zaterdag, november 12, 2022

Herboristische buitendag en poëtische planten. Over beekpunge.

Nog altijd de herboristische buitendag. We dwalen door het domein van Bonsoy tot aan de vijver en vissen naar planten. Paarbladig goudveil, echte valeriaan, knopig helmkruid, beekpunge en dan..... het licht, het glinsterend herfstlicht en de kruidige mensen. Alsof we in een hemelse wereld vertoeven.

En daar hoort de poëtische taal uit oude kruidenboeken bij, de taal van lang geleden. een plant van lang geleden, de beekpunge ......... De Neder-Duitsers noemen dit gewas waterpunghen en beeckpunghen en dikwijls naar de Duitse naam Becabunga, de Hoogduitsers Bachbungen en Bungen’.

Bachbungen bij Bock, Punge bij Hildegard, Pfungen, Ponge, Punghen. Het Latijnse beccabunga betekent mondpijn, de plant werd gebruikt bij scheurbuik, is ook scherp in gebruik. Beccabunga is in Vlaams beckpungen: mondpijn, vanwege de scherpte van de bladeren die vroeger gegeten werden in salades. Beccabunga werd in Duits Bachbunge, vandaar komt een verbastering in woord tot beek, - beke, - of bekekruid, beekpunge.  De stam punge kan vanuit het Duits bunge ook zoveel betekenen als pauk zodat het woord op de bolle vruchten kan slaan. In de signatuurleer werd het kruid gebruikt tegen opgeblazenheid.

Zo was het gebruik vroeger. (Dodonaeus) ‘Deze waterpungen worden ook in salade gegeten als de waterkersen en worden ook zeer nuttig en goed gehouden om de eigen ziekte van de Duitse landen die aan de zee palen en scheurbuik genoemd wordt te genezen  en op dezelfde manier gebruikt zoals men de waterkersen plag in te geven. Dan ze zijn van krachten en werking zwakker en slapper dan de waterkers.

De bladeren van deze waterpungen met wijn gedronken zijn goed tegen de koude plas en druppelplas en tegen de schurft van de blaas van binnen en vooral als het met de wortels van asperges ingenomen worden.

De bladeren van dit kruid worden ook met olie en azijn gegeten en zijn een goede en bekwame spijs voor diegene die slecht water lossen en van het niergruis ziek zijn. Hetzelfde zegt Dioscorides en Aegineta van de Cepeaea ook.

Waterpungen, als Tragus betuigt, worden veel gebruikt van de paardendokters om de gezwellen te verdrijven en te genezen de schurft en nijdigheid van de paarden.

Die waterpungen in salade gegeten jagen af de dode vrucht en verwekken de maandstonden.’ Het zuivert het bloed, wordt verkocht met waterkers en als salade gegeten, hoewel het wat te scherp is om aangenaam te zijn.




Geen opmerkingen: