zondag, mei 08, 2011

Voorproefje van de kruidenstage

De eerste dag van de kruidenstage. We hebben geluk. Er is een Fête des chiens de bergers en nog wel vlakbij op de col van Prémol. Daar kunnen we zelfs te voet naar toe. De gelegenheid ook om de plantengroei uit de buurt te verkennen. Langs de steile trap voorbij het mooie huisje van Elske wandelen we naar het oude dorp en langs ons labyrint dat nog altijd goed zichtbaar is en zelfverzekerd uitkijkt over de wijde omgeving. De tuin, het dorp, Montlahuc en Passol.

Lindebomen, bloeiende en zoetgeurende brem, struikkroonkruid en jeneverbes decoreren de kam. Wat verder komen we terug op de verharde weg naar de col ook hier groeien nog 'berm'planten genoeg, van gewone weegbree en varkensgras tot ongewone gentianen en forse orchideeën. Zo'n eerste dag in een onbekende streek is altijd weer een bijzondere kennismaking met al die nieuwe planten.

Maar we moeten verder anders missen we de herdershonden en het feest. En feest is het. De anders zo rustige col krioelt nu van mensen, honden en vooral van veel schapen. Echte schapen bedoel ik en zelfs hier en daar een zwart schaap. Er is ook een soort openlucht theater- en circusoptreden met 3 mensen en 2 paarden. Een intermezzo voor ons kruidenliefhebbers.

Na wat eten en drinken ruilen we het rumoer van de col weer in voor een stevige natuurwandeling terug naar Bellegarde, maar wel langs geheime paadjes en ruige hellingen in de flanken van de Praloubeau, langs de ruine van Chante labri. Verzadigd en vermoeid voelen we ons dan ook veilig in de vrede van ons verblijf Le Prasada.

bij Chante labri

zaterdag, mei 07, 2011

Die, Bar-a-Die, bernagie


Markt in Die. Café de Paris. Samedi a Die. De markt is de plaats waar ik verschillende herboristenkenissen in één klap kan ontmoeten en eventueel afspraakjes voor onze kruidenstages kan maken. Gesproken met Veronica Mantel uit de Quintvallei. Ook Etienne van Solaure was zoals gewoonlijk aanwezig, hun boekje over hydrolaten is verschenen.
Ik zit onder de lindebomen bij café de Paris te dromen. Ook mensen uit Bellegarde en omstreken koesteren zich hier in de zon. Vreemden die een beetje vertrouwd zijn. Ook Frank Debus wandelt bescheiden voorbij. Hij en ik knikken beleefd. Bescheidenheid langs beide kanten.
Verder bezoek ik bakker, boekhandel en apotheek. Iedereen en alles is hier nog. Alles gewoon, al is het 8 maand geleden. Nogmaals vertrouwd en vreemd.
Zon, witte wolken, wind en opwaaiende zomerjurken. Bar à Die. Krant en krantje van Diois. Kleintje koffie, zomers zoet en pastis. In de verte uit de hoogte daalt de mythische berg Glandasse naar beneden. Alsof bergen mij beklimmen. A bientôt il dit. Aardbeien, fraises vier bakjes voor 10 euro.

Naar Intermarché, naar tuincentrum met stevia en andere dure kruiden. Ik koop niets. Ook geen zaad. Al wou ik wel, onnozel weg, een zakje bernagiezaad kopen.  Maar dat moet in mijn Bellegardetuin toch vanzelf ontkiemen? Nog even afwachten dus. Bernagie tegen melancholie!
Ondertussen is de dag al ver gevorderd en kan ik aan het station van Luc-en-Diois mijn cursisten uit België ophalen. Welkom in deze wonderlijke wereld.

http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/leven/40934-bernagie-tegen-melancholie.html

vrijdag, mei 06, 2011

Drômeplanten


Dit duurt nog even. Ik blijf nog 14 dagen in de Franse Drôme.Voormiddag weer tuinwerk in Bellegarde. Wat stukjes grond zaaiklaar maken en kleurstof-zonnebloemen zaaien, crosne verplant, en nog steeds wieden en hakken.
In de namiddag rij ik naar La Motte. Afspraak gemaakt voor een mini-distillatie bij Marie-Odile Ehringer en verkennend gewandeld bij Cornillon om een nieuwe route rond mijn grotberg te vinden. 
Ik ontmoet natuurlijk weer oude bekende planten: jeneverbes, bijenblad, Coronilla emerus net in bloei, gewone brem in volle bloei en volle geur, de eerste bloemen van een felroze bloeiende kattedoorn Ononis fructicosa

Een lijstje
  • Thymus vulgaris 'linalol / Echte tijm chemotype linalol
  • Dorycnium hirsutum / Faux thyme / Behaarde bakkeklaver
  • Bergwondklaver / Anthyllis montana
  • Astragalus monspeliensis / Tragacant
  • Centrantus ruber / Rode spoorbloem
  • Ononis fructicosa / Kattedoornstruik
  • Gouden regen / hier kleurrijk in de hellingen aanwezig
Thymus vulgaris chemotype linalol
Bieslelie / Aphyllanthus monspeliensis
In mei juni massaal en opvallend aanwezig met zijn blauwe bloemen, wat gelijkend op vlas. In juli uitgebloeid, is er alleen nog taai gras te zien. Het Griekse ‘aphyllanthus’ betekent dan ook bloem zonder blad. De aromatische bloemen werden door de schaapherders gegeten. Na de tweede wereldoorlog werden de wortels gebruikt als ‘brosses a chiendent’.

Dorycnium pentaphyllum – Valse tijm – La blanqueta.
Lijkt op tijm en groeit ook op dezelfde plaatsen, maar heeft witte bloemen en behoort tot de familie van de Vlinderbloemigen. Werd aan de zijderupsen gegeven om hun cocons te versterken.

Melittis melissophyllum – Bijenblad.
De honingdragende. Vrij zeldzame plant die in de lichte schaduw onder struiken kan groeien. Vroeger veel gebruikt als medicinale plant net zoals citroenmelisse. Kalmerend maar weinig wetenschappelijk onderzocht.

donderdag, mei 05, 2011

Verfstofplanten


Coreopsis tinctoria
Nog altijd in mijn Franse Jardin des Simples. Het hoekje van de verfstofplanten verkend. Hier werden vorig jaar vooral eenjarigen gezaaid, die zich nu gedeeltelijk en tegen mijn verwachtingen in, al zelf uitgezaaid hebben. Vooral Coreopsis tinctoria en Cosmos sulfureus ontkiemen zonder problemen. Misschien toch maar overplanten volgende week, naar een beter gecontroleerd stukje tuin. Ook de tweejarige wouw, Reseda luteola, begint al door te schieten en bloem te vormen.
Verder vind ik nog resten zaad en zaaddozen van saffloer, zegekruid en 2 soorten doornappels. Doornappels kunnen zich royaal uitzaaien, alleen doen ze dat pas eind Mei als de temperatuur hoog genoeg is. 

Het standaardwerk over kleurstofplanten is zondermeer het Franse boek van Dominique Cardon Le monde des teintures naturelles.

woensdag, mei 04, 2011

Wedetuin


Woensdag, de eerste tuinwerkdag voor mij in mijn Franse jardin des simples. Gisterenavond was ik nog even in de tuin. Er was al heel wat werk verzet. De labyrintvorm werd weer zichtbaar, maar het was vooral de wede die opvallend oplicht in de langzaam donker wordende omgeving.


De wede blijft bekoren. Dank zij de hulp in de tuin van Hilde en Geert is het werk plezierig, te overzien. Ik moet en mag alles weer opnieuw ontdekken. Hoe was het ook weer? Wat had ik gezaaid en geplant? Zijn de Leuzea's, de rozenwortel en rode zonnehoeden nog aanwezig? Ja, het is ook al 8 maand geleden dat ik hier nog was. En alle planten lijken er nog te zijn, al herinner ik mij alleen maar wat ik zie. Wat verdwenen is zal ik pas morgen of overmorgen achter komen. De tuin is mijn geheugen. Is mijn geheugen ook een tuin?



dinsdag, mei 03, 2011

Het regent bloemen

Ik camperkampeer nog steeds in het wijndorp Nuits St Georges en... het regent bloemen op mijn motorhome. Uit de grote ommuurde tuin vlakbij de camperparking dwarrelen wilde kastanjebloesem over straten en motorhuizen.
Ik wandel naar de bakker langs geheime, streng ommuurde villa's van wijnbaronnen. Grote grijs glinsterende lindebomen en blauwbloeiende catalpa's gluren over hun mooie muren.
De baguette van de bakker is al helemaal opgegeten voor ik weer bij de motorhome ben. Dus kan ik rustig verder rijden en .....
.......7 uur later bereik ik via Lyon, Valence en Die, over de col de Prémol Bellegarde-en-Diois.

Ik word er al direct vriendelijk aangeklampt door de nieuwe bewoners van 'ons' huis. Koffie drinken en vragen over al die rare planten in dat voortuintje. Sarriette (bonekruid) kennen ze nog wel, van de wede de verfstofplant in gele bloei, kan ik wel de Latijnse en Nederlandse naam debiteren, maar hoe was ook weer die Franse benaming? Alles moet weer uit die oude hersens opgediept worden.
En die vreemde prikkerige plant? Ja, Ruscus en muizedoorn maar de Franse naam wil maar niet uit de mist van mijn geheugen opdoemen. Morgen dan maar. Demain! Alles demain.

http://gezondheid-voeding.todio.nl/alternatieve-geneeswijzen/paardenkastanje-tegen-spataderen-en-aambeien-2315.html
http://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/ruscus-muizedoorn



Nuits St Georges en Bellegarde

's Morgens in Nuits St Georges
Het regent bloemen op mijn motorhome! Uit de grote ommuurde tuin dwarrelen wilde kastanjebloesems over straten en motorhuizen. De indrukwekkende kastanjebomen staan in de geheime, hoog ommuurde ouderwetse villa's van de wijnbaronnen. Ook de zilverlindes en blauwbloeiende catalpa's staan te pronken in tuinen en bij de wegen.

Nuits Saint Georges
Nuits-Saint-Georges is een gemeente in het Franse departement Côte-d'Or, er zijn ongeveer 5000 inwoners. En natuurlijk kennen wijnliefhebbers, waar ik niet bij hoor, het dorp, want hier zijn heel wat wijnhuizen gevestigd.
Het Franse woord ‘Nuits’ lijkt te verwijzen naar 'nacht', maar dat is blijkbaar niet het geval. Het is een verbastering van ‘noyer’, notenboom. De streek rondom Nuits stond vroeger bekend voor de vele notenbomen. Hebben zij plaats moeten maken voor de wijndruiven? Het tweede gedeelte van de gemeentenaam ‘Saint Georges’ verwijst naar de beste wijngaard van de gemeente. De wijnen uit Nuits-Saint-Georges zijn, volgens de kenners, stoer en kleurrijk, met veel tannine of looistoffen. En met looistoffen voel ik mij weer thuis, dat zijn geneeskrachtige stoffen die we ook in de notenbomen van Nuits terug kunnen vinden. En die voor een gedeelte ook de gezonde werking van wijn kunnen verklaren.

In Bellegarde aangekomen
Ik word al direct vriendelijk aangeklampt door de nieuwe bewoners van 'ons' huis. Koffie drinken en vragen over al die rare planten in dat voortuintje. Sarriette kennen ze nog wel, wede de verfstof in gele bloei, kan ik wel de Latijnse en Nederlandse naam van produceren, maar hoe was ook weer die Franse benaming. Alles moet weer uit een verborgen geheugen opgediept worden. En die vreemde prikkerige plant Ja dus Ruscus en muizedoorn maar de Franse naam wil maar niet uit de mist van mijn geheugen opdoemen. Morgen dan maar. Demain! Alles demain.

Info Nuits St Georges
Camperplaats: Nuits St Georges 21700 Champ de Foire Rue de Cussigny
http://www.france-voyage.com/frankrijk-gemeentes/nuits-saint-georges-4732.htm
http://www.ot-nuits-st-georges.fr/fr/

Info Atropa belladonna / wolfskers
https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/atropa-belladonna-wolfskers
http://www.annetanne.be/kruidenklets/uit-de-kruidenmand/kruiden-o-z/atropa-belladonna-wolfskers/
https://sites.google.com/site/kruidwis/hallucinogen

maandag, mei 02, 2011

Op weg naar Bellegarde


Op weg. Weg naar Bellegarde met de motorhome. Alleen. De Haan, Kortrijk, Bergen (Mons) en dan de grens over bij Maubeuge. Ik stop nog even bij de vijvers van Vervins, net zoals vorig jaar. Ereprijs en mooie boeketten koekoeksbloem in bloei. Voorjaar, de koolzaadvelden zijn nog net in gele bloei. Is het vroeg lente dit jaar? De natuur, de weg en ikzelf, elk jaar hetzelfde en toch iets anders. Ik iets ouder, de natuur opnieuw jong.
Ik volg nu mijn GPS, alhoewel, met die oude kaarten in dat ding, moet ik mezelf toch ook blijven orienteren. Dus ligt de Michelinkaart uitgespreid voor mij. En verder ken ik zelf ook wel de weg. De hoeveelste keer, met kleine variaties, doe ik nu de route naar Bellegarde? Herkennen doe ik visueel veel, maar natuurlijk alleen als ik er al ben. De viaduct bij Chaumont, de vestingstad Langres, het Bourgonjedorpje en andere kleine dingen.  Ergens een verlopen restaurant dat zichzelf Comme chez soi noemt....., het kruispunt richting Colombey les deux eglises, het plantenrijke plekje bij Provenchères-sur-Meuse.

Soms toch kleine nieuwe natuurdingen. Ik stop even voorbij Vitry le François op de N67 op 573 km van Bellegarde om mijn GPS electrisch op te laden. Ik doe de deur open en voor ik uitstap zie ik tussen hoog opschietend kleefkruid en brandnetel een majestueuze belladonna staan. Mysterieus staat hij zoals gewoonlijk langs de vochtige bosrand. Ik trap mij een padspoor door de brandnetels tot bij de wolfskers, maar merk door de hoge netels niet dat 'de mooie vrouw' een stuk lager in een gracht groeit. Ik glij dan ook achterover in de netels tot onder het heksenkruid. Verneteld lig ik even in aanbidding. Zo mag elke ontmoeting met mijn bella donna zijn.

Verder rijdend tot Langres. Zou ik nu eindelijk eens op die vesting overnachten? Ik stop wel weer, doe wat boodschappen bij Aldi, zelfs een soort biologisch groenten- en fruitsap verkopen ze hier dat ontbijtsap wordt genoemd. Voor morgen vroeg dus, al knabbel ik liever op een goed stuk brood.

Toch rij ik uiteindelijk, net zoals vorig jaar weer verder. Een dreigend onweer tegemoet richting Dijon, die regen en bliksemflitsen krijg ik dan ook. Vreemde korte stroken van harde regen en nog hardere regen. Maar we rijden rustig verder. Dijon en dan naar de Bourgognestreek om uiteindelijk weer opnieuw bij Nuits St Georges uit te komen. Waar ik overnacht.

http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/natuurgeneeswijze/37880-wolfskers-de-lokkende-bella-donna.html

zaterdag, april 30, 2011

Bij Ecoflora

Cursusdag bij Ecoflora. We bespreken de planten in potjes van A tot Z. De eerste plant is Achillea ptarmica, Bertramwortel of Wilde bertram en de tweede Achillea millefolium, Echt duizendblad, bij de A vinden we verder nog Aconitum en Alchemilla en verderop ook Arnica montana en Artemisia. Een overvloed aan planten met een overvloed aan betekenis. Genoeg verhaal om een hele dag te vullen.

Een verhaal van Dodoens, de oervader der herboristen, over die wilde bertram. Hij schrijft dat het goed is ' tegen de killende tanden, die van de te onmatighe kouwe veroorzaect zijn'. Hij noemt het dan ook tantcruyt'. En zelfs wilde dragon, mogelijk omwille van de vorm van het blad. 'Die bloemen van desen cruyde voor die nuese ghehouwen ende gheroken doen niesen ende daer om heet dit cruyt Ptarmice ende Sternutamentaria, dat es Niescruyt'. En volgens Dodoens is Wilde bertram ook goed tegen blauwe plekken en kneuzingen. Hij zegt dat 'die bladeren gruen ghestooten verdrijven die blauw gheslaghen ghevallen oft ghestooten plecken ende doen dat gheronnen bloet sceyden/ op die plaetse die ghequetst es'.

En er zijn natuurlijk ook mensen die de verhalen moeten aanhoren. Hopelijk worden ze daar allemaal een beetje wijzer en gelukkiger van.

Mijn verhalen over enkele van deze kruiden vind je op
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/alternatief/22839-artemisia-de-grijze-tover-in-de-tuin.html
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/taal/23556-in-de-naam-van-duizendblad.html
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/natuurgeneeswijze/34569-arnica-of-valkruid.html
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/alternatief/23198-vrouwenmantel-thee-uit-de-tuin.html

http://www.ecoflora.be/

dinsdag, april 26, 2011

Weegbree

Grote en Smalle weegbree / ets Dirk Van Gelder
Op zoek naar gedichten over kruiden, ontdekte ik deze ets van Dirk Van Gelder en dit gedicht van Arthur van Schendel over

Weegbree 

Ik had een wens toen ‘k naast een weegbree zat. 
Men zegt dat een geduldig zieltje, van 
De minnaar eens verlaten, in dit plantje 
Haar woning vond aan alle ’s Heren wegen 
En wachten mocht op de Verdwaalde, en dat zij 
Een ieder die een schat verloren had 
En zocht en vroeg, terechtwees naar zijn heil, 
En bovenal was zij weldadig voor 
De blindeman, die tastte met zijn stok. 
Als die de bloem, die uit haar woning rees, 
Maar raakte met de hand, zag hij in donker 
En vond gewis de weg naar huis terug. 
Het is maar volksgeloof, voor kindren, voor 
Onnoozlen, maar de weegbree is mij dierbaar. 

En ook mij is de weegbree dierbaar, dat onkruid, die tredplant, die masochistische plant, die beter groeit naar gelang hij meer vertrapt wordt, die plant die mij voor het eerst liet kennis maken met de geneeskracht van de natuur.

https://sites.google.com/site/kruidwis/poezie/weegbree

Meidoorn, rozenblaadjes en blaaswier

De dag na paasmaandag in De Haan aan Zee. Toeristen zijn grotendeels naar huis. We kunnen weer iets ruimer ademhalen, ook al omdat de temperatuur wat verlaagd is en de windsterkte verhoogt. In het duinbos bloeit al volop de meidoorn. Pluktijd dus, want deze bloesem hoort bij mijn toptien van geneeskrachtige planten. Ook de rimpelroos begint al te bloeien. De vettige bloemblaadjes zijn gemakkelijk te plukken en verspreiden dezelfde zoete geur als de medicinale Rosa gallica, de apothekersroos. Ik gebruik ze dan ook om een siroop te maken.

Het best te gebruiken is de Meidoorn voor het ouderdomshart of om de gevolgen van een hartinfarct te verminderen. Verder is de plant ook nuttig bij een verhoogde bloeddruk dan eventueel combineren met de vochtafdrijvende Guldenroede of bij ritmestoornissen, dan is een mengsel met Citroenmelisse of Hartgespan zeer geschikt. Door zijn versterkende werking op de hartspier is de plant ook te gebruiken bij duursporten. Geen echt pepmiddel maar het verbetert de zuurstofvoorziening naar je hartspier, waardoor je een inspanning iets langer kan volhouden.


Of om Dr. Leclerc te citeren: 'Sa pro­priété capitale est de tonifier le cœur et d'exercer en même temps sur les yaisseaux une action régulatrice par l'équilibre qu'elle établit entre la pression sanguine et la force de l'impulsion cardiaque : elle rend plus efficace, plus durable le relèvement du cœur par la diminution de l'éréthisme vascu­laire, elle favorise ou, tout ou moins, soutient l'élan de l'organe central de la circulation'. Précis de phytothérapie'

Nog even langs het strand lopend zie ik dat er niet alleen veel volk maar ook veel blaaswier aangespoeld is. Het zeewier is vermengd met zand maar ook doorweven met restjes touw, wel mooi maar niet echt om op te eten.

http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/alternatief/23071-meidoorn-beschermer-van-hart-en-huis.html
https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/crataegus-laevigata-meidoorn

maandag, april 25, 2011

Meeuwen zijn geen planten

Ik woon nu eenmaal aan zee en dus kan ik niet naast de meeuwen kijken. Niet dat ze mij lastig vallen, integendeel het is wel genieten van die grote vogelbeesten, al vervuilen ze wel eens mijn wilde, eetbare planten met plassen van witte stront.

Een leerrijk, beetje schools lesje dan maar.
Meeuwen zijn typische kolonievogels. Traditioneel broe­den ze samen in duingebieden en schorren. Ze voeden zich met mossels, kokkels, krabbetjes, visjes, ... Door de toenemende menselijke activiteit aan de kust de voorbije eeuw verdwenen hun natuurlijke broedgebieden en raakten ze steeds meer in de verdrukking. Omdat er geen andere open ruimte is, pasten de meeu­wen zich aan. Ze vinden de mens overigens best wel een handige buur, wat bij bewoners en toeristen soms tot ergernis leidt. Anderzijds kunnen de mensen de wervelende luchtacrobatie van de meeuwen nu ook van dichtbij bewonderen: ze brengen de natuur binnen in de achtertuin.

Niet meer meeuwen
Het gevoel bestaat dat het aantal meeuwen alsmaar toe­neemt. De cijfers spreken dit echter tegen. Over de lands­grenzen heen kenden de kokmeeuw en de zilvermeeuw zo'n tien tot twintig jaar geleden hun hoogtepunt. Sinds een vijftal jaar neemt de meeuwenpopulatie ook in België af.
Een stijging van de totale meeuwenpopulatie wordt niet verwacht. Toch kunnen deze luchtacrobaten af en toe wat hinder veroorzaken, niet doordat er plots méér zouden zijn, maar doordat ze noodgedwongen dichter bij de mens zijn gaan broeden. Het aantal resterende semi-natuurlijke broedgebieden slinkt immers zienderogen. De meeuwen zoeken daarom alternatieve nestgelegenheid. In het stedelijke gebied broeden ze voortaan boven op gebouwen. Ze vinden er bovendien ook voedsel.
Storende trekjes maken de meeuwen van tijd tot tijd minder sympathiek, maar gedragen wij ons wel altijd gepast?

Soorten meeuwen
De meest voorkomende meeuwensoorten aan onze kust zijn de zilvermeeuw, Larus argentatus, de kokmeeuw, Larus ridibundus, de kleine mantelmeeuw Larus fuscus, de stormmeeuw, Larus canus en de grote mantelmeeuw, Larus marinus.
Met wat geluk kan je ook de dwergmeeuw ILarus minutus) of de visdief ISterna hirundol zien, evenals de zwartkop-meeuw (Larus melanocephalus], de geelpootmeeuw (Larus michaheüis] en de drieteenmeeuw (Rissa tridactyla].

Sinds 1993 broedt de zilvermeeuw boven op de daken in de Oostendse regio, sinds 1999 ook de kleine mantelmeeuw. In hun zoektocht naar nieuwe broed-gebieden vonden de vogels de gebouwen in het centrum van Oostende en in de stadsrand (boven op loodsen of op de Vismijn) een aantrekkelijk alternatief. Sinds 2005 komen ook broedgevallen voor boven op daken in de Zeebrugse voorhaven.
Onderzoekers stellen een trage, maar gestage toe­name vast van het aantal zogenaamde dakbroeders. Als nestplaats vormen de daken in de stad natuurlijk een vrij goed al­ternatief: de meeuwen kunnen er ongestoord nestelen en zijn er onbereikbaar voor roofdieren als ratten of vossen. Of de ruimte bovenop de daken voldoende is voor een herlokalisatie van alle verdrongen meeuwen, zal de toekomst uitwijzen.

Stiekem geniet ik wel van het feit dat zulke beesten net zoals de vossen zich kunnen aanpassen en profiteren van de mensen.

Zat van het jonge blad

Cercis siliquastrum / Judasboom

Nu is er in de natuur immens veel te beleven. 

Fluitenkruid vrolijkt donkere bosranden op, 
glimmend en geurend populierblad laat het bos naar koele kerken ruiken, 
zoete meidoornbloesem verzacht mijn hart 
en dan is er nog de Chinese schoonheid van de jonge Cercis. 
Cercis siliquastrum ook dat is gewoon een boom, wel met een ongelukkige Nederlandse naam Judasboom.

Crataegus / Meidoorn

zondag, april 24, 2011

Tussen het fluitenkruid

Het fluitenkruid bloeit. Gebruiken doe ik het zelf weinig, er van genieten des te meer. Door sommigen wordt het ook culinair hooglijk gewaardeerd. Richard Mabey schrijft 'U moet fluitenkruid meteen plukken als de stengels genoeg ont­wikkeld zijn om ze te kunnen determineren. Later in het jaar wor­den ze nogal bitter. Ze kunnen goed gedroogd worden; pluk er dus genoeg van voor het hele seizoen en ook voor vers gebruik. Fluitekruid is een erg veelzijdig keukenkruid, zegt hij ; kleine hoeveelhe­den geven de meeste slasoorten een levendig smaakje, vooral aard­appel-, tomaten- en komkommersla. Het is ook een goede smaakgever voor sperciebonen en kruidenomeletten'. Eetbaar is het dus wel, in de betekenis van niet-giftig, bitter is het ook niet maar toch is de smaak mij te....groen maar voor andere smaakpapillen het proberen waard. Ook de bloemschermen zijn eetbaar. Eén probleem: vergis je niet met andere, wel veel zeldzamere schermbloemigen zoals hondspeterselie en dolle kervel. Je hoort het al aan hun naam, die voorspellen niet veel goeds. Determineren dus! De naam fluitenkruid verwijst naar de holle stengels waar we als kind fluitjes van maakten. Geneeskrachtig is er weinig over bekend, de zaden zouden volgens Kleyn vroeger bij chronisch eczeem en klierziekten gebruikt geweest zijn. En ons aller Dodonaeus schrijft 'Dese wilde Eppe ende sonderlinghe die wortelen daer af/ sijn werm ende drooge tot in den derden graedt. Die wortelen van dese Wilde eppe in den mont ghehouwen ende geknout versueten die pijne ende weedom van den tanden/ ende trecken veel vochticheden uut den hoofde'. En dat heb ik nog niet uitgeprobeerd.

Holandiagids voor eetbare planten in de natuur. Richard Mabey

donderdag, april 21, 2011

Klaproos

Vandaag witte donderdag, mijn eerste klaproos van het jaar gezien. Wel langs een drukke weg met supermarkten, garages en andere lelijke gebouwen. Dan was mijn eerste klaproos van vorig jaar wel veel romantischer, want in mijn Franse kruidendorp Bellegarde-en-Diois. Of nog indrukwekkender de Franse graanvelden vorig jaar vol van rode gloed. Ik ben er toen nog speciaal voor omgereden om ze te bewonderen en in te verdrinken. Misschien kan ik daar over veertien dagen dwalend langs Franse wegen weer volop van genieten.


 De bloedrode kollebloem hoort toch echt bij ons mensen. 'Ze laat haar roode bloemen, in het golvend gele graan, als brandend heete passie, in gouden wereld staan." zong ooit een dichter. En dus blijkbaar niet alleen in een 'gouden wereld' maar ook in de hedendaagse hete heksenketel van het verkeer vrolijken de klaprozen even de grauwe wereld op.


De kollebloemen van Vlaanderen  (1919)
Vlaanderens hart bloedt in zijn kollebloemen open,
tussen de kruisjes door, die, rij naast rij geplant,
het simpel teeken zijn, waaronder wij steeds hoopen,
dat onze milde dood de vree werd voor dit land.

Lees ook mijn artikel op info.nu: http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/taal/32206-in-de-naam-van-klaproos.html

woensdag, april 20, 2011

Engelwortel langs de Schelde

De laatste les van de cursus 'Help jezelf met kruiden' in Zevergem. Zoals gewoonlijk verken ik enkele uren voor het begin van cursus de omgeving. Ik wandel vanaf de kerk via veldwegen richting Schelde. Het bloeiend fluitekruid verandert de boerse wegkanten in witte wulpse weilanden. Wat wil je ook met zo'n naam!


 Ook de smeerwortel bloeit, al ziet hij er met zijn afhangende gekrulde bloeiwijze heel wat serieuzer uit. En terecht zou ik zeggen, het is nu eenmaal een degelijk geneeskrachtig kruid, die met zijn slijmstoffen en allantoïne gekwetste huid en versleten gewrichten kan ondersteunen. We zullen dan ook vanavond een stevige tinctuur maken van de zwarte wortel.
Ik wandel verder en zie plots in de verte als een fata morgana een groot schip door het bos varen. De onzichtbare Schelde dus. Door de oude, geïsoleerde meanders zijn er overal vijvers en moerasjes ontstaan, plaatsen waar engelwortel, watermunt en koninginnekruid zich thuis voelen. Overal ontkiemen ook de reuze balsamienen, zo te zien zullen dat duizenden dartel bloeiende planten worden, die helaas onze inheemse flora in de verdrukking brengen. Erg? Ik weet het niet.


De fietsboulevard langs de Schelde wordt met dit warme weer druk bezocht, het is zelf even oppassen om niet aangereden te worden. Een aangename verrassing voor mij zijn de vele en zelfs al bloeiende aartsengelwortels in de stenige bedding van de rivier. Ik breek een stukje stengel af om de aromatische geur op te snuiven, misschien kunnen we vanavond ook wat Angelicalikeur brouwen of gekonfijte stengelsnoepjes maken.

http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/60681-engelwortel-geschiedenis-van-een-kruid.html
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/29054-engelwortel-in-de-oud-noorse-samenleving.html

zondag, april 17, 2011

Kruidig wandelen in Nuth

Wandelen, planten leren kennen en er mee omgaan. Wij leren de natuur kennen en de natuur leert ons kennen! Het is half april, het wielerweekend van de Amstel Gold Race. En ook het tweede weekend van de herboristen opleiding. Deze keer zomaar in Nuth niet ver van Valkenburg in het Zuidelijkste puntje van Nederland.

Machtig mooi weer. Dus wandelen we ook wat meer. We vertrekken aan de geklasseerde en gerestaureerde hoeve, het laatste huis van Nuth links van de weg naar Wijnandsrade . Een smalle, eerst nog wat verharde veldweg met mooie meidoornhagen, de meest natuurlijke afsluiting voor de weilanden om de paardjes en de koeien binnen te houden en de wandelaars buiten.

Eind april, de eerste witte bloesem van de meidoorn is reeds geopend, het is dé bloesem tegen ouderdomshart, ritmestoornissen en hoge bloeddruk. Langs en onder de haag vinden we zeer algemene maar nuttige onkruiden zoals zevenblad, hondsdraf en vogelmuur. Allemaal ook te eten, al wandelen hier veel Nuthse mensen met hun hondse huisdieren. Toch wat uitkijken bij het plukken. 


Over meidoorn: 

woensdag, april 13, 2011

Citroenverbena tegen hoofdluis

A recent study suggests that essential oils may effectively treat head lice.
Lice are small insects that feed on the blood of their hosts. When they attach to human heads, they can be visible near the edges of the scalp and produce eggs that hatch and thus multiply the number of lice. Lice may cause severe itching and are easily spread.
Researchers in Argentina evaluated the effectiveness of 25 Argentinean essential oils on permethrin-resistant head lice. Permethrin is a common chemical used in a cream or liquid form to kill head lice. The authors noted that there is an increasing need for alternative lice treatments as lice populations are becoming resistant to the traditional chemical treatments.
The researchers found that the most effective essential oils were that of Cinnamomum porphyrium, which belongs to theCinnamomum genus of evergreen shrubs and trees that produce the cinnamon spice, Aloysia citriodora, which is also known as lemon verbena and finally Myrcianthes pseudomato of the Myrtaceae family.
The authors concluded that the results of this study suggest that the essential oils of Cinnamomum porphyrium, Aloysia citriodora andMyrcianthes pseudomato should be incorporated into products to treat head lice; however, additional research is necessary before conclusions can be made. In addition to the species evaluated in this study, quassia, which is native to Jamaica and its neighboring islands, has also shown potential for the treatment of head lice. However, evidence is currently unclear as to whether it is effective.

References
Natural Standard: The Authority on Integrative Medicine. www.naturalstandard.com
Toloza AC, Zygadlo J, Biurrun F, et al. Bioactivity of Argentinean essential oils against permethrin-resistant head lice, Pediculus humanus capitis. J Insect Sci. 2010;10:185. View Abstract

dinsdag, april 12, 2011

Zonsondergang


Wat is dat met zonsondergangen boven zee?
 Miljoenen malen bekeken en gefotografeerd. 
Cliché tot en met. 
En toch?!

maandag, april 11, 2011

Zaden verzamelen


We besnuffelen en sorteren de zakjes met zaden die we vorig jaar in onze Franse 'jardin des simples' verzameld hebben. Deze zaadjes zullen in Bellegarde nu, zonder mij, aan het ontkiemen zijn. Hopelijk wel. Dat zal ik begin Mei tijdens onze kruidenstage pas goed kunnen beoordelen.

Ondertussen probeer ik hier in De Haan toch al wat in potjes voor te zaaien. Restjes ouder zaad, vooral van éénjarigen meng ik maar door mekaar en laat ik door de zeewind zelf uit zaaien.

Geluk ligt in een klein zaadje.



Een lijst(je)
  • Slaapmutsje, éénjarig oranje bloeiend papavertje met kalmerende werking.
  • Wede, tweejarige verfstofplant waarvan de gele mosterdzaadachtige bloemen ook goed te eten zijn.
  • Zegekruid, eenjarige nachtschade-achtige met decoratieve zaaddozen
  • Bolderik, eenjarig en zeldzaam akkeronkruid met giftige zaden.
  • Juffertje in 't groen, bekend eenjarig vrolijk sierplantje, waarvan de zaden als specerij te gebruiken zijn
  • Bilzekruid, nog zo'n geheimzinnige en giftige éénjarige, voor mijn heksenzalf
  • Hoornpapaver gele, groeit graag in de geërodeerde grond van de Franse Drôme, moet het dus ook wel doen in de Haanse duinen
  • Nigelle of Zwarte komijn, specerij en geneeskrachtig zaadje, waar zowel een vette als etherische olie uit gewonnen wordt
Agrostemma githago - Nielle des blés - Bolderik - Gewöhnliche Kornrade - Corn Cockle 
Originaire de la Méditerranée orientale, elle s'est développée en Europe avec les céréales. Actuellement en forte régression (désherbants). S'élève jusqu'à 1000 m d'altitude. 
Elle était autrefois utilisée dans le traitement des ulcères et contre les parasites intestinaux. Son emploi de nos jours est complètement abandonné car elle contient des saponines vénéneuses. Toxicité : Sa graine noire contient une substance toxique, qui, mélangée au blé, rend le pain dangereux pour la consommation. 


zondag, april 10, 2011

Tulipa tarda

Tulpen zijn ondanks hun grootse geschiedenis, niet mijn favoriete bloemen. Te stijf, te veel en te fel door gecultiveerd, veronderstel ik. Een soort bloempot op een stijf stokske. Tot dat ik dan weer enkele wilde of botanische tulpen mag aanschouwen.Tulipa tarda is er zo eentje. Zij staan nu onder mijn ligusterhaag in het gezelschap van bedstro gezellig te bloeien.

zaterdag, april 09, 2011

Krentenboompje bloeit


Het krentenboompje bloeit!
Kan ik nu de tijd stoppen, 
mijn longen vol lucht zuigen en 
op houden met ademen?

vrijdag, april 08, 2011

Zevergem zwevend gedicht


Het licht filtert zacht violet, het ruikt er
naar andoorn en vochtige kleren.
De wind bladert zacht door de bomen. 
Je slaat een arm om een boom
voelt de groeven van jaren stilzwijgen.
Alsof hij geheimen vertelt die bewaard
moeten blijven tussen kapel en kasteel
(Lut De Block)



En hondsdraf koestert zich in mijn
geurend geheugen van een verleden tijd

Morgen is er weer
een mateloze dag.



dinsdag, april 05, 2011

Zeewier tegen radioactieve straling

Planten tegen radioactiviteit, natuurlijk moeten we dan aan zeewier denken. Als ze dan maar niet geoogst zijn in de buurt van Fukoshima. Hier dan wat de Amerikaanse herborist Michael Tierra er over zegt.

Kombu Seaweed (Laminaria japonica)

The Japanese are probably among the world’s main consumers of edible seaweeds. We in the West are familiar with nori seaweed as the outer wrapper of sushi and various other seaweeds used as a stock in miso soup. The most well known seaweed is kelp, known in Japanese as kombu. I’m not sure how much research is available to back up these claims, but it is widely understood that kelp’s alginates offer the best protection from radiation and environmental pollutants. Alginates bind with heavy metals and radioactive substances and prepare them for excretion from the body.


Chlorella (Chlorella pyrenoidosa)
According to my colleague Roy Upton, line director of Planetary Formulas and director of the American Herbal Pharmacopeia, chlorella was first developed by the Japanese as an antidote and treatment against atomic radiation. This makes it one of the best nutritional supplements to take for the prevention and treatment from radiation exposure. While iodine pills primarily affect the thyroid gland, these supplements are of great health benefit to the whole body.
By exploring these herbs and supplements, we can at least turn a tragedy into an opportunity to enhance our health in all ways, including offsetting the recent threat of radiation from failed nuclear power sites in Japan.

zondag, april 03, 2011

Hauthem, landschap van mijn jeugd

We vertrekken aan de elektriciteitscabine in Sint Katelijne Hauthem. Zwaar bewolkt en zelfs wat regen op deze Ronde van Vlaanderendag.

We wandelen de kasseiberg af, dé berg waar ik waarschijnlijk mijn hedendaagse conditie aan te danken heb. Eindeloos hebben we hier koersrondjes gedraaid. Maar nu komen ik en de anderen toch voornamelijk voor de plantjes. Wij draaien dus geen rondjes in het dorp, maar slaan links af het veld in, langs de al groene graanakkers, de ideale plaats voor onze akkerkruiden. De lichtgroene, dartele klaproosrosetten zijn al overvloedig aanwezig, herderstasje is ook van de partij.
We steken de 'grote' weg Hoegaarden - Meldert over en duiken dan wat verder een holle weg in. Zoete kers in witte bloei, meidoorn in blad en bloemknop, vlier en els markeren de weg en de akker. Als onderbegroeiing zijn er de alom aanwezige kiemplantjes van het kleefkruid, hondsdraf en ereprijsjes, niks bijzonders, maar toch, het bijzondere van het gewone. En overal ook de warrige zaadpluizen van de liaan uit de holle wegen, de bosrank.

We dalen verder en komen bij Rosdel. Het Schoor noemden mijn ouders het acht en vijftig jaar geleden. Als kind mochten we of moesten we mee naar den akker, naar het verzorgen en oogsten van het graan in het vochtige schoorland. Als zevenjarige moesten we niet echt mee helpen, maar mochten langs de rand van het veld wat aan rommelen. Gelukkig was er een spannend beekje, waar kikkers, dikkoppen en ander 'on'gedierte ons bezig hielden. Het was een vanzelfsprekende vorm van kinderopvang met de natuur als oppas.

Nu wandelen we verder richting L'Ecluse, ja in 't Frans, we wandelen op de taalgrens. Het mooiste stukje van de wandeling. Rechts vochtig grasland, moeras, vijvers met riet en slanke sleutelbloem en links de holle weg. Geborgen voel ik mij hier altijd wel een beetje, baarmoeder zeker. De vruchtbaarheid van babyplantjes is hier ook het grootst. We vinden nieuwe scheuten van de heggerank, die met enig geduld zijn zoekende hechtranken rond je ringvinger draait. Huwelijk van mens en natuur! Dat zou mooi zijn.

We vinden nog andere plantjes, de dubbele blaadjes van het dalkruid, al zou het ook de keverorchis kunnen zijn. Dalkruid zou alleen in oude bossen groeien en oud bos lijkt dit gebied toch niet. Nog eens terug komen zeker.
We verlaten de holle weg, weer tussen de akkers, langs de rand waar klaproosrosetten maar ook stevig walstrogroen, waarschijnlijk glad walstro, groeit. Een gladde stengel heeft het in elk geval in tegenstelling met zijn familielid het kleefkruid. Ook de wollige steeltjes van een ander familielid het kruisbladwalstro vinden we hier. 
We draaien nu naar de andere kant van het moerassige Rosdel en wandelen zo terug naar mijn heimwee-akkertje. Wordt vervolgd.


vrijdag, april 01, 2011

Kruidenvrouwen

Geneeskruiden zijn in het verleden altijd wel iets geweest voor  vrouwen. Ook vandaag merk ik in mijn eigen cursussen dat vooral vrouwen de meeste belangstelling voor kruiden aan de dag leggen.  Een reflectie over enkele kruidenvrouwen in mijn herboristenleven.

Mellie Uyldert
Ik heb altijd wel iets gehad met oudere vrouwen, lees wijze vrouwen, lees kruidenvrouwen en ik heb het dan niet over eigen vrouw of vriendin. Mijn eerste kennismaking met kruiden, was dank zij het boek ‘De taal der kruiden’ van Uyldert. Mellie Uyldert, zij is ondertussen overleden maar is wel honderd jaar geworden. Geëerd en vergruisd is ze allebei wel geweest. Maar ik zal haar spiritueel gevoel voor planten onthouden. Citaat 'Wie is het die de taal der kruiden verstaat? Haastige voetstappen gaan over de weg, het stof waait over de frisse blaadjes van de weegbree, over de rosetten van de paardenbloem.....De regen valt en wast de blaadjes weer schoon. Haastig gaan de mensen voorbij, gevangen in hun gedachten... Mellie Uyldert romantisch ouderwets maar mooi. Boeken om te lezen: De taal der kruiden en Plantenzielen.

Maria Treben
Een andere beroemde kruidenvrouw, ook al enkele jaren overleden, is de Oostenrijkse Maria Treben, van ‘Gottes Apotheke’. Niet direct mijn lievelingskruidenvrouw maar toch een eigen wijze dame, die veel mensen terug op het kruidenpad heeft gebracht. Al was dat soms wel op een bijzonder naïeve manier. Ze propageerde ook een oud middel de zogenaamde Zweedse kruiden, die vooral samengesteld is uit een aantal bitterstofplanten en laxeerkruiden, een kruidenmengsel dat ook nu nog populair is, maar waar ik persoonlijk wel wat twijfels over heb. Boek om te lezen: Gezondheid uit de apotheek van God.

Hildegard von Bingen
Nog veel verder terug, en dus zeker geen persoonlijke kennis, was er abdis Hildegard van Bingen.  Zij heeft, volgens de overlevering, veel merkwaardige kruideninformatie rechtstreeks van God door gestraald gekregen. En daar ben ik altijd een beetje jaloers op. Rechtstreekse informatie uit de hand van de schepper zelf ontvangen lijkt me wel het summum. Een bijzondere vrouw moet het wel geweest zijn, maar om die merkwaardige middelen nu opnieuw te gebruiken gaat mij echt wel te ver.


Andere kruidenvrouwen
Nog een vrouw, misschien ook geen echte oudere vrouw (ze moeten wel 30 jaar ouder zijn dan ik, om aan mijn oudere vrouwendefinitie te voldoen) en daarbij is ze misschien nog in leven ook en dus moet ik zien wat ik zeg. Gelukkig ben ik ook haar naam vergeten, Met deze mevrouw heb ik nog samen voordrachten gegeven in de kruidenhoeve, ook al weer 20 jaar geleden.
De oudere vrouwen blijven mijn hersens binnen stromen. Er is of was heel lang geleden, ene Mevrouw Veltman, uitbaatster van het kleinste makrobiotische restaurant van Europa in de Nederlandse stad Breda. Zowat 35 jaar geleden heb ik in dat restaurantje mijn tong nog verneteld aan een soep met gesnipperde verse brandnetels ‘op de wijze van peterselie’. En ik bezit nog altijd de Prismapocket 1655 ‘Eetbare gewassen’ over wild voedsel, dat ze samen met haar man had geschreven.
En dan vergeet ik nog bijna Klazien van Schalk en de 'jongere' kruidenvrouwen zoals Winifried van Killegem en Daniëlle Houbrechts. Misschien moet ik ooit eens een boek schrijven over al die wijze en onwijze kruidenvrouwen in mijn leven. En wat dan met de kruidenmannen?

Info kruidenboeken
Von Bingen Hildegard. Psysica: over de natuur.
Von Bingen Hildegard. Causae et Curae: over de geneeskunst.
Treben Maria. Gezondheid uit de apotheek van God. Ennsthaler.
Uyldert Mellie. De taal der kruiden.
Veltman. Eetbare gewassen. Prismapocket
Van Killegem Winifried.De kracht van specerijen.
Houbrechts Daniëlle. Wilde kruidentuinen e.a.

http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/biografie/42216-mellie-uyldert-en-de-taal-der-kruiden.html

maandag, maart 28, 2011

Doornappels in een braaf landschap

Zo maar een wandeling met mijn 'bende'. Een voorbereiding op onze jaarlijkse Alpenreis. Het Argendaalpad  in de buurt van Kortrijk. De wandelroute verkent de landelijke omgeving van Bellegem.
Gelegen op een hoogte tussen Leie en Schelde wordt dit rurale gebied gekenmerkt door een golvend landschap met vergezichten. Toch vooral landbouwgebied met hier en daar bosjes, die spijtig genoeg opgevuld worden met villa's, die proberen te imponeren. Verder zijn er wat mooie, gerestaureerde hoeves te bewonderen.

Resten (stoppels) van mais en andere granen stofferen de akkers, toch zijn er ook al wat groene graanrijtjes te genieten. Herboristische plantengroei is er niet veel aanwezig, we vinden wel, verrassend, nog een rij statige droogresten van doornappels. Ik heb toch maar wat zwarte zaadjes uit de nog steeds stekelige 'doornappels' geschud, een herborist moet toch wat meehelpen aan de verdere verspreiding van dit soort sjamanistische planten. Daar zijn herboristen toch voor.

Wat verder zijn het de imponerende bloemknotsen van het groot hoefblad die het landschap stofferen. Het lijkt wel een groep purperorchissen, maar moest dat zo zijn, dan zou er al lang een reservaathek omheen geplaatst zijn.
Ik ben in elk geval meer dan tevreden met deze Petasites hybridus. In de kruidengeneeskunde worden ze al eeuwenlang gebruikt als een spasmolytische pijnstiller, bij menstruatieklachten, hoofdpijn maar nu vooral bij hooikoorts.

Zijn tegendraadse groei, de bloemen zijn er voor het blad, was de aanleiding tot de Middeleeuwse naam Filiae ante Patrem, zonen voor vaders. Andere vreemde namen waren pestwortel omdat hij zo woekerend groeit of omdat hij vroeger tegen de pest gebruikt werd. Al in het kruidboek van Dodonaeus werd Hoefblad pestillentiewortel genoemd. Dodoens schrijft: 'Pestilentie wortel ghedroogt, ghepoedert en met wijn gedroncken is een seer costelijke medecijne tegen die pestilentie .... zij doet den mensche zweeten...
De wetenschappelijke naam petasites verwijst mogelijk ook naar de pest, al is het meer waarschijnlijk dat het woord afkomstig is van petasos, Grieks voor breedgerande hoed.

zaterdag, maart 26, 2011

Rheum palmatum


Zo ziet de Rheum palmatum er op dit ogenblik uit in mijn tuintje. Gebalde knopkracht. ik kan me voorstellen dat de mensen vroeger aan deze plant bijzondere kwaliteiten toeschreven. De Latijnse naam rheum van 'rhein', is vloeiend of stromend, verwijst naar de vloeibaar-makende, zeg maar laxerende werking van de wortel. Met 'rabarbar' werd de afkomst van de plant aangeduid, aangevoerd van ver weg, uit het land der barbaren.


Paasbloemen aan zee


Ik kon het niet laten. Heb toch maar eens een vrolijk veldje narcissen gefotografeerd in het park van De Haan. Paasbloemen aan zee! Het moet kunnen. En hebben die klassieke bloemen ook nog enige medicinale werking? Dat laat ik even in het midden. Ten andere, gele bloemen in het voorjaar zijn op zich al depressie verdrijvend.

http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC1198526/
http://ukpmc.ac.uk/abstract/MED/11683132

vrijdag, maart 25, 2011

Geneeskracht uit het oerwoud

Nicole Maxwell
Geneeskracht uit het oerwoud van Nicole Maxwell. Ik kocht de Nederlandstalige uitgave van 'Witch doctors apprentice', zoals de originele uitgave noemt, in 1977, was zelf toen 33 jaar jong en al een 5 tal jaar met alternatieve geneeskunde bezig. Het was het eerste etnobotanische boek dat ik las en de spannende avontuurlijke manier waarop het geschreven was, sprak met erg aan.

Het boek van Maxwell is me altijd wel bijgebleven, vooral dan de straffe verhalen over bloedstelpende, aborterende, potentieverhogende en anticonceptie kruiden spraken me sterk aan, maar deden me tezelfdertijd ook wel twijfelen aan het waarheidsgehalte van dit boek. Toch werden er zoveel feitelijke gegevens vermeld, namen van planten bijvoorbeeld, waardoor ik dit boek toch moeilijk alleen maar als een soort avonturenroman kon beschouwen.

Met het vele verhuizen in de loop van de jaren, was het boek 'Geneeskracht uit het oerwoud' blijkbaar verloren gegaan. Ik kon het tenminste niet meer terug vinden, tot dat ik het boek enkele weken geleden in een van de nog opgeslagen kartonnen dozen terug vond. En dus was ik weer in de gelegenheid om het boek, nu zowat 30 jaar later, opnieuw te lezen en te bestuderen.

Kon ik de vele vreemde, mij onbekende planten vroeger moeilijk detecteren, dan was het nu door mijn eigen grotere kennis en met de hulp van Google gemakkelijker om sommige planten op te sporen. Ook de schrijfster Nicole Maxwell was te googelen en ook dat was geen ontgoocheling. Een vrouw met heel wat levens, eerst een cultureel leven als balletdanseres in Parijs, na 12 jaar huwelijk met een Air Force officer scheidde ze en trok naar vrienden in Bolivia, waar ze belangstelling kreeg voor de inheemse stammen van het Amazonegebied. Op een van die avontuurlijke reizen verwonde ze zich met een machete, een ernstige verwonding die wonderbaarlijk snel genas met behulp van het sap van een donkerrode boom. Van toen af ging ze op zoek naar de geneeskracht uit het oerwoud. Ondernam verschillende expeditie ook voor een farmaceutische firma op zoek naar nieuwe medicijnen. Een bijzondere vrouw met een lang leven vol van avontuur, die in 1998 op 92 jarige leeftijd overleed.

Citaat uit 'Geneeskracht uit het oerwoud'
Voor mij vertegenwoordigde elke plant de persoon van wie ik hem had gekregen.
Ik maakte de plantenpers open. Ik was er trots op hoe de planten er uit­zagen. Niemand zou ooit vermoed hebben dat zij maanden lang waren meegesleept op een reis door woest terrein onder vochtige omstandig­heden.................Volgens mijn instructies moest ik in mijn verslag niet alleen de plaats van oorsprong, een algemene be­schrijving, het bodemtype waarop hij groeide en het klimaat vermelden, maar ook de naam van de plant. Dat was een probleem, omdat ik veel van de namen niet anders had gehoord dan in een of andere inlandse taal.

Twee van de planten waren wetenschappelijk gedetermineerd door een Peruviaanse botanicus die een paar dagen in het hotel doorbracht. Ik dacht dat ze tot de groep meer belangrijke medicijnen behoorden. De Indra, die Hilario beschouwde als het enige behoorlijke en beschaafde middel om een pijnlijke tand te verwijderen, was geïdentificeerd als een Moracea Clorophora tinctoria L. Gaud. En de sangre de grado, die via de mond ingenomen interne bloedingen stopt en bij extern gebruik won­den ontsmet en het bloeden stelpt, was een Euphorbiacea, Croton salutaris. Ik had het blad papier nog waarop de bo­tanicus de namen had geschreven voordat hij zich naar een afspraak haastte. Ongelukkigerwijs had ik hem daarna niet meer gezien. 

Jaren later
Ondertussen vele jaren later is de sangre de grado een gewaardeerd geneesmiddel geworden in verschillende landen en is uit wetenschappelijk onderzoek gebleken dat de plant anti-bacteriële en wondhelende eigenschappen heeft. Ook het fisethout of fustiek, zoals de Clorophora ook wel genoemd word, is opnieuw in gebruik maar dan wel als verfstofplant.
Het boek 'Geneeskracht uit het oerwoud' blijkt dan toch meer te zijn dan een spannende avonturenroman.

Wat wetenschappelijk onderzoek
Chen ZP, Cai Y, Phillipson JD. Studies on the anti-tumour, anti-bacterial, and wound-healing properties of dragon's blood. Planta Med 1994;60:541-5.
Desmarchelier C, Witting Schaus F, Coussio J, Cicca G. Effects of Sangre de Drago from Croton lechleri Muell.-Arg. on the production of active oxygen radicals. J Ethnopharmacol 1997;58:103-8.
J Altern Complement Med. 2003 Dec;9(6):877-96. Review of sangre de drago (Croton lechleri)--a South American tree sap in the treatment of diarrhea, inflammation, insect bites, viral infections, and wounds: traditional uses to clinical research. Jones K.