giftigheid afgeraden worden.
De oude kruidendokters gaven het sap van bingelkruid ter bestrijding van wratten. Niet verwonderlijk omdat ook veel andere planten met wit en geel melksap traditioneel tegen wratten gebruikt werden
Bingelkruid uit Flora Batava |
Straffe toepassingen vermeldt zelfs 'De zeer geleerde Costicus, die schrijft dat diegene die hun handen bestrijken met het sap van bingelkruid, met sap van witte heemst en met postelein vermengt gesmolten lood zullen kunnen pakken zonder er enig letsel van te voelen'. Planten die je dus vuurvast maken.
Zelfs in de keuken werd het bingelkruid gebruikt. Leaves - cooked. They were at one time quite popular, being used like spinach. The acrid principle is said to be destroyed by thoroughly boiling the leaves. The raw leaves are poisonous. It is probably wise not to eat the leaves of this plant.
http://www.pfaf.org/user/Plant.aspx?LatinName=Mercurialis+annua
En mogelijk nieuwe therapeutische toepassingen komen er aan. Folkloric anecdotal evidence and initial screening led us to investigate the cytotoxicity of Mercurialis annua L. (Euphorbiaceae) methanolic extract against a variety of cancer cell lines. In total, six different cell lines representing three types of common cancers were used to determine the potential antineoplastic activity of the plant extract. Our results show that the M. annua extract exhibited potent cytotoxic effect on both HRT-18 and T47D cell lines in a dose-dependent manner. HRT-18 is a colorectal adenocarcinoma cell line, while T47D is a breast cancer cell line.
Scientific Research and Essays Vol. 7(37), pp. 3218-3222, 20 September, 2012. Cytotoxic effect of Mercurialis annua L. methanolic extract on six human solid cancer cell lines
Gele en 'groene' gentiaan?
Veratrum album |
Gentiana lutea |
Ondanks of dank zij de giftigheid werd de wortel ook in de vroegere kruidengeneeskunde gebruikt. Bij Matthiolus lezen we over de Weisser Nieszwurtz (1586)
Nieszwurtz in die Nasen empfangen, macht niesen, und reinigt das Haupt. Wie man mit Nieszwurtz Zâpffle zum Stulgang bereiten sol, ist oben im ersten Buch und Capitel, unter der Veilwurtz gemeldte.
Nieszwurtz in Essig gesotten, unnd denselbigen im Mund gehalten, benimpt das Zanwehe.
So die Weiber Nieszwurtz brauchen, wie sie wissen, bringts jnen jre zeit.
Diese Wurtzel wirdt auch zu den Geschwâren, Grinden, und alten Schâden, dieselbigen darmit zu reinigen und seubern, genûtzt.
Nieszwurtz gepulvert, und mit Weitzenmehl gemischt, darvon sterben die Meusz.
Nieszwurtz in Milch gesotten, und den Fliegen fûrgesetzt, so viel jhr darvon essen, mûssen alle geschwellen, und zerbersten.
Ouderwets vertaald klinkt dat ongeveer zo:
Nieskruid in de neus ontvangen doet niezen en reinigt dat hoofd.
Nieskruid in azijn gekookt en diezelfde in de mond gehouden beneemt de tandpijn.
Zo de vrouwen nieskruid gebruiken, zoals ze weten, brengt het hun tijd.
Deze wortel wordt ook voor zweren, schurft en oude schaden gebruikt, diezelfde daarmee te reinigen en te zuiveren genuttigd.
Nieskruid gepoederd en met tarwemeel gemengd, daarvan sterven de muizen.
Nieskruid in melk gekookt en de vliegen voor gezet, als zij daarvan eten, zullen ze opzwellen en barsten.
zondag, december 02, 2012
Tijm en de herboristen
Een herboristenopleiding kan en mag ook gezellig zijn. Samen op de middag in 'Het Vertier' eten, drinken en praten.
In de voormiddag zijn we begonnen met de kruiden voor de luchtwegen te bespreken. Tijm en salie, keukenkruiden maar ook bijzondere geneeskrachtige planten. Te gebruiken bij hoest, goed slijmoplossend en bacteriedodend. Om maar iets te noemen.
Ook in een ver verleden werd tijm al voor de luchtwegen gebruikt. Dodonaeus in zijn CruydtBoeck zegt over tijm: 'Thymus is geschikt om de plas en maandstonden te verwekken en voort te laten komen, laat de vrucht rijzen, zuivert het ingewand en is zeer nuttig om al hetgeen dat in de borst en longen steekt of verborgen ligt uit te halen en gemakkelijk te laten lossen.
Hetzelfde gewas, zo Dioscorides schrijft, met zout en azijn gedronken laat de slijmerige vochtigheid die pituita genoemd wordt met de kamergang af komen en uit het lijf ruimen.
Het water daar Thymus met honing in gekookt is geweest is zeer goed gebruikt diegenen die hun adem niet ophalen kunnen dan met rechte hals en die benauwd zijn en die de kuchhoest hebben.
Datzelfde afkooksel jaagt de wormen uit de buik, verwekt de maandstonden, laat de vrucht voortkomen en drijft de nageboorte af en laat plassen.
Thymus met honing vermengt als een Electuarium en dikwijls te likken gegeven ruimt de borst en laat de fluimen rijpen en rijzen en veroorzaakt het gemakkelijk uitspuwen en laat alle taaie slijmerigheid lossen en scheiden'
Voor de luchtwegen gebruiken we tijm in honing en als siroop nog steeds. Om de plas en de maandstonden te verwekken wordt het niet meer toegepast. Maar... mogelijk kan tijm als stimulerende plant de herboristen in spe ook helpen om al die informatie over kruiden te verwerken.
Meer over de geschiedenis van tijm
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/37883-tijm-en-zijn-verleden.html en http://wetenschap.infonu.nl/scheikunde/38543-tijm-de-vele-chemische-variaties-ofwel-chemotypes.html
In de voormiddag zijn we begonnen met de kruiden voor de luchtwegen te bespreken. Tijm en salie, keukenkruiden maar ook bijzondere geneeskrachtige planten. Te gebruiken bij hoest, goed slijmoplossend en bacteriedodend. Om maar iets te noemen.
Ook in een ver verleden werd tijm al voor de luchtwegen gebruikt. Dodonaeus in zijn CruydtBoeck zegt over tijm: 'Thymus is geschikt om de plas en maandstonden te verwekken en voort te laten komen, laat de vrucht rijzen, zuivert het ingewand en is zeer nuttig om al hetgeen dat in de borst en longen steekt of verborgen ligt uit te halen en gemakkelijk te laten lossen.
Hetzelfde gewas, zo Dioscorides schrijft, met zout en azijn gedronken laat de slijmerige vochtigheid die pituita genoemd wordt met de kamergang af komen en uit het lijf ruimen.
Het water daar Thymus met honing in gekookt is geweest is zeer goed gebruikt diegenen die hun adem niet ophalen kunnen dan met rechte hals en die benauwd zijn en die de kuchhoest hebben.
Datzelfde afkooksel jaagt de wormen uit de buik, verwekt de maandstonden, laat de vrucht voortkomen en drijft de nageboorte af en laat plassen.
Thymus met honing vermengt als een Electuarium en dikwijls te likken gegeven ruimt de borst en laat de fluimen rijpen en rijzen en veroorzaakt het gemakkelijk uitspuwen en laat alle taaie slijmerigheid lossen en scheiden'
Voor de luchtwegen gebruiken we tijm in honing en als siroop nog steeds. Om de plas en de maandstonden te verwekken wordt het niet meer toegepast. Maar... mogelijk kan tijm als stimulerende plant de herboristen in spe ook helpen om al die informatie over kruiden te verwerken.
Meer over de geschiedenis van tijm
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/37883-tijm-en-zijn-verleden.html en http://wetenschap.infonu.nl/scheikunde/38543-tijm-de-vele-chemische-variaties-ofwel-chemotypes.html
vrijdag, november 30, 2012
Mandarijntje, een oervrucht
Uit onderzoek blijkt dat er maar drie ‘echte' citrussoorten zijn: de pomelo (Citrus grandis) , de mandarijn (Citrus reticulata) en de sukadecitroen of cedraat (Citrus medica) .
De kennis kwam eerst van botanici (die bij alle citrusvruchten naar details van vruchten, blaadjes en bloemen keken), later van genetici die eiwitten en stukjes DNA vergeleken. Het inzicht betekent een flinke opruiming in het soortenassortiment, want vroeger kon een kenner rustig beweren dat er 16, of zelfs wel 162 soorten citrusfruit bestonden.
De sinaasappel is dus in feite geen aparte soort. De Chinese biologen zochten in het genoom van de sinaasappel naar DNA-volgordes die overeenkwamen met hetzij pomelo, hetzij mandarijn. Dat driekwart mandarijn-DNA bleek, betekent dat pomelo eerst met mandarijn is gekruist, en een nakomeling van die kruising nogmaals met mandarijn. Toen was het een sinaasappel.
Zo'n kruising blijft bij citrusvruchten lang in stand. Uit pitten van citrusvruchten groeit van nature meestal geen kruising van vader en moeder, maar een kloon van de moeder. Door die vreemde vorm van ‘stekken' kunnen ook moderne gekweekte rassen oeroud blijken. De oudste vermelding van een sinaasappel, in Chinese literatuur, dateert van 314 v. Chr. Archeologische aanwijzingen voor de teelt van citrusfruit zijn er al uit 2100 v. Chr.
De gekruiste vruchten zelf hebben allerminst het imago van oervrucht. De mandarijn: makkelijk pelbare zoete kindervriend. En dan de pomelo, licht bitter weliswaar, maar toch: een glimmende sapbal van wel twintig centimeter doorsnee. In sommige botanische leerboeken, en in Van Dale, staat de pomelo nog beschreven als een veredelde pompelmoes.
De knobbelige sukadecitroen of cedraat is de onbekendste van de drie oercitrussen, maar is toch de eerste citrusvrucht die het Midden-Oosten en het Middellandse Zeegebied bereikte. Hij wordt er nog altijd geteeld, om sukade te maken van de schil. De sinaasappel werd pas in de zestiende eeuw in Europa geïntroduceerd, door de Portugezen. De mandarijn kwam in 1805.
Het mandarijntje, het lieflijk geurend kindervruchtje blijkt dus een stoere oervrucht te zijn. Al zal het oorspronkelijk mandarijntje er wel heel anders hebben uitgezien.
Over de naam “mandarijn”
In China was de mandarijn vroeger heel belangrijk en werd als de vrucht van de rijken gezien. Ze stond net zo hoog in aanzien als de hoogste Chinese staatsambtenaren: de Mandarijnen. Vandaar mogelijk dat men de vrucht mandarijn is gaan noemen.
Anderen zijn van mening dat de naam is afgeleid van de naam van het eiland Mandara, het tegenwoordige Mauritius.
De kennis kwam eerst van botanici (die bij alle citrusvruchten naar details van vruchten, blaadjes en bloemen keken), later van genetici die eiwitten en stukjes DNA vergeleken. Het inzicht betekent een flinke opruiming in het soortenassortiment, want vroeger kon een kenner rustig beweren dat er 16, of zelfs wel 162 soorten citrusfruit bestonden.
De sinaasappel is dus in feite geen aparte soort. De Chinese biologen zochten in het genoom van de sinaasappel naar DNA-volgordes die overeenkwamen met hetzij pomelo, hetzij mandarijn. Dat driekwart mandarijn-DNA bleek, betekent dat pomelo eerst met mandarijn is gekruist, en een nakomeling van die kruising nogmaals met mandarijn. Toen was het een sinaasappel.
Zo'n kruising blijft bij citrusvruchten lang in stand. Uit pitten van citrusvruchten groeit van nature meestal geen kruising van vader en moeder, maar een kloon van de moeder. Door die vreemde vorm van ‘stekken' kunnen ook moderne gekweekte rassen oeroud blijken. De oudste vermelding van een sinaasappel, in Chinese literatuur, dateert van 314 v. Chr. Archeologische aanwijzingen voor de teelt van citrusfruit zijn er al uit 2100 v. Chr.
De gekruiste vruchten zelf hebben allerminst het imago van oervrucht. De mandarijn: makkelijk pelbare zoete kindervriend. En dan de pomelo, licht bitter weliswaar, maar toch: een glimmende sapbal van wel twintig centimeter doorsnee. In sommige botanische leerboeken, en in Van Dale, staat de pomelo nog beschreven als een veredelde pompelmoes.
De knobbelige sukadecitroen of cedraat is de onbekendste van de drie oercitrussen, maar is toch de eerste citrusvrucht die het Midden-Oosten en het Middellandse Zeegebied bereikte. Hij wordt er nog altijd geteeld, om sukade te maken van de schil. De sinaasappel werd pas in de zestiende eeuw in Europa geïntroduceerd, door de Portugezen. De mandarijn kwam in 1805.
Het mandarijntje, het lieflijk geurend kindervruchtje blijkt dus een stoere oervrucht te zijn. Al zal het oorspronkelijk mandarijntje er wel heel anders hebben uitgezien.
Over de naam “mandarijn”
In China was de mandarijn vroeger heel belangrijk en werd als de vrucht van de rijken gezien. Ze stond net zo hoog in aanzien als de hoogste Chinese staatsambtenaren: de Mandarijnen. Vandaar mogelijk dat men de vrucht mandarijn is gaan noemen.
Anderen zijn van mening dat de naam is afgeleid van de naam van het eiland Mandara, het tegenwoordige Mauritius.
Abonneren op:
Posts (Atom)