Gelijk glinsterend gouden vogeltjes
Vallen de geheugenblaadjes
In de avond van de herfst
Vrij naar Akiko Yosana (1878 – 1942)
Zondag, zon dag aan zee. Het vijgenblad aan onze huisboom verkleurt langzaam naar geel, veel groene vijgen worden zichtbaar, maar zullen helaas niet af rijpen. Maar nieuwe bladknoppen lonken al naar volgend jaar.
Zo worden chemische stoffen in de plant toch wat menselijk voor ons. We wandelen gelukkig ook, wandellessen dus over planten en hun geneesstoffen, alsof we chemische stofjes tegen komen tussen de straatstenen. Weegbree met zijn slijmstoffen, soms is het alsof er snot in zijn zaadaren hangt, weinig appetijtelijk, maar mogelijk zegt dit kruid wel 'dat hij goed is voor onze eigen snotterende neusvleugels'.
Aesculus hippocastanum (Paardekastanje) heeft een versterkende werking op de vaatwanden. Voorkomt ontstekingen van de spataderen en werkt bevorderend op reeds ontstoken vaatwanden.
Populus nigrum (Zwarte populier) werkt vooral op het slagadersysteem van de onderste ledematen. Krampopheffende werking van de slagaders van de onderste ledematen. Te gebruiken bij: Krampen in benen en voeten. Artritis in benen en voeten met doorbloedingsstoornissen. Chronisch reuma. Chronisch polyartritis
Wat mij als herborist wel aanspreekt is, dat Maria niet alleen boven op de spoorwegbrug verscheen, wel erg onromantisch van Maria, maar ook onder een doornige Meidoornstruik. Haar stenen beeltenis staat nu ook opgesteld onder die Meidoorn. Zou dat echt dezelfde struik zijn van 77 jaar geleden?
Vitex en andere vertrouwde plantenvrienden.
Op mijn bijna dagelijkse wandeling naar de krantenwinkel staat het grote nieuws van vandaag, voor mij tenminste, niet in de krant, maar vind ik gewoon in het grasveld bij het tramstation. Daar groeien zomaar verschillende rosetten van de zeldzame plant Reseda luteola, in het Vlaams Wouw. Een wauwgevoel was het wel voor mij om deze verfstofplanten hier, op een toch wel vreemde plaats, te vinden. Normaal groeien ze op open terreinen samen met andere Tweejarigen zoals Toortssoorten en Slangekruid. Ik ken ze vooral van het oude spoorwegemplacement bij Weelde Statie, waar ik zelf meer dan 30 jaar gewoond heb. Daarom hebben deze planten ook wel enige emotionele waarde voor mij. Er is de laatste jaren ook weer belangstelling voor deze Reseda om als kleurstof te gebruiken, en dus worden zij ook weer gekweekt. Planten kweken voor de kleurstof is één zaak, er kleurstoffen uit halen is een andere en niet vanzelfsprekende opgave. Ik geeft hier een historisch recept om 'schijtgeel' te maken, dit zijn niet mijn woorden, maar een citaat uit 'T bouck van wondre' van 1513.

Gran Paradiso, het grote paradijs is dit Italiaans natuurgebied zeker wel voor mij. Al schijnt er, zoals vandaag, niet altijd de zon. En zeker eind augustus op een hoogte van 2500m, daalt de temperatuur dan ook snel naar nul graden. Maar wij wandelen naar Col Leynir via Piani del Rosset.
Het Rossetmeer op 2709m met zijn eilandje in de vorm van een pastoorshoed of is het een vrouwenborst, verwarmt zich voorlopig nog in de ochtendzon. Hier, bij de vele meren wentelen we ons in het romantische landschap van groene, grazige golvende weilanden. Twee bochten verder komen we terecht in een chaotisch gruis- en rotslandschap omringd door geërodeerde bergtoppen en nog verder rond 3000 meter is de zanderige steen tot poeder vermalen en wanen we ons in een winterse woestijn. Er liggen hier en daar nog forse plekken oude sneeuw en nieuwe sneeuw nadert.
We spoeden ons dan ook naar de col. Een heel bijzondere col met aan de andere kant het hele jaar door eeuwige sneeuw. Afdalen naar de andere kant, naar de vallei de Rhemes, zit er nu niet in. Wij moeten zo wie zo terug naar onze Savoiahut en met de dreiging van onweer mogen we daar niet te lang mee wachten. Regenvlagen, sneeuw en zon wisselen mekaar af en beïnvloeden onze emoties en onze klederdracht. In T-shirt, fleece, lange of korte broek? We trekken uiteindelijk poncho en goretex aan maar wel met korte broek, alsof het zomer is voor onze benen en winter op ons hoofd. Onweer in de bergen kan gevaarlijk zijn, maar is ook mooi indrukwekkend.
Gemzen en edelweis
Ondanks het weer nemen we toch een andere terugweg, langs vallone Leynir en Lago Nero, naar het donkere meer met zijn vraatzuchtige vissen. Hier in een eenzamer stukje Gran Paradiso grazen mijn lievelingsdieren de gemzen, het zijn veel schichtigere beestjes dan die reuze steenbokken, en dus moeten we ze als het ware besluipen om ze dichterbij te kunnen bekijken. Hoe bewegen ze zo sierlijk tussen die ruwe rotsen? En dan die alerte oogjes met die kort gekromde horens als antennes! Bijzonder.
Maar we moeten verder, gelukkig zien we ook lager in het groene landschap, nog meer grazende gemzen en als slagroom op onze dagtaart vinden we op de grens tussen grijs en groen nog tientallen edelweisjes in gezelschap van massa's rozenkransjes. Waarom hebben planten die in de meest extreme omstandigheden moeten en kunnen overleven zulke vertederende namen? Schijn bedriegt zeker?
Koeien en mestminnende planten
Nog lager, dicht bij de refugio maar toch nog op 2500m hoogte, komen we in het voedselrijke grasland terecht, gevoed door de koeienstront van het Alp de Nivolet. Hier is het terrein van koeien, mensen en stikstofminnende planten zoals Alpenzuring, Brave Hendrik en vooral ook de Meesterwortel. Deze forse naar selder geurende schermbloemige kan in de soep gebruikt worden maar had vroeger ook een meesterlijke reputatie als spijsverteringbevorderend, vochtafdrijvend en menstruatie opwekkend middel. Vergetelheid is nu zijn deel maar zijn kwaliteiten behoudt hij wel en geduldig wacht hij totdat de mensen hem weer willen gebruiken. Ik pluk wat rijpe zaden, wie weet, ooit in het vlakke land Vlaanderen, kan ik meesterwortelsoep serveren.
Een verzameling boeken over bergen is hier wel op zijn plaats:
Een verzameling bergbewoners is hier ook wel op zijn plaats