zaterdag, april 30, 2011

Bij Ecoflora

Cursusdag bij Ecoflora. We bespreken de planten in potjes van A tot Z. De eerste plant is Achillea ptarmica, Bertramwortel of Wilde bertram en de tweede Achillea millefolium, Echt duizendblad, bij de A vinden we verder nog Aconitum en Alchemilla en verderop ook Arnica montana en Artemisia. Een overvloed aan planten met een overvloed aan betekenis. Genoeg verhaal om een hele dag te vullen.

Een verhaal van Dodoens, de oervader der herboristen, over die wilde bertram. Hij schrijft dat het goed is ' tegen de killende tanden, die van de te onmatighe kouwe veroorzaect zijn'. Hij noemt het dan ook tantcruyt'. En zelfs wilde dragon, mogelijk omwille van de vorm van het blad. 'Die bloemen van desen cruyde voor die nuese ghehouwen ende gheroken doen niesen ende daer om heet dit cruyt Ptarmice ende Sternutamentaria, dat es Niescruyt'. En volgens Dodoens is Wilde bertram ook goed tegen blauwe plekken en kneuzingen. Hij zegt dat 'die bladeren gruen ghestooten verdrijven die blauw gheslaghen ghevallen oft ghestooten plecken ende doen dat gheronnen bloet sceyden/ op die plaetse die ghequetst es'.

En er zijn natuurlijk ook mensen die de verhalen moeten aanhoren. Hopelijk worden ze daar allemaal een beetje wijzer en gelukkiger van.

Mijn verhalen over enkele van deze kruiden vind je op
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/alternatief/22839-artemisia-de-grijze-tover-in-de-tuin.html
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/taal/23556-in-de-naam-van-duizendblad.html
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/natuurgeneeswijze/34569-arnica-of-valkruid.html
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/alternatief/23198-vrouwenmantel-thee-uit-de-tuin.html

http://www.ecoflora.be/

dinsdag, april 26, 2011

Weegbree

Grote en Smalle weegbree / ets Dirk Van Gelder
Op zoek naar gedichten over kruiden, ontdekte ik deze ets van Dirk Van Gelder en dit gedicht van Arthur van Schendel over

Weegbree 

Ik had een wens toen ‘k naast een weegbree zat. 
Men zegt dat een geduldig zieltje, van 
De minnaar eens verlaten, in dit plantje 
Haar woning vond aan alle ’s Heren wegen 
En wachten mocht op de Verdwaalde, en dat zij 
Een ieder die een schat verloren had 
En zocht en vroeg, terechtwees naar zijn heil, 
En bovenal was zij weldadig voor 
De blindeman, die tastte met zijn stok. 
Als die de bloem, die uit haar woning rees, 
Maar raakte met de hand, zag hij in donker 
En vond gewis de weg naar huis terug. 
Het is maar volksgeloof, voor kindren, voor 
Onnoozlen, maar de weegbree is mij dierbaar. 

En ook mij is de weegbree dierbaar, dat onkruid, die tredplant, die masochistische plant, die beter groeit naar gelang hij meer vertrapt wordt, die plant die mij voor het eerst liet kennis maken met de geneeskracht van de natuur.

https://sites.google.com/site/kruidwis/poezie/weegbree

Meidoorn, rozenblaadjes en blaaswier

De dag na paasmaandag in De Haan aan Zee. Toeristen zijn grotendeels naar huis. We kunnen weer iets ruimer ademhalen, ook al omdat de temperatuur wat verlaagd is en de windsterkte verhoogt. In het duinbos bloeit al volop de meidoorn. Pluktijd dus, want deze bloesem hoort bij mijn toptien van geneeskrachtige planten. Ook de rimpelroos begint al te bloeien. De vettige bloemblaadjes zijn gemakkelijk te plukken en verspreiden dezelfde zoete geur als de medicinale Rosa gallica, de apothekersroos. Ik gebruik ze dan ook om een siroop te maken.

Het best te gebruiken is de Meidoorn voor het ouderdomshart of om de gevolgen van een hartinfarct te verminderen. Verder is de plant ook nuttig bij een verhoogde bloeddruk dan eventueel combineren met de vochtafdrijvende Guldenroede of bij ritmestoornissen, dan is een mengsel met Citroenmelisse of Hartgespan zeer geschikt. Door zijn versterkende werking op de hartspier is de plant ook te gebruiken bij duursporten. Geen echt pepmiddel maar het verbetert de zuurstofvoorziening naar je hartspier, waardoor je een inspanning iets langer kan volhouden.


Of om Dr. Leclerc te citeren: 'Sa pro­priété capitale est de tonifier le cœur et d'exercer en même temps sur les yaisseaux une action régulatrice par l'équilibre qu'elle établit entre la pression sanguine et la force de l'impulsion cardiaque : elle rend plus efficace, plus durable le relèvement du cœur par la diminution de l'éréthisme vascu­laire, elle favorise ou, tout ou moins, soutient l'élan de l'organe central de la circulation'. Précis de phytothérapie'

Nog even langs het strand lopend zie ik dat er niet alleen veel volk maar ook veel blaaswier aangespoeld is. Het zeewier is vermengd met zand maar ook doorweven met restjes touw, wel mooi maar niet echt om op te eten.

http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/alternatief/23071-meidoorn-beschermer-van-hart-en-huis.html
https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/crataegus-laevigata-meidoorn

maandag, april 25, 2011

Meeuwen zijn geen planten

Ik woon nu eenmaal aan zee en dus kan ik niet naast de meeuwen kijken. Niet dat ze mij lastig vallen, integendeel het is wel genieten van die grote vogelbeesten, al vervuilen ze wel eens mijn wilde, eetbare planten met plassen van witte stront.

Een leerrijk, beetje schools lesje dan maar.
Meeuwen zijn typische kolonievogels. Traditioneel broe­den ze samen in duingebieden en schorren. Ze voeden zich met mossels, kokkels, krabbetjes, visjes, ... Door de toenemende menselijke activiteit aan de kust de voorbije eeuw verdwenen hun natuurlijke broedgebieden en raakten ze steeds meer in de verdrukking. Omdat er geen andere open ruimte is, pasten de meeu­wen zich aan. Ze vinden de mens overigens best wel een handige buur, wat bij bewoners en toeristen soms tot ergernis leidt. Anderzijds kunnen de mensen de wervelende luchtacrobatie van de meeuwen nu ook van dichtbij bewonderen: ze brengen de natuur binnen in de achtertuin.

Niet meer meeuwen
Het gevoel bestaat dat het aantal meeuwen alsmaar toe­neemt. De cijfers spreken dit echter tegen. Over de lands­grenzen heen kenden de kokmeeuw en de zilvermeeuw zo'n tien tot twintig jaar geleden hun hoogtepunt. Sinds een vijftal jaar neemt de meeuwenpopulatie ook in België af.
Een stijging van de totale meeuwenpopulatie wordt niet verwacht. Toch kunnen deze luchtacrobaten af en toe wat hinder veroorzaken, niet doordat er plots méér zouden zijn, maar doordat ze noodgedwongen dichter bij de mens zijn gaan broeden. Het aantal resterende semi-natuurlijke broedgebieden slinkt immers zienderogen. De meeuwen zoeken daarom alternatieve nestgelegenheid. In het stedelijke gebied broeden ze voortaan boven op gebouwen. Ze vinden er bovendien ook voedsel.
Storende trekjes maken de meeuwen van tijd tot tijd minder sympathiek, maar gedragen wij ons wel altijd gepast?

Soorten meeuwen
De meest voorkomende meeuwensoorten aan onze kust zijn de zilvermeeuw, Larus argentatus, de kokmeeuw, Larus ridibundus, de kleine mantelmeeuw Larus fuscus, de stormmeeuw, Larus canus en de grote mantelmeeuw, Larus marinus.
Met wat geluk kan je ook de dwergmeeuw ILarus minutus) of de visdief ISterna hirundol zien, evenals de zwartkop-meeuw (Larus melanocephalus], de geelpootmeeuw (Larus michaheüis] en de drieteenmeeuw (Rissa tridactyla].

Sinds 1993 broedt de zilvermeeuw boven op de daken in de Oostendse regio, sinds 1999 ook de kleine mantelmeeuw. In hun zoektocht naar nieuwe broed-gebieden vonden de vogels de gebouwen in het centrum van Oostende en in de stadsrand (boven op loodsen of op de Vismijn) een aantrekkelijk alternatief. Sinds 2005 komen ook broedgevallen voor boven op daken in de Zeebrugse voorhaven.
Onderzoekers stellen een trage, maar gestage toe­name vast van het aantal zogenaamde dakbroeders. Als nestplaats vormen de daken in de stad natuurlijk een vrij goed al­ternatief: de meeuwen kunnen er ongestoord nestelen en zijn er onbereikbaar voor roofdieren als ratten of vossen. Of de ruimte bovenop de daken voldoende is voor een herlokalisatie van alle verdrongen meeuwen, zal de toekomst uitwijzen.

Stiekem geniet ik wel van het feit dat zulke beesten net zoals de vossen zich kunnen aanpassen en profiteren van de mensen.

Zat van het jonge blad

Cercis siliquastrum / Judasboom

Nu is er in de natuur immens veel te beleven. 

Fluitenkruid vrolijkt donkere bosranden op, 
glimmend en geurend populierblad laat het bos naar koele kerken ruiken, 
zoete meidoornbloesem verzacht mijn hart 
en dan is er nog de Chinese schoonheid van de jonge Cercis. 
Cercis siliquastrum ook dat is gewoon een boom, wel met een ongelukkige Nederlandse naam Judasboom.

Crataegus / Meidoorn

zondag, april 24, 2011

Tussen het fluitenkruid

Het fluitenkruid bloeit. Gebruiken doe ik het zelf weinig, er van genieten des te meer. Door sommigen wordt het ook culinair hooglijk gewaardeerd. Richard Mabey schrijft 'U moet fluitenkruid meteen plukken als de stengels genoeg ont­wikkeld zijn om ze te kunnen determineren. Later in het jaar wor­den ze nogal bitter. Ze kunnen goed gedroogd worden; pluk er dus genoeg van voor het hele seizoen en ook voor vers gebruik. Fluitekruid is een erg veelzijdig keukenkruid, zegt hij ; kleine hoeveelhe­den geven de meeste slasoorten een levendig smaakje, vooral aard­appel-, tomaten- en komkommersla. Het is ook een goede smaakgever voor sperciebonen en kruidenomeletten'. Eetbaar is het dus wel, in de betekenis van niet-giftig, bitter is het ook niet maar toch is de smaak mij te....groen maar voor andere smaakpapillen het proberen waard. Ook de bloemschermen zijn eetbaar. Eén probleem: vergis je niet met andere, wel veel zeldzamere schermbloemigen zoals hondspeterselie en dolle kervel. Je hoort het al aan hun naam, die voorspellen niet veel goeds. Determineren dus! De naam fluitenkruid verwijst naar de holle stengels waar we als kind fluitjes van maakten. Geneeskrachtig is er weinig over bekend, de zaden zouden volgens Kleyn vroeger bij chronisch eczeem en klierziekten gebruikt geweest zijn. En ons aller Dodonaeus schrijft 'Dese wilde Eppe ende sonderlinghe die wortelen daer af/ sijn werm ende drooge tot in den derden graedt. Die wortelen van dese Wilde eppe in den mont ghehouwen ende geknout versueten die pijne ende weedom van den tanden/ ende trecken veel vochticheden uut den hoofde'. En dat heb ik nog niet uitgeprobeerd.

Holandiagids voor eetbare planten in de natuur. Richard Mabey

donderdag, april 21, 2011

Klaproos

Vandaag witte donderdag, mijn eerste klaproos van het jaar gezien. Wel langs een drukke weg met supermarkten, garages en andere lelijke gebouwen. Dan was mijn eerste klaproos van vorig jaar wel veel romantischer, want in mijn Franse kruidendorp Bellegarde-en-Diois. Of nog indrukwekkender de Franse graanvelden vorig jaar vol van rode gloed. Ik ben er toen nog speciaal voor omgereden om ze te bewonderen en in te verdrinken. Misschien kan ik daar over veertien dagen dwalend langs Franse wegen weer volop van genieten.


 De bloedrode kollebloem hoort toch echt bij ons mensen. 'Ze laat haar roode bloemen, in het golvend gele graan, als brandend heete passie, in gouden wereld staan." zong ooit een dichter. En dus blijkbaar niet alleen in een 'gouden wereld' maar ook in de hedendaagse hete heksenketel van het verkeer vrolijken de klaprozen even de grauwe wereld op.


De kollebloemen van Vlaanderen  (1919)
Vlaanderens hart bloedt in zijn kollebloemen open,
tussen de kruisjes door, die, rij naast rij geplant,
het simpel teeken zijn, waaronder wij steeds hoopen,
dat onze milde dood de vree werd voor dit land.

Lees ook mijn artikel op info.nu: http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/taal/32206-in-de-naam-van-klaproos.html

woensdag, april 20, 2011

Engelwortel langs de Schelde

De laatste les van de cursus 'Help jezelf met kruiden' in Zevergem. Zoals gewoonlijk verken ik enkele uren voor het begin van cursus de omgeving. Ik wandel vanaf de kerk via veldwegen richting Schelde. Het bloeiend fluitekruid verandert de boerse wegkanten in witte wulpse weilanden. Wat wil je ook met zo'n naam!


 Ook de smeerwortel bloeit, al ziet hij er met zijn afhangende gekrulde bloeiwijze heel wat serieuzer uit. En terecht zou ik zeggen, het is nu eenmaal een degelijk geneeskrachtig kruid, die met zijn slijmstoffen en allantoïne gekwetste huid en versleten gewrichten kan ondersteunen. We zullen dan ook vanavond een stevige tinctuur maken van de zwarte wortel.
Ik wandel verder en zie plots in de verte als een fata morgana een groot schip door het bos varen. De onzichtbare Schelde dus. Door de oude, geïsoleerde meanders zijn er overal vijvers en moerasjes ontstaan, plaatsen waar engelwortel, watermunt en koninginnekruid zich thuis voelen. Overal ontkiemen ook de reuze balsamienen, zo te zien zullen dat duizenden dartel bloeiende planten worden, die helaas onze inheemse flora in de verdrukking brengen. Erg? Ik weet het niet.


De fietsboulevard langs de Schelde wordt met dit warme weer druk bezocht, het is zelf even oppassen om niet aangereden te worden. Een aangename verrassing voor mij zijn de vele en zelfs al bloeiende aartsengelwortels in de stenige bedding van de rivier. Ik breek een stukje stengel af om de aromatische geur op te snuiven, misschien kunnen we vanavond ook wat Angelicalikeur brouwen of gekonfijte stengelsnoepjes maken.

http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/60681-engelwortel-geschiedenis-van-een-kruid.html
http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/29054-engelwortel-in-de-oud-noorse-samenleving.html

zondag, april 17, 2011

Kruidig wandelen in Nuth

Wandelen, planten leren kennen en er mee omgaan. Wij leren de natuur kennen en de natuur leert ons kennen! Het is half april, het wielerweekend van de Amstel Gold Race. En ook het tweede weekend van de herboristen opleiding. Deze keer zomaar in Nuth niet ver van Valkenburg in het Zuidelijkste puntje van Nederland.

Machtig mooi weer. Dus wandelen we ook wat meer. We vertrekken aan de geklasseerde en gerestaureerde hoeve, het laatste huis van Nuth links van de weg naar Wijnandsrade . Een smalle, eerst nog wat verharde veldweg met mooie meidoornhagen, de meest natuurlijke afsluiting voor de weilanden om de paardjes en de koeien binnen te houden en de wandelaars buiten.

Eind april, de eerste witte bloesem van de meidoorn is reeds geopend, het is dé bloesem tegen ouderdomshart, ritmestoornissen en hoge bloeddruk. Langs en onder de haag vinden we zeer algemene maar nuttige onkruiden zoals zevenblad, hondsdraf en vogelmuur. Allemaal ook te eten, al wandelen hier veel Nuthse mensen met hun hondse huisdieren. Toch wat uitkijken bij het plukken. 


Over meidoorn: 

woensdag, april 13, 2011

Citroenverbena tegen hoofdluis

A recent study suggests that essential oils may effectively treat head lice.
Lice are small insects that feed on the blood of their hosts. When they attach to human heads, they can be visible near the edges of the scalp and produce eggs that hatch and thus multiply the number of lice. Lice may cause severe itching and are easily spread.
Researchers in Argentina evaluated the effectiveness of 25 Argentinean essential oils on permethrin-resistant head lice. Permethrin is a common chemical used in a cream or liquid form to kill head lice. The authors noted that there is an increasing need for alternative lice treatments as lice populations are becoming resistant to the traditional chemical treatments.
The researchers found that the most effective essential oils were that of Cinnamomum porphyrium, which belongs to theCinnamomum genus of evergreen shrubs and trees that produce the cinnamon spice, Aloysia citriodora, which is also known as lemon verbena and finally Myrcianthes pseudomato of the Myrtaceae family.
The authors concluded that the results of this study suggest that the essential oils of Cinnamomum porphyrium, Aloysia citriodora andMyrcianthes pseudomato should be incorporated into products to treat head lice; however, additional research is necessary before conclusions can be made. In addition to the species evaluated in this study, quassia, which is native to Jamaica and its neighboring islands, has also shown potential for the treatment of head lice. However, evidence is currently unclear as to whether it is effective.

References
Natural Standard: The Authority on Integrative Medicine. www.naturalstandard.com
Toloza AC, Zygadlo J, Biurrun F, et al. Bioactivity of Argentinean essential oils against permethrin-resistant head lice, Pediculus humanus capitis. J Insect Sci. 2010;10:185. View Abstract

dinsdag, april 12, 2011

Zonsondergang


Wat is dat met zonsondergangen boven zee?
 Miljoenen malen bekeken en gefotografeerd. 
Cliché tot en met. 
En toch?!

maandag, april 11, 2011

Zaden verzamelen


We besnuffelen en sorteren de zakjes met zaden die we vorig jaar in onze Franse 'jardin des simples' verzameld hebben. Deze zaadjes zullen in Bellegarde nu, zonder mij, aan het ontkiemen zijn. Hopelijk wel. Dat zal ik begin Mei tijdens onze kruidenstage pas goed kunnen beoordelen.

Ondertussen probeer ik hier in De Haan toch al wat in potjes voor te zaaien. Restjes ouder zaad, vooral van éénjarigen meng ik maar door mekaar en laat ik door de zeewind zelf uit zaaien.

Geluk ligt in een klein zaadje.



Een lijst(je)
  • Slaapmutsje, éénjarig oranje bloeiend papavertje met kalmerende werking.
  • Wede, tweejarige verfstofplant waarvan de gele mosterdzaadachtige bloemen ook goed te eten zijn.
  • Zegekruid, eenjarige nachtschade-achtige met decoratieve zaaddozen
  • Bolderik, eenjarig en zeldzaam akkeronkruid met giftige zaden.
  • Juffertje in 't groen, bekend eenjarig vrolijk sierplantje, waarvan de zaden als specerij te gebruiken zijn
  • Bilzekruid, nog zo'n geheimzinnige en giftige éénjarige, voor mijn heksenzalf
  • Hoornpapaver gele, groeit graag in de geërodeerde grond van de Franse Drôme, moet het dus ook wel doen in de Haanse duinen
  • Nigelle of Zwarte komijn, specerij en geneeskrachtig zaadje, waar zowel een vette als etherische olie uit gewonnen wordt
Agrostemma githago - Nielle des blés - Bolderik - Gewöhnliche Kornrade - Corn Cockle 
Originaire de la Méditerranée orientale, elle s'est développée en Europe avec les céréales. Actuellement en forte régression (désherbants). S'élève jusqu'à 1000 m d'altitude. 
Elle était autrefois utilisée dans le traitement des ulcères et contre les parasites intestinaux. Son emploi de nos jours est complètement abandonné car elle contient des saponines vénéneuses. Toxicité : Sa graine noire contient une substance toxique, qui, mélangée au blé, rend le pain dangereux pour la consommation. 


zondag, april 10, 2011

Tulipa tarda

Tulpen zijn ondanks hun grootse geschiedenis, niet mijn favoriete bloemen. Te stijf, te veel en te fel door gecultiveerd, veronderstel ik. Een soort bloempot op een stijf stokske. Tot dat ik dan weer enkele wilde of botanische tulpen mag aanschouwen.Tulipa tarda is er zo eentje. Zij staan nu onder mijn ligusterhaag in het gezelschap van bedstro gezellig te bloeien.

zaterdag, april 09, 2011

Krentenboompje bloeit


Het krentenboompje bloeit!
Kan ik nu de tijd stoppen, 
mijn longen vol lucht zuigen en 
op houden met ademen?

vrijdag, april 08, 2011

Zevergem zwevend gedicht


Het licht filtert zacht violet, het ruikt er
naar andoorn en vochtige kleren.
De wind bladert zacht door de bomen. 
Je slaat een arm om een boom
voelt de groeven van jaren stilzwijgen.
Alsof hij geheimen vertelt die bewaard
moeten blijven tussen kapel en kasteel
(Lut De Block)



En hondsdraf koestert zich in mijn
geurend geheugen van een verleden tijd

Morgen is er weer
een mateloze dag.



dinsdag, april 05, 2011

Zeewier tegen radioactieve straling

Planten tegen radioactiviteit, natuurlijk moeten we dan aan zeewier denken. Als ze dan maar niet geoogst zijn in de buurt van Fukoshima. Hier dan wat de Amerikaanse herborist Michael Tierra er over zegt.

Kombu Seaweed (Laminaria japonica)

The Japanese are probably among the world’s main consumers of edible seaweeds. We in the West are familiar with nori seaweed as the outer wrapper of sushi and various other seaweeds used as a stock in miso soup. The most well known seaweed is kelp, known in Japanese as kombu. I’m not sure how much research is available to back up these claims, but it is widely understood that kelp’s alginates offer the best protection from radiation and environmental pollutants. Alginates bind with heavy metals and radioactive substances and prepare them for excretion from the body.


Chlorella (Chlorella pyrenoidosa)
According to my colleague Roy Upton, line director of Planetary Formulas and director of the American Herbal Pharmacopeia, chlorella was first developed by the Japanese as an antidote and treatment against atomic radiation. This makes it one of the best nutritional supplements to take for the prevention and treatment from radiation exposure. While iodine pills primarily affect the thyroid gland, these supplements are of great health benefit to the whole body.
By exploring these herbs and supplements, we can at least turn a tragedy into an opportunity to enhance our health in all ways, including offsetting the recent threat of radiation from failed nuclear power sites in Japan.

zondag, april 03, 2011

Hauthem, landschap van mijn jeugd

We vertrekken aan de elektriciteitscabine in Sint Katelijne Hauthem. Zwaar bewolkt en zelfs wat regen op deze Ronde van Vlaanderendag.

We wandelen de kasseiberg af, dé berg waar ik waarschijnlijk mijn hedendaagse conditie aan te danken heb. Eindeloos hebben we hier koersrondjes gedraaid. Maar nu komen ik en de anderen toch voornamelijk voor de plantjes. Wij draaien dus geen rondjes in het dorp, maar slaan links af het veld in, langs de al groene graanakkers, de ideale plaats voor onze akkerkruiden. De lichtgroene, dartele klaproosrosetten zijn al overvloedig aanwezig, herderstasje is ook van de partij.
We steken de 'grote' weg Hoegaarden - Meldert over en duiken dan wat verder een holle weg in. Zoete kers in witte bloei, meidoorn in blad en bloemknop, vlier en els markeren de weg en de akker. Als onderbegroeiing zijn er de alom aanwezige kiemplantjes van het kleefkruid, hondsdraf en ereprijsjes, niks bijzonders, maar toch, het bijzondere van het gewone. En overal ook de warrige zaadpluizen van de liaan uit de holle wegen, de bosrank.

We dalen verder en komen bij Rosdel. Het Schoor noemden mijn ouders het acht en vijftig jaar geleden. Als kind mochten we of moesten we mee naar den akker, naar het verzorgen en oogsten van het graan in het vochtige schoorland. Als zevenjarige moesten we niet echt mee helpen, maar mochten langs de rand van het veld wat aan rommelen. Gelukkig was er een spannend beekje, waar kikkers, dikkoppen en ander 'on'gedierte ons bezig hielden. Het was een vanzelfsprekende vorm van kinderopvang met de natuur als oppas.

Nu wandelen we verder richting L'Ecluse, ja in 't Frans, we wandelen op de taalgrens. Het mooiste stukje van de wandeling. Rechts vochtig grasland, moeras, vijvers met riet en slanke sleutelbloem en links de holle weg. Geborgen voel ik mij hier altijd wel een beetje, baarmoeder zeker. De vruchtbaarheid van babyplantjes is hier ook het grootst. We vinden nieuwe scheuten van de heggerank, die met enig geduld zijn zoekende hechtranken rond je ringvinger draait. Huwelijk van mens en natuur! Dat zou mooi zijn.

We vinden nog andere plantjes, de dubbele blaadjes van het dalkruid, al zou het ook de keverorchis kunnen zijn. Dalkruid zou alleen in oude bossen groeien en oud bos lijkt dit gebied toch niet. Nog eens terug komen zeker.
We verlaten de holle weg, weer tussen de akkers, langs de rand waar klaproosrosetten maar ook stevig walstrogroen, waarschijnlijk glad walstro, groeit. Een gladde stengel heeft het in elk geval in tegenstelling met zijn familielid het kleefkruid. Ook de wollige steeltjes van een ander familielid het kruisbladwalstro vinden we hier. 
We draaien nu naar de andere kant van het moerassige Rosdel en wandelen zo terug naar mijn heimwee-akkertje. Wordt vervolgd.


vrijdag, april 01, 2011

Kruidenvrouwen

Geneeskruiden zijn in het verleden altijd wel iets geweest voor  vrouwen. Ook vandaag merk ik in mijn eigen cursussen dat vooral vrouwen de meeste belangstelling voor kruiden aan de dag leggen.  Een reflectie over enkele kruidenvrouwen in mijn herboristenleven.

Mellie Uyldert
Ik heb altijd wel iets gehad met oudere vrouwen, lees wijze vrouwen, lees kruidenvrouwen en ik heb het dan niet over eigen vrouw of vriendin. Mijn eerste kennismaking met kruiden, was dank zij het boek ‘De taal der kruiden’ van Uyldert. Mellie Uyldert, zij is ondertussen overleden maar is wel honderd jaar geworden. Geëerd en vergruisd is ze allebei wel geweest. Maar ik zal haar spiritueel gevoel voor planten onthouden. Citaat 'Wie is het die de taal der kruiden verstaat? Haastige voetstappen gaan over de weg, het stof waait over de frisse blaadjes van de weegbree, over de rosetten van de paardenbloem.....De regen valt en wast de blaadjes weer schoon. Haastig gaan de mensen voorbij, gevangen in hun gedachten... Mellie Uyldert romantisch ouderwets maar mooi. Boeken om te lezen: De taal der kruiden en Plantenzielen.

Maria Treben
Een andere beroemde kruidenvrouw, ook al enkele jaren overleden, is de Oostenrijkse Maria Treben, van ‘Gottes Apotheke’. Niet direct mijn lievelingskruidenvrouw maar toch een eigen wijze dame, die veel mensen terug op het kruidenpad heeft gebracht. Al was dat soms wel op een bijzonder naïeve manier. Ze propageerde ook een oud middel de zogenaamde Zweedse kruiden, die vooral samengesteld is uit een aantal bitterstofplanten en laxeerkruiden, een kruidenmengsel dat ook nu nog populair is, maar waar ik persoonlijk wel wat twijfels over heb. Boek om te lezen: Gezondheid uit de apotheek van God.

Hildegard von Bingen
Nog veel verder terug, en dus zeker geen persoonlijke kennis, was er abdis Hildegard van Bingen.  Zij heeft, volgens de overlevering, veel merkwaardige kruideninformatie rechtstreeks van God door gestraald gekregen. En daar ben ik altijd een beetje jaloers op. Rechtstreekse informatie uit de hand van de schepper zelf ontvangen lijkt me wel het summum. Een bijzondere vrouw moet het wel geweest zijn, maar om die merkwaardige middelen nu opnieuw te gebruiken gaat mij echt wel te ver.


Andere kruidenvrouwen
Nog een vrouw, misschien ook geen echte oudere vrouw (ze moeten wel 30 jaar ouder zijn dan ik, om aan mijn oudere vrouwendefinitie te voldoen) en daarbij is ze misschien nog in leven ook en dus moet ik zien wat ik zeg. Gelukkig ben ik ook haar naam vergeten, Met deze mevrouw heb ik nog samen voordrachten gegeven in de kruidenhoeve, ook al weer 20 jaar geleden.
De oudere vrouwen blijven mijn hersens binnen stromen. Er is of was heel lang geleden, ene Mevrouw Veltman, uitbaatster van het kleinste makrobiotische restaurant van Europa in de Nederlandse stad Breda. Zowat 35 jaar geleden heb ik in dat restaurantje mijn tong nog verneteld aan een soep met gesnipperde verse brandnetels ‘op de wijze van peterselie’. En ik bezit nog altijd de Prismapocket 1655 ‘Eetbare gewassen’ over wild voedsel, dat ze samen met haar man had geschreven.
En dan vergeet ik nog bijna Klazien van Schalk en de 'jongere' kruidenvrouwen zoals Winifried van Killegem en Daniëlle Houbrechts. Misschien moet ik ooit eens een boek schrijven over al die wijze en onwijze kruidenvrouwen in mijn leven. En wat dan met de kruidenmannen?

Info kruidenboeken
Von Bingen Hildegard. Psysica: over de natuur.
Von Bingen Hildegard. Causae et Curae: over de geneeskunst.
Treben Maria. Gezondheid uit de apotheek van God. Ennsthaler.
Uyldert Mellie. De taal der kruiden.
Veltman. Eetbare gewassen. Prismapocket
Van Killegem Winifried.De kracht van specerijen.
Houbrechts Daniëlle. Wilde kruidentuinen e.a.

http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/biografie/42216-mellie-uyldert-en-de-taal-der-kruiden.html

maandag, maart 28, 2011

Doornappels in een braaf landschap

Zo maar een wandeling met mijn 'bende'. Een voorbereiding op onze jaarlijkse Alpenreis. Het Argendaalpad  in de buurt van Kortrijk. De wandelroute verkent de landelijke omgeving van Bellegem.
Gelegen op een hoogte tussen Leie en Schelde wordt dit rurale gebied gekenmerkt door een golvend landschap met vergezichten. Toch vooral landbouwgebied met hier en daar bosjes, die spijtig genoeg opgevuld worden met villa's, die proberen te imponeren. Verder zijn er wat mooie, gerestaureerde hoeves te bewonderen.

Resten (stoppels) van mais en andere granen stofferen de akkers, toch zijn er ook al wat groene graanrijtjes te genieten. Herboristische plantengroei is er niet veel aanwezig, we vinden wel, verrassend, nog een rij statige droogresten van doornappels. Ik heb toch maar wat zwarte zaadjes uit de nog steeds stekelige 'doornappels' geschud, een herborist moet toch wat meehelpen aan de verdere verspreiding van dit soort sjamanistische planten. Daar zijn herboristen toch voor.

Wat verder zijn het de imponerende bloemknotsen van het groot hoefblad die het landschap stofferen. Het lijkt wel een groep purperorchissen, maar moest dat zo zijn, dan zou er al lang een reservaathek omheen geplaatst zijn.
Ik ben in elk geval meer dan tevreden met deze Petasites hybridus. In de kruidengeneeskunde worden ze al eeuwenlang gebruikt als een spasmolytische pijnstiller, bij menstruatieklachten, hoofdpijn maar nu vooral bij hooikoorts.

Zijn tegendraadse groei, de bloemen zijn er voor het blad, was de aanleiding tot de Middeleeuwse naam Filiae ante Patrem, zonen voor vaders. Andere vreemde namen waren pestwortel omdat hij zo woekerend groeit of omdat hij vroeger tegen de pest gebruikt werd. Al in het kruidboek van Dodonaeus werd Hoefblad pestillentiewortel genoemd. Dodoens schrijft: 'Pestilentie wortel ghedroogt, ghepoedert en met wijn gedroncken is een seer costelijke medecijne tegen die pestilentie .... zij doet den mensche zweeten...
De wetenschappelijke naam petasites verwijst mogelijk ook naar de pest, al is het meer waarschijnlijk dat het woord afkomstig is van petasos, Grieks voor breedgerande hoed.