zaterdag, oktober 31, 2009

Ellezelles heksenwandeling

Wandelen doe ik altijd weer. Nu net over de grens met Wallonië. Ellezelles, het zogenaamde heksendorp. We volgen hier het heksenpad. Bij de Heilige Kerk ontmoeten we mekaar. Niet vermomde heksen-herboristen, toekomstigen en verledenen. Bekenden en veel onbekenden.Gelukkig opnieuw een levende vereniging. Gezellig en geloofwaardig. Dus wandelen! 

Eerst een toerke rond de kerk langs het steegje en dan het dorp uit en het veld in.
Op de paden komen we natuurlijk onverbiddelijk onze eeuwige tredplanten tegen, weegbree, varkensgras, schijfkamille. Zij hebben ons nodig en wij hen ook. Langs de akker met een soort koolzaad, het juiste ras ken ik niet, groeit nog bloeiende ereprijs en één zielig bloemetje van de Echte kamille. In de omgewoelde grond langs de akkerrand ontkiemen er al wriemelend veel andere akkeronkruiden. Ik zeg er niets van, ze zijn nog nauwelijks te herkennen, mogelijk Klaproos en Korenbloem of dat stel ik me toch voor. Beter herkenbaar zijn Bijvoet en Grote klis op een braakliggende akker, ook zij blijven trouw aan hun biotoop. En ik blijf een beetje te veel trouw aan mijn klassieke verhalen over deze ruwe ruigtekruiden. Mooi zijn deze planten zeker niet. En als je niet mooi bent moet er maar iemand spannende verhalen over jou vertellen. Een plant of mens moet ergens de aandacht mee trekken.

Dus, hoe zit het nu met die Bijvoet, bij de voet, is het werkelijk zo dat in de schoen gedragen het vermoeidheid zou verdrijven. Nu ja, als de soldaten van Hannibal de Alpen overgetrokken zouden zijn met dit plantje onder hun voeten, dan moet het voor ons toch ook wel een hulp kunnen zijn. Op deze trage wandeling hebben we het niet direct nodig, al klimmen we nu wel het bos in, daar groeien weer andere kleine plantjes en grotere betonnen koppen, die ons vol afgrijzen aankijken. De planten zijn weer dagdagelijks, hoe is het mogelijk dat ik mij toch nog kan blijven verwonderen over dat onooglijk groen. Over het woekerend Zevenblad, dat negenachtig blad heeft en pronkt met een majestueuze Latijnse naam Aegopodium podagraria, wat wil zeggen geitenvoet en voetjicht, naar de vorm van het blad en naar zijn geneeskrachtige werking.

We staan op een smal steil pad, nogal ver van mekaar zo met zijn vijf en twintigen en ondertussen willen er ook wat mountainbikers naar beneden. Dus is het wel even drummen en moeten onze mensenvoeten wel tussen de geitenvoeten gaan staan, waardoor ik een ander ouderwets en kruipend plantje ruik, hondsdraf, de geur van mijn jeugd. De geur van goed gevoel maar ook de geur van ver verleden. Toch gaan we ook nu gewoon verder, het bos weer uit met vergezicht op Ellezelles en de rest van het Pays des Collines. IJzeren gebeeldhouwde koppen staren samen met ons het landschap in. De beeldhouwer Vandewattijne heeft zich hier wel een beetje vereeuwigd.

Ergens komen we ook boven in een ander dorpje, bij een boerderij vinden we florissante, glimmende kaasjeskruiden. Het is duidelijk te zien dat ze profiteren van de koeienstront. De onrijpe groene zaadvormpjes werden vroeger als kinderbroodjes gegeten. Ook de naam kaas verwijst naar het eetbare of naar de vorm van de vruchtjes. Het zijn medicinaal ook nu nog gebruikte slijmstofplanten die kinderkeeltjes kunnen verzachten en kuchhoestjes oplossen.
We dalen terug richting Ellezelles langs haag en heg, vinden nog wat uit de kluiten gewassen heelblaadjes. Hoe is het mogelijk om met zo'n naam niet meer in de medicinale mode te zijn. Daarmoeten we ooit iets aan doen. Ook deze plant heeft een indrukwekkende officiële naam Pulicaria dysenterica, dus tegen dysenterie en tegen vlooienbeestjes. Maar ja, dysenterie en vlooienbeestjes zijn er niet veel meer, dus hebben we onze vlooienplant ook niet meer nodig zeker?

We komen in het dorp, wandelen voorbij het merkwaardige café La Cigale et la Fourmi en rijden dan naar de plaatselijke brouwerij-café, waar we genieten van het heksenbier Quintine. Zou de heks Quintine wel blij zijn met onze vreemde aandacht voor haar verbrand persoontje. Misschien moetenwe de mooie heks-herborist van vroeger weer herwaarderen. De wijze vrouw, eenvoudig, troostend zonder toverende tierlantijntjes, en zeker zonder bochel of gekromde neus. Willen de echte heksen-herboristen opstaan

Geen opmerkingen: